In juni 1882 is Vincent opgenomen in het Gemeentegasthuis in Den Haag. "Ik had al
een week of 3 veel last gehad van slapeloosheid, binnenkoorts en pijn gevoeld bij 't
wateren", schrijft hij aan Theo. Op een andere zaal ligt zijn collega Breitner. "Ik heb
mijn perspectiefboeken hier en een paar delen Dickens, o.a. Edwin Drood; in Dickens
zit ook perspectief. Sapperloot wat een artist. Er is geen mens, die het zo kan als hij".
(207). Hij verwacht Theo tijdens diens bezoek aan Den Haag te ontmoeten: "Dan ben
ik ook zeer verlangend om U de houtsneden te laten zien. Ik heb er weer een
prachtige, een tekening van Fildes, "de ledige stoel van Dickens", uit de Graphic van
'70". (220). Zijn verzameling houtsneden blijft een bron van genoegen: "Als ik 's
nachts niet slapen kan, wat mij dikwijls gebeurt, zit ik altijd met nieuw plezier in de
houtsneden te scharrelen. Wie ook een fameus tekenaar is, is J.Mahoney, die de
Household edition van Dickens heeft geïllustreerd". (229).
In een brief van 1 november 1882 klaagt hij hoe moeilijk het is geschikte modellen te
vinden. het even stilstaan is me niet genoeg, noch voor een mens, noch voor een
paard. Als ik wel ingelicht ben, konden de tekenaars voor de Graphic die aan de beurt
waren, steeds daar op een atelier aan het bureau zelf over een model disponeren.
Dickens zegt een paar aardige dingen over de schilders van zijn tijd, en hun verkeerde
manier van werken, n.l. het slaafs en toch ten halve zich houden aan 't model. Hij
zegt: kerels, begrijp toch goed dat uw model niet is een einddoel, maar het middel om
uw gedachte en inspiratie corps en kracht te geven. Kijk naar de Fransen, (b.v. Ary
Scheffer) en zie eens hoeveel beter zij het doen dan gij. 't Is net of de Engelsen er naar
geluisterd hebben, ze zijn blijven werken met model, maar het model hebben ze
groter, flinker leren zien en beter partij van leren trekken, voor gezonder en nobeler
compositie dan die van Dickens' schilderende tijdgenoten". ((241).
Vincent benadrukt het belang van wandelingen naar buiten, om inspiratie op te doen:
"'k Weet niet hoe Uw ervaring is, maar vindt gij tegenwoordig b.v. veel lui, die trek
hebben om eens een verre wandeling in grijs weer te maken? Ik las nog deze
week in Forster's Life of Ch.Dickens allerlei bizonderheden omtrent grote
wandelingen op Hampstead Heath etc. buiten Londen, waarvan het einddoel was b.v.
bacon and eggs te gaan gebruiken in een oud herbergje ver weg, geheel buiten. Die
wandelingen waren zeer gezellig en vrolijk, dat nam niet weg 't meestal aldus was dat
er serieuze plannen gemaakt werden voor boeken, of besproken werd wat Dickens
nog veranderen zou aan dit of dat figuur". (241).
Wat wil Vincent met zijn "kunst"? Door het dwepen met de bijbel heeft hij het volk
ontdekt, de gewone man Nu wil hij figuren maken "uit het volk voor het volk". Zijn
nieuwe eigen evangelie. "Ik weet niet of gij Little Dorrit van Dickens kent, en daarin
de figuur van Doyce, de man die men als type zou kunnen nemen van hen die How to
do it tot principe hebben. Al kent ge die prachtige werkmansfiguur uit het boek niet,
toch zult ge het karakter van de kerel begrijpen uit dit ene woord. Toen wat hij wilde
niet tot stand kwam, stuitte op onverschilligheid en nog erger dingen en hij niet voort
kon, zeide hij eenvoudig: This misfortune alters nothing, the thing is just as true now
(after the failure) as it was then (before the failure). En begon't zelfde wat hem in
Engeland mislukt was, opnieuw op't vaste land, en zette het daar op zijn poten".
(251).
85