2e Blad van „De Zondagsbode" van Zondag 4 Februari 1917 Mededeelingen. huurling en met zulk een innige sympathie van den vriende lijken herder spreekt, niet zélf een warm hart voor het dier Slot colg„.) P. M. MARIA-AANBIDDING OF NIET? De Maria-vergoding heeft haar toppunt bereikt, toen Paus Pius IX den 8sten Dec. 1854, door middel van de bul „Ineffabilis Deus" de „immaculata conceptio", d.w.z. de „onbevlekte ontvangenis" van Maria als een goddelijk geopenbaard dogma verkondigde, nadat de vaststelling daarvan was voorbereid door eene door den Paus be noemde commissie, welker voorzitter was de aarts-Jezuiet Carlo Passaglia (f 1887). Maria, dit is dus sedert officieele kerkleer verklaard, is van alle vlek der erfzonde vrijgebleven. Zij is, als Jezus, zonder zonde ont vangen en geboren. ..De golven der zonde, welke de gansche wereld overstroomen, kwamen aan haren voet sterven" (Bossuet, Serm. sur rimmac. Concept.). Nu vraagt natuurlijk een nadenkend Protestant, een Roomsche mag niet eens vragen, hij heeft zich blindelings te onderwerpen, hij moet gelooven op gezag 1 waar de Paus zijn zekerheid van daan heeft dat Maria geen zonde gekend of gedaan heeft? Pius IX sprak bij'de afkondiging: „Wij verKlaren en stellen vast, „als geopenbaard van God, en aldus vastelijk en onwrikbaar te ge- „gelooven, de leer welke behelst dat de allerzaligste Maagd Maria „van het eerste oogenblik harer ontvangenis af van .alle vlek der „erfzonde werd bevrijd en ongeschonden behouden". De Paus zegt dus„Zoo Is het". Maar op grond waarvan beweert hij dat? Welke bewijzen voert Rome voor de waarheid dier leer aan Het antwoord op deze vraag is o a. te vinden in het reeds meer malen door mij aangehaalde lijvige boek van den R.K Priester C. H.T. Jamar „Maria, Moeder van Jezus", uitgegeven te Brussel bij Devaux en Cie. 1872, 604 blz. tellende en van de kerkelijke goed keuring voorzien door niemand minder dan door J B. Lauwers, Vicaris-Generaal van Mechelen. Op blz. 67 v.v. wordt voor Maria's zondeloosheid verwezen naar de redelijkheid dier erkenning: het moét wel zoo zijn. Een koning laat zijn paleis toch niet bouwen op een zwakken, onbekwamen grondslag? De eer van den Zoon eischt derhalve de Onbevlekte Ontvangenis Zijner Moeder. Zou de Verlosser het bloed, dat aan het kruis de wereld moest vrijkoopen, hebben willen putten uit een bron door de zonde vergiftigd? Moet een Middelares, tusschen God en de zondaars geplaatst, niet zelve vrij van zonden geweest zijn Kan Maria wel onderdoen voor Eva, die immers ook oorspronkelijk geen zonde had? Als Joh. de Dooper bijzonder werd geheiligd in den schoot zijner moeder tot zijn roeping, zal dat dan niét 't geval zijn geweest met Maria, de Voorspreekster der gansche wereld? Is niet het bloed, dat Jezus ook voor Maria vergoot, haar éigen harte- bloed Wat zullen we van deze bewijsvoering zeggen Twéé dingen. Ten éérste: dat dit bewijs volstrekt niets bewijst. O ja, als Maria is wat Rome haar gemaakt heeftmiddelaresse, mede- verlosseresse, hemelkoningin, enz., dén zal zij ook wel geen zonde hebben gehad. Maar wat doet Rome Het stelt éérst vast dat zij Middelares is enz. En dan wordt uit deze bewering, die niet alleen een puur verzinsel maar een grove leugen is, de gevolgtrekking harer zondeloosheid gemaakt. Die Jamar mag wel Anselmus' woord aan halen dat een koning voor zijn prachtig paleis toch zeker geen zwakken grondslag zal laten leggen! En zelf bouwt Rome het dogma der Onbevlekte Ontvangenis op lossen zandgrond! Dit blijkt ook hieruit: moest rtaria zondeloos zijn om de moeder van den zonde- loozen Verlosser te kunnen wezen, dan moet natuurlijk ook Maria's moeder zondeloos geweest zijn om op haar beurt, de zondelooze moeder van de zondelooze moeder van den zondeloozen Verlosser te kunnen worden. Dan is ook Maria's grootmoeder zondeloos ge weest, enz. enz. Jozef komt dan echter óók voor zondeloos-verklaring in aanmerking. Als, gelijk Bossuet zegt, de eer van den Zoon hem dwingt de Onbevlekte Ontvangenis van de Moeder te erkennen, dan dwingt ook de eer van Maria tot diezelfde erkenning omtrent Jozef, want een zondelooze Bruid kan toch geen zondigen Bruidegom gehad hebben Zoo zien we waar we op deze wijze heengaan er blijven nage noeg geen zondaren meer over Ten twééde zoude ik, indien Maria's Onbevlekte Ontvangenis zoo redelijk en betamend is, als Rome beweert, willen vragenwaarom is die redelijkheid en betamelijkheid dan eerst in 1854 vastgesteld? Pater van der Sanden (zaliger gedachtenis!) heeft indertijd in de N. Haarl. Ct. in zijn 4de artikel van de reeks „Zandvoort tegen Rome" deze vraag beantwoord. Hij zegt dat er van een nieuw dogma geen sprake is. Als een sterrekundige een planeet ontdekt, is dit geen nieuwe planeet. De planeet was er al van oudsher. Alleen de ontdek king was nieuw, dank zij den voortgang der wetenschap. Welnu, zoo is 't precies met het leerstuk in quaestie gegaan. Maria is altijd de Onbevlekte Maagd geweest. Pius IX heeft dit dogma niet uitge vonden-, hij heeft enkel en alleen de waarheid vastgesteld. Er is door de afkondiging der Onbevl. Ontvangenis niets veranderd. Rome ver andert niet. Wel ontwikkelt Rome zich. In 1854 is de eeuwige waar heid van Maria's zondeloosheid door de kerk ont-dekt. Welk een Jezuieten-streek om de zaak zóó voor te stellen! De Alkmaarsche Kapelaan mocht zich waarlijk wel beleedigd aanstellen toen ik hem beschuldigde van het kromme recht en het zwarte wit te pratenZouden ook verstandige Roomschen zich heusch laten beetnemen door 's Paters redeneertrant, die toch zoo tastbaar leugen achtig' én dom is? Op het leugenachtige kom ik later terug Het domme wil ik echter nü vast in 't licht stellen. De Pater zegtRome verandert niet, maar groeit en ontwikkelt zich En zoo is Rome er .onder de weldoende wet van vooruitgang" toegekomen om een zestig jaar geleden het decreet van Maria's Onbevlekte Ontvangenis uit te vaardigen. Welnu, aangenomen dat dit zoo is, is die groei dan nu tot stil stand gekomen? En zoo niet, zal de Vereering van Maria dan niet blijven groeien? Maar moét dan niet noodzakelijkerwijze het oogen blik komen dat Rome de H Maagd tot Godin verheft Haar vereering is nu reeds zóó buitensporig, dat het bijna niet meer buitensporiger kan. Als de groei nu dóórgaat, kan het niet uitblijven of de reeds zondelooze Maagd stijgt tot den rang der Godheid. Zoodra dat ge beurt en die dag komt! zal Rome natuurlijk weer zeggen: „Maria is altijd godin geweest. 'Maar we hebben die eeuwige waar heid nü eerst ont-dekt Neen, Rome verandert nietHet dogma van Maria's godheid is geennieuw dogmaDe afkondiging daarvan is enkel en alleen: „de waarheid buiten debat, buiten het slagveld der meeningen brengen". Arme Pater! wat hebt ge u leelijk in de vingers gesneden metu.w slimme argumentatie! Ik houd vol dat Maria voor Rome godin is. Dat Rome haar aanbidt. Gij bezweert bij hoog en laag dat het niét zoo is. Maar, eilieve, als het inderdaad nog zoover niét is, hebt gij niet zelf, met uw theorie van Rome's ontwikkeling, toegegeven dat de ver goding en aanbidding van Maria, vandaag of morgen, noodzakelijker wijze een feit wezen zal Wat Jamar betreft, ook déze priester stelt in zijn boek de vraag waarom deze afkondiging van Maria's Onbevlekte Ontvangenis niet sedert eeuwen geschied is? Hij echter vergenoegt zich met het niets-zeggend antwoord te geven: „dit blijft een geheim van God" (blz. 72, noot). Eén ding alleen staat vast „de H Geest, welke de „kerk bestiert, heeft eindelijk onder zoodanige omstandigheden den „mond des Pausen ontsloten, dat de werking des Hemels zich on loochenbaar voordoet". Dus: de Paus heeft Maria's Onbevlekte Ontvangenis verkondigd onder inspiratie van den H Geest! O, die Roomsche geschiedbeschrijving Op rekening van den Heiligen Geest stelt zij wat énkel het werk is geweest van de Jezuieten, in wier armen zich Pius IX op zelf behoud bedacht, zonder eenige terughouding had geworpen. De Paus was hun werktuig. En „si cum Jesuitis, non cum Jesu itis", d.i. als gij het met de Jezuiten houdt, dan houdt gij het niet met Jezus. Zandvoort. De extra-collecte, 1.1. Zondag voor de kerk gehouden, heeft f22.25 opgebracht. De rekening en verantwoording van de Kerkvoogdij, over het jaar 1916, ligt gedurende 8 dagen, van Maandag 5 Februari te beginnen, 's-avonds van 7-9 uur bij den Kerk voogd J. Hollenberg Jzn., Zeestraat 66, ter inzage. Mevrouw Posthumus Meyjes ontvangt Woensdag 7 Febr. Lees vooral het „Ingezonden Stuk" in dit nummer! Burgerlijke Stand van Zandvoort. OndertrouwdL. Paap en H. A. A. de Rooij. GeborenCornelis Jan, zoon van C. Koper en T. J. van Spronsen. Aaltje, dochter van J. Zwemmer en M. Schaap. Ernestine Anna, dochter van E. Weber en M Brokstra. Overleden: M. E. Kuipers, 18 jr.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1917 | | pagina 3