Leestafel.
zou opnemen in den Zondagsbode. Maar wat heeft het mij
een hoofdbreken gekost om te beslissen aan wie de prijs
toekwamEigenlijk waren alle opstellen aardig. Na lang
beraad gaf' ik aan onderstaand drietal de voorkeur bóven
de andere. En omdat ik tusschen die drie niet kiezen kon,
neem ik ze maar alledrie op. Ik hoop dat de andere meisjes
niet teleurgesteld zullen zijn. Zooals ik reeds zeideal de
opstellen zijn goed. Ook hoop ik dat de schrijfstertjes der
„bekroonde" opstellen niet zullen gaan rusten op
de behaalde lauweren maar bij een volgende gelegenheid
nog meer hun best zullen doen en dus nog beter werk
zullen leveren dan ze nu hebben gedaan. C. B.
DE ARME KETTINGHOND.
Ik ben Bruno, de hond die altijd aan een ketting moet
liggen. Nooit mag ik eens een uurtje wandelen met den baas.
's Zomers en 's winters, altijd maar moet ik aan een ketting
liggen. Zou u, menschen, dat zoo willen? Soms komen er
Zijn kop heeft iets droevigs, misschien wenscht hij daar
ook te kunnen spelen. Het arme beest is zeker een waak
hond. Hoe jammer dat zulke beesten altijd aan de ketting
moeten liggen.
Ik denk als de jongens hem te zien krijgen, zij hem
zullen streelen. dit denk ik omdat zij zoo prettig spelen
met hun eigen hond en misschien brengen zij hem dan
ook wel eens een versnapering, als zij weer vrij zijn van
school.
Ik zou dit doen want men ondervindt van een beest
altijd de grootste dankbaarheid. De zonnige zijde van dit
plaatje wordt verduisterd door den aanblik van den waak
hond. Gelukkig dat er menschen zijn die zich het lot van
zulke ongelukkige dieren aantrekken. AKKE SCHRAAL.
Oud 15 jaar.
menschen voorbij die loopen te wandelen met hun hond,
maar ik mag niet. Voor ons huis is een groot water, waar
zij hun hond dan in laten zwemmen, en gooien er een
stokje in dat de hond vroolijk terug brengt. Nog nooit heb
ik een stokje uit het water kunnen halen. Hoe heerlijk als
ik ook eens op een warmen dag zwemmen mocht, maar
hoe ik moeite doe, het geeft niets. Met ruwe woorden
word ik soms in mijn hok terug gestuurd.
Als gij uw hond vast legt, menschen, weest dan niet
zoo wreed. Ga eiken dag eens een half uurtje met hem
naar buiten. Hebt gij lieden er geen tijd voor, wel laat
de hond dan een poosje in den tuin los loopen en zorg
dan, dat het hok heel en schoon blijft. Denk u toch in,
dat een hond net zoo goed een schepsel van God is als
wij menschen een schepsel van God zijn.
God is goed voor menschen en dieren en verwacht dat
zeker van ons ook. BETSY VAN SOOLINGEN.
Oud 13 jaar.
DE KETTINGHOND.
We liepen eens op een zomermiddag te wandelen.
In veld en bosch, overal waar men liep heerschte een
gezellige drukte. We liepen voorbij een boerderij, en zagen
daar een hond aan een ketting. We stapten zonder vreezen
het erf op en vroegen aan den boer, of die hond altijd
aan die ketting lag. De boer lachte ons een beetje uit en
zeija natuurlijk. We zeiden tegen hem stel u nu eens
voor dat gij zoo'n geheelen dag, aan die ketting moest
liggen. De boer scheen het nog al aardig te vinden, dat
wij hem zoo brutaal de les lazen. We hebben toen ge
vraagd of wij eens met dien hond mochten wandelen. De
boer gaf toe maar ried ons aan voorzichtig te wezen. Toen
hebben wij ook gevraagd of wij z'n hok schoon mochten
maken, maar dat vond de boer geen werk voor ons en
zeidedat hij daar zelf voor zou zorgen. En tot ons groot
genoegen, vonden wij, toen wij terug kwamen, het hok
heerlijk frisch en schoon, en ook het drinkwater was ver-
verscht. Onze woorden schenen toch indruk op hem ge
maakt te hebben.
En nu, vrienden en keunissen, allen die dit verhaaltje
lezen, zullen zoo hopen wij, meê doen het lot van die
arme kettinghonden te verzachten. CORNELIA PAAP.
DE ARME HOND.
U vraagt een verhaaltje bij dat plaatje dat ik van U
ontving en zei daar bij dat wij het aandachtig moesten
bekijken. Ja, het ziet er alles even prettig en zonnig uit. Ik
denk dat het zomer is, en wel Woensdag- of Zaterdagmiddag,
ook kan het Zondag zijn maar toch is het een prettige dag
om te spelen, zeker, want de jongens die bezig zijn met
den hond hebben schik, dat is te zien aan de houding van
den hond. Hoe guitig kijkt hij de jongens aan en in af
wachting staat hij, wanneer zij het stokje te water zullen
gooien dat hij het terug kan halen tot groot vermaak van
hun drieën. Het arme beest aan de ketting heeft niet zooveel
plezier, dit kan men uit alles opmaken.
Indeeling van het Koninkrijk dei-
Nederlanden in kieskringen en
Provinciale Districten, volgens de
komende nieuwe Grondwettelijke
Bepalingen tot invoering van de
evenredige Vertegenwoordiging,
door J. R. Snoeck Henkemans.—
's Gravenhage D. A Daamen, 1917.
Prijs 10 cent.
De bedoeling dezer uitgave is het gemakkelijk te maken
voor de bestuurders van elke kiesvereeniging om na te gaan
tot welke Organisatie zij, volgens de nieuwe indeeling,
behoort en verder aan eiken kiezer een beeld te geven van
de nieuwe indeeling van het Rijk en van enkele wettelijke
bepalingen, voor de toepassing der evenredige vertegen
woordiging. Voor H.H. politici, waartoe ik gelukkig nooit
behoord heb en zeker nooit behooren zal, lijkt me dit boekje
zeer bruikbaar. P. M.
„Voor onze Kleintjes", Liederen
bundel voor Kinder-kapel, Huis
gezin en Zondagsschool. Uit het
Engetsch vertaald naar „Child
Songs van Carey Bonner door
V. Witte Eechout, M. v. Voorst
v. Beest en anderen, aangevuld
met enkele oorspronkelijke liede
ren. Uitgave: N. V. „Stoomdruk
kerij Floralia-, Assen, 1917.
Een bundel, bij uitnemendheid beantwoordend aan het
beoogde doel, in het Woord vooraf" en de Wenken bij
het leeren der liederen nader toegelicht. Zoo moest het
door allen die met kinderen omgaan begrepen worden,
hoeveel er bij de kleintjes kan bereikt worden.
Door hen vóór het zingen te doen begrijpen wat er in
het liedje wordt gezegd, zal eerbied en vertrouwen en
dankbaarheid in de jonge hartjes worden gewekt, en zullen
de kleinen niet langer önnadenkend zingen maar reeds
vroeg leeren begrijpen, wat het beteekent, God te aan
bidden en te vereeren.
Een keur van echt kinderlijke, allerliefste liedekens; be
halve de teere „bid- en dank-liedere.n", zijn er oqk „wiege
liederen" die bij de geboorte van een broertje of zusje
gezongen moeten wordenen collecte-liedjes waaronder
vooral No. 65 mij bijzonder aantrok. Verder liedjes op
verjaardagen der kleinen en dan de vele liederen die mede
moeten werken bij hen liefde en aandacht aan te kweeken
voor de natuur. Welk een bekoring gaaf er uit van „Mei
liedje" en „Regendroppels" en „Vogeltjes in den Winter"
en „de Vogel en de Boom", enz. enz.
Met bijzondere ingenomenheid nam ik kennis van dezen
bundel, die zeker bij ieder die hem zich aanschaft bijzonder
welkom zal zijn.
Duidelijke, makkelijke muziek, keurige uitvoering en
niet duur! Prijs f 1.35, franco p. p. f 1.50. Voor Zondags
scholen bij 5 ex. a f 1.20. Tekstboekjes zonder muziek
45 ets franco.
Voor Zondagsscholen bij 10 ex. 40 ets.bij 25 ex. 35 ets.
50 ex. 32Vs ets.100 ex. 30 ets. H. O. P. M.—H.