VOOR ZANDVOORT EN AERDENHOUT
No. 3
ZONDAG 17 MEI 1914
3dc Jaargang
Hemelvaart.
Voor eiken dag.
DE ZONDAGSBODE
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
abonnementsprijs
Per Jaargang1.50
3 Maanden0.50
Afzonderlijke nummers005
REDACTIE:
G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort.
Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout.
Adres voor de Administratie
P SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. 9-13
Zandvoort - Telefoon No. 27
Advertentiën 1 5 regels0 55
Elke regel meer0 10
Dienstaanbiedingen I -5 regels 0.35
Elke regel meer„0 06
Bij abonnement extra korting
Zondag 17 Mei 1914, Ned. Herv. Gemeente:
v.m. 10 uur: Ds. G. POSTHUMUS MEYJES.
Donderdag 21 Mei 1914, Hemelvaartsdag:
GEEN DIENST. (Zie onder Mededeelingen.)
Die nedergedaald is, is dezelfde ook die
opgevaren is ver boven alle de hemelen,
opdat hij alle dingen vervullen zou.
Efeze 410
Paulus beschrijft in dit hoofdstuk in de verzen 8 en
volgende den triomftocht van Christus die, eerst uit den
hemel op aarde gekomen, tot in het doodenrijk is neder
gedaald en, na den dood en hem die het geweld des doods
had te hebben overwonnen, als triumphator heerlijk ten
hemel is gevaren, van waar hij gaven aan de menschen-
kinderen uitdeelt. Door die nederdaling en later gevolgde
opvaring heeft hij, zegt de apostel, alle dingen vervuld.
Alle dingen vervuld. Eerst deze arme, door de zonde
zoo bedorven aarde, met haar boosheid en verdrukking,
ziekte en pijn, dood en rouw en tranen. Deze heeft hij
vervuld met zijn leer en zijn leven, met zijn machtige en
heilige en heerlijke persoonlijkheid, totdat hij haar te zien
gaf het meest volmaakte voorbeeld van gehoorzaamheid
tot den dood, van zelfovergave en liefde. Nu is Palestina
het „Heilige Land" geworden, omdat Jezus daar heeft ge
wandeld en met diepe ontroering en heilige aandoening
ziet de pelgrim die streken, waar zijn voet de aarde heeft
gedrukt. Maar niet slechts Kanaan, neen de geheele aarde
is thans „heilig land" geworden. Jezus heeft die aarde
uitverkoren om er te wonen, te spreken, te werken, te
sterven hij heeft er de doornenkroon gedragen en den
vloek weggenomen nu kan zij verheerlijkt worden. De
naam van Christus en zijn stempel zijn van zijn komst op
aarde aan, in die wereld ingedrukt en niemand kan die
wegnemen of uitwisschen. Halleluja
Alle dingen vervuld. Ook het graf, het rijk der dooden,
waarin Jezus is ingegaan nadat alles volbracht was. Aan
doenlijke en heerlijke gedachte. Nu is het graf „de plaats,
waar de Heer gelegen heeft." (Matth. 28 6). Hoort het,
allen die voor die kille, sombere groeve beeft, waar eens
ook uw lichaam zal worden nedergelegd Jezus heeft ook
dat graf met zijn heerlijkheid vervuld gij zult er niet alleen
zijn. Hij zal uw ziel in het doodenrijk niet verlaten. Hoort
het, gij allen, die dien zwaren, onvergetelijken, hartver-
scheurenden gang naar het kerkhof hebt moeten afleggen,
achter het lijk van hem of haar die u meer lief was dan
het leven dat graf is door den Heer vervuld, het is vol
van Hem; zijn glans is daar. de macht zijner opstanding;
uwe geliefden zijn daar niet verlaten. Halleluja!
Alle dingen vervuld. Ook de hemelen, waar Hij thans
aan Gods rechterhand gezeten is, als Koning heerscht, als
Hoogepriester voor de zijnen bidt en verzoening doet, als
Broeder hun een plaats bereidt in het Huis des Vaders
met de vele woningen. En als wij thans naar den hemei
opzien, ons vaderland waar ons burgerschap is, dan is die
hemel niet ver, niet ongenaakbaar, niet vreemd meer im
mers daar zijn degenen die ons zijn voorgegaan door de
enge poort en de doodsvallei, maar meer nog en heerlijker,
daar is Jezus onze Heiland en Koning, die ons den toe
gang tot den Vader en den hemel weer heeft geopend, die
ons wacht, dien ons oog eens zal zien, dien onze mond
eens zal loven. Halleluja
Alle dingen vervuld. Nu is er nergens een plaats op
aarde of in het doodenrijk of in den hemel, die Hij niet
vervult, waar Hij niet is, die Hij niet heerlijk maakt.
Jezus is opgevaren. En nu, van dien hemel uit, is Hij sedert
den dag zijner opvaring, bezig de aarde, die Hij verliet,
meer en meer in werkelijkheid met zichzelven te vervullen.
Ziedaar zijn koninklijk, zijn besturend werk. Hij zond
zijn Heiligen Geest, Hij zendt zijn dienaren uit, Hij brengt
de wereld die Hij aan de macht van den Booze ontweldigd
heeft, meer en meer aan zijn voeten, totdat die heerlijke
dag aanbreekt, door den apostel op Patmos gezien: „De
koninkrijken der wereld zijn geworden onzes Heeren en
van zijn Christus en Hij zal als Koning heerschen in alle
eeuwigheid Dan is de aarde nieuw, verheerlijkt, met den
hemel vereenigd, ja zelve tot hemel geworden.
Alle dingen vervuld. Ook ons hart, die kleine wereld
daarbinnen Onze Heidelbergsche Catechismus vraagt zoo
eigenaardig „Wat nut ons de hemelvaart van Christus
En voorzeker, wij mogen onszelven die vraag wel eens
stellen, want het is een feit, dat al dat heerlijke, dat wij
overdachten, voor ons verloren is, iridien dat laatste, dat
ik noemde, nog niet geschied is, indien Christus ons hart
nog niet heeft vervuld. Wij kunnen de hemelvaart ge-
looven, medevieren in de kerk en toch er vreemd aan
blijven omdat wij onbekeerd zijn en nog nooit de kracht
en de gemeenschap van den levenden Heer hebben gezocht
of genoten. Maar aan Hem ligt het niet Hij wil ons zalig
maken, Hij wil ons reeds hier vervullen met zichzelven,
Hij wil ons eenmaal deelgenooten maken van zijn heerlijk
heid. Heer, doe het ook aan ons v. L.
Verzameld door C. B.
Ons arm en vluchtig leven zal een goudmijn worden,
zoodra wij, de oogen opheffend, gelijk de discipelen
op den Thabor deden, niemand meer zullen zien dan
Jezus alleen. Lobstein.
