6
dingen die levend leken maar het niet waren. Zijn fantasie werkte het beste als het
om het macabere ging. Biografieën eindigen altijd met de dood van de
hoofdpersoon, zo stelt Slater, je kunt de lezer niet verrassen met een onverwachte
afloop. Dat brengt hem meteen op een ander onderwerp dat in biografieën van
Dickens behandeld wordt, namelijk waar stierf hij: thuis of in het huis van Ellen
Ternan.
Spreker sluit af met het voorlezen van een gedeelte uit de biografie waaruit blijkt dat
Dickens zwaar heeft geleden onder zijn ongelukkig huwelijk en zijn falende
kinderen.
Waarna er vragen zijn:
De president, die inmiddels spreker ook wil scharen in het rijtje van de grote
Dickens biografen, wil weten of Dickens voor hem is veranderd; na al dat lezen van
en over Dickens en al die lezingen die hij over het onderwerp heeft gegeven. Spreker
antwoordt dat hij in de loop der tijd inzicht in heeft gekregen hoe Dickens zijn eigen
carrière heeft gemanaged en dat hij daardoor nog meer bewondering voor hem heeft
gekregen.
De penningmeester: vraagt over het beroemde schilderij Dickens' Dream, is dat een
onvoltooid doek of juist niet. Is alles wat daarop wordt afgebeeld nu het product van
fantasie of observatie. Spreker meent van beiden en geeft als voorbeeld Mrs.
Mowcher, de dwerg en schoonheidsspecialiste in David Copperfield, die hij
ontmoette daarna verwerkte in het boek.
De heer Van Steynen wil weten of Dickens zijn dood wellicht voorzag. Spreker
vindt dit een interessante vraag want hij had voldoende waarschuwingen gehad,
vooral gedurende zijn laatste voorlees tour langs de zalen in het land. Hij had ook
een nieuwe clausule in zijn contracten gezet die rekening hield met zijn dood en een
ook nog een codicil aan zijn testament toegevoegd.
De heer Butler vraagt of het Staplehurst ongeluk Dickens zijn opstelling met
betrekking tot de dood dramatisch heeft veranderd. Spreker acht dit mogelijk.
De president dankt professor Slater waarna die begint een enorme stapel boeken te
signeren.
Waarna wij aan tafel gaan.
De komst van onze gast heeft bij de heer Kabel herinneringen losgewoeld over een
barre tocht in 1969, vanuit het midden des land naar Haarlem, vergezeld van een fles
jenever, met als enig doel de heer Slater te ontmoetten.
De heer Ferdinandusse deelt ons mee dat hij jaren geleden voor zijn Dickens
collectie een aantal boekenkasten had aangeschaft. In de kast met de biografieën was
nog een ruimte ter grootte van deze biografie open. Hij dankt de schrijver voor de
medewerking.
Ook de heer Jacobs heeft een boekenkast en ook al de biografie maar moet wachten
tot mevrouw deze uit heeft; en het is een dik boek.
De heer De Landtsheer, die zijn missiewerk op het Drentse platteland onverdroten
doorzet en nog onlangs uit een kookpot wist te ontsnappen, meldt ons trots dat er
daar een gehucht bestaat waarvan 1% van de inwoners aan Dickens doet.
De heer Kooiman heeft het over de oude Scrooge en de nieuwe en vraagt zich af
waarom het toch zo moeilijk is om te veranderen waarop hij in vertwijfeling weer
gaat zitten.