Hoffsteede, Jhr. L. Boreel en mr. P. Tideman. Zij ver
gaderde twee keer.
Het resultaat van den arbeid dier commissie was
een ontwerpbrief aan den minister van Binnenlandsche
Zaken en een ontwerp „Gevoelen" van den Baad uit
te brengen aan Gedeputeerden. Laatstgemeld college had
zoowel aan Bloemendaal als aan Haarlem nadere uiteenzet
ting van zijne aan het ontwerp van wet ten grondslag gelegde
motieven geweigerd. Het gevolg was dat in de raadsvergade
ring van 22 November 1902 zoowel bovenbedoeld ontwerp
brief als het ontwerp „Gevoelen" met algemeene stem
men ongewijzigd werden vastgesteld. Wij laten deze
stukken hieronder volgen
27
Aan
Zijne Excellentie den Minister van
Binnenlandsche Zaken.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de Raad der
gemeente Bloemendaal:
Dat Gedeputeerde Staten van Noordholland bij schrijven
van 25 Juni 1902 No. 100 het gemeente-bestuur hebben kennis
gegeven van een ontwerp van wet tot wijziging der grens tus-
schen de gemeente Haarlem eenerzijds en de gemeente Bloe
mendaal en andere om Haarlem gelegen gemeenten anderzijds,
met verzoek hetzelve te onderwerpen aan het oordeel van den
Raad en de Commissie bedoeld bij artikel 131 der gemeente-wet,
ten einde daarover schriftelijk te rapporteeren
Dat de Raad daarop bij uitvoerig gemotiveerd besluit van
25 September 1902, hierbij in afschrift aan Uwe Excellentie
overgelegd, Gedeputeerde Staten eerbiedig doch dringend heeft
verzocht hem kennis te geven van de omstandigheden, welke
het volgens Gedeputeerde Staten noodzakelijk maakten, dat in
de ontworpen grensuitbreiding van Haarlem ook eene grens
wijziging tusschen Haarlem en Bloemendaal werd opgenomen;
Dat de Raad in het begin der maand October daarop het
bericht ontving, dat eene nadere toelichting omtrent het meer
gemelde wetsontwerp aan Gedeputeerde Staten overbodig voor
kwam
Dat de Raad door dit, zijns inziens met het algemeen belang
niet wel te rijmen antwoord buitengemeen is teleurgesteld;
Dat immers van eene eerdere toelichting van dit wetsont-
