énkele grepen uit de geóckiedenió
van cAalómeer
Zoolang de frissche aardbezie smaakt,
De kiesche tong naar paling haakt,
Zal Ken'merland met lof het vruchtbaar Aalsmeer
noemen.
God hoede 't voor de woeste vloed,
Die 't vaak angstvallig vreezen doet
Men hoort 't eens dijk en dam als zijn behouders
roemen.
Zo dichtte de stads- en dorpsbeschrijver L. van Allefen in 1796
over het ambacht Aalsmeer, toen gelegen op de uiterste grenzen
van Kennemerland. „Vermakelijk ligt dit dorp zoo ten opzichte van
het naastbij zijnde Haarlemmermeer, met zijn vele boomkweeke-
rijen en aardbeziën velden", zo schreef hij 160 jaar geleden. Veel
is er sindsdien veranderd. Doch Aalsmeer heeft vóórdien, sinds de
middeleeuwen, veel grotere veranderingen in het landschap onder
gaan.
Ten tijde dat de Romeinen in ons land de baas waren, mocht
de landstreek waarin Aalsmeer thans is gelegen niet bewoond
worden, n.I. vanaf de Oude Rijn tot aan het IJ. Deze streek was
een bosmoeras op veen, van pl.m. 3 tot 5 meter dikte, gevormd
op een zeer kalkrijke kleilaag door de zee voordien gevormd.
Volgens de geleerden is deze veenvorming pl.m. 5000 voor Chr.
begonnen. Nadat de Romeinen ons land hadden verlaten duurde
het nog geruime tijd voordat deze streken bevolkt werden.
De eerste gegevens waarin Aalsmeer genoemd wordt zijn uit
het jaar 1133, toen de abdij van Rijnsburg ook twee landhoeven
bezat onder Aalsmeer. In het jaar 1190 wordt in een 'brief van
Graaf Dirk III aan zijn gemalin Aleida 'bevestigd schenkingen van
Gravin Petronella aan de abdij van Rijnsburg van landerijen
onder Aalsmeer. Zo blijkt dus dat Aalsmeer waarschijnlijk in de
11e eeuw is ontstaan. Rondom de kleine nederzettingen begon
men sloten te graven, de verkregen grond werd gebruikt om voet
paden te maken en zo ontstond een langgerekt dijkdorp.
In 1204- wordt Aalsmeer genoemd in de Annales Egmundani,
toen Gijsbrecht van Aemstel in 1204 de echtgenoot en de moeder
van de Hollandse gravin Ada, door de nacht begunstigd, van
Haarlem langs Okstdorp (Osdorp) en Alsmar naar het Sticht
geleidde. De naamsoorsprong is waarschijnlijk afgeleid van Al
meer of Alles meer, daar vele meren rondom Aalsmeer waren
gelegen, veel meer waarschijnlijk dan dat de naam is afgeleid van
de Aal die in die meren veel werd gevangen. In de onmiddellijke
5