122
Art. 45. Elke woning moet voorzien zijn van ten minste
een gootsteen. Elke gootsteen moet voorzien zijn van een af
voerpijp van minstens 0.05 Meter middellijn met rooster en
stankafsluiter.
Art. 46. Ter opvanging van beerstoffen zal bij elke woning,
of bij elke beneden- of bovenwoning te zamen, een waterdichte
beerput moeten gemaakt worden.
Voor den afvoer dier stoffen naar dien put zal bij elke wo
ning, zoowel voor de beneden- als voor de bovenwoning, moe
ten gemaakt worden een waterdicht riool, gemetseld van
klinkers, in sterke specie, of van ijzeraarden of ijzeren buizen,
welke laatstgenoemde in de moffen met pakking en lood
luchtdicht moeten zijn ingegoten
De beerput zal minstens 2 M3. inhoud moeten hebben; ter
plaatse, waar geen rioolleiding tot afvoer van het overtollige
water uit de privaten bestaat, mag zij in aansluiting worden
gebracht met een gestapelden zinkput van minstens 1 M3. in
houd, mits den waterdichten put met den gestapelden put
verbindende door middel eener liggende T-vormige buis van
0.10 M. wijdte en 0.50 M. hoogte en welke buis in den beerput
waterdicht gesteld moet zijn en op gelijke hoogte moet liggen
als het in het privaat komende inbrengriool.
Gemetselde beerputten moeten van harde klinkers in sterken
tras gemetseld worden, de wanden moeten een dikte hebben
van ten minste een steen van 0.19 Meter, de bodem moet be
staan uit minstens 4 platte lagen van denzelfden steenCemen
ten beerputten moeten van cement-beton zijn samengesteld en
overal minstens 0.12 Meter dik zijn.
De beerput moet voorzien zijn van een zoogenaamd mangat,
dat met een deksel van cement-beton, ijzercement, systeem
Monier, ijzeren plaat in specie, hardsteenen tegel in specie of
gesloten ijzeren syphondeksel moet gesloten zijn.
De privaat-beerput en de privaat-zinkput moeten minstens
2.50 Meter van elke woning, minstens 6 meter van eiken wel
put en minstens 4 Meter van eiken regenbak liggen.
De in dit artikel gegeven voorschriften zijn niet van toepas
sing, indien tot opvanging der beerstof wordt gebruik gemaakt
van een privaat met stel wisselemmers, ingericht en gebezigd
volgens het daartoe ten Raadhuize aanwezige gewaarmerkte
model turfstof-closet en die emmers volgens voorschrift van
Burgemeester en Wethouders op door hen goedgekeurde plaat
sen minstens twee keer 's weeks geledigd worden.
Art. 47. Beerkuilen, houten beertonnen of gestapelde beer
putten of andere dan de in het vorige artikel omschreven
cementen of gemetselde putten tot opvanging van beerstoffen
zijn verboden.