Zomer 2005 no. 53 10 The Dutch Dickensian Volume XXV het streepje uit de uitgave van 1838 en na het tweede streepje het overeenkomstige citaat uit de Prisma uitgave van rond 1950. Verdorie komt een stuk dichterbij de bastaard vloek zoals Dickens die geeft dan de uitdrukking: rampzalig. De 19de eeuwse Nederlandse lezers hadden kennelijk gevoeliger oren dan de Engelse. Je vraagt af of de Prisma vertaler het helemaal goed begrepen heeft als hij "Jezebel schaamteloze, losbandige), zo wordt Mrs. Sliderskew beschreven door mr. Squeers, vertaalt met "kweezei". Frijlink heeft de passage waarin Jezebel gebruikt wordt dan ook maar helemaal weggelaten. Kennelijk hebben beide vertalers getracht een vertaling te geven die en zo goed mogelijk recht deed aan het origineel en door de Hollandse lezers begrepen zou worden. Ook de beroemde aandelen uitgifte uit hoofdstuk twee heeft het nodige aan spitsvondigheid ingeboet: United Metropolitan Improved Hot Muffin and Crumpet Bakery and Punctual Delivery Company; Kapitaal £5 miljoen. Algemeen Londensch genootschap tot Bakken en Afleveren van Warme Broodjes Beschuit £5 miljoen. Verenigde Hoofdstedelijke Exploitatie Maatschappy tot het Bakken en Tijdig Leveren van Verse Kadetjes en Ontbijtkoek£5 miljoen. Wat opvalt, is het feit dat crumpet en muffin eigenlijk niet goed vertaald worden, niet in de vertaling van 1838 en ook niet in die van rond 1950. Waarschijnlijk hangt dat samen met het niet voorkomen in onze eetcultuur van muffins en crumpets tot de negentiger jaren van de 20ste eeuw. Muffin zou je nog met broodje kunnen vertalen en crumpet met beschuit bol zodat de vertaling zou kunnen luiden: Verenigde Hoofdstedelijke Verbeterde Exploitatie Maatschappy tot Bakken Tijdige Bezorging van Warme broodjes en Beschuitbollen, Kapitaal £5 miljoen in aandelen van £2. Al bij al is de Prisma vertaling moderner en completer dan die van het Leeskabinet. Met uitzondering van de vertellingen zoals die gedaan worden in hoofdstuk VI. Na het ongeluk met de postkoets en nadat vervolgens een herberg is gevonden voor onderdak gaan enkele reizigers elkaar verhalen vertellen. Op zich hebben die verhalen niets te maken met de intrige of verhaallijn van Nicholas Nickleby. Echter, die sprookjesachtige vertellingen zijn wel typerend voor de tijd van de vroege Dickens. Daarmee werd aan de lang bestaande Engelse traditie van elkaar verhalen, spookvertellingen, oude geschiedenissen vertellen, recht gedaan. De meest bekende "spook"vertelling van Dickens "A Chrismas Carol in Proza" past ook nog helemaal in die traditie. Een tweede gemis, in beide vertalingen, is het niet vertalen van het York'se dialect van John Browdie. Ook dit is een van Dickens schitterende elementen om een roman gedifferentieerd te houden. Naast dialect wordt ook het gebruik door Dickens van plat taalgebruik niet over genomen. Met plat wordt hier geen grof taalgebruik bedoeld maar ziet het op de uitspraak van woorden, bijvoorbeeld: "afferdavid" plat voor affidavit (beëdigde getuigen verklaring); "owdacieus" plat voor audacious onbeschaamd). Beide vertalingen maken een ratjetoe van munt eenheid en geldswaarde. Ponden, guinjes en tientjes worden door elkaar heen gebruikt. Nu kent het Engelse geld uit die tijd een grote variatie aan munten en benamingen, Poole (6) geeft daarvan een goed overzicht. Door dat verwarrend gebruik verdwijnt bij de lezer het begrip over wat er nu werkelijk aan de hand is. Ook is het moeilijk om de gevoelswaarde van de bedragen toen met die van nu te vergelijken, maar het dient wel na gestreefd te worden. Bijvoorbeeld het jaarsalaris dat in advertentie van Dotheboy Hall wordt toegekend aan een assistent: 5, - per jaar! Voor de toenmalige lezers was volstrekt duidelijk dat hier sprake was van grove uitbuiting. Immers een inwonende gouvernante kon toch altijd nog minimaal rekenen op £10, - en daarmee was ze als vrouw altijd nog lager betaald dan een man. Door de baan te accepteren en z'n oom mr. Nickleby nogal overdreven te bedanken, wordt Nicholas natuurlijk wel als een wereldvreemde jongeman te kijk gezet. In de Prisma uitgave staan enkele wat hinderlijke Nicholas - Nicolaas - Nicolas en Nicolaas Mercenary nurse - gehuurde min- betaalde verzorgsters Cane - stok - karwats, zweep Drawers - broeken - zwembroek Treacle - theriakel - stroop Thilda - Matje - Thilda Cathy - Kaatje - Cathrien Pound-guinje-tientje Natural - natuurlijk - onecht Mr Squeers Mr Snawley over de kostschool jongens) Raw spirits - klare jenever - klare brandewijn. Demmit - rampzalig - verdorie herhaalde uitroep van mr. Mantalini)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2005 | | pagina 11