is—
TENTOONSTELLING
LANOOY
ANDRÉA
jBloemenmagazijn „De Dahlia
KUNST
Zaterdag^io Maart 1928
ADVERTENTIEN
Ingezonden Mededeelingen
Weekblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Bent'
veld, Vogelenzang, Kleverpark
(Haarl.) en Santpoort-Station
ABONNEMENTEN
Bloemenda'alscheweg 42
Telefoon 22324
Post-Cheque- en Gironummer 73407
Verbindingsweg - Bloemendaal - Telefoon 22333
Het adres voor alle Bloemwerk
speciaal voor Bruidswerk en Kransen
Ds. B. van Schelven^.
KUNSTNIJVERHEIDSHUIS
C. J. Gude - Cuisinier
RusthoekBloemendaal
P. VAN DER STAD
POELIER
HAARLEM
a
A. H. van der Steur Jr.
Per regel0.20
Kleine annonces „vraag
en aanbod" 1 tot en
met 5 regels0.50
elke regel meer „0.10
(le pagina) per regel 0.45
(volgende pagina's) 0.40
Bij contract speciale tarieven.
J^(cenvu\xLaal*
1 V 5"
Derde Jaargang No. 28
Uitgever: G. Eikelenboom - Bloemendaal
Per jaar3.
Per half jaar 1.60
Per drie maanden. 0.85
(Bij vooruitbetaling te voldoen).
Abonnementen kunnen op ieder tijdstip
aanvangen.
Losse nummers a 5 cent ver
krijgbaar bij den boekhandel en
aan het bureau van dit blad
Bureau voor Redactie en Administratie i
Wie een fout erkent, heeft die reeds half onge
daan gemaakt
PRENTICE MULFORD.
Aan een onbekende.
Vaak ga je langs me, 's avonds in de schemer,
en altijd leek je ernstig en heel stil
Soms wacht ik éven, om je te zien komen
Maar ik weet zelf niet, wat ik van je wil.
Ik weet niets méér dan je manier van loopen,
je bruine oogen in een streng gelaat
en niet je naam, je thuis geen van je vrienden,
alléén je komen in die donkre straat.
Je kent mij niet je blik is heel gelaten,
je oogen gaan m'n jong gezicht voorbij
je weet niet als je heengaat in de schemer
dat ik soms éven hevig om je lij
Ik wou je eenzaamheid zoo graag vertroosten,
en vreugde brengen in je stil bestaan,
en om je donkere hoofd m'n handen vouwen
maar jij ziet mij zóó rustig langs je gaan
E. A. J. VAN EYSSELSTEYN.
TENTOONSTELLING VAN GLASWERK
EN POTTERY
door G. J. LANOOY.
Kunstnijverheidshuis „Andrea".
G. J. Lanooy, de bekende kunstpotten
bakker te Epe, exposeert bij den heer An
drea in een speciaal en zeer smaakvol
daartoe ingerichte ruimte, een omvangrijke
collectie van zijn bekende aardewerk en
een groot aantal nieuwe Leerdam-unica
in de vrije ruimte geblazen glaswerk
waarvoor hij sinds korten tijd, op verzoek
van de directie der glasfabriek Leerdam,
een serie nieuwe vorm- en kleurcombinaties
heeft bedacht.
Het is niet voor de eerste maal, dat La
nooy zich tot het glas heeft gewend. Reeds
jaren geleden ontwierp hij voor dezelfde
fabriek een collectie gebruiksglas pullen,
vazen, kommen, bekers, enzoovoort dat
dan in, naar Lanooy's teekeningen vervaar
digde, vaste vormen geblazen werd. Wij be
waren van dit glas de herinnering aan en
kele groote vaasvormen van bijzondere be
koring, eenige bekers waarop met pittige
kleurspetjes een eigenaardig en levendig
décor was bereikt.
Over 't algemeen echter miste men in
Lanooy's glas de strakke stelligheid van
den vorm, zooals deze eerst door De Bazel
en later door Copier werd bereikt. Lanooy
is nu eenmaal geen vormenschepper, doch
veeleer een uiterst gevoelig en subtiel co
lorist.
In de nieuwe door hem ontworpen Leer
dam-unica zijn alweer de kleur en de door
allerlei technische kunstgrepen verkregen
eigenaardige materie, tot een bijwijlen ge
raffineerde schoonheid opgevoerd.
Maar zelden wordt men getroffen door
een bepaalde karakteristieke vorm, doch de
verschillende kleurcombinaties zijn van een
verrukkelijke pracht en getuigen bovendien
van een fantasie bij den ontwerper, die hem
op dit terrein tot vrijwel alles in staat stelt.
Op de meest elementaire natuurobjecten
moet Lanooy zich, evenals hij dat in z'n
aarden pullen en schotels doet, hebben ge
ïnspireerd. Er zijn vazen te zien, die in hun
spetterende klemverschuivingen lijken op
groote sierkalebassen, weer andere toonen
de donkere kleurvervloeiïngen van den
mosselschelp.
Dan zijn er dikbuikige vazen met doffe
lusters of uiteengespatte goudvlekjes. Spe
ciaal zij vermeld een bij wijze van een
schroeflijn gedraaide vaas (een technische
handgreep onder het blazen!), die in door
zicht een krachtige wijnroode kleur toont.
Lanooy de kunst-pottenbakker is in te
genstelling tot Lanooy de glasblazer een
hoofdstuk uit de geschiedenis der toege
paste kunst in de laatste 30 jaren. In 1925
heeft hij zijn 25-jarige werkzaamheid als
pottenbakker herdacht. Ik heb zijn arbeid
toen uitvoerig in „Op de Hoogte" bespro
ken. Ik schreef toen o.m.: „het werk van
den kunst-pottenbakker Lanooy is bovenal
bezielde kunstenaarsarbeid; werk vol over
tuiging en met een sterk uitgesproken per
soonlijk karakter, waardoor het zich on
middellijk uit andere soorten onderscheidt.
ORIGINEELE ONTWERPEN VOOR TUINAANLEG
Bekroond met hoogste onderscheiding
Groot gezien heeft het oeuvre van La
nooy in de afgeloopen 25 jarejtf*£ijner werk
zaamheid weinig wezenlijk»^ verandering
ondergaan, wat nog niet wil zegden,..dat het
uiterlijk steeds gelijk bleef; ^u^egei>4eel:
want de regelmatige herhaling zoö-of-
zooveel stuks per dag, die zoo makkelijk
leidt tot ziellooze massaproductie, is erJen
eenenmale vreemd aan.
Lanooy is daarvoor een te spontaan en
warmvoelend kunstenaar en daardoor heeft
hij nimmer bewust toegepaste kunst „ge
maakt" in den geest van de Engelsche Arts
and Craftsbeweging of het Hollandsch sty-
leerend eclectisme,
,,U weet schreef hij mij eens dat
mijn stïeven is een eigen werk te geven.
Meest natuuraspecten, beleefd en gezocht.
Ieder stuk moet daarom ook leven, iets zeg
gen en bijgevolg is ieder ding een unicum.
Teen ik 25 jaar geleden begon, was ik in
dit land vrijwel alleenstaande, buiten pla-
teelfabrieken, die in massa werkten. Lang
zamerhand kreeg ik navolgers en toch ge
voel ik me steeds voorganger van dezen en
gelukkig voel ik me, daar ik weet nog veel
moois te kunnen geven; die mijn kunst be
grijpen, zullen mijn streven waardeeren."
De collectie, welke thans van Lanooy's
aardewerk bij den heer Andrea is te zien,
toont dit werk wel op z'n best. Ik kan mij
tenminste niet herinneren, het ooit in zulk
een verscheidenheid van kostbare stukken
hier bijeen te hebben gezien.
Zooals ik reeds heb opgemerkt, is La
nooy's keramiek vooral in de kleur het
meest overtuigend.
In de prachtige gekleurde glazuren heeft
de kunstenaar iets gelegd van zijn emoties,
die hij beleefde in de stilte der vrije natuur.
In schier eindeloos experimenteeren onder
verschillende meest zeer hooge'verhittingen
zoekt hij in de wondere kleur-materie tot
steeds andere effecten te komen.
Er zijn b.v. borden, die in hun donker- en
lichtgrijze kleurspetjes herinneringen op
wekken aan een plek beschaduwd mos.
Weer andere spreken, in hun uitgewaaierde
kleurwolkjes, van het lichtend spel van
zonne-arabesken op een kleurig bloemen
veld.
Daar zijn ook kommen en pullen, waar
over een dikke glazuur is gedropen van
prachtig blauw, grès, grijsgroen of roomig
wit. Het beroemde Lanooy-wit, dat door
geen ander wordt geëvenaard.
Resumeerende: hier is een verzameling
ambachtskunst te bewonderen, waaraan
ieder die nog niet volkomen is afgestompt
door de productie van de ratelende en
knersende machines een halfuurtje be
steden kan. En tot zijn genoegen!
De interessante collectie blijft nog tot 22
Maart a.s. vrij te bezichtigen.
A. VAN DER BOOM.
Zooals uit de dagbladen reeds is vernomen en
bijgevolg van mond tot mond is gegaan, is een
„groote" uit de Gereformeerde Kerken heenge
gaan in Ds. B. van Schelven, em. predikant al
hier.
Zondagmorgen begaf Ds. van Schelven zich per
auto naar Santpoort, om daar het woord Gods te
verkondigen. Hij voelde zich niet geheel in orde,
en ondanks de raadgeving van zijn huisgenooten
om maar thuis te blijven, is hij evenwel gegaan
omdat hij behoefte gevoelde om te prediken, niet
alleen tot de gemeente maar ook tot zichzelf, want
de oude dienaar had het den laatsten' tijd zwaar,
en tobde steeds over het lot en de toestand van
zijn dochter in Zuid-Afrika, die sinds het over
lijden van haar echtgenoot Mr. J. H. Monnink,
alleen stond voor de verzorging van haar gezin,
dit nam Ds. van Schelven geheel in b slag.
Daar de auto slechts plaats bood aan 2 per
sonen, giing Mevrouw v. Schelven met een andere
gelegenheid naar de kerk te Santpoort, en kwam
daar later aan. In de ahito is Ds. van Schelven
reeds onwel geworden én toen de auto voor de
kerk stilhield kon hij slechts met de grootste
moeite uit de auto komen en verzette daarna geen
voet meer. Hij kreeg het benauwd, en een pleeg
zuster als kerkgangster |anwezig, bood hem haar
vriendelijke hulp aan, doéli dominéé bracht slechts
met moeite uit: „laat U maar, het is niet noodig."
Men zette hem op een stoel neer en met behulp
van eenige broeders werd hij op de stoel zittende
Ds. B. van Schelven
bij Dr. Haye, die naast de kerk in een villa woont,
binnengedragen, waar hij liefderijk werd verzorgd
en op een divan neergelegd. De inmiddels ont
boden geneesheer dr. A. de Groot, diende hem
nog een injectie toe, doch deze poging was vruch
teloos, want na ruim een kwartier gaf hij den
geest.
In het kerkgebouw heerschte onder de-broeders
en zusters groote verslagenheid. Ouderling Bakker
deelde de gemeente het geval mede; na gebed en
het lezen van een schriftgedeelte ging men uiteen.
Per ziekenauto werd het stoffelijk overschot naar
Overveen overgebracht.
Ds. van Schelven werd 27 Augustus 1847 geboren
en werd na zijn theologische studiën beëindigd te
hebben in 1872 candidaat tot den H. Dienst des
Woords in de oude Ned. Herv. Kerk. Hij begon
zijn arbeid op 1 September 1872 te Oost en West
Souburg om deze plaats op 17 Juni 1877 te ver
wisselen met Alkmaar. Hier bleef hij tot 10 No
vember 1878, toen hij naar 's Hertogenbosch ver
trok om daarna van 12 September 1880 tot 22
April 1883 te Haarlem werzaam te zijn. Van aar-
lem is hij 25 April 1883 naar Amsterdam gegaan,
op 22 April werd hij door wijlen Ds. H. W.
van Loon bevestigd en 25 April d.a.v. deed hij zijn
intrede, waar hij het grootste gedeelte van zijn
ambtelijk werk heeft verricht. R'ier maakte hij in
1886 de Doleantie, waarvan hij een der voorman
nen was, mee. Ook zijn naam kwam voor op de
lijst van hen, die achtereenvolgens door het clas
sicaal bestuur van Noord-Holland en door de 1A-
gemeene Synode uitgeworpen zijn uit de gemeen
schap van de Hervormde kerk om bij de Geref.
Kerken te blijven.
In September 1922 ontving hij eervol emeritaat.
Ds. Van Schelven werd even na 1896 benoemd
tc t ridder in de orde van den Ned. Leeuw.
Verleden jaar 27 Augustus vierde hij onder zeer
vele blijken van sympathie zijn 80sten verjaardag.
De generale synode, die toen juist vergaderde zond
hem het volgende telegram:
„De Generale Synode van Groningen wenscht u
met uw achtste kroonjaar op den dag van heden
van harte geluk en bidt u Gods rijken zegen toe.
Moge de avondstond van uw leven overgoten zijn
van het licht van Gods vriendelijk aangezicht."
De Standaard schrijft over zijn verscheiden, o.m.:
„In den vollen zin des Woords was Ds. Van
Schelven een predikant van de oude garde, die
jaren lang lief en leed met de gemeente Amster
dam heeft gedeeld. Onder haar predikanten nam
hij in zijn tijd onbetwistbaar de eerste plaats in.
En die plaats heeft hij steeds met eere gehad. Zijn
bijzondere beteekenis lag vooral hierin, dat hij
het was, die de groote gedachten van Dr. Kuyper
greep, uitwerkte, doordacht en deze in prediking
en catechisatie bracht in de gemeente. Dat maakte,
dat hij was en bleef'een talentvol en geliefd pre
diker in de Amsterdamsche gemeente. Zijn kloeke
mannelijke gestalte, zijn gekuischte taal, de sober
heid en juistheid zijner gestes, het vaak boeiende
in zijn dictie, geheel zijn houding en doen op het
spreekgestoelte, nam in en noopte tot luisteren. De
vastheid van overtuiging van dezen dienaar des
Woords, deed veler hart winnen.
Voor het kerkelijk leven in de hoofdstad niet al
leen, maar ook in het geheele land, heeft Ds. Van
Schelven groote beteekenis gehad. De bijzondere
plaats, die hij in het kerkelijk leven innam, maakte
dat hij grooten invloed geoefend heeft. In dagen
van strijd en tegenstand, was hij de Kerken tot
krachtigen steun.
Onder de mannen van 1886 nam de thans over
ledene een eereplaats in. Ds. Van Schelven stond
reeds eenige jaren te Amsterdam, toen het kerke
lijk conflict ook in Haarlem uitbrak, maar zijn hulp
heeft hij die gemeente niet onthouden. Zoo verkreeg
de arbeid van Ds. Van Schelven steeds ruimer be
teekenis voor de Kerken in classe en provincie
en voor allen saam in het land door zijn arbeid in
synodale vergaderingen. Op meer dan één Generale
Synode voerde hij het presidium en met bijzonde
ren tact. Soms scheen het alsof hij niet leidde, zoo
kalm kon hij personen en zaken aanzien en laten
gaan, om dan op het rechte oogenblik, door een
opmerking, een voorstel, een kort presidiaal woord
toch de vergadering te brengen waar ze zijn moest.
Na zijn emeriteering heeft Ds. Van Schelven zich
niet uit het kerkelijk leven teruggetrokken. In het
geheel niet. Met groote belangstelling bleef hij me
deleven met alles, wat zich op het kerkelijk terrein
voordeed en zeer dikwijls verleende hij daadwerke
lijken steun. Geregeld ging hij nog des Zondags
voor in den dienst des Woords.
Was Van Schelven zoo een man, die zich op ve
lerlei terrein bewoog ook ir. het maatschappe
lijk leven was hij voor velen een vraagbaak en een
helper en trooster zijn groote beteekenis lag
toch wel op het terrein van het kerkelijk leven.
Met hem gaat een man heen, die een eereplaats
onder het Gereformeerde volk heeft ingenomen."
De Nieuwe Rotterd. Crt.:
„Met ds B. van Schelven, emeritus predikant van
de Geref. Kerken is een veelszins merkwaardig
man heengegaan. Door zijn ongewone gaven door
zijn onvermoeibare werkkracht ook want hij
heeft gewerkt zoolang het dag was heeft hij
grooten invloed geoefend op het kerkelijk leven
van Nederland in het algemeen en op dat der Gere
formeerde Kerken in ons vaderland in het bijzon
der. Geestelijke vader dier kerken heeft hij van
de dagen der doleantie af op de bres gestaan waar
het gold haar belangen in en buiten ons land te
verdedigen. In allerlei gewichtige functie's als
voorzitter der Generale Synode, als zeer invloed
rijk predikant in de hoofdstad, als redacteur der
Amsterdamsche Kerkbode, als deputaat, curator
van Vrije Universiteit Gereformeerd Gymnasium,
Theologische school te Kampen, strijder voor het
Christelijk onderwijs heeft hij die kerken en het
Gereformeerde leven in het algemeen in ens land
eervol en met vrucht gediend; wat van regeerings-
wege erkend was door zijn benoeming tot ridder in
de orde van den Nederlandschen Leeuw. Een man
van den ouden stempel, principieel, streng en zui
ver is met hem heengegaan. In breeden kring zal
hij in eerbiedige en dankbare heugenis blijven voort
leven".
De Stads-Editie (O. H. C.) schrijft o.m.:
„Ds. Van Schelven was een man van zeldzame
gaven. Geboren om leiding te geven. Als kansel
redenaar was hij een der meest gezochten. En
velen der ouderen uit onze stad zullen zich zijn
arbeidstijd hier te Haarlem nog wel herinneren.
Onze oude St. Bavo bevatte een groote schare
wanneer ds. Van Schelven er preekte. Van zijn
prediking ging een bezielende kracht uit en het
was dan ook noode dat men hem in 1883 nalar
Amsterdam zag vertrekken.
Hier trok hij eveneens een groote schare tot zijn
prediking. En bij zijn optreden 1n 1886 bij de Dolean
tie ging een zeer groot aantal leden der Kerk met
hem mee. Hij was geliefd en bemind in Amster
dam, o.m. wat wel tot uiting kwam bij zijn afscheid
in 1922, toen bleek welke hechte banden er gelegd
waren tusschen dezen oude pastor en zijn gemeente.
En niet alleen te Amsterdam was hij gezien. Door
zijn groote gaven was hij wijd en zijd bekend, ter
wijl tevens zijn optreden in onderscheidene kerke
lijke colleges hem een goeden naam gaven.
Zijn groote capaciteiten werden erkend door de
Generale Synode's der Geref. Kerken van 1896 en
1905, die hem tot voorzitter verkozen, een taak
die door hem op een onnavolgbare wijze en tact
werd vervuld.
Na zijn emeritaat vestigde hij zich te Overveen,
doch niet om te rusten. Integendeel. Hij nam nog
deel aan allerlei arbeid. Vrij geregeld ging hij nog
voor in den Dienst des Woords en nog immer was
zijn prediking frisch en boeiend.
In de zoo geruchtmakende kwestie dr. Geelker
ken werd ook zijn oordeel zoowel te Amsterdam
als hier te Haarlem met belangstelling en waardee-
GEOPEND VAN
8.22 MAART
TOEGANG VRIJ
UNICA GLAS
WERK EN AAR
DEWERK IN HET
GR. H0UTSTR 163
HAARLEM
Uitzending van Diners aan huis
I lordensstraat 74 - Haarlem - Telefoon 13132
Prijscourant wo dt op aanvrage gaarne toegezonden
Zaal disponibel voor vergaderingen, partijen
enz. Ook zeei geschikt voor besloten dansclubs
KL Houtstraat 136 - Telefoon 10188
Opgericht 1870
Kleverparkweg 154 '•S
Tegenover de Middelbaar Technische School
lste klas Heeren- en Dameskleermakerij
Opgericht 1903 - Telefoon 10303
Heeft voor het a.s. seizoen een ruime sorteering
stoffen voorhanden.
Ie klas afwerking Billijke prijzen
P. TIMMERS
TIMMERMAN AANNEMER
DELFTKADE No. 2
TELEF. 12334 - NA MEI 1928: 23017
HET ADRES VOOR
BURGERWERK
VERBOUWINGEN
ring aangehoord, niet alleen, doch ook werd er
rekening mede gehouden.
Ook zijn persarbeid in de Amsterdamsche Kerk
bode had nog zijn aandacht.
Tevens was hij curator van de Theologische
School te Kampen, was langen tijd deputaat voor
de Zending der Geref. Kerken, voorzitter van de
Ver. voor Chr. Nat. Schoolonderwijs op Ger.
Grondslag.
Verder was hij tot op heden President- Curator
van de Vrije Universiteit te Amsterdam, een func
tie die hij zeker niet als een sinecure beschouwde.
Tevens was hij nog deputaat der Generale sy
node van 1927 in de commissie voor correspon
dentie met de Hooge overheid en maakte hij deel
uit van de commissie voor correspondentie met de
buitenlandsche kerken.
Zoo gaf hij zich tot op zijn stervensuur, ondanks
zijn ruim 80-jarigen leeftijd, aan allerlei arbeid in
Gods koninkrijk.
Van hem kon ongetwijfeld gelden, wat er van
Mozes staat in Deuteronimium. „Zijn oog was nog
niet verdonkerd en zijn kracht was nog niet ver
gaan."
Het bericht van zijn plotseling overlijden ver
wekte te Santpoort en ook toen het hier in Haar
lem bekend werd, groote ontroering en toen bleek
het hoe geliefd deze oude voortrekker was.
Schreef hij nog in het laatste jaarboekje der
Geref. Kerken een „In memoiiam" over ds. N. A.
de Gaay Fortman wat hij aanving met de woorden:
„De rijen dunnen van wat men wel eens de oude
garde noemt", thans is hij zelve uit deze rijen weg
genomen. Zijn leven was echter welbesteed en zoo
van een, dan van hem kan het klinken: „Hij heeft
den goeden strijd gestreden".
Woensdagmiddag te 2 uur had op de Nieuwe
Begraafplaats te Bloemendaal, de teaardebestelling
plaats.
Te voren leidde Ds. T. Ferwerda, Gereformeerd
predikant te Amsterdam, zulks volgens den wensch
door wijlen Ds. Van Schelven nog zelf geuit, in
de villa „Welgelegen" te Overveen, waar de thans