Toen de indiener van het wetsvoorstel van 13 juni 1833, dit keer als Attorney-General, terugkwam in het House of Commons, bracht hij zijn oude voorstel herziend in. Hij herinnerde daarbij het huis eraan, dat al in 1780 een wetsontwerp was ingediend om arrestatie on Mesne Process af te schaffen. Zijn herziene voorstel wilde alle vermogen van de schuldenaar non-trader executabel maken, zoals bij bankroet. Er moest een competente rechtbank komen i.v.m. het beheer en verdelen van vermogensbestanddelen, de Insolvent Debtors' Court zou worden opgeheven. Het wetsvoorstel van de Attorney-General ondervond onvoldoende ondersteuning, waarop in maart 1835 Sir J.Campbell een soortgelijk voorstel indiende. Hij wees daarbij op hetgeen de Duke de Cadaval overkomen was. Ook trachtte Sir Campbell het verdwijnen naar het buitenland te bestrijden. Het wetsontwerp van Sir Campbell werd op 11 juli 1836 door het House of Lords in tweede lezing verworpen met 46 tegen 22 stemmen. In een ingezonden brief in The Times van 5 december werd opnieuw de gevangenschap wegens schulden aangevallen, nu duidelijk als in strijd met de civil rights, terwijl tevens de gevangenschap door de koppeling van de procedures aan de zittingstermijnen van de rechtbanken onnodig verlengd werd. In februari 1837 werd door de Attorney-General een nieuw wetsvoorstel ingediend om de gevangenschap wegens schulden af te schaffen. Dit ontwerp zag af van snelle rechtspraak en executie bij wisselbrieven, daar de rechters via rechtspraak al tot een snellere en minder kostbare afhandeling waren gekomen. Ook had de Attorney-General strafrechtelijke bepalingen met nieuwe delicten weggelaten, dat waren afzonderlijk te regelen onderwerpen. Met dit weglaten van strafrechtelijke bepalingen werd een eerste poging gedaan de strafrechtelijke kant van het insol ventierecht uit het civiel recht te verwijderen. In juli kwam een wet tot stand, die de fees van de sheriff trachtte te regelen. Achter het effect van deze wet mag een vraagteken worden gesteld, nu de sheriff geen salarisregeling kreeg. Op 5 december werd het wetsontwerp van februari 1837 in tweede lezing behandeld in het House of Lords. Het werd een uitgebreide discussie, die hiermee eindigde, dat het ontwerp in handen werd gesteld van een Select Committee. In The Times van 13 december verscheen een rechtshistorisch artikel over de gevangenschap wegens schulden. Het trachtte aan te tonen, dat het arrest on Mesne Process in strijd was met de Magna Charta, dat er geen enkele wet is geweest, die deze arrestatie mogelijk maakte, maar dat die mogelijkheid is ontstaan door ficties van de superior courts. De schrijver van het ingezonden artikel, zich noemende 'Albion', zette zijn betoog de volgende dag voort. Op 24 Maart 1838 verscheen in The Times een verslag van een Coroner's Inquest naar de dood van een gevangene in de Fleet Prison, die overleden was ondanks de lofwaardige inspanningen van de gevangenisarts. De uitspraak van de jury was:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2004 | | pagina 21