2ot
Met de agitatie voor de bewuste drie ontslagenen te
Amsterdam loopt het op haar einde. Maandagavond zijn te
Amsterdam 3 protestvergaderingen in verschillende lokalen
gehouden, die beschouwd kunnen worden als de laatste
groote stuiptrekkingen der beweging.
Keeds van den aanvang af stuitte het comité van zes,
belast met de zgn. verscherpte actie", op moeilijkheden,
doordat de Federatieve Bond van gemeentewerklieden oppo
sitie voerde, in hoofdzaak tegen de keuze der sprekers.
Moreel heeft de Federatieve Bond feitelijk nooit medege
werkt, en indien men niet rekening had gehouden met de
vernietigende gevolgen, die een afscheiding gedurende de
eerste actie zou gehad hebben, dan ware een scheuring reeds
vroeger voorgekomen. Deze kan thans met zekerheid voor een
der eerstvolgende dagen worden aangekondigd, niet omdat
de onpolitieke gemeentewerklieden geen sympathie zouden
hebben met de ontslagenen, doch wel omdat zij zich niet
kunnen vereenigen met de inmenging van de politiek in
deze beweging, soms op een wijze, die ook zekere ver
wijdering heeft gebracht tusschen enkele leden van het
comité.
Of het comité na de afscheiding van den Federatieven
Bond nog over de kracht zal beschikken, zijn actie voort
te zetten, betwijfelen wij sterk.
Zelfs het recht kan niet in eere blijven, als het niet ook als
recht zich toont.
Met fle conferentie der groote mogend-
Buitenlandscll heden over de Balkan-evenementen schiet
Overzicht. het nog niets op. Bulgarije heeft ge
probeerd onder de hand met Turkije
tot een schikking te komen, maar daar dit nieuwbakken
Czarenrijk geen geld heeft en Turkije de achterstand van de
rumelische schatting betaald, en de geheele jaarlijksche schat
ting wil gekapitaliseerd hebben, zoo doet Bulgarije alsof deze
eisch van Turkije al zeer onbescheiden is, en spreekt weder
om zich met de wapenen te zullen verzetten. Schadever
goeding voor den geroofden spoorweg te betalen, vindt
Bulgarije iets zeer overdrevens, zoodat de speciale gevol
machtigden weder te Sofia zijn terug gekeerd. Turkije legt
zich neer bij het tot koning- of Czarenrijk uitroepen van
Bulgarije, maar kan uit den aard der zaak in de finantieele
zijde van de kwestie niet berusten. Eene conferentie kan in
deze evenmin weinig heil brengen, alleen als door de mogend
heden de voorwaarde wordt gesteld, eerst Turkije betalen en
dan erkenning van Bulgarije als koninkrijk.Servië slaat
eveneens een hoogen toon aan, en wil schadeloos gesteld
worden, dat het in zijne plannen om Bosnië en Herzegowina
toebedeeld te krijgen, gedwarsboomd is door Oostenrijk.
Koning Peter wordt hoe langer hoe meer in het nauw ge
bracht door de twee partijen in het leger, die eerst zich
heeten te zullen verzoenen, maar thans vijandiger dan ooit
tegenover elkaar staan. De kroonprins is op reis naar
St. Petersburg en met veel luister en kanonschoten uit
geleide gedaan.
De o o s t e n r ij k s c h e oorlogschepen houden op de Donau
steeds oefeningen en wel dicht bij Belgrado, dit prikkelt de
Serviërs zeer, die evenwel moediger zijn met hun mond,
dan met hun daden.
Oostenrijk wil wel aan een conferentie deelnemen als er
niet over Bosnië en Herzegowina gesproken wordt, terwijl
Rusland de Dardanellen-kwestie wil geregeld hebben, waarvan
Turkije en Engeland niets willen weten. Zooveel hoofden
zooveel zinnen Aan Turkije dat eerst erg ingenomen was
met de conferentie, begint het nu duidelijk te worden dat
een onderlinge schikking met Bulgarije en Oostenrijk nog
vel het voordeeligst zal wezen, daar, als de groote mogend
heden aan het confereeren zijn over Turkije en de Balkan
Staten iedere mogendheid die er aan deelneemt, voor zijne
moeite wil beloond worden, en men nu eenmaal gewoon is,
om Turkije het gelag te laten betalen. In Klein Azië
worden troepen gemobiliseerd.
Iswolski, de minister van buitenlandsche zaken in Rusland,
is nog steeds aan het reizen tusschen Weenen, Londen,
Parijs en Berlijn, diens taak is eene ondankbare, daar hij
voor Rusland de Dardanellen-kwestie wil opgelost hebben,
met Engeland goede vrienden moet blijven (om aldaar eene
leening te plaatsen) en de Slavische volken op het Balkan
eiland niet tegen zich moet maken, omdat deze in Rusland
nog steeds de groote beschermer zien van het Slavendom.
Duitschland is ook in eene valsehe positie, daar het
zijn bondgenoot Oosten rijk moet ontzien en toch ook een wit
voetje wil hebben bij Turkije, omdat het economisch daarbij
wel vaart, en bij den nieuwen koers terrein heeft verloren
ten voordeele van Engeland, dat zijn ouden aard van boven
alles koopman te zijn, niet kan verloochenen. De engelsche
kooplieden hebben dadelijk bij de duitsche en oostenrijksche
afnemers in Turkije partij getrokken van de algemeene ont
stemming tegen deze bondgenooten, en zullen de nieuwe
afnemers niet spoedig weer loslaten. Zooals men ziet is er
nog te over brandstof aanwezig, en kan één vonk alles doen
ontbranden, te meer nu de bluschmiddelen in zoovele handen
zijn, die de een meer, de ander minder er belang bij hebben
dat, wanneer de brand is uitgeslagen, dezen niet te spoedig
te blusschea,,
Rusland heeft twee regimenten Kozakken saamge
trokken bij de persische grens, om, in geval russische onder
danen in Tabris worden beleedigd of in gevaar gebracht,
dadelijk de grenzen te kunnen overgaan. Zooals men zich
herinnert, zijn de nationalisten (door den shah opstandelingen
genoemd) in Tabris de baas en is zulks een doorn in het
oog der reactionaire Russen, die den shah in zijn optreden
steunen, beangst zijn, dat de nieuwere turkisehe denkbeelden
ook in Perzië zullen wortel schieten en het dan met hun
invloed in Perzië gedaan is.
tIn Zwitserland zijn de verkiezingen voor den
nationalen raad afgeloopen, de socialisten hebben een aantal
zetels verloren, ten koste van de radicale partij, die tusschen
de conservatieven en socialisten in staat. Alles blijft dus
in Zwitserland bij het oude en de schrik voor het roode
spook is gelukkig voorbij in dit zoo voorbeeldig bestuurde
land, waarvan de spreuk «wir wollen sein ein einzig volk
von Brüdern," niettegenstaande verschillende godsdiensten
en talen aan alle volken ten voorbeeld mag gesteld worden.
Noorwegen is met zijn ministerie aan het sukke
len daar een der ministers leverancier is van het rijk en
dit natuurlijk niet gaat, terwijl de titularis moeilijk kan
gemist worden. De zaak is nog niet in het reine en zeer
onaangenaam voor den jongen koning, die anders veel tact
blijkt te bezitten om met zijne radicale onderdanen om te
springen.
De verwarde zaken van den ex-minister Alberti in Dene
marken worden langzamerhand ontward; het blijkt meer
en meer dat het deficit veel grooter is dan eerst werd ver
wacht en het moeite zal kosten om den Boerenleenbank op
de been te houden.
Tusschen de hofpartij en de streng-orthodoxe partij is
het tot een scheuring gekomen. De nieuwe koning heeft
een anderen hofmaarschalk benoemd.
Clemenceau heeft in Frankrijk in plaats van den
heer Thompson een ander burger gevonden, Picard, (bekend
als groot organisateur), om het departement van marine
te besturen. Picard was de man die de vorige wereld-ten
toonstelling in Parijs in elkaar zette en dit met veel succes.
Het fransche publiek vermaakt zich erg met het feit, dat
Clemenceau, toen in der tijd nog een journalist, (die zich
ergerde dat Parijs zoo onderste boven werd gezet door de
tentoonstelling), dien zelfden Picard goed vond voor galg en
rad en hem nu in zijn ministerie opneemt. Het kan
verkeeren, zoude Breêro zeggen. Gelukkig voor Clemenceau
dat de gemoederen thans zoo vervuld zijn met den Balkan,
zoodat men over Marocco niet veel verneemt en de Fran-
schen daar nu vrijer hand hebben.
In Marocco heet het nu weer dat Abdul Azis door
een paar stammen tot sultan is uitgeroepen de beesten in
de weide, zooals Wolff zegt, begrijpen niets van den spoor
weg die hun landen voorbij snelt. Zoo ook kunnen wij
Europeanen ons geen denkbeeld vormen van een land, waar
steeds verrassingen aan de orde zijn en de meest tegen
strijdige gebeurtenissen elkaar verdringen.
4 November is in Amerika de groote dag, beslist
zal dan worden Taft of Bryan president der machtige repu
bliek; al de ministers van Roozevelt zijn er op uit om
Taf's candidatuur te steunen. Taft zelve is geheel op van
1 de groote verkiezingveimoeienissen, terwijl Bryan een
sterker constitutie schijnt te hebben en met het grootste
gemak uren achtereen spreekt, om dan weer met een trein
of auto ergens anders heen te snellen en daar met hetzelfde
gemak verder te spreken, alsof hij zoo pas zijne campagne
begonnen was.
De eigenzinnigen toonen hun laag standpunt door tegen te spre
ken in weerwil van de waarheid, en te stryden in weerwil van
hun eigen belang.
Rura-crliikfl Stanfl Van Donderdag 22 October
Bui geil ij ke fctand. tot Donderdag 2g October.
Bevallen; M. Lodeweegs—Drommel, d.M. A. Koele-
meyKol, z.; T. OffenbergVan der Veer, d.
Ondertrouwd: J. W. Waalewijn en J W. Gerritse
H. van der Fange en A. C. Vroom.
Overleden: A. Hoogkamer, 39 j.; J. C. Nieuwpoort,
18 m.; C W. H. van der Laan, 46 j overleden te Mee-
renbergD. M. Ligthart, 66 j.
Wie zichzelf behaagt zal nooit anderen behagen.
Nederland en Venezuela.
Diversen. De tweede Nederlandsche nota.
De Telcyraaf van Woensdagavond bevat
den voll&digen tekst der Nota vaG 3 September j.l. door
onze regeering aan de venezolaansche gericht. De redactie
geeft in een inleidend woord te kennen, dat, nu het antwoord
van de venezolaansche regeering door Reuter in groote trekken
bekend is geworden, er h.i geen bezwaar meer bestaat om,
gelijk zij schrijft, tot publicatie over te gaan van de bedoelde
Nota, welke reeds langer dan een maand bij haar in porte
feuille berust.
Terwijl de Frankjurter Zeitung reeds eenige dagen na de
verzending het buitenlandsch publiek met den korten
inhoud bekend maakte, meenen wij, dat ook het neder-
landsch publiek recht heeft kennis te nemen
van hetgeen door onze regeering ten deze is geschreven.
Zonder alsnog een oordeel over deze Nota uit te spreken
willen wij de aandacht van den lezer op enkele punten
vestigen.
Ten eerste zij opgemerkt, dat de inhoud der Nota vrij
wel overeenkomt met de mededeelingen, vroeger door den
correspondent der Frankf. Ztg. gedaan.
Er mag echter woiden geconstateerd, dat de toon, door
onzen minister aangeslagen, een andere en niet zóó «in
schikkelijke" is als uit die mededeelingen scheen te blijken.
Hoewel de minister het curaijaosche opstootje zegt te
betreuren, worden in de betrekkelijke paragraaf geen for-
meele verontschuldigingen aangeboden, wordt ook geen andere
reparatie voorgesteld dan alleen wat betreft het herstellen
der schade door het verloren gaan van het wapenschild van
het consulaat veroorzaakt. Ter dege wordt gewezen op het
uittarten der menigte door consul Lopez, welke tot de be
toogingen aanleiding gaven en op het alleszins voldoende
optreden der curaijaosche autoriteiten.
Omtrent het incident De Reus wordt in hoofdzaak ver
wezen naar de vorige Nota.
Da overige grieven van Venezuela worden op hoffelijke
doch besliste wijze afgewezen, daarentegen wordt met klem
opgekomen tegen de buitengewoon onhoffelijke wijze, waarop
bij het laatste bezoek der Gelderland alle gemeenschap met
den wal werd geweigerd.
Wat de grieven van Nederland tegenover Venezuela be
treft, wordt een zeer bescheiden plaats in de Nota ingeruimd
aan de aanhouding van nederlandsche schepen. De minister
wil hier «geen bepaalde grief van maken." Enkel tegen het
opbrengên der vaartuigen en het aanhouden der bemanning
wordt geprotesteerd.
Als hoofdgrief tegen Venezuela worden aangevoerd de
maatregelen door Castro genomen om de scheepvaart van
Curaqao te bemoeilijken. Opmerking verdient de zinsnede
waarin de minister betoogt, dat „streng formeel opgevat,
die maatregelen de binnenlandsche aangelegenheden van
Venezuela betreffen" maar dat zij van «zoo weinig vriend
schappelijke gezindheid en van zulk een geringschatting van
de belangen van Hr. Ms. onderdanen getuigen" dat de re-
geering daar wel aanstoot aan moet nemen.
Het ontnemen van het exequatur aan de nederlandsche
consulaire ambtenaren wordt verder gebrandmerkt als «een
daad, die van geen regeering in vollen vredestijd kan ver
wacht worden."
De minister stelt vervolgens de nederlandsche grieven
tegenover de venezolaansche, waarbij hij het groote onder
scheid in hun wederzijdsch karakter op den voorgrond brengt.
Nederland, zegt hij ten slotte, is tot een minnelijke op
lossing bereid. Maar als bewijs van waardeering van deze
zoo tegemoetkomende houding «vertrouwt" hij, dat Venezuela
tot de onverwijlde intrekking van het dekreet van 14 Mei
zal overgaan.
In de slotalinea wordt eindelijk verklaard, dat, mocht
bedoeld decreet met 1 November niet ingetrokken zijn,
Nederland zich van de verplichtingen van het protocol (be
treffende den uitvoer van wapenen) ontslagen zal rekenen
en «zich een algeheele vrijheid van handelen" voorbehouden,
«waarvan de verantwoordelijkheid uitsluitend ten laste van
president Castro" zou komen.
In elke zaak terstond het goede opmerken, is het voorrecht van
een goeden smaak.
De raad vergaderde Donderdag 's na-
(Jeineentebestuur. middags te 2 uur. Aanwezig alle leden,
behalve de heer Rouwens. Voorzitter
de burgemeester.
1. De notulen der vorige vergadering werden ongewijzigd
vastgesteld.
2. Uit de ingekomen stukken bleek dat de heer J. C.
de Vries zijn benoeming tot onderwijzer aan de gemeente
school te Bloemendaal aanneemt.
Een verzoek van jhr. de Jonge van Campens Nieuwland
om salarisverhooging werd aangehouden tot de begrooting.
De minister van waterstaat deelde mede dat het hulp-
telegraaf- en telefoonkantoor te Vogelenzang zal worden
opgericht zoodra daartoe, in verband met meerdere aan
vragen, gelegenheid bestaat.
3. 4 heeren, tevens bestuurders van den Bloemendaalschen
Bond voor Lichamelijke Ontwikkeling vroegen de beschik
king over den vijver in Duin en Daal voor ijsvermaak;
aan die heeren werd die beschikking na eenig debat over
het bedrag van de verplichte jaarbijdrage der leden ge
geven, mits die bijdrage door de leden zelf bepaald wordt
met een kleinst bedrag van f0.2 5.
4. De vorm van het volgens de woningwet aan onbe
woonbaar verklaarde woningen aan te brengen teeken werd
door den Raad vastgesteld.
5. De heer Van Waveren te Den Haag, eigenaar vai:
grond gelegen langs den Zand voorter weg, verzocht een
door hem aangelegden doch onnut bevonden weg af te
mogen sluiten en ontslagen te worden van het onderhoud
Dit werd toegestaan, mits de beharding wordt opgebroken
en verwijderd.
6. Eene meer dan de bestaande in overeenstemming met
de gemeentewet zijnde verordening tot invordering dei
reinigingsbelasting werd aangenomen; men zal nu niet meer
kwijtingsbewijzen van den gemeente-opzichter ontvangen,
maar van den gemeente-ontvanger.
7. Door B. en W. werd nu ter tafel gebracht een voor
stel om in 3 wintermaanden de electrische straatverlichting
op de hoofdwegen ook des ochtends van half 6 tot half 8 te
doen branden ten behoeve van hen die zich dan naar hun
werk begeven. Dit voorstel werd op aandringen van de
heeren Koolhoven en Bispinck aangehouden omdat de strek
king niet rauwelijks was te overzien en opdat B. en W.
de gevolgen nader konden overwegen.
8. Alsnu kwam in behandeling de begrooting over
1909 sluitende met een cijfer in ontvangst en uitgaaf van
f 140800.—.
(In ons vorig nummer zijn bij de daar afgedrukte cijfers
twee fouten ingeslopen: le is het daar genoemde bevolkings
cijfer van 7408 niet üet cijfer van 1 Jan. 1909 maar dat
van 1 Jan. 1998, terwijl het overschot van f 17700.94'
niet ontleend is aan de in Maart 1908 gesloten leening
van f 84000 maar aan den laatst afgeloopen dienst 1907).
Wij zullen niet alle posten vermelden, doch slechts een
greep doen uit de beraadslagingen.
Bij de algemeene beschouwingen sprak alleen het lid
Tideman, die herinnerde aan zijn in den vóórzomer gedaan
verzoek bij de begrooting iets te vernemen over de toekomst,
met opsomming der te verwachten uitgaven en een voorstel
tot verdeeling daarvan over verschillende jaren, z.i. was het
billijk na de inmiddels plaats gehad hebbende wijziging in
het dagelijksch bestuur dien eisch voorloopig niet te handhaven.
De uitgaaf-posten werden daarna het eerst behandeld.
Het verzoek van den gemeente-ontvanger om hoogere
jaarwedde werd aangehouden tot B. en W. ook met een
voorstel tot wijziging der jaarwedden van den burgemeester,
de wethouders en den secretaris kunnen komen.
Een voorstel van den heer Tideman om de behandeling
van de door B. en W. voorgestelde verhooging der jaar
wedde van den gemeente-architect van f 400 op f 600 aan
te houden tot zijne instructie in behandeling kwam, werd
na bestrijding door de heeren Bijvoet, Bispinck, De Waal
Malefijt en den voorzitter door den voorsteller niet ge
handhaafd.
Bij den post onderhoud van vaarten bracht een der leden
het onderhoud der Brouwersvaart ter sprake en den slechten
toestand der los- en laadplaats ter hoogte der woning van
den heer De Waal Malefijt; deze erkende de juistheid der
griefde burgemeester meende dat er niet veel aan te doen
viel, daar Haarlem een en ander onderhoudt. Het bedoeld
lid gaf te kennen, dat de haarlemsehe ingezetenen en dus
die gemeente belang hebben bij een behoorlijke losplaats
aldaar, zoodat een verzoek aan Haarlem tot verbetering
zeker zou worden ingewilligd; desnoods kon men in uitzicht
stellen later geene bijdrage in de kosten van het onderhoud
meer te zullen geven.
De heer C. J. Roozen bracht hierbij den slechten toestand
der Rampelaan ter sprake, deze laan was volgens den voor
zitter geheel verkeerd behard.
Eene verhooging van den post jaarwedden der politie werd
goedgekeurd in verband met het aanstellen van een tweeden
politiebeambte voor den Aerdenhout.
De kosten der openbare verlichting zijn op f 10.000.
geraamd. De burgemeester deelde mede, dat nu nog een
toestand van overgang bestaatvoor rekening van den fabri
kant Philips wordt een proef genomen allengs in 170 lan
taarns met zijn nieuwe lamp van 50 N.K., slaagt deze proet
met een jaar dan zullen lampen van dit soort als stelsel
worden aangenomen. De heer Koolhoven had vernomen, dat
deze soort lampen snel verminderen. De voorzitter zeide,
dat dit geregeld wordt nagegaan. De heer De Waal Malefijt
becijferde de verbrandingskosten op 1 cent per lamp per uur.
Op de begrooting kwam geen post voor onderhoud en
huisvesting der politiehonden, deze posten werden, de laat
ste na verdediging tegen den heer Bispinck door den heer
De Waal Malefijt, alsnog onder de uitgaven gebracht.