deze monsterproduktie (want we moeten dat allemaal relatief zien) begonnen in 2003. Onbekend met het vak van conferenties organiseren, hebben we veel geleerd in die jaren, met name over het prijsniveau van dit soort activiteiten (Amsterdam is erg in trek als conferentiestad), en het is achteraf gezien nog een wonder dat het betaalbaar kon blijven, ook al door onze marketing truc om de Conference een dag korter te laten duren dan gebruikelijk. Aan de basis van het succes lag in het bijzon der het feit dat de gehele administratie van de Conference gedigitaliseerd was en in de bek wame handen van mevrouw Werdmuller lag, maar ook het financiële beheer dat door de heer David met fluwelen handschoen rond een stalen vuist werd gevoerd, en zeker ook de grote inzet, betrokkenheid en kennis van de Fellowship en haar leden van de heer De Groot, en voorts de medewerking van diverse Dickensians, van wie ik hier met name noem mevrouw De Munnik die de Zuiderzeemuseum-excursie regelde, de heer Kooiman die de eerste lezingen-ochtend leid de en die valkuilen en dreigende probleemsit uaties bekwaam onschadelijk wist te maken, de heer Lokin die een lezing én de "immortal memory" toast verzorgde, en er niettemin blozend en gezond uitzag, de heer Van Kessel die een lezing hield én de kerkdienst van een voor hem onbekend merk organiseerde, mevrouw Willemsen en mevrouw Vroom die tijdens de Conference aan de Conference-tafel De Munnik, Ferdinandusse, Vonk, Werdmuller en Willemsen, en de heren David, De Groot, Kooiman en Van Steenbergen, en dan laat ik nog anderen ongenoemd die ook bijdrages hebben geleverd. Mijn persoonlijke ervaring was dat ik, wellicht omdat ik af en toe huishoudelijke mededelin gen deed tijdens de Conference, werd beschouwd als een soort autoriteit, die geacht wordt alles te weten. Nog nooit in mijn leven heb ik zovele en zo diverse opmerkingen en vragen gekregen, bijv. over wat voor soort porselein er in museum Van Loon staat, en waarom de vraagsteller met zijn mobiele telefoon niet naar Italië kan bellen, terwijl hij toch precies doet wat zijn instructieboekje zegt. Gelukkig kon ik al deze mensen tevreden stellen, hetzij door hun vraag eerst te beantwoorden nadat ik die naar een niveau van hogere filosofische orde getild had, hetzij door te zeggen dat ik het door zou geven (een tip van de heer De Groot). Wat er rest van de Conference is een bundeltje van positief getoonzette brieven en e-mails, een positief financieel saldo, een paar foto's, en leuke herinneringen. Dit is het soort ver haal dat niet anders kan eindigen dan met de constatering dat de thuisblijvers ongelijk had den, een dieptepunt in literair opzicht, maar geheel in overeenstemming met de waarheid. zaten en de deelnemers met informatie en advies van dienst waren, degenen die als begeleiders van de groepjes zijn opgetreden nl. de dames Adolfs, Bouwens, Den Hartigh, 15

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2006 | | pagina 15