200Ó no.57- 58 en altijd in de winter te lijden heeft onder de ruwe elementen van de natuur viel dit jaar niet mee. Wij genoten van een aangenaam zonnetje aan een strak blauwe hemel. Temperaturen van rond de vijfentwintig graden en een zacht windje dat precies genoeg verkoeling bracht om dan nog maar niet over de nachten te spreken. Onder een heldere sterrenhemel en absolute windstilte zorgde een brandende kaars voor juist genoeg licht om ons glas witte wijn te kunnen zien. Naast Dickens bespraken we dan uitgebreid de berichten die ons vanuit het vaderland bereik ten. Noodkreten waarin werd ge,r,ept van tem peraturen die tegen de veertig graden liepen. Nachten waarin men niet aan slapen toekwam door de hitte die er in de slaapkamers heerste. Het beeld, dat de jongens van Dotheboys Hall onder hun dunne dekentjes lagen te bibberen op hun zolder-slaapzaal is dan moeilijk voor de geest te halen. ontsnappen wel laten varen. In de latei boven de deur was het verhaal over het wel en wee van de gevangenis gegraveerd en een gemene stenen kop vervolmaakte de boodschap. Alleen de bloemen in de tuin verzachtten de aanblik, maar die waren er natuurlijk niet in Newgate. Vandaar was het in gedachten maar een kleine stap naar Dickens die in Barnaby Rudge deze gevangenis laat bestormen en in 1836 onder het pseudoniem Boz in zijn: 'a visit to Newgate' een beschrijving geeft van wat er achter dit soort deuren aan ellende schuil ging. Gelukkig was het achter deze deur iets waar op een warme zomerdag altijd behoefte aan is. Een koel glas! Een herinnering aan Newgate Omdat de boog niet altijd gespannen kan zijn gaan er ook dagen voorbij waarbij wij niet met Dickens bezig zijn. Toch gebeurt het ook dan wel dat we oog in oog komen te staan herin neringen aan de meester. Wie Engeland zegt, zegt in een adem door ook tuinen en omdat mijn vrouw behoort tot het geslacht der groen-vingerigen wordt menig uur door ons besteed aan het bezoeken van tuinep. Ten oosten van het nationale park The Yorkshire Dales ligt vlak bij het dorpje Skelton on Ure het landgoed Newby Hall Gardens. In de folder die wij bij de VW hadden opgehaald werden de perken en borders met allerlei exo tische bloemen uitvoerig besproken. Bij het bezoek bleek de werkelijkheid niet onder te doen voor de folder, maar het niet vermelde extra was voor mij te vinden bij de ingang van de tuin die toegang gaf tot het restaurant. Eén van de voorouders van de huidige lord, had toen de gelegenheid zich voor deed, een celdeur van de Newgate gevangenis gekocht toen die werd gesloopt. Een celdeur zoals die er in een geV011ustreerd sprookjeboek uitziet. Dikke eiken balken en tralies en zware ijzeren scharnieren Alleen bij de aanblik van zo'n deur moest het geboefte iedere hoop op 47 jiisian Volume XXVI

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2006 | | pagina 47