VAN DE VOORZITTER,
Dickens is overal.
Als een mens dan toch voorzitter
wordt van een club, en zelf hang
ik in principe de leer van de komiek Groucho
Marx aan die stelde dat hij geen lid wilde wor
den van een club die hém als lid accepteerde,
dan is The Dickens Fellowship waarlijk een
uitstekende keuze.
Een schrijver die al bijna twee eeuwen mee
gaat, vergelijk dat eens met de uit hetzelfde
jaar stammende Anna Louisa Geertruida
Bosboom - Toussaint wiens naam in
Amsterdam alleen nog voortleeft als een straat
waar vooral veel modieuze kinderwinkels en
geboortecentra zijn gevestigd.
Neen, dan Dickens. Hij is werkelijk overal, in
letter en in geest. Zijn werk is niet alleen ver
krijgbaar als aantrekkelijk geprijsde pockets,
maar ook bij een landelijke drogisterijketen,
toch voornamelijk bekend als een kiloknaller
van tandpasta's, wattenbolletjes en aspirines,
wordt zijn werk in een wat opgepimpte oude
vertaling voor een habbekrats in een fraaie
doos verkocht.
Hij is een bron voor het bewegende beeld, van
een Muppetvariatie op Scrooge tot Bleak
House als soapserie.
In Deventer verzamelen zich in een weekend
meer mensen voor een zgn. Dickens Festival
dan de Stadsschouwburg in Amsterdam jaar
lijks trekt, inclusief het Boekenbal.
Ook het woord Dickensiaans is geheel inge
burgerd. Geen boek van pak een beet meer
dan 600 pagina's of de verzamelde pers
bestempelt het als 'een Dickensiaanse roman'.
Victoriaanse tijd, armoede, kerst, geesten,
English Cottage Style: het is allemaal enorm
Dickensiaans.
In een recensie die ik onlangs las van een
moderne Egyptische roman, Het Yacoubian
van de auteur Alaa Al Aswany, stond ook weer
dat het boek zo Dickensiaans was, vermoede
lijk niet vanwege de beperkte omvang, maar
omdat de auteur door gebruik te maken van
verscheidene personages van diverse komaf en
karakter een breed beeld van de moderne
Egyptische samenleving gaf. Waarlijk
Dickensiaans.
Er zou dan ook geen enkele reden te bedenken
zijn waarom de Haarlem Branch van de
Dickens Fellowship niet een ledental zou heb
ben dat dat van bijvoorbeeld de Voetbalbond
zou benaderen of zelfs overstijgen. Wij zouden
in stadions bijeenkomen en ik zou u, vlot
gekapt en met een pak dat rechtstreeks uit de
Amsterdamse PC Hooftstraat komt, met bij
passende das, toespreken in eenvoudige oneli
ners. Wij zouden ons bezig kunnen houden
met de belangwekkende vraag of wij beursge
noteerd moesten worden of ons laten overne
men door een Engelse investeringsmaatschap
pij-
Helaas zal dat niet gebeuren: wij lezen name
lijk Dickens. Niet als crossmediale benadering
van een auteursconcept maar gewoon van blz.
1 tot de laatste pagina. Om Dickens te lezen
hoeven wij ons niet in klederdracht te hijsen,
het huis hoeft er niet verbouwd voor te wor
den en ook in hartje zomer is het mogelijk om
je terug te trekken met een boek van of over
hem. En daarmee haakt al het gepeupel af en
zijn we weer gezellig onder elkaar.
Gelijkgestemden, of in ieder geval gelijkgeïn-
teresseerden, soms zelfs gelijkgelovigen.
Sommigen noemen zich Pickwickians, ande
ren zijn het niet. Maar wat ons bindt is de
schrijver Dickens, de auteur die humor paart
aan een feilloos inzicht in de krochten van de
menselijke geest en de achterkant van de
maatschappij.
Van het genootschap dat zich met die Dickens
bezighoudt is het een eer om voorzitter te zijn.
Het is een geruststellende gedachte, vooral
voor u leden, dat Pieter de Groot secretaris is
en de penmngen in de vertrouwde handen van
Dick Kooiman. Hij zal het tot de beursgang
wel redden.
Dit nummer van de Dutch Dickensian ver
schijnt midden in de Boekenweek 2007 die dit
jaar als thema 'humor' heeft. U kunt zich om
die reden een loopje naar de boekhandel
besparen, u trekt gewoon een roman van
Dickens uit de kast. Er zit bijna gegarandeerd
meer humor in dan de stapels boeken waar uw
boekhandelaar u mee zal vergasten, alhoewel
een aantal van hen wel weer Dickensiaans
zijn.
Ik wens u veel leesplezier.
Martijn David
5