LAST Co MAKELAARS IN KOFFI Lauriersgracht No. 37 Herfst 2004 no. 50 wetenschappers raken niet uitgekeken op dit verschijnsel en hebben zich uitgeput in verklaringen. Zo ook Max Weber, aus Heidelberg. Aan het begin van de 20e eeuw schreef hij hierover een opstel getiteld, "Die Protestantische Ethik und der Geist des Kapitalismus" (1904-5). Zijn theorie komt in het kort hier op neer. In bepaalde protestantse secten, met name onder Calvinisten, bestaat grote onzekerheid over de vraag of de mens uiteindelijk door God zal worden aangenomen of verworpen. Die onzekerheid zou zich kunnen uiten in wanhoop en zwaarmoedigheid, omdat de mens zelf zijn eigen lotsbestemming op geen enkele manier kan beinvloeden. Zwaarmoedigheid komt in die kringen dan ook veel voor. Maar die onzekerheid kan zich ook uiten in een rusteloos zoeken naar aanwijzingen van Gods genade en aanvaarding. En zakelijk succes kan zo'n aanwijzing zijn. Vandaar die actieve, zo niet overactieve houding van deze streng gelovigen die bij alles wat zij doen uiterst rationeel en methodisch te werk gaan. Winsten in een zakelijke onderneming worden vervolgens niet gebruikt voor eigen genoegens, kunst of cultuur. De verleidingen van de wereld kunnen de gelovige immers alleen maar afhouden van zijn beroep dat eigenlijk een ernstige roeping is. De winsten, die een onbedoeld bijproduct vormen van die rusteloze ijver, worden bij gebrek aan alternatief weer in de onderneming geinvesteerd, waarmee het kapitalistische vliegwiel in gang wordt gezet: investeren, winst maken en opnieuw investeren. We hebben nog steeds de gewoonte mensen die zich buitengewoon inspannen aan te duiden als "calvinistisch", ook al weten de betrokkenen misschien nauwelijks nog waar Calvinisme voor staat. De geest is uit de fles, maar de fles gaat nog steeds rond. Batavus Droogstoppel Al in het midden van de 19e eeuw, om precies te zijn in 1860, toen Dickens werkte aan Great Expectations, schreef de voormalige Indische bestuursambtenaar Douwes Dekker zijn protest roman, Max Havelaar. Dat protest gold niet het koloniale systeem, maar het onbehoorlijke inlandse bestuur, en met name het cultuurstelsel. Onder dat cultuurstelsel betaalde de Indische bevolking geen belasting in geld, maar in natura, door de leverantie van producten zoals koffie en suiker. Batavus Droogstoppel, met wie wij al in het eerste hoofdstuk kennis maken, is makelaar in koffie. Lauriergracht 37. Hij vormt naar mijn idee een prachtige illustratie van wat Max Weber bedoelde met die protestantse ethiek en de opkomst van het moderne kapitalisme. Droogstoppel bezoekt de kerk even trouw als de beurs. Ook is hij even gevoelig voor de Tien Geboden als voor The Dutch Dickensian Volume XXIV 17

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2004 | | pagina 20