D
Nieuwsblad
- - voor - -
AERDENHOUT -
BLOEMENDAAL
- OVERVEEN -
VOGELENZANG
en omliggende
- gemeenten -
ZATERDAG3! AL GU
FWaMwmt .-wwHiaK-sK. is» mi 'amm aasa»
TUS ï'?07
No.
.w - J
Hel Bloemendaalsch (iMMad
Prijs per
brjfjaar f 1.25
bij vooruitbe
taling.
Prijs per
nummer fO.10
Dit nieuwsblad verschijnt wekelijks onder redactie van Mr. P. TIDEMAN te Bloemendaal
bij den uitgever J. A. 300M te Haarlem. -:-
Advertentiën
10 cents per
regel;
bij herhaalde
plaatsing
korting.
Mededeelingen van allerlei aard aan de redactie schriftelijk:
Bloemendaalsche weg 227.
Alle mededeelingen de administratie, advertentiën enz. betreffende:
Klein Heiligland 5, Haarlem. Telefoon 457.
JT"
L)il iiurn uier is wederom gratis ver-
Aan de lezers, spreid. Elk ingezetene dien het niet
mocht hebben bereikt kan, zoover de
voorraad strekt, een nummer afhalen of aanvragen bij
redactie of uitgever.
Wij vertrouwen, dat thans ieder, die dit nog niet deed,
zijn abonnementskaart, met 'één cent gefrankeerd, aan
den uitgever geteckend zal toezenden.
Zondag 1 September n. m. 2 uur.
Agenda. Bloemendaal's Bloei. Muziekuitvoering in
Duin en Daal bij gelegenheid van de
prijsuitreiking in den wedstrijd voor smaakvollen tuinaanleg
en baleonversiering in Juli 1.1.
N.m. 12y23ys uur. Bloemendaal-Commando. Schiet
oefening op de militaire baan te Overveen.
Geen wedrennen op Woestduin.
Dinsdag 3 September n.m. 7'/2 uur. Gemeenteraad.
Indiening begrooting over 1908.
Burgemeester en Wethouders der Ge-
Ambtelijke meente Bloemendaal maken bekend,
mededeelingen. dat een afschrift van het aanvullings
kohier der belasting op de honden
voor het dienstjaar 1907, gedurende vijf maanden, van den
26sten Augustus 1907 tot en met den 26sten Januari 1908,
ter Gemeente-secretarie voor een ieder ter lezing ligt.
Bloemendaal, den 2üsten Augustus 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Secretaris. De Burgemeester.
C. J. de Groot L. S. A. Bas Backer.
De Opzichter over de gemeentewerken en inrichtingen
van Bloemendaal maakt bekend, dat de administratie der
gemeente-Reiniging in het bezit is van de navolgende
voorwerpen van waarde, welke in opgehaald huisvuil
werden gevonden
1 zilveren suikerstrooier, gevonden in 1903; 1 idem
theelepel in 1904; 1 idem theelepel in 1905; 1 idem
likeurlepeltje in 1905; 3 idem theelepels in 1906; 2 idem
theelepels in 1907; 1 idem kindervorkje in 1907; 1 idem
eetlepel in 1907.
Een en ander is te bevragen ten huize van den opzichter,
Kleverlaan A 820, na vertooning van een dergelijk exem
plaar en voldoende aanwijzingen.
Dr. D. Bakker, Bloemendaalscheweg
Artsen en van 12 uur, behalve Zon- en Feest-
Spreekuren. dagen.
H. L. van BeusekomZandduinweg, van 89 uur en
12 uur.
J. Th. Bornwater, Overveenscheweg, van 12 uur, be
halve 's Zondags.
S. H. Brongersma, Kleverlaan hoek Korte Kleverlaan, van
12 uur, behalve Zon- en Feestdagen.
Dr. R. Sleeswijk, Sanatorium Groot-Zomerzorg. Spreek
uur wordt nader bekend gemaakt.
W. C. J. Verhulst, Noorderstationsweg, van 121 uur.
Gezondheidscommissie. Klachten zijn in te dienen
voor Bloemendaal bij den Secretaris, Bloemendaalscheweg
227 of bij den arts S. H. Brongersma; voor Aerdenhout
bij L. L. graaf van Randwijek en F. W. baron van Tuyll
van Serooskerkenvoor Vogelenzang bij den arts A.
Kouwenaar te Bennebroek.
Zoodra dit nummer van ons blad wordt
31 Augustus. gelezen, gaat de jaarlijksche feest
dag, die zonder moeite een feestdag is
geworden, voor, laat ons het eens ramen, zeven achtste
gedeelte van het Nederlandsche volk, zich ten einde spoe
den in de steden zullen de openbare verlichtingen nog
nabloeien, doch ook de lichter, en de tnuziek zullen weldra
sterven en opnieuw is onze geëerbiedigde Koningin een
zorgenvol levensjaar ingetreden. Zorgenvol? ja zeker. Al is
het waar, dat geene stoffelijke zorgen Haar kwellen, ook
in den mond van onze Koningin is de bede om dagelijksch
brood geene bede zonder beteekenis. Haar dagelijksch brood
is de genegenheid van haar volk voor hetwelk zijzelve
zulk een grenzenlooze liefde koestert, dat zij daarvoor haar
leven zou geven, indien zij het daarmede kon wekken
uit zijn roes van bittere par. ij verdeeldheid, van oneindig
samengestelden ouderlingen haat, van veelzijdig egoïsme.
f
"vKarsr-QiBg
kan Haar daarvan niet ontheffen. Wij alleen zijn het, wij
allen armen of rijken, Roomschen, Protestanten, Joden of
ongeloovigen, wij geleerden of eenvoudigen, die haar een
deeltje kunnen reiken van het dagelijksch brood dat zij
behoeft. Laten wij dan voor zooveel wij welgezind zijn
tot het belang des lands boven dat van eenige partij, dezen
dag niet eindigen, zonder ons te hebben afgevraagd of wij
bij onze feestviering niet meer aan ons zeiven hebben
gedacht dan aan Haar, laten wij hernieuwen den eed die
destijds bij de inhuldiging van onze lippen sprak, den eed
van trouw aan Haar, die goed is door eenvoudigheid en
schoonheid gelijk het land dat wij bewonen
De politiek is in haar rustperiode. De
Binnenlandsch nieuwe Minister van Marine maakt
overzicht. thans kennis met zijn personeel, en kan
zich rustig voorbereiden om op de ver
schillende vragen te antwoorden, die hem ongetwijfeld
als de Kamer weder bijeen is, zullen gedaan worden.
Schepenaanbouw, marinierscorps, verzorging van schepe
lingen kustverdediging, enz. zullen achtereenvolgens wel
de revue passeeren.
De vredesconferentie is nog steeds aan het vergaderenj
en geeft veel vertier in onze residentie. Wat van die con
ferentie het resultaat zal zijn, mogen meer ingewijden dan
wij zijn, voorspellen ons past het, met belangstelling
de verschillende discussies te volgen en ons er maar op te
verheugen, dat het mogelijk is een Congres te houden
waar alle mogendheden van eenig belang, van gedachte
kunnen wisselen wanneer er nu maar een permanent Hof
van Arbitrage uit geboren wordt, kan men zeggen, der
Mohr hat seine Arbeit gethan, der Mohr kann gehen.
Wij gelooven dat de wel overwogen bezoeken die de
Koning van Engeland overal maakt, de besprekingen die
hij met vreemde ministers houdt, meer er toe zullen bij
dragen om den vrede te bewaren, en de volken tot elkaar te
brengen dan de lange discussies op de Haagsche Conferentie.
Is het met de politiek thans stil, des te meer laten de
auto's die snuivend, soms stinkend onze heerlijke landouwen
doorvliegen van zich hooren.
Het aantal ongelukken door hen veroorzaakt vermeerdert
steeds.
De wetgever zal wel gedwongen zijn, paal en perk te
stellen aan het misbruik dat van dit goed verkeersmiddel
gemaakt wordt. Zoo juist nemen wij kennis van een nieuwe
vereeniging die opgericht zal worden in 's Gravenhage: «de
Nationale Vereeniging ter Bevordering der Verkeersveilig
heid", wij kunnen niets anders doen dan de oprichting dezer
Vereeniging toejuichen, omdat zooals in de toelichting van de
oproeping tot deelname uitdrukkelijk verklaard wordt, de
Vereenig'ug zich ten doel stelt, dat de Burgerij zelve de
tan^pn ge,. Iw iI;t 7nnder ook mnnr i». lip! i-
eigen richting, te bedoelen, vooral indien dit geenszins ge
schiedt, in eene aan de nieuwe verkeersmiddelen vijandigen
geest, maar in het belang van verkeer en veiligheid beide.
Het adres der voorloopige commissie is bij dr. Bosch,
Kanaalstraat 12, 's Gravenhage.
Mond- en klauwzeer breidden zich meer en meer uit, een
afdoend middel tegen die lastige kwaal schijnt nog niet
gevonden te zijn.
Men spreekt wel van blokken zout in de weide te plaatsen
dat is zeker goed voor het vee, en maakt het vleesch
smakelijker, maar tegen het mond- en klauwzeer schijnt
het evenwel geen afdoend middel te zijn.
De groote afwisseling in temperatuur werkt slecht op
de vruchten-cultuur. Alles is veel later dan verleden jaar,
terwijl o.a. de bloembollenhandel door het natte weer alles
moet aanwenden om schimmelen te voorkomen. Bollen die
verleden jaar reeds gerooid waren staan nu nog te velde,
zoodat de verzending veel later zal plaats hebben.
In Amsterdam trekt de tentoonstelling van ambachts
werktuigen zeer de aandacht. De buitenlanders vertrouwen
ons land niet erg, omdat zij hier niet tegen namaak be
schermd zijn, bij gebrek aan een patent-wet, de «Roofstaat
tussclien Dollard en Schelde" bestaat nog steeds. Ook door
FEUILLETON.
2)
Be kluist om lang te leven
en
wel te sterven.
Na uiteengezet te hebben het verschil tusschen het be
wegen dat leven is en het bewegen van doode lichamen
die hoe meer zij bewegen des te meer afnemen en van
aard en gedaante veranderen, handelt de schrijver over
wat hij noemt de drie oorzaken van het leven de bewerk
tuiging der levende wezens, de lerenskracht die in de bewerk
tuigde wezens schuilt en de gedurige vernieuwing des levens
door prikkels, voedsel en rust. Voor de wijze bewerktui
ging van ons lichaam koestert de schrijver diepe bewonde
ring. Over de levenskracht zegt hij haar ware aard bleef
tot nu toe voor het scherpzinnigst vernuft verborgen, maar
groote onderzoekers der Natuur hebben aan haar de volgende
eigenschappen waargenomen.
No. 1. Zij weert van de stofdeeltjes, waarin zij woont
alle bederf; geen levend lichaam, hoe klein of hoe groot
bederft; het verrot of vergaat niet, voor dat het dood is.
De levenskracht houdt de kleine stofjes of bestanddeelen,
waaruit het bestaat, zoo vast zamen, dat zij niet uit elkaar
kunnen wijken, waardoor zij dan zoo lang het leven er
in is, altijd hunne gedaante en hunnen aard behouden.
Deze werking der levenskracht is zoo sterk, dat zij alles,
wat door wonden of anderzins bedorven is geraakt, al is
het nog zoo groot, tracht af te scheiden, waarvan men,
bij het zoogenaamd koudvuur, verbazende voorbeelden
heeft. Zelfs heeft men gezien dat zij een' verrotten voet
geheel van het lichaam heeft afgescheiden.
No. 2. Doch ten tweede heeft de levenskracht nog die
eigenschap, dat zij zich altijd tracht uit hl j d.ii wil
zeggen, dat zij nabijgelegen stofdeeltj Ie-,
loos waren, het leven mededeelt, evenals het vuur de
warmte mededeelt aan het water, dat er op kookt.
Deze eigenschap heeft de wijze Schepper met een wel
dadig oogmerk aan de levenskracht gegeven. Door gedurig
werken toch slijt elk werktuig, en dus ook elk onzer lichaams-
deelen, zij moeten dus hersteld worden, en die herstelling
geschiedt, door het voedsel, hetwelk het levend lichaam
tot zich neemt. Dit voedsel intusschen is doode stof en
zoude dus spoedig bederven, zoo het niet door de verspreiding
der levenskracht, met onze sappen behoorlijk vermengd
zelf levendig, en dus alle de voorrechten deelachtig werd,
welke de levende stof bezit.
No. 3. Deze verwonderlijke kracht heeft nog eene derde
eigenschap, die evenzeer als de vorige ten bewijze strekt
van des Scheppers wijsheid en goedheid. Zij geeft namelijk
aan de stof waarin zij gelegd is, eene zeer snelle beweeg
baarheid, of de eigenschap, om, op eene ligte aanraking,
in beweging te komen. Deze eigenschap wordt ook wel
prikkelbaarheid genoemd. Gij zult wel eens gezien hebben,
hoe een slapend mensch door een fijn veertje even in de
neus geprikkeld, plotseling ontwaakt, en zelfs niest. Of
hoe de huid, door er op te wrijven, rood wordt; in beide
gevallen, worden die deelen geprikkeld en door die prik
keling in beweging gebracht. De wrijving prikkelt de
huid en de kleine vaatjes, waaruit de zelve grootendeels
bestaat, zuigen dan eene groo';ere hoeveelheid bloed in en
de huid wordt rood. Het veertje prikkelt de zenuwen,
welke zich in den neus beVjinden en zeer gevoelig zijn;
deze bewegen zich daarop, <|lie beweging wordt voortge
plant tot grootere zenuwen en tot de hersenen, en brengt
daar zulk eenen schok teweeg, dat zij uit hunne rust op
springen en de mensch ont\
zijne prikkels; de maag word
aakt. Bijna elk deel heeft
t in beweging gebracht door
spijs en drank; het hart en de bloedvaten door het bloed;
d huid door do lucht dc L".verintc enz, - do nogen door
het icht en de andere deewsu door andere prikkels Op
die wijze brengen duizend dingen in de natuur verschillende
deelen van ons lichaam in eene gestadige beweging. Dit
zijn de voornaamste eigenschappen dier verborgene kracht,
welke het leven en dus de beweging in ons zoo wel als
in de dieren en planten onderhoudt. Die levenskracht is
wel door de geheele natuur verspreid maar zij openbaart
zich het sterkst in levende schepselen.
5. Over de gedurige vernieuwing des levens.
Hoe groot echter het vermogen der levenskracht zij,
het is niet oneindig. Zij kan de stof, waaruit ons lichaam
bestaat, niet voor afslijting en verlies bewaren. Zelve wordt
zij uitgeput en de beweegbaarheid des lichaams raakt verlo
ren. En waarom zou zij niet deelen in het wisselvallige van
het ondermaansche Zou ook zij niet worden uitgeput,
verloren gaan, en het lichaam, in dat opzicht verversching
behoeven? Voorzeker; en nu zult gij wel willen weten,
waardoor dat alles wordt te weeg gebracht; met andere
woorden, wat het is, dat ons dierlijk gestel telkens op
windt en belet stil te staan, evenals een horloge, door de
spanning der veer weder wordt opgewonden en in be
weging gebracht.
Ons lichaam moet in gedurige beweging zijn, dus moeten
er ook prikkels wezen om het in beweging te brengen
want deze zijn het, zooals wij zagen, waardoor de deelen
of werktuigen, waaruit het lichaam bestaat, in werking
gebracht worden Door die gedurige beweging slijten onder-
tusschen de deelendeze moeten dus hersteld worden
die herstelling geschiedt door aanvoering van nieuwe stof,
door het voedsel. Een tweede gevolg der prikkeling en
beweging waarin ons leven bestaat, is de uitputting en
verlamming der levenskracht; ook deze moet gestadig
vernieuwd worden, en dat geschiedt door de rust. Deze
drie dingen dus, prikkels, voedsel en rust zijn de voor
naamste middelen ter vernieuwing des levens.
Wordt vervolgd).