IJMAA&VOLLE RADIO a KUNST Weet U MUZIEK BcTin Seschenken BOEKBESPREKING GEVONDEN VOORWERPEN 44 UITGAAN ADVERTENTIEN Ingezonden Mededeelingen Weekblad voor Bloemendaal, Overveen, Aerdenhout, Bent veld» Vogelenzang, Kleverpark (Haarl.) en Santpoort-Station ABONNEMENTEN Bloemendaalscheweg 42 Telefoon 22324 Post-Cheque- en Gironummer 73407 Rusthoek - Bloemendaal Kunstnijverheid W. BEUNDER - VERBINDINGSWEG 12 - TELEFOON 22338 UNcSTNIIVEfcHEIDSHIJIS ANDREA" (BEHANGER) TÉSfj WERKEN NAAR EIGEN EN GEGEVEN ONTWERPEN J. P. Kcnzeu - Verbindingsweg fife A. H* van der Steur Jr. FOTO AMERICAN j Uitzending van Diners aan huis j C. J. Gude - Cuisinier ZATERDAG 26 NOVEMBER 1927 Per regel0.20 Kleine annonces „vraag en aanbod" 1 toten met 5 regels 0.50 elke regel meer „0.10 (le pagina) per regel 0.45 (volgende pagina's) 0.40 Bij contract speciale tarieven. DERDE JAARGANG - No. 12 UitgeverG. Eikelenboom - Bloemendaal Per jaar Per half jaar 1.6Ö Per drie maanden. 0.85 (Bij vooruitbetaling te voldoen). Abonnementen kunnen op ieder tijdstip aanvangen* Losse nummers a 5 cent ver krijgbaar bij den boekhandel en aan het bureau van dit blad Bureau tooi Redactie en Administratie t Zaal disponibel voor vergaderingen, partijen enz. Ook zeer geschikt voor besloten dansclubs De wetenschap is even nutteloos voor den man zonder oordeel, als een spiegel voor den blinde. Christna. Het Kunstnijverheidshuis Andrea expo seert een groote collectie leerwerk van den Utrechtschen kunstnijvere Chris Agterberg. We vinden er tasschen, boekomslagen, por tefeuilles, schrijfmappen etc. En al deze voorwerpen hebben als eerste deugd, dat ze staan boven het niveau van het vele kunstnijverheidsgoed, hetwelk er vooral op gericht schijnt 's menschen ondefinieer bare lust tot het nieuwe oftewel het noch- nicht-dagewesene te prikkelen. We zien haast dagelijks zulke voorwer pen, waarbij deze of gene handige meneer of juffrouw, met wat artistieke aspiraties gezegend, zich hebben gezet tot het ver sieren van allerlei prullige vormen met wat tierlantijnen en in de mode zijnde kleur tjes. De leek, die moeilijk weet te onder scheiden, koopt dergelijke rommel, niet wetend, dat hij veel te veel betaalt voor het z.g. moderne goedje. Ik haal dit even aan in verband met het geen ik over het werk van Chris Agterberg 'heb te. zeggen, ruist run dat ook op 't gebied van lederwerk zoo'n verbazende hoeveel heid „schund" in omloop is. Nu zijn wel niet alle voorwerpen, welke ons van dezen ontwerper getoond worden, artistiek van gelijke waarde, een feit is het toch, dat hij vooral in sommige tasschen en boekomslagen een voornaamheid weet te bereiken, die zulk werk verre verheffen boven den gerenommeerden smuk van het hierboven aangeduide „moderne goedje". De bewerking van het leer is eenvoudig. Het wordt n.l. gebatikt in vele sterk spre kende kleuren. We zien er b.v. geslaagde combinaties bij van rood en groen of groen en zwart op grijzen fond. Ornamentaal zijn al deze dingen niet zoo bijster sterk, doch het totaal aspect is nimmer gewild geflod derd of kwasi modern. Men bemerkt bij een zekere vrijheid van kleur en vormverdee- iing toch steeds den ordenenden en schep penden geest van den bekwamen ontwer per. Allerlei aardig gevonden en pittige details een verrassende knoop voor een sluiting, een geheimzinnig verborgen spie geltje, een omgeregen kleurige rand etc. maken deze voorwerpen van den kunste naar Chris Agterberg tot begeerenswaar- dige dingen. Ik meen hier tegelijk eenige aandacht te mogen vragen voor den Rotterdamschen metaaldrijver of beter nog: metaaldrijven den sierkunstenaar Jan Albers. De heer Andrea toonde mij een aardige collectie, waarin naast een prijzenswaardigen een voud en een treffelijke behandeling van het procédé een fijne artistieke visie ligt ver- stoffelijkt. Ik noteerde o.m. een paar uit een vlakke plaat geslagen roodkoperen borden, waar aan letterlijk niets te veel is, maar eiken slag volkomen raak was. Een pittig effect leveren de vele hamerklopjes in al dit werk op. Ze doen U ineens weer beseffen de groote en onverwoestbare waarde van het handwerk. Als een der geslaagdste voorwerpen noem ik een inktpot op een grooten ron den schotel, die geheel uit de vlakke plaat koper is opgedreven, zoodat inktpot en bak uit één stuk zijn. Een technisch knap stuk werk, hetwelk ook artistiek z'n voordeel heeft, doordat de groote vorm bewaard blijft, wat bij vergelijking met een ander voorwerp, waarbij inktpot en schotel af zonderlijk ontstonden, nog duidelijker blijkt. Uit al deze producten, die getuigen van een vaardige hand en een zuiver artistiek begrip, straalt ons de liefde voor het nobele handwerk tegemoet. En dat is iets, wat wij in onzen tijd met z'n aanbidding van de machine wel eens terdege mogen rele- veeren. dat voor St. Nicolaas-Cadeau Us S o e m e ra steeds het meest geliefd aeijnl Bloemen- g magazijn ,,0 e Dahlia" heeft de grootste keus en biedt U steeds het smaakvolste en het nieuwste tegen den laagsten prijs I Zie «Se Etaiage 'V r Nieuwe Kunstkalenders voor 1928 De kalendervloed is weer opgekomen en in de groote massa prullen met fondant achtige mooie meisjes, met honden en poe sen, met reproducties naar oude meesters e.d., drijven hier en daar enkele waarde volle uitingen aan de oppervlakte. Hij die in dezen poel van kakelbonte kleuren en luide geruchten z'n aasje uit gooit, loopt tenminste de kans iets op te halen, dat de moeite van het aandachtig bekijken waard is. Daar is allereerst de groote twaalfbladige houtsnee-kalender van Jan Schonk, die weliswaar tegen den fancy-prijs van 17.50 verkocht wordt, doch waarbij men dan ook ontvangt 12 verschillende groote hout sneden, waaronder prenten zijn van een gave krachtige structuur, welke getuigen van een fijn begrip der houtsnede en welke bovendien boeien vooral in de verschil lende diertypen door een gevoelige ex pressie en een soepele vormgeving. Jan Franken Pzn., die reeds tweemaal een houtsnee-kalender bracht, lijkt mij van 't jaar in z'n zes prenten, waarbij het land leven in de verschillende jaargetijden, op symbolische wijze is verbeeld, bijzonder geslaagd. J. Voerman Jr. en Leo Visser, de beide knappe lithografen, brengen elk de lang zamerhand bekend geworden kalender. De eerste geeft z'n zuiver geobserveerde blcemteekeningen in het nobele lithogra fisch zwart. De tweede verrast ons telken jare met een overdaad van fantasie en vormbeweeg', waarbij de eigenlijke kalen der wel eens te veel verwaarloosd is, maar ook deze kunstenaar blijkt toch in staat ons steeds weer te boeien met een stuk sier kunst, dat wij gaarne het heele jaar aan den wand zullen zien. A. VAN DER BOOM. Concert Schater. Deze vorige week was Haarlem aan de beurt om Schafer's 500e concert te bezoeken, welke beurt overigens de meesten hebben laten voorbij gaan. Maar zij, die dit concert bijgewoond heb ben, kunnen weer volop genoten hebben van Schafer's prachtig beheerscht spel. Het was een onvergetelijken avond van kunstgenot. Heerlijk was het te hooren hoe Schafer het „Xenophoon" van Ph. Em. Bach voordroeg en de Sonate van Scarlatti. Zijn spel is. altijd van een eigenaardige distinctie, die zeer karakteristiek is voor den pianist en welke eigenschap zeer voor het ver tolken van deze oude muziek geschikt is. Als groot werk voor de pauze was gekozen Schubert's Wanderer Fantasie, die Schafer geheel volgens de Lisztsche bewerking speelde. Het vele pedaalgebruik (in andere werken juist het „fort" van Schafer) deed hierin niet mooi, wat nog ver ergerd werd door de sterk resonneerende ruimte der slecht bezette groote zaal van ons concert gebouw. Het Adagio, het eigenlijke Wanderer thema, met zijn prachtige variaties, was wel het hoogtepunt in dit werk. Het begin werd, voor mijn gevoel, wat vlug en afgepast genomen, maar in de variaties was de romantische sfeer goed getroffen. g? - Het tweede deel van het programma was ge- hëel aan moderne composities gewijd; we hoorden eerst het fantastische „Gaspard 'de la Nuat" van Ravel, een werk dat bijzonder boeit door de fijne harmonieën en stemmingen en dat met de meeste subtieliteit en gave topnyorming werd voorge dragen. Gaité van Bifeoni is een alleraardigst „petit rien", dat intusschen groote virtuositeit ver- eischt. 't Was ook niet te verwonderen, dat het publiek daarop geestdriftig reageerde. Een tot slot Variaties van Schafer zelf op een Wals van Johan Strauss. Heel fijtr kwam het wals thema er hier en daar meer als melos dan als melodie door heen geklonken, 't Is eigenaardig zoo weinig er toch van Schafer's hoo'gstbelangrijke werken uit gevoerd worden; 't wordt noodzakelijk, dat hierin eens een kentering komt, want Schafer is een componist, die er in alle opzichten zijn mag en zich meten kan met de feesten der tegenwoordigen tijd. HILDA v. d. BOSCH. „Quo Vadis" Nowowiejski; uitgevoerd door .doopsgezind zangkoor. Over dit werk is reeds zooveel geschreven vooral deze week vóór de uitvoering weer, dat we nu kunnen volstaan met een herinnering aan de uitvoering daarvan. De solisten van den avond (23 Nov.) waren; Jo van IjzerVincent, sopraan; J. van Rijsselberg, helden-bariton; Jac. P. Caro, bas-bariton en Jacob Bijster, orgel; terwijl ook de H.O.V. zich niet on betuigd liet en weer hard werkte en een flinken steun verleende aan de koren. Ditmaal was het de dirigent Jac. Zwaan, die allen leidde, en wien dan ook tot dank voor de vele zorg aan het welslagen van het concert besteed een groote lauwerkrans werd aangeboden. Goed verzorgd ook was het programma met den inhoud van t' werk en een korte levensbeschrijving van den componist. De inzet van „Quo Vadis" is direct al heel leven dig, schildert de brand van Rome; de doffe trom melslagen en vooral de zacht aangeslagen bek kens gaven zeer suggestief het zinderen van een brandgloed weer. Kostelijk ook is de Praetorianenmarsch, waar uit het protsige van de Romeinen uit Nero's tijd spreekt. Prachtig kwam hier de bijzonder sympa thieke stem van Van Rijsselberg als aanvoerder der Praetorianen uit, die het volk opstookt tegen de Christenen. De paukeslagen timmeren er de haat nog extra in! Zooals reeds bekend is, vormt het 3e deel een steike tegenstelling met de voorgaande. De ver volgde Christenen in de catacomben smeeken Petrus om te vertrekken, daar op hem het voort bestaan van de christengemeente rust. De orkest begeleiding drukt goed de twijfel en vragen van Petrus uit. Heel mooi wa§ de orgelbegeleiding van Jacob Bijster met de zang van Lygia (Jo v. Ijzer Vincent), zoo ook het vioolsolo in het koor der christengemeente. Het echokoor, dat aan 't einde van dit deel volgt, maakte ook een goed effect; vooral ook op de luisterenden. Velen deed het reikhalzen naar de richting der stemkamer: hoe heerlijk vonden we het niet op school als er één van allen buiten de deur werd gezet om de echo te zingen! Prachtig vertolkte Caro de zang in het laatste deel, waar Petrus Christus ontmoet en naar Rome D GR.MOIIISÏRAAT 153 K TEL*12393 HAARLEM terugkeert; hoe meer hij de brandende stad na dert, des te sterker weet klinkt het krijgsrumoer. Het krachtige werk eindigt in een slotkoor en dubbelfuga, waarin een geweldige climax heerscht, waarin op den duur de romeinsche thema's ver drongen worden door de christelijke. Door de vele handeling en de groote contrasten is het een zeer dankbaar werk om uit te voeren; geen wonder, dat het evenals op de generale repe titie (voor de jeugd) weer vele menschen trok. Jammer dat door het temperatuurverschil het hout bijna den geheelen avond ontstemd was, doch hieraan is tot nog toe weinig te doen. ELSA VAN DEN BOSCH. „Regeering en Liefdeleven van Lode- wijk XV", door W. C. Schönstedt, met een inleiding van Prof. Dr. H. Brug- mans; geïllustreerd met 47 platen en 2 tabellen. Prijs ingenaaid 6.25, gebon den ƒ7.50. Uitgave: Van Holkema Warendorf's Uitgevers-Mij., te Amster dam. Het is een fijnbeschreven boek, dat handelt over den Franschen geest, beschaving en ontwikkeling uit de 18e eeuw. De schrijver heeft er een speciale studie van gemaakt en hij is er o.i. volkomen in geslaagd, ook ten opzichte van de hoofdpersonen, die er in voorkomen, om op duidelijke wijze dit lijvige boekwerk aantrekkelijk te maken. In een prospectus over deze uitgave wordt o.m. geschreven: Voor zoover ons bekend bestaat er geen Neder- landsch boekwerk waarin het zoo interessante tijdperk van Lodewijk's regeering op zoo degelijke en onderhoudende wijze geschetst is. Gaarne hebben wij dan ook de uitgave van het hierboven genoemde werk op ons genomen, over tuigd dat ook het Nederlandsche publiek belang zal stellen in dezen letterkundigen arbeid, waarin de schrijver de generaal-majoor b. d. W. C. Schönstedt er o.i. volkomen in geslaagd is een uiterst boeiend en aantrekkelijk overzicht te geven van het tijdperk, waarin Fransche beschaving en kunst, gesteund door vrouwen als de Hertogin de Chateauroux en de Markiezin de Pompadour, hun hoogste triomphen vierden. Ten einde een denkbeeld te geven van de wijze van behandeling, vermelden wij hier o.m. de in deeling van het hoofdstuk VI Tijdperk van de Markiezin de Pompadour. Dat hoofdstuk omvat: 1. Van burgerdochter tot Markiezin; 2. Koning en Markiezin; 3. Koningin en Markiezin; 4. Familie leden der Markiezin; 5. Mededingsters; 6. Pare aux cerfs; 7. Uitgaven voor luxe en bouwwerken; 8. Machtstelling; 9. Vrienden en Vijanden; 10. Steun aan kunsten en wetenschappen; 11. Damiens' aanslag op den Koning; 12. Levenseinde der Mar kiezin. De vele schotversjes, uatrains en anecdotes, die meestal betrekking hebben op de talrijke vrien dinnen des Konings, geven een duidelijk inzicht in het leven en drijven van het meest wufte en verkwistende Hof van Europa, waar het met de huwelijkstrouw niet nauw genomen werd en waar de „amant" in den regel grooter rol speelde dan de echtgenoot. De schrijver zegt in zijn voorwoord, dat zijn boek geen werk is voor jonge meisjes, maar het meisje van de 20e eeuw is toch niet zoo bang voor een anecdote die naar den lossen kant helt en waar het al te bont dreigt te worden, eindigt de schrijver zelf abrupt met den uitroepte kras". Hoe verder men in het boek doordringt, des te meer komt de droeve figuur van Lodewijk XV voor ons in helder licht te staan en kunnen wij ons zoo goed indenken in de oorzaken die tot de Fransche revolutie leidden. Het boek telt 320 bladzijden, groot formaat en de talrijke illustraties, waaronder de portretten van de Markiezin de Pompadour en de Gravin du Barry ons een schitterend beeld geven van de schoonheid der vrouwen die in het leven van Louis le bien-aimé zulk een rol speelden, ver hoogen zeker in niet geringe mate de aantrek' kelijkheid van het werk. Wij hebben dan ook het vaste vertrouwen, dat dit -belangrijke boek zijn weg bij het Nederland' sche publiek zal vinden. Terug te bekomen bij: F. van der Veldt, Noor- dertuindorplaan 16, Haarlem, een bezem; H. F. van der Ham, Zuidertuindorplaan 24, Haarlem, een dameshandschoen; Postkantoor te Bloemendaal een paar nappa heerenhandschoenen; aan het bureau van politie te Overveen, een glacé hand schoen, een wollen handschoen, een vijl. IE MM, OVERVEEN - TELEF, 10956 Wij demonstrecren heden het nieuwste „ERRES-TOESTEL" prijs f 180.— (exclusief toebehooren) vrijblijvend. Alleen-Vertegenwoordiger voor Bloemendaal van de R. S. Stokvis-Fabrikaten Kleverparkweg 154 Tegenover de Middelbaar Technische School lste klas Heeren- en Damcskleerraakerij Opgericht 1903 - Telefoon 10303 Voor Najaars- en Winterkleeding het beste adres Nieuwe stoffen en modellen voorhanden Denkt aan Uw foto's voor Rijbewijzen en Abonnementen 3 stuks 25 cent Barrevoetestraat 15 bij de Botermarkt Iordensstraat 74 - Haarlem - Telef13132 Prijscourant wordt op aanvrage toegezonden WUHPl UMMttfftÜiTEPi CEREPAPEERD EER3TE NED. VULCANIiEER-IMïICHTirWj nu ha j. letkpertac tolstraat 91 04 amsterdam telefoofl £316? kerkstraat l haarlem telefoon i049£ st^norümirt lo-n hilversum telefoon tot „Twee Menschen". Rembrandt Theater.' In de komende week wordt er in 't Rembrandt Theater weer een bijzondere film vertoond, getiteld „Twee Menschen". De hoofdrollen worden vervuld door Janet Gayner en Charles Farrell. Het is een van de mooiste en teederste liefdes geschiedenissen, welke ooit door de cinemato- graphie gebracht werd. Twee jonge menschen, die iin elkaar geloofden en bleven gelooven, gedurende vier lange oorlogs jaren. Janet Gayner is eenvoudig en gewoon, maar bezit aangeboren goedhartigheid, zuiver gevoel, liefde voor haar werk en intelligentie. Daardoor heeft ze haar spel in „Twee Men schen" tot een openbaring weten te maken en voelt men hier met een werkelijk natuurtalent te doen te hebben. In „Twee Menschen" beeldt Janet Gayner de vrouw uit als symbool. Symbool van schuchtere kinderlijke aanbidding, moederlijke verzorging, trouwe kameraadschap en teedere liefde. Charles Farrell, staat haar schitterend ter zijde. Beiden weten hun spel op te voeren boven het alledaagsche uit. Een bezoek aan dit Theater zal deze week nie mand berouwen. A

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Bloemendaal's Editie | 1927 | | pagina 1