e. ieder, die aan de hierboven bedoelde afsluitingen prikkeldraad
bevestigt of doet bevestigen, heeft of houdt zonder vergunning
van Burgemeester en Wethouders.
Prikkeldraad zal ook met vergunning van Burgemeester en
Wethouders niet dichter naar den wegkant mogen worden aan
gebracht dan 10 c.M. binnenwaarts van de bedoelde afsluitingen.
Afdeeling II. Toezicht op vaartenslooten en andere wateren.
Abt. 23. Met boete van ten hoogste een gulden wordt gestraft
a. ieder, die in wateren zichtbaar van den openbaren weg baadt
of zwemt, zonder behoorlijk van een zwembroek voorzien te zijn.
b. ieder, die in openbare wateren baadt of zwemt buiten de daar
toe door Burgemeester en Wethouders, bij openbare kennisgeving,
aangewezen plaats.
Art. 24. Met boete van ten hoogste vijf en twintig gulden
wordt gestraft:
a. ieder, die palen of getimmerten van welken aard ook, in of
over de openbare wateren aanbrengt of heeft.
b. ieder, die door het aanbrengen of hebben van beschoeiingen of
soortgelijke werken openbare wateren inneemt of versmalt.
Deze strafbepaling is niet van toepassing op hem, die tot het
maken of hebben van palen, getimmerten of beschoeiingen over en
in openbare wateren vergunning van Burgemeester en Wethouders
heeft bekomen.
Art. 25. Voor zoover daarin niet door het Wetboek van Straf
recht is voorzien, wordt met boete van ten hoogste tien gulden
gestraft ieder, die in openbare wateren, boomen, balken of ander
hout laat liggen.
Deze strafbepaling is niet van toepassing op hem die handelt
met vergunning of op last van Burgemeester en Wethouders.
Art. 26. Met boete van ten hoogste vijf gulden wordt gestraft
ieder, die bij besloten water op openbare wateren planken of andere
voorwerpen, dienende tot toegangen tot het ijs uitlegt, banen veegt,
stoelen, tafels, banken of tenten op het ijs plaatst. Deze straf
bepaling is niet van toepassing op hem, die handelt met vergunning
of op last van Burgemeester en Wethouders.
Hoofdstuk IV. Toezicht op koffiehuizen, herbergen enz.
Art. 27. Met boete van ten hoogste tien gulden wordt gestraft
iedere koffiehuishouder, wiens koffiehuis tusschen 's nachts 12 uur
en 's morgens zes uur voor het publiek geopend is of geopend wordt.
Deze strafbepaling is niet van toepassing:
a. voor zoover de Burgemeester vergunning mocht hebben ver
leend het koffiehuis later dan tot middernacht open te hebben;
b. zoolang in het koffiehuis aan drenkelingen, of andere personen,
