Gemeente-verordeningen.
298
VERORDENING tot het tegengaan van Bakkers-
nachtarbeid in de Gemeente Bloemendaal.
Artikel 1.
Voor de toepassing dezer verordening worden verstaan
le. onder Broodbakkerij: alle open of besloten ruimten,
behoorende tot een inrichting, waar ten behoeve van eene
onderneming brood wordt gebakken of bereid, met uitzonde
ring van die ruimten, waar nimmer met de broodbereiding
verband houdende werkzaamheden worden verricht
2e. onder Bakkersarbeid alle werkzaamheden, verricht in
eene broodbakkerij, met uitzondering van het onderhoud, de
reiniging, het herstel en de bewaking van gebouwen, ovens
en werktuigen, zoomede het aanleggen en stoken der vuren.
Art. 2.
Het is verboden bakkersarbeid te verrichten tusschen negen
uur des avonds en zes uur des voormiddags en op Zondag,
de beide Kerstdagen, den Nieuwjaarsdag, den tweeden Paasch-
en Pinksterdag en den Hemelvaartsdag.
Dit verbod geldt niet van drie tot zes uur des voormiddags
van den dag voorafgaand aan en volgend op een Zondag,
de beide Kerstdagen, den Nieuwjaarsdag, den tweeden Paasch-
en Pinksterdag, den Hemelvaartsdag en op 2,3, 4 en 5 December.
Voor broodbakkerijen, waarvan het hoofd of de bestuurder
ten genoegen van Burgemeester en Wethouders aantoont, dat
zij onder rabbinaal toezicht werken, worden voor Zondag en
feestdagen gehouden de Sabbath en de Israëlietische feest
dagen.
Art. 3.
Het hoofd of bestuurder eener broodbakkerij is verplicht te
zorgen dat daarin geen bakkersarbeid worde verricht in strijd
met de verbodsbepalingen van artikel 2.
Art. 4.
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd eene al dan niet
voorwaardelijke ontheffing te verleenen van de verbods
bepalingen dezer verordening:
a. algemeen ten aanzien van alle broodbakkerijen, voor
enkele door hen aan te wijzen dagen of uren