2e Blad van „De Zondagsbode'' van Zondag 25 Juni 1916
Voor eiken dag
Mededeelingen.
Uit de Gemeente.
Zending.
rijke sacramenteele kracht is voor den protestant verloren gegaan".
Deze voorstelling doet het voorkomen als was er aan een „liefelijk
symbool'' niet veel waarde te hechten. Het is, zegt Mej- Dorper,
maar een symbool. En de trouwring dan? Ook die is een „teeken
en zegel". Zijn waarde ontleent hij niet aan het metaal waaruit hij
is vervaardigd. Hij is énkel: zinnebeeld Toch zal men liever zijn
kostbaarsten ring verliezen dail zijn trouwring. Wat nu de symbolische
handelingen van Doop en Avondmaal betreft, ze zijn als zoodanig
volstrekt geen bloot plechtige formaliteiten, maar wel degelijk krachten.
De Doop maakt tastbaar het sterven met Christus, gevolgd door
het opstaan tot een nieuwen wandel. En zoo maakt het Avondmaal
reëel de vergeving der zonden, die roept tot heiligmaking. Bij beide
Sacramenten valt de nadruk op den goddelijken factor, maar er zijn
aan verbonden verstrekkende gevolgen voor het zedelijk leven van
den mensch. Wat Mej. D- gelieft te noemen „de genaderijke sacra
menteele kracht", is niets anders dan een geheimzinnige tooverwerking
die lijnrecht in strijd is met de conditie die het Evangelie stelt om
Gods genade deelachtig te worden persoonlijk geloof.
Of het daarom niet beter zon wezen om, op Hervormd standpunt,
van Doop en Avondmaal niet langer te spreken als van „Sacramenten",
aan welke benaming nu eenmaal de historische beteekenis van het
„opus operatum" ten grondslag ligt? Ongetwijfeld zou het de vóór-
keur verdienen om dien onjuisten naam niet meer te gebruiken en
alleen te spreken van „teekenen en zegelen". Maar in. ieder geval
hebben wij ons, als wij ons bedienen van den kunst-term „De Sa
cramenten" gedurig, te herinneren dat Doop en Avondmaal geen
sacramenteele, maar symbolische handelingen zijn. P. M.
Verzameld door C. B.
Het christelijk heimwee moet vleugels aan de voeten
geven, niet lood er aan hangen. La Saussaye.
Tijd is goud.... gooi nooit een enkele minuut weg, zet
liever elke minuut op interest.
Op den grafsteen van J. Donough.
Als de lust zijner oogen den mensch ontzinkt, ontmoet
hij de waarheid de beproeving plaatst den mensch vlak
tegenover God. Kingsley.
Onze gewone stemming hangt af van de stemming, waarin
wij onze omgeving weten te brengen. Nietzsche.
Vele menschen beginnen met kracht, maar zonder vol
harding; zij worden dikwijls voorbij gesneld door hen, die
later van huis gingen en langzaam, maar standvastig voort-
wandelen. La BRUYèRE.
De Christen moet levend sterven, om stervend te leven
N. N.
Gezegend de mensch, die hooger staat dan zijn gebreken,
wiens gebreken niet hooger staan dan hijzelt Talmud.
Zandvoort.
Ds. Posthumus Meyjes preekt Zondag 25 Juni,'s morgens
om 10 uur, in de Groote Kerk te Haarlem.
De maandelijksche extra-collecte voor de kerk wordt
gehouden op Zondag 25 Juni.
Reisbelasting. Belasting is geen woord van blijden klank.
Vooral in ónze dagen niet, nu de bestaande belastingen
worden verhoogd en nieuwe belastingen worden ingevoerd.
Maar „Reisbelasting" is geen gedwongen cijns. Ze wordt
niet gehevenmen krijgt geen aanslagbiljet, nóch waar
schuwing om binnen zooveel dagen net verschuldigde be
drag te storten bij den ontvanger. „Reisbelasting" is de naam
eener Vereeniging die bedoelt dat zij, die zelf voor ge
noegen of om gezondheidsredenen op reis of naar buiten
gaan, zichzélf eene vrijwillige belasting opleggen ten bate
van minvermogenden _n daaronder in de eerste plaats van
kostwinners, die tot herstel van gezondheid een verblijf
van eenige weken in de buitenlucht noodig hebben. Groote
giften zijn natuurlijk zeer welkom, maar ook kleine bijdra
gen worden niet gering geacht. Als maar ieder, die het
voorrecht heeft naar buiten te kunnen gaan, meedoet, zal
er genoeg geld inkome i. En hoe weinig opoffering kost,
op al de uitgaven aan het buiten-zijn verbonden, één en
kele gulden aan „Reisbelasting". Op het totaal der hötel-
of pension-rekening maakt één gulden geen verschil. Toch
beteekenen al die guldens van de badgasten die te Zand
voort vertoeven, reeds een bedrag van eenige duizenden,
waardoor velen, inzonderheid zwakken, wien het ook in
gezonde dagen aan zoo heel veel ontbreekt, in de gelegen
heid gesteld worden om eenige weken in de buitenlucht
op te knappen en zoo, versterkt en opgefrischt, terug te
keeren naar hun gezin.
Badgasten zondert een zeker, door U zélf te bepalen
percentage uwer uitgaven te Zandvoort, af ten bate van
„Reisbelasting". En zendt die „heffing in ééns" aan het lid
van het Hoofdcomité, Mevrouw L. Middelbeek-Goede, wier
adres tot den lOden Juli e.k. is: Hoogeweg No. 5 te
Zandvoort. P. M.
Voor verleende hulp door de Wijkzuster is ontvangen
van N.N. te Zandvoort f7.50.
Burgerlijke Stand van Zandvoort.
16-23 Juni 1916.
OndertrouwdC. L. Wagenaar en A. Koper.
A. Koper en M. L. van Dijk.
Getrouwd G. A. Seders en P. M. Bakkenhoven.
GeborenEngel, zoon van K. van der Meulen en P. Paap.
Bernardus Johannus, zoon van H. van den Schin
kel en M. M. Lefferts.
OverledenS. J. Korstenbroek 3 dg.
A. F. M. Bastiaans 66 jr.
Zandvoort.
Verslag van de Vereeniging tot Ondersteuning van
behoeftige zieken en kraamvrouwen te Zandvoort.
1 Nov. 1915 - 1 Mei 1916
Het batig saldo bedroeg op 1 Nov. 1915 (zie Zondags
bode, 4den jaargang No 34) f 128.88
Aan contributie en giften kwam tot 1 Mei 1916 in een
totaal bedrag van f 148.88, zoodat de ontvangsten in het
laatste half jaar f277.76 waren. In'antwoord op een in den
Zondagsbode geplaatste „Bede om hulp" (4den Jaarg.
No. 47) ontving ik nog f 75. zoodat met de ondersteuning
kon worden voortgegaan.
De uitgaven bedroegen, alleen aan melk, f303.18. Der
halve was het batig saldo op 1 Mei 1.1. f49.58.
Mevr. H. O.P. M.-H.
Verslag van de wijkverpleging over de maand Mei.
In deze maand werden door mij 18 patiënten van
1—3 maal daags verpleegd. Zij ontvingen samen 451 keer
hulp; 16 behoorden er tot de Ned. Herv. en 2 tot de R.C.
Kerk. In 5 gevallen moest plotseling hulp worden verleend,
terwijl 2 zieken naar Haarlem zijn vervoerd.
Zr. Dina Bronders.
James Hudson Taylor.
Stichter en leider van de „China Inland Mission".
In 1853, op nauwelijks 21-jarigen leeftijd werd de weg
voor hem gebaand, toen de „Vereeniging voor Evangelisatie
in China" hem uitzond als haar zendeling. Zoo was hij dan
in het land van zijn bestemming waar zijn hart reeds zoo
lang naar uit was gegaan, en al aanstonds zou het blijken,
dat hij geen gewoon, alledaagsch zendeling zou zijn, indien
wij ons deze uitdrukking mogen veroorloven. Het was hem
onmogelijk te doen als de anderen en in een der havens
te blijven, waar er arbeiders genoeg waren van verschillende
kerken en vereenigingen. Zijn hart brandde van deernis voor
de vele millioenen Chineezen, die nooit in aanraking kon
den komen met den eenigen Naam onder den hemel gege-