BELASTINGVERORDENINGEN.
a. VERORDENING tot heffing van ben hoof-
163
DELIJKEN OMSLAG IN DE GEMEENTE BLOE-
MENDAAL.
(In werking getreden 1 Januari 1902.)
Artikel 1. Te beginnen met den len Januari 1902 zal ten
behoeve der gemeente jaarlijks worden geheven een Hoofdelijke
Omslag, tot een maximum van 40000, Elk jaar zal bij de
vaststelling der begrooting het percentage worden vastgesteld,
dat van het inkomen der belastingplichtigen zal geheven worden.
Art. 2. Door inkomen wordt verstaan de som van alles
wat in geld of geldswaarde wordt verkregen
uit roerende of onroerende goederen;
uit beroep, bedrijf, handel, nijverheid of onderneming, van
welken aard ook;
uit arbeid, ambt, bediening, betrekking, wachtgeld, pensioen,
lijfrente of andere periodieke uitkeering;
uit eiken anderen hoofde, op welke wijze, krachtens welk
recht of onder welke benaming ook,
onder aftrek van:
a. de renten van verschuldigde kapitalen;
b. de noodzakelijke kosten van onderhoud van bezittingen,
waaruit inkomsten worden verkregen de renten van ver
schuldigde kapitalen, waarmede de eigendommen zijn be
zwaard; de grond-, dijk- en polderlasten en andere zake
lijke lasten op de onroerende goederen drukkende;
c. de bedrijfsbelasting en andere onkosten aan de uitoefening
van beroepen of bedrijven onvermijdelijk verbonden.
Art. 3. Wisselvallige inkomsten worden berekend naar het
gemiddelde over de laatste drie jaren, of, zoo dit niet mogelijk
is, naar het laatste jaar.
De overige inkomsten worden berekend naar den toestand
op 1 Januari van het belastingjaar.
Art. 4. De belasting wordt geheven naar het geschat in
komen der belastingplichtigen.