46 wanneer hij behoort tot die personen, tot welke de keuze door eene voordracht of bij eene herstemming is beperkt. Van de bevoegdheid der gemeentebesturen. 121. Besturen van twee of meer gemeenten kunnen gemeen schappelijke zaken, belangen, inrigtingen of werken, na magtiging en onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, regelen. De magtiging en goedkeuring kunnen, indien de Gedeputeerde Staten ze weigeren, door de besturen van Ons worden gevraagd. Wanneer de gemeenten in verschillende provinciën liggen, vragen de Gedeputeerde Staten dier provinciën, alvorens de bedoelde magtiging te verleenen, Onze goedkeuring. Van de regeling en het bestuur van de huishouding der gemeente. 134. Aan den Raad behoort, met betrekking tot de regeling en het bestuur van de huishouding der gemeente, alle bevoegdheid die niet bij deze of eenige andere wet aan den Burgemeester, of aan Burgemeester en Wethouders is opgedragen. 135. Aan hem behoort het maken van de verordeningen, die in het belang der openbare orde, zedelijkheid en gezondheid worden vereischt en van andere, betreffende de huishouding der gemeente. 136. De Raad regelt de bezoldigingen van alle plaatselijke ambte naren en bedienden, zoover de regeling niet aan Gedeputeerde Staten is opgedragen; de door die ambtenaren te stellen borgtogtende geld- leeningen en hetgeen verder de geldmiddelen der gemeente aangaat. Elk besluit tot het doen eener geldleening wijst de middelen aan, waaruit de renten en aflossing der leening zullen worden gevonden. 137. De Raad besluit tot het koopen, ruilen of vervreemden, het bezwaren of verpanden van gemeente-eigendommen, het treffen van dadingen daaromtrent, en het aanvaarden der aan de gemeente ge maakte legaten of gedane schenkingen. 138. Hij besluit omtrent het verhuren, verpachten of op eenige andere wijze in gebruik geven der gemeente-eigendommen. 139. Hij besluit tot het verleenen der kwijtschelding, die krach tens de wet, of eene overeenkomst, of op gronden van billijkheid toekomt aan de huurders, pachters of bruikers der gemeente-eigen dommen, en aan hen, die hebben aangenomen, ten behoeve der ge meente iets te doen of te leveren. 140. Hij maakt, in overeenstemming met algemeene of provin ciale voorschriften, de noodige verordeningen tot verdeeling der gemeente in wijken en tot opmaking van volledige staten der be volking en harer huizing. 141. Hij beveelt het aanleggen of verbeteren van gemeentewegen, waterleidingen, straten, pleinen, grachten, gebouwen, werken en in rigtingen. 142. Hij kan zich de vaststelling der plannen en voorwaarden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Adresboeken Bloemendaal | 1910 | | pagina 70