The 1687 Act also required the "badging of the poor" those in receipt of poor relief were required to
wear, in red or blue cloth on their right shoulder, the letter "P" preceded by the initial letter of their
parish, (b)
Met de categorie 'gevallen vrouwen' zat de parochie enigszins in haar maag. Tenslotte wist iedereen dat
tegenover iedere gevallen vrouw, die een kind baarde ook een man moest staan, die daarvoor
verantwoordelijk was. Echter lang niet altijd was men instaat om die vader te vinden. De oude oplossing om
de parochie op te laten draaien voor de kosten van moeder en kind totdat de vader onder druk van zij
omgeving door de knieën ging en toegaf leverde steeds minder resultaat op, omdat door de toenemende
mobiliteit steeds vaker de vader niet meer was terug te vinden.
Between 1732 and 1744 a number of changes took place in how the law treated the responsibility for
illegitimate children:
In 1732-3, a woman pregnant with a bastard was required to declare the fact and to name the father.
In 1733, the putative father became responsible for maintaining his illegitimate child; failing to do so
could result in gaol. The parish would then support the mother and childuntil the father agreed to do
so, whereupon he would reimburse the parish - although this rarely happened.
In 1743-4, a bastard was to have the settlement of its mother, regardless of where the child was
actually born. Previously, a bastard took settlement from its place of birth. The mother was to be
publicly whipped, (b)
Olivers moeder behoorde ook tot die categorie vrouwen en mocht het met de zweep slaan inmiddels uit de
mode zijn geraakt, de arts die bij het sterfbed van de moeder aanwezig was trok nog steeds dezelfde
conclusie:
She was a good-looking girl, too; where did she come from?'
'She was brought here last night,replied the old woman, 'by the overseer's order. She was found lying
in the street. She had walked some distance, for her shoes were worn to pieces; but where she came
from, or where she was going to, nobody knows.
The surgeon leaned over the body, and raised the left hand. 'The old story,he said, shaking his head:
'no weddingring, I see. Ah! Good-night!'(Oliver Twist chapter 1)
De groei van het aantal armen nam alleen maar toe door de al eerder genoemde enclosure-movement, die als
één van de voorwaarden voor het ontstaan van de industriële revolutie gezien kan worden. In de 18de eeuw
werd op grote schaal landbouwgrond, die tot dan toe als gemeenschappelijke grond van het dorp werd
beschouwd, door hen die daar toe de financiële middelen hadden opgekocht en met muurtjes en hekken
omheind. Hierdoor kwamen in de dorpsgemeenschappen, met name zij die tot die tijd de eindjes nog net aan
elkaar hadden weten te knopen in problemen. Zij kwamen ten laste van de parochies, die deze financiële last
steeds moeilijker konden of wilden dragen en dus zocht men naar een oplossing. Een oplossing die niet het
veranderde denken en de veranderende economische situatie aanpakte, maar die de luiheid en de onwil om te
werken van een als maar groeiende groep armen moest aanpakken.
However, by the late 1820s, there was growing dissatisfaction with the whole system, particularly
from the well represented land-owning classes who bore the brunt of the growing poor-rate burden.
In 1832 the British Government decided to appoint a Royal Commission to review the system. The
Royal Commission, under the chairmanship of the Bishop of London, conducted a detailed survey of
the state ofpoor law administration and prepared a report. This was largely the work of two of the
Commissioners, Nassau Senior and Edwin Chadwick. The report took the view that poverty was
essentially caused the indigence of individuals rather than economic and social conditions. Thus, the
pauper claimed relief regardless of his merits: large families got most, which encouraged
improvident marriages; women claimed relief for bastards, which encouraged immorality; labourers
had no incentive to work; employers kept wages artificially low as workers subsidized from the poor
rate, (b)
In 1834 werd een nieuwe armenwet ingevoerd op basis van bovenstaande gedachte dat armen voornamelijk
lui waren en dat de grote aantallen fraudeurs de spoeling voor de echte armen dunner maakten. De echte
armen moest zo diep onder het juk door gehaald worden dat iedereen met een greintje zelfrespect het wel uit
zijn hoofd zou laten zich hiervoor aan te melden. Dit was het uitgangspunt van de 'Poor Law Commission',