- 24 - een belangrijk aandeel in de oprichting van de Haarlem Branch van de Dickens Fellowship in 1956, maar het schrijven over Dickens en zijn werk bleef beperkt tot een aantal artikelen welke bijeengebracht werden in de bundel "Dickens, waar zijn uw spoken?", uitgegeven in 1972 door Elsevier en van een inleiding en een In Memorian voorzien door Michel van der Plas. Met zijn persoonlijke presentatie, zijn neiging tot overdrijven en tot mystificatie was Bomans een levendgeworden inwoner van Dickensland, waar hij al spelend "buitenlanders" de weg wees. De neiging tot over drijven bleek ook uit de wijze waarop Bomans zijn Dickens-bibliotheek "presenteerde". In de inleiding voor de bundel geschriften die Bomans schreef over Dickens: "Dickens, waar zijn uw spoken" merkte Van der Plas op dat Bomans volgens eigen zeggen op het laatst van zijn leven ruim achttienhonderd delen in zijn boekerij had die over Dickens handelen. In werkelijkheid waren het er veel minder. Want toen de bibliotheek van de Katholieke Hogeschool Tilburg, in 1982, in het bezit kwam van de Dickens-collectie van Godfried Bomans, werd een catalogus van deze collectie uitgegeven. De catalogus bevatte een vijfhonderdtal items. Het eigen werk van Bomans was aanleiding tot en onderwerp van een dissertatie van Ronald Soetaert: "Godfried Bomans en Charles Dickens, een vergelijkende studie", welke in 1974 verscheen. In de bijlage van "Vrij Nederland" van 14 juli 1979 was een bijdrage opgenomen van Maarten 't Hart: De romans van Charles Dickens", een artikel dat bij de Dickens- en Bomansadepten de nodige (emotionele reacties veroorzaakte, 't Hart getuigde van een geheel andere kijk op Dickens dan Bomans, en eindigde met de opmerking dat hij, naar hij hoopte, genoegzaam had aangetoond "dat Bomans als auteur over Dickens niet deugt". Herman Servotte, hoogleraar in Engelse literatuur te Leuven, schreef in 1981 een essay over de ontwikkeling van de Engelse roman: "De Simulators. De Engelse roman 1700-1980", en waarin hij in het hoofd stuk over de ontwikkeling in de negentiende eeuw naast Jane Austin, de Bronte's en George Eliot ook de plaats van Dickens besprak.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 1987 | | pagina 26