"Holiday Romance", in 1868. Dit late
werkje, dat geacht wordt te worden
verteld door de zevenjarige Alice Rain-
bird, past geheel in de traditie van Car
roll en Lear, die in de zestiger jaren van
de vorige eeuw furore maakten respec
tievelijk met de avonturen van Alice in
Wonderland en in Spiegelland, en met
nonsense-limericks en -balladen. Maar
wanneer we ons beperken tot de vijftien
romans die Dickens publiceerde tussen
1836 en 1870, dan zien we dat we te
maken hebben met serieuze, geëngageer
de literatuur.
In deze symbolistisch-realistische romans
van Charles Dickens spelen technieken
als karikatuur en zelfs verzakelijking van
personen, evenals de animatie van voor
werpen een vooraanstaande rol. Deze
technieken maken een belangrijk deel uit
van de zo typisch Dickensiaanse humor,
met name door het effect van vervreem
ding dat er vanuit gaat. Overdrijving,
plechtstatige omschrijving en retorisch
woordspel zijn kenmerkend voor de stijl
van Dickens' werk, dat daaraan ook zijn
sterk dramatische inslag ontleent. Dia
kens is zelden ingetogen. Meestal is hij
exuberant energiek, of het nu gaat om
het weergeven van een gevoelsuiting, van
een verstandelijk inzicht of van het zin-
tuigelijke en aardse. Voor het eerste trekt
hij dikwijls de registers open van de
pathetiek, de sentimentaliteit of het melo
drama, voor het tweede die van de
scherts, die de Engelsen "facetiousness"
noemen, voor het derde maakt hij graag
gebruik van de groteske karikatuur.
Dickens was geen naturalist zoals Tho
mas Hardy, en zelfs geen realist, zoals
zijn grote tijdgenote George Eliot. Zijn
romans worden vooral de laatste jaren
door de critici gelezen als "romances" of
sprookjes, waarbij thematiek en symbo
liek zwaarder wegen dan de intrigue.
Met "nonsens." heeft dit, zeker Op het
eerste gezicht, weinig van doen. Men
kan, met enige goede wil, een nonsensi-
kaal element distilleren uit het overdre-
vene van de stijl en de karikaturale ka
rakter-typeringen, maar dit is dan een
"nonsense" die men toch telkens weer
"vertaalt" in "sense", net zoals men in
een lachspiegel toch zichzelf wil blijven
herkennen.
Laten we nog eens kijken naar de eerder
aangehaalde passage uit Pickwick Papers
"Remorse and miseiy,replied the stran
ger. "Sudden disappearance—talk of the
whole city—search made .everywhere—
without success—public fountain in the
great square suddenly ceased playing—
weeks elapsed—still a stoppage—workmen
employed to clean it—water drawn off-
father-in-law discovered sticking head
first in the main pipe, with a full confes
sion in his right boot—took him out, and
the fountain played away again, as well
as ever."
"Will you allow me to note that little
romance down, sir?" said Mr Snodgrass,
deeply affected. Pickwick Papers, ch. 2)
Wie praat hier nu "onzin", Jingle ("the
stranger") of Snodgrass? Of de verteller,
die de reactie van Snodgrass "affected"
("aangedaan") noemt? Het laatste is ware
nonsens als we inzien dat het réiaas van
Jingle geenszins een "little romance" is,
maar de nogal lugubere afloop van een
tragedie. Immers, wat vertelt Jingle: na
enkele weken ("weeks elapsed") wordt
de arme vader van Donna Christina aan
getroffen met zijn hoofd in de hoofdlei
ding van een stadsfontein dat kan nooit
een prettig gezicht zijn geweest als we
het verhaal tenminste letterlijk nemen,
zoals de poëtische Snodgrass kennelijk
doet. De lakonieke opmerking over de
bekentenis die bij de overledene in zijn
rechterlaars wordt gevonden versterkt het
volslagen gebrek aan medeleven bij de
verteller, en we hebben hier te maken
met een gevoelloze weergave van een ge
welddadige gebeurtenis., iets. wat .door
Elizabeth Sewell in haar boek The Field,
of Nonsense3 wordt vermeld als een be-
10