VOOR ZANDVOORT EN AERDENHOUT
No. 41
ZONDAG 8 FEBRUARI 1914
2de Jaargang.
De leliën des Velds-
DE ZONDAGSBODE
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
Abonnementsprijs
Per Jaargang1.50
3 Maanden0.50
Afzonderlijke nummers005
REDACTIE:
G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort-
Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout
Adres voor de Administratie
P SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. 9-13
zandvoort - Telefoon No. 27
Advertentiën 1—5 regels0.55
Elke regel meer„0.10
Dienstaanbiedingen 1—5 regels 0.35
Elke regel meer006
Bij abonnement extra korting
Zondag 8 Februari 1814, Ned. Herv. Gemeente:
10 uur: Ds. G. Posthumus Meyjes.
v.m.
Aanmerkt de leliën des velds, hoe
zij wassen zij arbeiden niet, en
spinnen niet. Mattheus 6 vs. 28ö.
Vertalen, goed vertalen is zoo moeilijk, soms zelfs on
mogelijk. Iets leeft in het oorspronkelijke en nu zal men
het overbrengen in een andere taal, men zal het weergeven,
men zal het ons geven in zijn kracht, zijn kleur, zijn eigen
leven. Dat is geen kleinigheid. Dan zal het plantje eigenlijk
op nieuw moeten uitspruiten uit zijn zaad, anders zal er
geen bloesem komen. Vertalen is dus een zwaar werk. Wij
hebben intusschen reden om God te danken voor onze
heerlijke Staten-overzetting, die een kostelijk taalmonument
is wij hebben ook reden om God te danken voor de nieuwe
vertaling des Bijbels ter wille van de grooter nauwkeurig
heid. Nauwkeurigheid is ook iets en niet-weinig, al is
wezenlijke zalving natuurlijk nog heel wat anders.
Nauwkeurigheid is ook iets en niet-weinig. Is het niet
vreemd, dat het bekende vers van de leliën des velds bij
ons en ook in enkele andere overzettingen nog altijd zijn
juiste, nauwkeurige vertaling mist? De Staten-overzetting
heeft„aanmerkt de leliën des velds, hoe zij wassen zij
arbeiden niet en spinnen niet". De nieuwe synodale ver
taling heeft ongeveer hetzelfde „let op de leliën des velds,
hoe zij wassen zij arbeiden niet en spinnen niet' De
vertaling van Martin en die van Segond hebben beide
„ils (les lis) ne travaillent ni ne filent". Ook de duitsche
vertalingen hebben, meen ik, het werkwoord „arbeiten"
Alleen de engelsche vertaling vertaalt gelukkig„consider
the lilies of the field, how they grow they toil not neither
do they spin". Dit „toil" is inderdaad de juiste, de exacte
vertaling van het oorspronkelijke „kopiaan", dat beteekent:
zich vermoeid gevoelen, moede wordenmet inspanning arbei
den, tobben, zwoegen Er zit altijd het denkbeeld in van
moeite, vermoeienis, inspanning, last.
Nu heeft het heerlijk woord van de leliën des velds eerst
een zin, waarmee ik overweg kan in het geloofsleven en
die mij althans niet verplicht van dit woord een doode
letter te maken. „De leliën arbeiden niet zoo zonder meer,
ach, daar begrijp ik niets van, ik begrijp er niets van
wat het zou kunnen geven mij daarop te laten wijzen.
Daar komt nog bij dat het eigenlijk ook niet waar is. De
leliën arbeiden wel, zij doen op de plek, waar zij staan,
wat der leliën is zij nemen licht en lucht op en zetten
licht en lucht in hun lelie-substantie om. O, zij arbeiden
wel, maar zij arbeiden niet met inspanning, zij tobben niet,
zij zwoegen niet. Dat laten zij maar over aan menschen,
die naar Gods beeld geschapen zijn
Zoo sluit het woord van de leliën heerlijk samen met
dat andere in zijn onmiddellijke omgeving „zoek eerst hel
koninkrijk Gods en zijne gerechtigheid en al deze dingen
zullen u toegeworpen worden' zoo sluit het volkomen op
de vermaning tot Martha „gij bekommert en verontrust u
over vele dingen, maar één ding is noodig'
Het sluit nu alles heel goed, maar sluit het nu ook op
uw leven, kunt gij met dit woord van de leliën nu over
weg in uw dagelijksch leven Ik ben bang dat daaraan bij
ons allen dikwijls heel wat hapertuit allerlei oorzaak. De
zonde maakt oppervlakkig en lichtzinnig. Wij hangen het
Evangelie in geschilderde teksten aan den wand, daar hangt
ze nu de formule van het leven, die uw Heer vond uw
leven zij een leven uit Gods hand, een leven als der
vogelen en der leliën. Dat hangt aan den wand, en nu daar
onder den wand op den beganen vloer, daar begint het
tobben en zwoegen, het werken en wroeten, het jagen en
draven van den morgen tot den avond, het jagen en
draven om allerlei om het dagelijksch brood wat men
het best zal kunnen verantwoorden maar dan ook om
wat meer geld, wat meer eer, wat meer aanzien, wat meer
positie, wat meer invloed. De Franschen hebben voor dit
droeve leven zulk een gelukkig woord bedacht, zij noemen
dit arrivisme. Het woord van de leliën hangt nu aan den
wand of het staat daar rustig in den Bijbel, en in het hart
is het droeve Psalmwoord duizend zorgen, duizend dooden
kwellen mijn angstvallig hart. Men moest bij deze onbe
doelde onoprechtheid toch niet blijven leven. Hoe arm is
en blijft men zelf, hoe weinig werking kan er van zulk een
leven op anderen uitgaan 1
Maar hoe wordt dat nu anders Ik sprak van opper
vlakkigheid. Men vat de zaak des geloofs soms zoo opper
vlakkig op, men spreekt zoo vlot van volkomen overgave.
Zeker daar schuilt het geheim. Maar volkomen overgave
wil toch zeggen dat men den sleutel der vesting aan een
nieuwen meester toezendt. Wie in den Bijbel met God in
aanraking komt, voelt en ervaart dat hij sterven moet.
Paulus zegt dat hij gestorven is en nu kan hij ook zeggen
met een niet te beschrijven blijdschap dat hij alle dingen
schade acht om de uitnemendheid der kennis van Christus
Jezus. Paulus kon, denk ik, wat wij dikwijls eer en aanzien
en positie en invloed noemen, blikken soldaatjes achten,
waarmee onze kinderen spelen. De dood zou ons dat onder
wijs ook al kunnen geven, hoeveel te meer de Heer der
heerlijkheid. Laten wij onze blikken soldaten eens voor den
Heer brengen, monsteren en dan beginnen in te zien dat
het niet het eerste en voornaamste is dat wij den Heer
aannemen, maar dat het eerste en voornaamste en laatste
is en blijft dat Rij ons aanneemt. Dan zult ge ervaren, dat
uw leven naar den kant der leliën uitgaat 1
PROF. IS. VAN DIJK.
Ook Prof. Oort vertaalt„Let er op, hoe de leliën
des velds wassen zij arbeiden noch spinnen". (P.M.)