WEEK-AGENDA
PLAATSELIJK NIEUWS
HENNY MULLER
UITGAAN
INGEZONDEN
MUZIEK
1U BOEKBESPREKING
IJSENI
KOFF1
THEE
Uitve
w
Smoking - Costuums
Plein 35
BOEKEN EN TIJDSCHRIFTEN
ADVERT
Inver
bespo
lage p
Zondag 8 Januari,
Gemeentelijke Concertgebouw: H.O.V. Matinée, 2.30
uur.
Stadsschouwburg: Gijsbrecht van Aemstel (Vondel's
treurspel). 2 uur.
De Olympiade-candidaat. 8 uur.
Maandag 9 Januari.
Stadsschouwburg: „De meneer van 5 uur", 8 uur.
Dinsdag 10 Januari.
Stadsschouwburg: „De Vrek", 8 uur.
Gem. Concertgebouw: Kon. Liedertafel Zang en
Vriendschap. Concert. 8 uur.
Woensdag 14 Januari.
Stadsschouwburg: „Else Maus als gast in Joh'n
Marley".
Gem. Concertgebouw: Haarl. Volksuniversiteit, film
avond.
Donderdag 12 Januari.
Stadsschouwburg: „Kent U mijn vrouw", 8 uur.
Gem. Concertgebouw: Vereen, tot bev. der gezondh.
i. d. Grafische vakken, filmavond.
Ned. Vereen, voor Huisvrouwen, vergadering,
(zijzaal).
Vrijdag 13 Januari.
Gem. Concertgebouw: Polyhymna-concert.
Bioscoopvoorstellingen.
Concertgebouw Modern, optreden van verschillende
artisten.
BLOEMENDAAL.
Aangehouden. Door de politie alhier is aange
houden, zekere de G.f die op Vrijdag, 4 October ten
madeele van een inwoner dezer gemeente een fret had
ontvreemd. De eigenaar had de huid van dit beest
herkend bij een opkooper, die dit had gekocht van de
G„ welke beweerde de fret gekocht te hebben op een
'advertentie. Het beest was gestorven en hij had nu de
'huid maar ten gelde gemaakt. De politie vond het
beter óm maar proces-verbaal op te maken, zoodat de
verdachte er wel meer van zal hooren.
Aangehouden. Alhier is op de Iepenlaan door de
politie aangehouden zekere v. D., zonder vaste woon
plaats, welke in het Algemeen Politieblad gesignaleerd
stond om nog een gevangenisstraf van zes weken te
.ondergaan, wegens het stelen van een geweer te Bloe-
mendaal. Na verhoord te zijn op het bureau te Over-
veen, werd hij naar het Huis van Bewaring te Haar
lem overgebracht.
Ongeluk met het sleden. Bij het sleden vanaf
de Hooge Duin en Daalscheweg heeft er de vorige
week nog een ongeval plaats gehad. Een logé van den
heer V. kwam met het sleden terecht tegen een hek
op den hoek van den Midden- en Hoogen Duin en
Daalscheweg. Hij kreeg een wond aan het achterhoofd
"en kon, na verbonden te zijn, weer naar huis terug.
De geramde spoorboom aan den overweg Klever
laan. Zooals de dagbladen reeds publiceerden, is
er de vorige week Vrijdagavond een automobilist, die
met de onhebbelijke situatie daar ter plaatse niet
bekend was, met zijn auto komende uit het Kinheim-
park tegen een spoorboom gereden, daar de spoor-
boomen waren gesloten. De chauffeur zag dit op
enkele meters afstand en kon zoo spoedig niet meer
- stoppen, zoodat een botsing er het gevolg van was.
De boom knapte geheel af en< kwam op de rails
terecht. Dank zij het vlugge optreden van de wachters,
kon de boom nog bijtijds vóór den naderenden trein
verwijderd worden, anders had deze botsing misschien
ernstigere gevolgen gehad.
Er werd gedurende eenige dagen voor afsluiting
gezorgd door middel van een ketting.
Thans is er weer een nieuwe boom voor in de plaats
gekomen.
't Zal bij deze eene botsing niet blijven, want de
verlichting is er zeer gebrekkig, zoo zelfs dat niet
alleen automobielen, maar ook wielrijders bij avond
voortdurend last hebben van de duisternis daar ter
plaatse.
En het publiek tobt maar geduldig voort
Door een hond aangevallen. - Zaterdagmiddag
werd de heer T. op den Noorder Stationsweg aange
vallen door een herdershond van een familie daar
woonachtig. De aangevallene kreeg drie beten in de
linkerarm. Na door Dr. Beusekom te zijn verbonden,
kon hij zich naar zijn woning begeven. De schade
aan kleeding enz., wordt door den eigenaar van den
hond vergoed.
Korte Kleverlaan 26 Telefoon 22861
Met goud bekroond
Van een ladder gevallen. Woensdagmorgen is een
tuinman aan de Slingerweg van een vrij hoogen ladder
gevallen. Hij klaagde o.m. over hevige pijnen in den
rug. De inmiddels ontboden geneesheer, Dr. de Groot
te Heemstede constateerde, dat de linkerpols gebroken
was.
De tuinman werd na verbonden te zijn naar het
St. Elisabetsgasthuis te Haarlem overgebracht.
OVERVEEN.
Twee jubilarisen. Deze week herdachten de hee-
ren P. H. Bos en H. Dames, den dag, waarop zij respec
tievelijk 30 jaar en 25 jaar collectanten waren in de
parochiekerk van O.L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen
Alhier.
Ter hunner intentie werd door pastoor C. van
Niekerk een H. Mis opgedragen, waaronder een alge-
meene H. Communie plaats had van leden van het
Collectanten-college.
Nieuwe Tennisbanen bij het Kennemer Lyceum.
Bij de stichting van het Kennemer Lyceum aan het
Aariaan Stoopplein te Overveen-Bloemendaal had het
bestuur van het Lyceum gelegenheid de hand te leggen
op terreinen benoorden het nieuwe schoolgebouw en
Stoop's bad. Dit waarborgde vrije ontwikkeling van
de school en vooral ook rust voor het schoolwerk in
de toekomst. Menig schoolgebouw, dat aanvankelijk
vrij lag, is in den loop der jaren door ingebouwd wor
den, tramaanleg enz., ernstig in waarde gedaald.
Het bestuur van het Kennemer Lyceum heeft nu be
sloten op het terrein naast het schoolgebouw, benoor
den daarvan, een viertal tennisbanen te doen aan
leggen, die in de schooluren, voor de openluchtlessen,
ter beschikking van het Lyceum zullen zijn, in de
uren daar buiten zullen worden verhuurd, zooveel mo
gelijk echter aan personen of groepen van personen,
die met het lyceum in verbinding staan ouders, oud
leerlingen, enz. Het banencomplex zal bereikbaar zijn
door middel van een te bouwen brugje aan den Noord
westelijken hoek van het schoolterrein, alwaar fietsen
berging, waschgelegenheid, enz. aanwezig is.
De banen worden gelegd door de N.V. Werninks
Tennisvloeren te Leiden, dezelfde firma, die de 2 banen
in het nieuwe Stadion te Amsterdam heeft ingericht.
Zij zullen dezen zomer gereed zijn.
Voor de leerlingen van het Lyceum opent deze aan
leg, nu door een overeenkomst met het naburige Stoop's
bad sedert den nieuwen cursus ook het zwemonderwijs
in het schoolprogramma is opgenomen, de gelegenheid
alle takken van sport in de schöoluren te beoefenen.
H. D.
AERDENHOUT.
Aanrijding. De vorige week Vrijdagmiddag om
streeks 12 uur had er een ernstige aanrijding plaats
op de Van Stolberglaan hoek Westerlaan, die geluk
kig zonder persoonlijke ongelukken afliep. Dr. van W.,
arts te Haarlem, reed met zijn auto op de Van Stol
berglaan in de richting Overveen. De heer de B.,
garagehouder alhier, reed met zijn auto op de Wester
laan richting Aerdenhout. Van W. reed links en zag
de B. schijnbaar te laat. Deze, de botsing willende
voorkomen, maakte een bocht naar links, terwijl de W.
die dit niet begreep naar rechts reed. Toen was een
botsing onvermijdelijk, met het gevolg, dat beide
auto's zoo ernstig werd beschadigd, dat ze moesten
worden weggesleept. De politie maakte van een en
ander proces-verbaal op.
HAARLEM.
Verplaatsing Rijwielzaak A. J. van Straaten, van
Kopstraat naar Zijlweg hoek Duvenv.straat. In ver
band met de verplaatsing van deze zaak, maken wij
orize lezers opmerkzaam op de nieuwe inrichting van
bovengenoemde Rijwiel- en Radiohandel. In de ruime
winkel is plaats voor een flink aantal rijwielen; we
zagen er verschillende merken. Ook op Radiogebied
is veel nieuws te zien Achter de winkel is de werk
plaats, waarvan den ingang is aan de Duivenvoorde-
straat. De groote winkelruiten zijn .voor deze zaak
een flinke reclame en de étalageruimte is zoo groot,
dat er verscheidene rijwielen in kunnen worden ge
plaatst. Wij hopen dat het voor den heer Van Straaten
een goede verandering zal blijken te zijn.
Heeren Modemagazijn A. J. Ophuijsen, Santpoort
straat 55. Het Kleverparkkwartier is weder een
mooie zaak rijker geworden door de vestiging van
het Heerenmodemagazijn van den heer Ophuijsen.
Jaren gevestigd in de KI. Houtstraat, heeft de eige
naar zijn zaak verplaatst naar de Santpoortstraat.
Het winkelhuis ziet er keurig verzorgd uit; voorzien
van mooie betimmering en een moderne étalagekast,
doet het alle artikelen zeer tot hun recht komen. Wij
maken onze lezers nog opmerkzaam, dat aan deze zaak
verbonden is een Dames- en Heerenkleermakerij.
Wij wenschen den heer Ophuijsen met zijn nieuwe
zaak een goed succes.
Kon. Liedertafel „Zang en Vriendschap".
De Kon. Liedertafel „Zang en Vriendschap" geeft
op Dinsdag 10 Januari een concert ter herdenking
van den lOOsten sterfdag van Frans Peter Schubert,
met medewerking van Betsy van BreemenSchrik
(viool) te Amsterdam en Emmy van Eden (Eere-lid)
aan den vleugel.
BUiTEN VERANTWOORDING DER REDACTIE
Geachte Redactie,
Verzoeke beleefd voor het onderstaande een plaatsje
in het eerstvolgende nummer van uw veelgelezen blad,
waarvoor bij voorbaat mijn dank.
Een onbegaanbaar stukje trottoir!
Wie ontfermt zich eens over het korte eindje voet
pad tusschen ingang Kinheimpark en spoorwegover
weg aan de Kleverlaan.
Woensdagochtend met den krachtigen dooi, was het
geheel onbegaanbaar en met droog weer is het zoo
hobbelig en hard, dat menschen met gevoelige voeten
of dames met hooge hakken er ook geen gebruik van
kunnen maken.
En toch is dat korte zijwegje op momenten, dat tal
van fietsrijders, auto's en voertuigen van allerlei soort
na het openen der spoorwegafsluitingen zich verdrin
gen, voor voetgangers dringend noodig om het gevaar
van d.en overgang zooveel mogelijk te ontgaan.
Met enkele karrenvrachten zand, schelpgruis of
sintels is het ongerief te verhelpen.
Uw abonné,
P.
Naschrift van de Redactie.
Als er zich iemand over bedoeld stukje voetpad zal
ontfermen, zal het de gemeente wel wezen.
Particulieren zullen er o.a. geen moeite voor doen.
't Zou trouwens dwaasheid zijn, want de gemeente
is zulks verplicht.
Maar, zooals u wellicht weet, 't is juist het punt,
waar onze gemeente zich liever niet mee bemoeid.
Want er is daar meer op te knappen als hetgeen door
u wordt bedoeld. De entrée van Bloemendaal geeft
daar al een zeer armoedige aanblik, vooral nu het
Haarlemsche gedeelte van de Kleverlaan sinds kort
aanmerkelijk is verbeterd.
We kunnen alleen maar hopen en wachten.
4 W -
r-
WORDT OflOVFKTROFFFPI GEPEPAEFERE
EER3TE NEE. VULCAriliEER-iriRICHTinG
FWriA J. LETKHERT O
TOLSTRAAT 01 04 AMSTERDAM TELEF00H 25167
BEUKSTRAAT l HAARLEM TELIFOOPI 10402
SWnOTÖDLEin 10-11 HILVERSUM TELEfOOM 656
phonie van César Franck, een klank- en kleurrijk
werk, zeer dankbaar uitgevoerd door het Amster-
damsch orkest, dat weer blijk gaf, niet voor niets
een wereldnaam te bezitten en beroemd te zijn om zijn
bijzondere accenten en klankeffecten, 't Was een
prachtige avond.
ELSA VAN DEN BOSCH.
4c Concert der „Bach"-Vereeniging te Haarlem.
Het Amsterdamsche Orkest, onder dirigentschap van
Pierre Monteux, die Dinsdagavond weer voor 't laatst
van dit seizoen het podium der Gemeentelijke Concert
zaal betrad.
Als ouverture speelde men „die Fingalshöhle" van
Mendelssohn-Bartholdy, een frisch en prettig muzikaal
werk, één van de betrekkelijk weinige werken, waaraan
Mendelssohn-Bartholdy, een frisch en prettig muzikaal
en zijn „Sommernachtstraum" toch zeker niet het land
zal gehad hebben.
Daarna liet de solist, de neger-tenorzanger Roland
Hayes, zich in drie werken vóór de pauze hooren, n.l.
in de Aria uit de opera „Semele" van Handel, in een
aria uit „La Calanuta Cuori" van Galuppi en in „La
Fuite en Egypt" uit het oratorium ,.1'EnfanceduChrist"
van Berlioz. Het eerste werk zong Hayes in 't En-
gelsch, de andere in 't Italiaansch en in 't Fransch.
Opmerkelijk was hoe zuiver en mooi zijn uitspraak
was en hoe goed H. de verschillende componisten be
greep en hun werken wéérgaf. Groot van volume is
zijn stem niet, doch munt uit door fijnheid en vooral in
„Ie Calanuta Cuori" was zijn bijzonder solto voce te
bewonderen. ,,1'Enfance du Christ" oogstte zóón
applaus, dat orkest en solist zich lieten bewegen het
nog eens te spelen en te zingen.
Na de pauze bracht het orkest nog de d-moll Sym-
Avond-Concert voor Leden der H.O.V.
Soliste Sepha v. Beinum—Jansen.
Daar het deze keer een geheel Beethoven-pro
gramma was, zette men in met de „Coriolan"-ouver-
ture. Evenals de „Pastorale"-symphonie, die als werk
na de pauze werd gegeven, is het altijd weer voor
iedereen gemakkelijk te begrijpen muziek. Van de
„Pastorale" spreekt zeker het „Sturm und Geurther",
wel het meest tot den toehoorder. De „Szène am
Bach" is velen in onzen tijd wat te uitgesponnen.
Misschien had het tempo (Andante molte mosso)
iets vlugger genomen kunnen worden.
Sepha van Beinum speelde het prachtige rijke over
bekende vioolconcert in D, zooals men weet het eenige
dat Beethoven voor den violist Clement geschreven
heeft. Het ware te wenschen, dat het tweede concert in
C óók voltooid ware geworden; er zijn slechts losse
schetsen van gevonden. Het „Allegro ma non troppo"
met zijn vijf hoofdthema's speelde de violiste breed,
rustig zuiver. Onmiddellijk trof de zuiverheid der
octaven van het dominante septiem accoord, waar
mede het eerste deel na het voorspel van het orkest
inzet. Ook klonk de cadenz mooi en duidelijk, en het
geluid van het instrument, dat de violiste naar ik
hoorde, slechts kort bespeelt, droeg goed de zaal in.
Het wil .mij toeschijnen, dat de flageoletten niet altijd
gemakkelijk aanspreken op deze viool: overigens is de
kwaliteit van de toon over 't geheel goed. Het Lar
ghetto uit het vioolconcert eigende zich bijzonder voor
dit instrument; het pittige Rondo werd door violiste en
orkest frisch voorgedragen. Sepha van Beinum, die
óók voor Haarlem en omstreken lang geen onbekende
is, mocht zich met man en orkest in eenovatie en
mooie bloemen verheugen.
De Ledenmatinée van 15 Januari brengt óók een
bijzonder mooi programma met George Robert als
solist. Niet minder als vier (voor het orkest) nieuwe
werken brengt van Beinum dan naar voren.
We twijfelen dan ook niet, dat de zaal wederom
flink bezet zal zijn en dat de H.O.V. als loon voor
haar harde en opgewekte werken véél nieuwe leden
zal mogen werven!
ELSA VAN DEN BOSCH.
Speciale aanbieding
Zijde gevoerd £CC
80.-, f 60.-en
Een proeve van
Eerste klas Engelsch
Kleermakerswerk
tegenover de Tempeliersstraat
Telefoon 11265 Haarlem
HERPLAATSING WEGENS MISSTELLING
,,Dat moet geboet worden", door Martin
Andersen Nex0, geautoriseerde vertaling
door Cl. Bienfait. Ingen. 2.90, géb. 3.90.
Uitgave: Van Holkema Warendorf, Am
sterdam.
Anderson Nexö,. beschrijver van het kind en van de
natuur. In dit boek komen beide tot uiting in hun
mooiste vorm. Het is de geschiedenis van een boete
doening en de man, die boet, zien wij, als wij de eerste
pagina van het boek gelezen hebben, duidelijk voor
ons. Opgegroeid in een ongelukkig milieu, heeft hij
zijn jeugd doorgebracht, staande tusschen zijn vader en
zijn moeder, terwijl hij sterker indrukken kreeg dan
iemand vermoedde. Waarom kon vader niet hebben,
dat je hem in de oogen keek, en moeder wel? Hij had
daar het eerst, aandacht aan geschonken, omdat de
hond het ook niet kon verdragen.
Als eenig kind had' hij het dienstmeisje benijd, dat
ze 's avonds haar broer op visite kreeg en hij had
gezien, dat hij de armen om haar heen sloeg. Waarom
mocht hij dat niet vertellen? Het probleem werd nog
grooter, toen hij op een goeden dag ontdekte, dat ze
twee „broers" had. Als hij in een warmen zomer met
zijn moeder naar buiten gaat, gaan bewondering en
verbazing hand aan hand. De bloemen en vogels bren
gen zijn kinderhart in verrukking, maar wat hem
vooral bezighoudt is: hoe ze witte melk kunnen melken
uit zwarte koeien. Kort na hun terugkeer in de stad,
wordt moeder ziek, ze gaat naar het ziekenhuis en
keert niet terug. Vader en moeder leven gescheiden.
Soms ziet hij moeder aan school, maar hij merkt dat
vader het onaangenaam vindt. Later schaamt hij zich,
wijl hij zich eens vernederde door iets onaardigs te
zeggen van moeder, enkel om vader pleizier te doen.
Pas als hij zestien is, gaan de oogen hem open en
vlucht hij naar zijn moeder, die hij terugvindt als een
droevig wrak, gevolg van de zonde van zijn vader.
Na enkele jaren sterft zij, hij beëindigt snel zijn studie
in de rechten en neemt ergens buiten een volontairse
plaats aan. In dien tijd leert hij een jonge vrouw ken
nen; zij krijgen elkaar lief en hij beleeft den geluk
kigsten tijd van zijn leven tot hij door een enkele daad
al het schoon vernietigt. Hij is de zoon van zijn vader!
Angstig heeft hij zichzelf bij hem vergeleken, gespeurd
of hij ook maar de geringste overeenkomst met hem
kon ontdekken, en dan plotseling, door zijn ontrouw,
verstoort hij de idylle van zijn liefde. De jonge vrouw
zal zijn ontrouw niet overleven, zij verdrinkt zich in
den boschvijver. En de jonge man sleept zijn gebroken
leven voort en boet.
,,Een hel op aarde", door Guido de Verona,
geautoriseerde vertaling door Chr. Moresco-
Brandts. Ing. 2.90, geb. 3.75. Uitgave:
Van Holkema 6 Warendorf, Amsterdam.
Miquël, een vijftig-jarige avonturier, huwt met een
veel jongere vrouw, die haar stiefdochter Ivona bij
zich heeft. Miquël zelf heeft een aangenomen zoon.
Deze jonge man wordt hartstochtelijk verliefd op zijns
vaders vrouw en tusschen hen beide ontstaat een ver
houding tot groote jaloezie van Ivona. Tusschen de
twee jonge menschen is een teedere liefde opgebloeid
en Ivona, bang haar geliefde af te moeten staan aan
haar stiefmoeder, deelt Miquël de ontrouw van zijn
vrouw mede. Deze aarzelt geen oogenblik, maar zijn
vrouw en zoon samen verrassend, doodt hij de eerste
en jaagt de tweede zijn huis uit.
Ivona volgt hem en de twee jonge lieden vertrekken
naar Zuid-Amerika, waar zij zich aansluiten bij een
groep van goud-zoekers. Zij trekken allen, door een
Engelschman aangevoerd, met sleden, honden en tenten
het land in op zoek naar goud, Het geluk dient hen
ziet en overvallen door den barren winter moeten zij
kampeereren in hun tenten en leven van wat de jacht
hen opbrengt. De leider komt door een ongeluk om
't leven; een Spanjaard sterft aan scheurbuik, zijn
vrouw volgt hem spoedig. De overgeblevenen trekken
verder en in de donkere dagen en nachten vertellen zij
elkaar hun levensloop, die gaat tusschen avonturen en
misdaden. Door koude en schaarschheid aan voedsel
komen zij stuk voor stuk om, tot slechts Ivona, haar
vriend en een Patagoniër overblijven. Zij bereiken de
streek, waar ze het goud vinden, maar Ivona zinkt
uitgeput inéén. De Patagoniër laat hen in den steek.
Dan komt Miquël, die een karavaan heeft uitgerust,
•veneens naar de goudvelden toe. Zijn mannen ont
dekken Ivona en haar liefste, neergezonken in de
sneeuw. Zij willen hen redden, maar Miquël hen her
kennend, geeft het sein voort te trekken en het paar in
den steek te laten. Dit is zijn wraak. De beide men
schen sterven dien nacht, door de sneeuw bedolven.
Ontvangen Boeken.
„De kinderen van Heckendam", door
Marie Diers; prijs ingenaaid 2.50,
in prachtband 3.50. Uitgave A. G.
Schoonderbeek, te Laren.
De strijd des levens bleef de personen die in dit
boek worden beschreven, niet vreemd. Reeds vroeg
verloren de kinderen van Heckendam hun ouders en
moesten voor zichzelf zorgen, de ouderen kregen de
zware taak op zich om ouderlijke plichten te vervullen
zonder ouderlijke autoriteit te bezitten. Een fijn be
schreven boek waar veel uit te leeren valt; het is een
greep midden uit het leven, het is een boek dat opheft,
en iemand verbeteren kan. Met veel genot kan men
dit lezen, de naam 'van den schrijver waarborgt zulks
reeds.
„De Huizen van Ohlenhof", door
Hermann Löns, vertaling van J. J.
Musschenhage, illustraties van Sj.
Kuperus.
Uitgave: A. G. Schoonderbeek,
Laren.
Herman Löns geeft in dit fraai geschreven boek
verschillende verhalen weer welke in dezelfde plaats
voorvallen. Het zijn ondér meer karaktertypeeringen
van personen, die in Ohlenhof zich vestigden en ken
nis maakten met de dor'psche bekrompenheid, of van
menschen die in deze plaats werden geboren en groot
gebracht doch door 's levensslaap de aandacht trok
ken van de kleine omgeving.
We laten hieronder zulk een beschrijving volgen
van „De Dieshoeve".
Tegenover de nieuwe herberg, maar zoo ver van
den straatweg af, dat men de gebouwen maar net
kan zien, ligt de Dieshoeve, de grootste boerderij van
Ohlenhof.
Van het anderhalf dozijn gebouwen, die er onder
de zevenhonderd eiken van 't erf staan, hebben de
meesten nog strooien daken. Een van de schuren,
waarvan de eikenplanken zoo grijs als oud zilver en
zpo hard als been zijn, staat er nog uit den tijd vóór
den Dertigjarigen Oorlog; de vier gaten in den gevel
zijn nog afkomstig van de kogels eener rondtrekkende'
bende van Tilly. Het woonhuis is nog heelemaal in
den ouden stijl gebouwd, alleen is er voor jaren een
schoorsteen opgezet; maar de ouderwetsche schouw
met de groote paardekoppen aan de einden der bal
ken werpt thans nog zijn reusachtige schaduwen op
de deel en in zijn steenhard, roetkorst, zoo blank als
staale weerspiegelt zich het open haardvuur.
Het is een hard slag volk, dat op de hoeve woont.
De mannen werken veel, drinken weinig en spreken
heelemaal niet; ze bevelen alleen maar. Hun neuzen
zijn recht, hun oogen koel, hun lippen vormen een
scherpe lijn, hun knoken zijn geweldig sterk en hun
handen reusachtig. De overgrootvader van den boer
heeft als jonge man in 't veen een landlooper, die hem
aanviel, met één greep gewurgd. De vrouwen hebben
altijd veel geld en sterke beenderen gehad. Van de
Dieshoeve heeft Duitschland flinke menschen gekre
gen: één generaal, vier geestelijken, een beroemden
anatoom, allemaal, allemaal mannen van de daad.
Want ook de geestelijken waren mannen van de daad,
hun woorden vielen als donderslagen van den kansel,
en één van hen heeft in tien jaar tijd uit een aan
den drank verslaafde gemeente een fatsoenlijk dorp
gemaakt, deels met Gods woord, deels met zijn boe-
renvuist.
Nu nog vertelt men in zijn dorp van een woeste
vechtpartij op een Zaterdagavond, die zoo erg werd,
dat de waardin in haar angst naar den dominé liep.
Die ging in z'n hemdsmouwen met haar mee, sprong
midden in het kluwen van dronken kerels, sloeg ze
naar alle hoeken uit elkaar, gooide de jenever van de
tafel en joeg ze naar bed. Toen hij stierf, huilden die
genen het meest, waarop zijn woorden en zijn vuisten
het zwaarst waren neergekomen. Zij zijn heel hard,
de mannen van de Dieshoeve men vertelt van hen,
dat ze hun zwakke kinderen niet laten groot worden.
Ze hebben allemaal bij de garde gediend.
En toch leeft er op de hoeve een man, die niet
hard is. Hij heeft het gezicht van de Diesboeren en
heeft het ook weer niet, want zijn trekken zijn' fijn
en zijn oogen zijn als die van een kind.
Dat is oom Hein.
Wie is oom Hein? Oom Hein is oom Hein, verder
niets. Hij loopt op pantoffels, wat anders geen enkele
Diesboer doet, hij helpt aardappelen schillen, alsof hij
een dienstmeid was, hij slooft zich uit met de kinde
ren, hij draagt ze in de zon, hij brengt ze naar bed.
hij waakt bij ze, als ze ziek zijn en hij vertelt ze ver
haaltjes, zonderlinge verhaaltjes, die Homerus eens in
verzen neerschreef en waar Herodotus woorden voor
vond. Als hij ze in slaap zingt, zingt hij de hexameters
van Homerus en maken ze hem kwaad, dan scheldt
hij in 't Grieksch of Latijn. Zondagsmiddags zit hij in
't prieel of 's winters op zijn kamer en leest in de
geel geworden boeken, die hem van Odysseus of
Ajax vertellen en van de' zeden der Nubische volke
ren, die Herodotus voor ons bewaard heeft en dat
gene, wat Tacitus over de oude Germanen heeft ge
schreven.
Hij leest het, maar hij begrijpt het. niet. Hij leest
het Grieksch en Latijn vlotweg, maar de beteekenis
ervan is hem ontgaan. Hij haspelt datgene, wat de
dominé van den kansel spreekt met de gestalten van
Homerus door elkaar en maakt daar verwarde ge
schiedenissen van, hij laat Petrus Hektor verslaan en
de schoone Helena het hoofd van Christus met koste
lijke olie zalven. Meestal zijn z'n oogen goedig en
vroom; alleen als de Meimaand komt, kijken ze koud
en hardvochtig en wekenlang praat hij dan alleen
met vrouwen en kinderen. Want in Mei was het, toen
z'n vader hem voor 't gymnasium opwachtte ten tegen
hem zei: „Ik heb je van school genomen; Johan is
dood; hij heeft zenuwkoorts gehad. Je boeltje is al in
't rijtuig, .ik heb. 't van den dominé gehaald. En nu
gaan we eten."
Heinrich was daarmee erfgenaam van de hoeve ge
worden, want de wet op de Diesh'oeve luidt:: „De
oudste wordt erfgenaam van de hoeve; de tweede
zoon studeert, de derde trouwt op een boerderij." De
eerste nacht lag Heinrich slapeloos en dacht aan zijn
boeken en dacht aan den kansel, waarop hij zich in
gedachten al had zien staan; den volgenden morgen
was hij aan 't werk. Hij werkte als een knecht, maar
de boeken vergat hij niet. Halve nachten zat hij met
z'n lexikon en grammatica over Herodotus en Home
rus of over Tacitus en Cicero gebogen; en als hij bij
't ploegen of zaaien eraan dacht, dat hij drie jaar
lang de eerste van de klas geweest was, dan werd
zijn gezicht vuurrood en zijn oogen vlogen vol haat
over 't veld. Maar nooit klaagde hij zijn nood aan
vader of moeder. Nooit was hij nalatig bij 't werk
en nog vóór de knechten was hij 's morgens uit 't
bed. Hij weende nooit in z'n kamertje, -maar hij lachte
ook niet; hij ging alleen maar als hij gedwongen werd
naar de herberg en de meisjes behandelde hij, alsof
ze voor hem niet bestonden.
Dat duurde zoo zeven jaren lang. Zijn handen wer
den bruin en breed en zijn gezicht smal en bleek; om
zijn mond kwamen rimpels en zijn oogen waren koud
en strak. Maar op den eersten Mei van het achtste
jaar na den dag, waarop zijn vader hem met de rood-
schimmels afhaalde, glimlachte hij weer zacht en vrien
delijk, toen hij 's morgens uit zijn kamertje kwam; en
zijn vader wist niet, wat hij zeggen zou, toen hij hem
daar zag staan, gekleed in zijn Zondagsch pak en
met de schoolboeken onder den arm. Hij wou hem
barsch toespreken, maar toen hij hem in de oogen
keek, sidderde hij en. moest gaan zitten en drie dagen
later lag hij op de schragen; een beroerte had een
eind aan zijn leven gemaakt.
Heinrich echter ging glimlachend langs de dood
kist, praatte over 't mooie rapport, dat hij gekregen
had en vroeg aan den dominé, of de Grieken Tha-
lassa of Thalatta en of de Romeinen Cicero of Ki-
kero gezegd hadden en verzocht heni een moeilijk stuk
uit Livius te verklaren.
Hij werd naar Hildesheim gebracht. Na een jaar
werd hij als ongeneeselijk ontslagen. Sedert dien tijd
leeft hij als een krankzinnige, die niemand kwaad
doet, op de hoeve, welke de jongste broer overge
nomen heeft. Hij schilt aardappelen en past op de
kinderen, gaat om den anderen Zondag naar de kerk,
gekleed in zijn beste jas met lange slippen en met
z'n gouden dasspeld in de dubbele halsdoek en leest
's middags in z'n boeken. Hij valt niemand lastig. Als
hij onzin praat, dan laat men hem maar praten, zon
der erom te lachen.
Men let heelemaal niet op hem. Hij telt niet mee.
Hij bestaat eigenlijk heelemaal niet. Hij is alleen maar
oom Hein.
Bij denzelfden uit(
verscheen „Der zwal
op terugkomen.
„He
Fee
2
Wa
Am
Dit boek is doortir
heid en een bijzonde
geïllustreerd met tal
stad Middelburg wa<
Wie het boek leest
zal, ondanks de gej
een klein medelijder
Simon wiens onrusti(
geschokt, terwijl hij
voelt.
„V<
Ho
Uit
Ook deze uitgave
hebberijen" is evena
liefhebber een welde
van vetplanten dat
plant noodig is en
bereikt.
Het boekje is typ
sierd met een 60-tal
Van de reeks „BI
den uitgever A. G
„Buurtgenootjes", ee
van acht tot twaalf
Ook deze uitgave
gename schuilt er in
Hoe leuk en tegeli
van baas Glas gety
zwerveling.
„D
illu
ga\
Een spannend jon
Regelprijs 15 een
speciale tarieven,
tentiën, t.w. Vras
Huur- en Verhi
Verkoop, etc. vai
50 cent, elke re{
mits bij vooi
VAN
Neemt pr<
blijft
Nog slechts
VOOR'
van onz<
Alle voorradic
Engelsche
Ulsters,
Overjassen,
Demi-saii
Reger
Col
wordei
opgei
Door nu reec
te koopen, bes
op uw vooi
Wacht dus
Zoo voorde
nooit. Zi
Alleen: I
t.o. de Ten
Haarlem. - T