Zondagsrust herstelt het evenwicht, dat, door de
agitatie gedurende de werkdagen, verbroken werd-
Voor eiken dag
FEUILLETON.
kruis heeft niet het laatste woord, noch de doornen van
den vloek, noch de schande van den dood, noch het onrecht
en de misdaad, maar de kroon en de heerlijkheid, het leven
en de gerechtigheid, die hebben de overwinning. God heeft
Hem die hier het kruis draagt en gesmaad wordt, een naam
gegeven boven allen naam en een plaats in zijn troon.
Nooit kunnen wij hoog en heerlijk genoeg van onzen Heiland
denken. Spotkoning was Hij bij de menschen, maar Koning
der koningen door de uitspraak Gods.
Wat wij, zijn discipelen, na Hem en om zijnentwille
dragen moeten. Ziedaar altijd het kenmerk van den
waren discipel den smaad van Christus te dragen en het
kruis op te nemen en Hem na te volgen. En ach, wij willen
heeren zijn en macht hebben en genot, en wij dulden geen
tegenspraak, geen moeite, geen vervolging. Hoe weinig gelijkt
de discipel op zijn Heer! Hij wil gewoonlijk gansch anders
zijn en het gansch anders hebben dan zijn Meester. In
plaats van ons kruis op te nemen en te dragen, leggen wij
zoo vaak een nieuw kruis den Heiland op de schouders
en drukken een nieuwe doornenkroon Hem om de
slapen. Die in waarheid een belijder van Christus is, zal
in meerdere of mindere mate den smaad van het kruis niet
kunnen ontgaan. Anders mogen wij onze belijdenis wel
eens herzien.
Wat Hij van zijn discipelen tot in eeuwigheid afneemt.
De vloek, door Jezus gedragen, brengt hun den zegen,
zijn dood hun het leven, zijn banden hun de vrijheid, zijn
striemen hun de genezing, zijn smaad hun de heerlijkheid.
En ook van de aarde die om de zonde doornen voortbrengt,
neemt Hij den vloek weg thans verwachten wij de nieuwe
aarde, waar gerechtigheid woont.
Heerlijk Evangelie. Gelooven wij het En indien wij het
gelooven, leven wij als geloovigen, dat is, gehoorzamen wij
Hem, hebben wij Hem lief? Is er één enkele reden waarom
wij Hem niet zouden liefhebben De eenige zou zijn dat
wij onze zonden liever hadden dan Hem. Maar dan doen
wij mede met de spotters, de smaders, Pilatus, het volk.
Zullen wij in de kerk het Hosanna zingen en in ons hart
roepen „neem weg, kruis Hem''
Deze tijd is een tijd van berouw en schuldbelijdenis De
lijdensweken zijn stille weken, weken om op Jezus te zien.
Jezus dan kwam uit, dragende het kruis en wij zien op Hem.
En op Hem ziende, zien wij onze zonden, afschuwelijk
en schuldig en veroordeeld.
Op Jezus ziende, zien wij onze zonden verzoend.
En straks is het Jezus kwam uit, uit het graf der ver
nedering en wij zien op Hem.
En op Hem ziende, zien wij onzen Koning en Verlosser.
De doornenkroon is verdwenen, de spotmantel is één blinkend
gewaad der heerlijkheid geworden. De strijd is volstreden
tot overwinning, maar de lidteekenen van den strijd zijn
gebleven de teekenen der nagelen in handen en voeten.
En op Jezus ziende, zien wij die doorboorde handen zegenend
over ons uitgestrekt. M. F. v. L.
Verzameld door C. B.
De bloemen des velds veranderen niet van plaats, om
de zonnestralen te gaan zoeken. God verzorgt ze daar,
waar ze zijn. De bloemen des velds doen ook niet haar
best om elkander te verdringen en te zien, of ze't zoodoende
niet beter kunnen krijgen. Ze zijn tevreden met wat God
wil. dat ze zijn zullen. Deden de menschen nu ook maar,
zooals doen de bloemen des velds, die veranderzieke
menschen, die jaloersche menschen Hilty.
Er is vriendelijkheid in echte gestrengheid, en gestreng
heid in echte vriendelijkheid. Brown.
Ook de beste hervormingen zijn hier als schoenen, die
men een kind aanmeet en die weldra niet meer passen.
De menschheid blijft eeuwig kindom eeuwig te groeien.
Spurgeon.
In den Vader zijn wij, in den Zoon leven wij. in den
Heiligen Geest bewegen wij ons. Cyprianus.
Voor hen. die in Christus, de eenige volmaakte open
baring van God, zijn ingeplant, wordt geheel het menschelijk
leven een voortdurende goddelijke openbaring. Funcke.
Geven is zaliger dan ontvangen. Nog zaliger dan het
geven is het vergeven (d.i. vergeten) Pascal.
Wie aan de stof gelooft de stof zal hem beheer-
schen wie echter aan God gelooft God zal hem
beheerschen en hem tot heer maken ook over de stof.
Lhotzky.
Het Evangelie in Spanje.
XI.
De krijgsraad die over zijn zaak moest oor-
deelen, kwam eerst in December bijeentegen
kolonel Labrador werd het maximum der straf
geëischt, zes jaren gevangenisstraf, doch tot
het minimum, zes maanden en één dag werd
hij veroordeeld. Gaarne hadden de rechters hem
willen vrijspreken, doch zij zagen daartoe geen
kans, daar volgens hun meening de wet hun
dit niet toeliet; wel bevalen zij den kolonel
voor gratie aan. In het vonnis werd nog gewezen
op den schitterenden staat van dienst van den
beschuldigde; wij lezen daar o.a. het volgende
„door zijn superieuren is kolonel Labrador
herhaaldelijk op de meest eervolle wijze ver
meld; hij onderscheidde zich steeds door zijn
ijver en hart voor den dienst en door zijn groote
kundevan dit laatste getuigt een werk over
ontplofbare stoffen dat hij vertaalde en van
noten voorzagvoorts is hij de uitvinder van
een sluitstuk, dat voor de kanonnen bij de vloot
gebruikt wordt. Hij is versierd met het kruis
van San Hermenegildo, dat een volkomen smette-
loozen staat van dienst veronderstelt en met
twee andere ridderkruisen ter belooning van
bijzondere verdiensten op het gebied der krijgs-
techniek Tweemaal vroeg hij dringend verlof
om mede in den oorlog te mogen uittrekken,
doch beide malen werd hem geantwoord dat
het vaderland de diensten, die hij toen op ander
gebied verleende, onmogelijk kon missen.
Daar het recht om in hooger beroep te komen
den veroordeelde niet was verleend, was het
eenige wat hem overbleef, gratie aan den Koning
te vragen. Labrador zelf wilde daarvan echter
geen gebruik maken, daar hij zich niet schuldig
rekende en geen gratie doch recht begeerde
zijn vrouw deed het toen voor hem en de
Koning verleende de gratie ook werkelijk. Op
zijn slaat van dienst blijft toch de smet van
een veroordeelend vonnis kleven, die door de
gratie niet uitgewischt wordt, en dit zal hem
bij eventueele promoties niet nuttig zijn.
Kolonel Labrador heeft zich flink en moedig
als een braaf christen-krijgsman gedragen en
God zal hem zegenen, gelijk Hij hem reeds
zoovele jaren gesterkt en gezegend heeft.
Immers, dit was waarlijk niet de eerste maal,
dat men getracht heeft hem het leven als
officier onmogelijk te maken. Een protestantsche
officier in Spanje is immers een onding en een
smaad op den staatsgodsdienst! Het begon
reeds toen hij als kadet aan de militaire akademie
kwam en meer dan eens heeft hij op het punt
gestaan zijn ontslag te nemen, maar door de
kracht en genade Gods heeft hij volgehouden.
Eerst de eenvoudige 'marine-soldaat Pablo
Fernandez, daarna de hooggeplaatste marine
officier Juan Labrador, beiden getuigen voor
Christus en lijdende om de zaak der gewetens
vrijheid; zóó komt die zaak heerlijk vooruit.
Uit de historiebladen is in elk geval niet meer
uit te wisschen, dat in Spanje in 1913 eerst
een soldaat en later een hoogst verdienstelijk
officier tot zes maanden gevangenisstraf ver
oordeeld zijn omdat zij wegens gewetensbe
zwaren weigerden naar de mis te gaan en zich
voor de hostie neder te buigen.
Is het niet hoog tijd, dat zulke ongerechtig
heden een einde nemen en dat protestantsche
soldaten die bereid zijn hun leven voor het
vaderland te offeren, niet in hun heiligste ge
voelens gekwetst worden en gedwongen tegen
hun geweten te handelen. Wat zou Rome er
van zeggen indien roomsche soldaten zoo in
Engeland of bij ons werden behandeld, waar
de protestanten in de meerderheid zijn? Rome
eischt, zeer terecht, vrijheid in die landen waar
het in de meerderheid is, maar gunt die vrijheid
aan protestanten in Spanje niet. Protestanten
zijn ook maar ketters en ketters verdienen geen
vrijheid. Zij mogen dankbaar zijn als zij
„geduld" worden.
(Wordt vervolgd.)
M. F. v. L.