op centrale invloedrijke posities maar lijken zich staande te moeten houden aan de rand van de officiële maatschappij. Doyce zal uiteindelijk Engeland verlaten. De opkomst van geld als sleutelfactor in het zakenleven brengt andere relaties tussen aristocratie en bourgeoisie. De gegoede aristocratie keerde terug in centrum van de economie en daar vond een vereniging plaats van deze twee dominante secties, die bezegeld werd in huwelijken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in de latere werken grote zakenmensen als Dombey en financiers als Merdle zich vrijelijk mengen met aristocraten als neef Fenix en de Barnacles om zo een samengestelde heersende klasse te vormen. Tot zo ver een indruk van het boek van Sambudha Sen. Ik heb er twee opmerkingen bij. Allereerst dat de opzet van het boek simpel is, aantrekkelijk en riskant. Simpel, omdat de economische geschiedenis van de 19e eeuw in twee helften wordt verdeeld om vervolgens de verschillen in het werk van Dickens in overeenkomstige perioden na te speuren. Aantrekkelijk, omdat de auteur heel veel personen en voorvallen uit de romans van Dickens ten tonele voert om zijn betoog te illustreren, zodat je in kort bestek de kennismaking hernieuwt met tal van hoogtepunten uit die romans. Riskant, omdat je nooit zeker weet of de gekozen voorbeelden die je met zo veel genoegen herleest werkelijk representatief zijn voor een bepaalde roman en niet door andere voorbeelden kunnen worden weersproken. Tenslotte, het is jammer dat Sen op geen enkele manier de huidige economische toestand in India er bij betrekt. Hij wil, zoals hij in zijn brief schreef, geen uitspraken doen over Dickens en het kolonialisme in India. Akkoord. Maar de beginnende Industriële Revolutie in Engeland in een situatie van grote armoede heeft veel gemeen met de fase waarin India zelf op dit moment verkeert. Die overeenkomst verklaart wellicht de keuze voor het thema. Maar je zou willen dat de auteur zijn beschrijvingen, al was het maar in een slothoofdstuk, uittilt boven de specifieke situatie van Engeland en in een vergelijkend kader plaatst. Hoe worden de industriële ontwikkelingen in een constant door armoede bedreigd India nu door de mensen ervaren? En wat is daarvan de literaire neerslag in die zo florerende Engelstalige literatuur in dat land? Ik heb hem dat gevraagd en misschien horen we dat nog eens in een toekomstige publicatie. Dick Kooiman

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2003 | | pagina 36