Winter 2007 no.62 VAN DE VOORZITTER, 5 The Dutch Dickensian Volume XXVII -J" SSS ts- „W^., We kunnen er niet omheen: kerst is bij uitstek een Dickensiaans jaargetijde. Het is de tijd van Scrooge en Bob Cratchit, van The Haunted Man and the Ghost's Bargain waar in we leren dat het goed is om niet alles juist te herinneren om te vergeven, en van talloze andere kerstverhalen die Dickens schreef in Household Words en All the Year Round en die pas na zijn dood in 1871 werden gepubli ceerd. Dat de editor van de Dutch Dickensian als thema voor zijn kerstnummer Dickensiaans afval en uitschot heeft gekozen moet hiermee verband houden. Wij, als in 'wij zuivere Dickensians', 'wij lezers en herlezers van het gehele oeuvre', die wij weten immers dat aan Dickens en kerst een oubollig, kleffig en vooral commercieel geurtje hangt. Eens per jaar wordt onze held gebruikt voor alle laagten van het kerstgebeuren. Pittoreske modelhuisjes zoals men zich het Victoriaanse Engeland voorstelt worden verkocht als 'The Dickensian Collection', overal verrijzen kerstmarkten in 'Dickensiaanse sferen' en ook het weekblad Elsevier komt dit jaar in haar kerstnummer met een verhaal over Dickens in Nederland. Eenmaal per jaar is Dickens de koningin van het bal der kersthandel, een maand lang een schoon icoon van hunkering en verlangen naar geborgenheid, warmte en andere gevoe lens die schijnbaar bij kerst horen. En op 27 december is het afgelopen en verwordt dat zelfde icoon tot Miss Havisham, wachtend op de kerstklokken die het jaarlijkse feest weer aankondigen. De onvolprezen editor van de Dutch Dickensian heeft dit natuurlijk ook allemaal al bedacht en vandaar dit thema, een kerstthema bij uitstek. Toch beschouw ik kerst als een hoogtepunt, een moment dat onze Fellowship glorieert. De kerstbijeenkomst brengt immers het beste in ons boven. Eigenlijk kan ik mij louter prachti ge kerstbijeenkomsten herinneren, al zijn er inmiddels gaten in het geheugen gevallen. Een keur aan lezingen, vaak verluchtigd met lichtbeelden die in de regel geheel willekeurig werden geprojecteerd, eloquente sprekers zowel achter het katheder als aan tafel. Het zijn de momen ten dat het onderscheid tussen de twee Dickensen hel der wordt getrokken. Wanneer we in Dickensiaanse kerstsferen toch onder ons zijn. En er zijn de wijze woorden van G.K. Chesterton: 'The power of Dickens is shown even in the scrape of Dickens, just as the virtue of a saint is said to be shown in frag ments of his property or rags from his robe. It is with such fragments that we are chiefly con cerned in the Christmas Stories. Many of them are fragments in the literal sense; Dickens began them and then allowed some body else to carry them on; they are almost rejected notes. The singular thing is that some of the best work that Dickens ever did, better than the work in his best novels, can be found in these slight and composite scraps of journalism.' Aldus Chesterton. Lees bijvoorbeeld het ver haal Somebody's Luggage waarin Dickens een prachtige beschrijving geeft van 'the true prin ciples of waitering'. De grootsheid van Dickens schuilt inderdaad in het kleine. In zijn kerst verhalen. En daarmee is toch maar weer bewezen dat kerst bij uitstek een Dickensiaans jaargetijde is. Als u dit leest zal de kerstbijeenkomst 2007 alweer voorbij zijn, tenzij u dit tijdens de bij eenkomst leest maar dan mist u weer andere dingen. Het zijn de dagen dat men terugkijkt op het afgelopen jaar waarin een viertal goed bezochte (de secretaris pleegt over een 'over weldigende opkomst' te reppen) bijeenkom sten zijn gehouden. Nieuwe leden hebben zich aangemeld, aan opzeggingen doen we in de regel niet. Ook 2008 heeft weer veel voor ons in petto waaronder, ik licht het tipje van de sluier graag vast op, een kerstdiner in de oud ste rederijkerskamer van Nederland. Ik wens u en de uwen een mooi kerstfeest in Dickensiaanse sferen en een voorspoedig 2008. Martijn David President - v-vvw v w - vv.w.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

The Dutch Dickensian | 2007 | | pagina 5