2e Blad van „De Zondagsbode" van Zondag 16 April 1916
Mededeelingen.
Beperking van Zondagsarbeid.
Uit de Gemeente.
Zandvoort
Zondag, 16 April, wordt een extra-collecte gehouden,
ditmaal voor de Diakonie, die geldelijk in benarde om
standigheden verkeert.
Huwelijksinzegening op Donderdag 20 April, v.m. 11
uur door Ds. A. W. Haksteen, Em. predt. te Haarlem, van
C. Paap en M. Paap en van P. van Keulen en S. J. Vermeren.
Mejuffrouw Jeanne Zelle is, helaas,, door ongesteldheid.
verhinderd haar voornemen om belijdenis des geloofs af te
leggen, te volbrengen.
De zangvereeniging „Immanuel" hoopt Zondagavond, 7
Mei, een openbare uitvoering te geven in de Kerk. Eenige
jonge Dames uit Haarlem verleenen haar medewerking.
Het programma wordt in den Zondagsbode tijdig bekend
gemaakt.
Om teleurstelling te voorkomen, wordt aan degenen, die
hun voorgenomen huwelijk kerkelijk begeeren te laten in
zegenen, aangeraden zich bijtijds aan de Pastorie op het
spreekuur aan te melden, om er zich van te verzekeren of
de huwelijksinzegening op den bepaalden dag plaats hebben
kan. Bijtijds wjl zeggenvóór de trouwdag défiuitief
is vastgesteld.
De e.v. Doop is bepaald op Zondag 7 Mei. In de maan
den Juni, Juli en Augustus is er geen Doopsbediening.
Burgerlijke Stand van Zandvoort.
7-14 April 1916.
OndertrouwdH. Oudman en J. E. Brauns.
L. van der Mije en J. S. Kampman.
Overleden: J. Schilpzand, 36 jr.
Bloemendaal.
Er is eene kleine wijziging gekomen in dag en datum
der bevestiging van de nieuwe leden, en de viering van
het H. Avondmaal. Deze zullen niet, gelijk in het vorige
nommer van De Zondagsbode vermeld stond, plaats hebben
op Ooede Vrijdag, maar Zondag 16 April a.s.de bevestiging
voorm. 10 uur; het H. Avondmaal 's avonds 7 uur.
Gedoopt op Zondag 9 April
Antonie, zoon van Antonie van Batenburg en Antje van
de Kraats.
Maria Jacoba, dochter
Gerarda Gijzel.
van Leendert Blom en Catharina
Namen dergenen, die Zondag 16 April a s. te Bloemendaal
hopen bevestigd te worden.
Trijntje Johanna van den As.
Albertha Johanna Bolsenbroek.
Arie Bolsenbroek.
Harmine Bastiaans.
Geurtje Beekhuizen.
Dirk Beekhuizen.
Helena Johanna Bakker.
Kaatje Bos.
Alida Margeretha van Dillewijn.
Cornelia Maria van Dillewijn.
Pietje Douma.
Pieter Aalt Duivesteijn.
Cornelis Fris.
Jansje de Graaf.
Aaltje Harmine Huizinga.
Dirkje Josine Joosten.
Anna Maria Jongkees.
Wieberen Jager.
Cornelia Margaretha Kars.
Dirkje Kranenburg.
Gerrit Kuijt.
Jan van den Klinkenberg.
Henriette Robertine van Maasdijk.
Marijtje Aafje Molenaar.
Gerritje Peereboom.
Nelia Johanna Pleijte.
Janna Rosier.
Jansje Ravestein.
Gerrit Johannes Roodenburg.
Jaantje van der Spiegel.
Jan Willem Frederik Schoon.
Willem Vis.
Catharina van Wanrooij.
Anna de Wid.
Adriana Elisabetha de Wit.
Wilhelmina van Waard.
Ondergeteekende, lid van de Nederlandsche Banketbakkers-
Vereeniging. Afdeeling Haarlem en Omstreken, deelt door
deze beleefd mede, dat in hare vergadering eenparig is
besloten, na 15 April 1916 op Zondag geen andere be
stellingen uit te voeren, dan die, welke Zaterdags, of
uiterlijk Zondags 's morgens per eerste post zijn ingekomen.
Hoogachtend,
Uwe Dw.
W. VAN DEUTEKOM.
Haarlem, Koninginneweg 30 Confiseur.
Telefoon 1414.
(Advert.)
Zandvoort.
Zóó ging het niet langer.
De waarschuwing, voorkomende in den Zondagsbode
van 23 Jan. 1.1., dat ik doortastende maatregelen zou nemen,
indien er geen verandering ten goede zou komen in de
houding der yon^ens-catechisanten, heeft, wat de Woensdag-
middag-klasse betreft, niét geholpen. Nu kondig ik hierbij
aan dat die klas voor goed gesloten is.
Ter wille van de enkele goede leerlingen, op wier vlijt
en gedrag niets viel aan te merken, doet het mij grootelijks
leed dat ik dit besluit heb moeten nemen. En ik zal er
rustig over denken wat ik doen kan om hen schadeloos te
stellen. Maar met de mééste jongens was inderdaad niets
te beginnen.
Wie eenig begrip van de vereischten voor deugdelijk
klasse-onderwijs heeft, weet dat dit onmogelijk wordt ge
maakt als de leerlingen öngeregeld komen. En dat was
voortdurend het geval, terwijl ik van de reden van hun
wegblijven nooit in kennis werd gesteld, ondanks herhaalde
verzoeken mij bericht te zenden.
Daarbij kwam dat de opgegeven les doorgaans óf in het
geheel niet óf hoogst gebrekkig werd geleerd, terwijl het
lesboekje, dat gebruikt werd, telkens werd vergeten
of verloren bleek te zijn. Wat de deur dicht deed was
evenwel iets van veel ernstiger aard. Bij de ondubbelzinnig
betoonde onverschilligheid voor het godsdienstonderwijs,
heeft zich in toenemende mate een geest van verzet ge
openbaard, die onophoudelijk verbieden noodzakelijk maakte
en zulk eene mate van zelfbeheersching van mij vorderde,
dat ik mij eindelijk bijna niet meer bedwingen kon om
den vlegels aan den lijve te laten gevoelen dat zij gehoor
zaam moésten wezen. Brutaliteit dient gestraft te worden,