Zeer geachte Dickensians, Volgens ons Charter werd de Haarlem Branch opgericht op 8 december 1956, en bestaat dit jaar dus 45 jaar, en gezien de indrukwekkende handtekeningen op dat stuk hoeft daar geen twijfel over te bestaan. Het Charter werd uitgereikt in 1957 te Buxton. Het bestuur is bezig een herdenkingsreis naar deze historische plaats voor te bereiden (inschrijvingsformulieren volgen, zend nog geen geld.). Het aantal leden dat de oprichting, of de vroegste periode van de Branch, heeft meegemaakt is heel klein geworden. Nog steeds echter vullen we met elkaar in december de eetzaal van Trou Moet Blijcken. Dit wijst op continuiteit in de behoefte aan Dickensiaanse ambiance. Voor een nadere invulling hiervan wijs ik op een citaat uit een speech van Dickens zelve: "I felt an earnest and humble desire, and shall do till I die, to increase the stock of harmless cheerfulness." "Harmless cheerfulness", daar gaat het om, en je hoeft de krant maar in te zien om te begrijpen dat daar grote behoefte aan is. Dit legde Dickens ook al in de mond van Jenny Wren: "The public don't like to be made melancholy, I know very well." De kranten maken tegenwoordig ook regelmatig melding van vormen van "cheerfulness" die niet "harmiess" zijn, maar daarvoor moet men bij andere organisaties zijn. De hoogste vorm van "harmless cheerfulness" is ongetwijfeld de Muziek. Deze opvatting klinkt door in de woorden van Sir Thomas Beecham over de voordelen van de muziek: "You can make it everywhere, and it doesn't stink". Maar op de tweede plaats komt naar mijn méning de Dickensiaanse vorm, waarvan je hetzelfde kunt zeggen. Dickens had op zijn vijfenveertigste jaar al het grootste deel van zijn oeuvre gepubliceerd. Voor een Branch ligt dat anders: onze Branch heeft al een enorme hoeveelheid "cheerfulness" geproduceerd in die 45 jaar, maar dat is nog maar weinig vergeleken bij wat er nog komen gaat, want Branches gaan - anders dan mensen - altijd door. Van deze plaats een huldeblijk aan de oprichters en de leden van het eerste uur die ons de Haarlem Branch hebben gegeven, en niet zomaar een Branch. De Haarlem Branch is uniek, want ligt bij vele andere branches de nadruk nog wel eens op "harmiess", bij ons ligt de klemtoon op "cheerfulness", en zo hoort het ook. Een tweede huldeblijk aan alle leden in verleden en heden die zorg(d)en voor de continuiteit. Tenslotte de wens dat de Haarlem Branch blijft bloeien, zoals we dat kennen: een bron van "harmless cheerfulness"! Met Dickensiaanse groet, Paul Ferdinandusse

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2001 | | pagina 4