MET PENSION- EN WONINGGIDS Nieuwsblad a voor B AERDENHOUT - BLOEMENDAAL - OVERVEEN - VOGELENZANG en omliggende gemeenten n n 3' jaargang ZATERDAG, 9 JANUARI 1909 No. 2 Het Bloemendaabch (deeKblad per halfjaar f 1.25 bij vooruitbe taling. Prijs per nummer f 0.10 Dit Nieuwsblad verschijnt wekelijks onder Redactie van Mr. P. TIDEMAN te Lloemendaal. Advertentiën 10 cents per regel bij herhaalde plaatsing korting. 'V. Mededeelingen van allerlei aard aan de redactie schriftelijk: Bloemendaalsche weg 227. -:- a Alle mededeelingen de administratie, advertentiën enz. betreffende Ged. Oude Gracht 65, Haarlem. Telefoon 141. auteursrecht van den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad 124) tot regeling van het auteursrecht. f nummer behoort een bijvoegsel. Aan medewerkers, abonnee's en adver- teerders wordt in verband met de veran- van uitgave van ons blad beleefd verzocht mededeelingen van welken aard ook voor ende nummers te zenden aan:HetBloemen- h Weekblad, Gedempte Oude Gracht 65 te m. Te Bloemendaal blijft het adres: Straat- 227. Over veen. genda. 29, 30, en 31 Januari, Hotel «Van ouds 't Raadhuis." Afdeeling Overveen- laal van de Algemeene Vereeniging voor Bloem- i.nur. Jaarlijksche tentoonstelling. Haarlem. eteit V e r een igi n g". Dinsdag 12 Jan. 8 uur. der Haarlemsche Bachvereeniging. •jwburg Jansweg. Zaterdag 9 Jan. 8 uur. Dir. n De deur staat open. 10 Jan. 8 uur. Volksvoorstelling. Roze kate. ag 11 Jan. 7 uur. Niet in gezellig verkeer. g 12 Jan. 8 uur 3de Opvoering van Marcadct. rdag 14 Jan. 8 uur. Bond van Staatspensionneering ag 16 Jan. 7^ uur. Uitvoering E. A. Cats. De gin, operette. >en. Café «Suisse" (bovenzaal), Smedestraat 19. andagavond van 812 uur Clubavond met introductie arlemsche Damclub". Inlichtingen te bekomen bij J. Meyer, Kruisstraat 34, Haarlem. «Neuf" (bovenzaal), Groote Houtstraat 176. Donderdagavond van 812 uur, Clubavond met ie der Damclub «Haarlem". Inlichtingen te be- ij den heer H. C. van Oort, Nassaustraat 144, Haarlem. eiïlingen in en om Bloemendaal. erstaan van den notaris J.H. Wildervanck de Blécourt. :sdag 13 Januari, veiling van grond en huizen wijk. Maandag 23 Januari, veiling van huizen te Schoten (onder Haarlem.) Dinsdag 19 Januari, houtveiling te Overveen. Donderdagen 14 en 21 Januari, 12 pereeelen bloem bollenland met arbeiderswoningen en bergplaats bollenschuur met kantoren en bovenwoning; het heereuhuis «Oud Berken roede" met koetshuis, stal en koetsierswoning, benevens een complex bouwterreinen alles staande en gelegen aan den Heerenweg, Koediefslaan, Zandvoortsche laan en Leidsche Vaart te Heemstede. Woensdag 20 Januari, veiling der villa «Erica" te Bloemendaal Men moet noch het kwade, noch het goede, tot op den bodem ledigen. Een geweldig exploit. De Bloemendaalsche Exploitaties-maatschappij heeft aan de gemeente op 18 November 11. bij deurwaardersexploit aange zegd, dat zij protesteert tegen het uitbreiden der 0. L. S. te Bloemendaal. Dit exploit is niet iD eenige raadsvergadering ter tafel geweest; de BI E. M. heeft daarop een afdruk gezonden aan de raadsleden en aan de redactiën van eenige bladen, althans eenige bladen maakten er melding vanzij heeft daarop het exploit nog eens voor de tweede maal doen uitbrengen op Dinsdag 11. De strekking van het stuk is in het kort dezeik, BI. E. M. haU aan U op 20 December 1901 verkocht den grond voor uw school, in den titel van aankomst van het perceel komt o.a. de bepaling voor, dat daarop op boete van f 50.000.te betalen aan Jhr. W. van Loon te Amsterdam, nimmer een school mag worden gebouwd op mijn, BI. E. M.'s advies heeft Jhr. van Loon op 9 December 190 1 goedgevonden van zijn recht afstand te doen en mitsdien geen bezwaar gemaakt, dat daarop een schoolgebouw zou worden gesticht; zoo komt dan ook (cursiveering van ons, red.) in uwe koopakte, o gemeente, de navolgende bepaling voor: Voor het geval dat op den verkochten grond een schoolgebouw wordt opgericht, zal dit minstens 10 Meter moeten verwij derd staan van de westelijke grens van het verkochte per ceel indien op het goed een onderwijzerswoning gebouwd wordt, zal zulks geschieden aan de westzijde van bedoeld schoolgebouw het exploit vervolgt daarop woordelijk aldus dat geïnsinueerde van haar recht tot het stichten van een schoolgebouw heeft gebruik gemaakt en zulk een gebouw dan ook is gesticht geworden (dat laatste spreekt na het eerste van zelf, red.) dat het bouwen van eene onderwijzerswoning niet is ge schied, hoewel dit klaarblijkelijk toch bij het aangaan der koopovereenkomst de bedoeling van geïnsinueerde is dat het thans aan mijne requirante is gebleken dat geïn sinueerde voornemens is een tweede schoolgebouw op den verkochten grond te stichten, in elk geval het thans zich daar bevindende schoolgebouw dusdanig te vergrooten als nimmer in de bedoeling van partijen heeft gelegen dat mijne requirante tegen eene dergelijke handelwijze van geïnsinueerde nadrukkelijk wenscht te protesteeren, enz. waarna wordt aangezegd, dat «mijne requirante" (de BI. E. M.) zich alle rechten reserveert, geïnsinueerde tevens aan sprakelijk stellende voor alle schade, welke uit der geïnsi nueerde handelingen voor haar zou kunnen ontstaan (b.v. doordat het onderwijs te Bloemendaal verbetert. Red.) De aandachtige lezer zal in dit exploit, hetwelk wij getrouw hebben weergegeven, gemist hebben de logica welke in zulk een stuk pasthet moet dan ook pijnlijk zijn geweest voor de rechtsgeleerde raadslieden der BI. E. M. hun naam aan dit exploit verbonden te zien, doordat de BI. E. M. goed vond bij hen domicilie te kiezen. Wij begrijpen waarom het dagelijksch bestuur het exploit heeft ter zijde gelegd, misschien met een glimlach over de naieviteit der BI. E. M., want behalve dat het onlogisch is, bevat het exploit ook een on- FEUILLETON. Iets over aardtrillingen. lien is het volgende wel geschikt om de lezers van imendaalsch Weekblad eenigszins in te lichten om- e oorzaken der aardtrillingen in verband met de je ramp die nu Italië getroffen heeft. Wat we t r de aarde is zoo betrekkelijk weinig en daarom S sschien wenscbelijk dat we eens nagaan wat prof. n te Göttingen er over zegt. Hij wijkt, ons inziens zijn theorie van prof. Arrhenius, die dr. Blink f!ezing alhier voor de, helaas gestorven Bloemen monden, aangehaald heeft. i alles na te gaan is niet doenlijk vanwege de j.:e ruimte, en daarom is het hier noodzakelijk om eogelijk te blijven bij dorre cijfers, erken gaan tot ongeveer 1 K.M. Het diepste boorgat Idelpunt der aarde is 6370 K.M. onder ons. ide bij eene bol die 13 meter middellijn heeft, het lorgat van 2 K.M. gelijk zijn aan een speldeprik van 'e blijven dus voor het onderzoek van het binnenste behalve voor een dunne oppervlakkige laag, alleen wegen open. Onder ons is steen, maar wat verder tekracht houdt de aarde bijeen, bepaalt wat boven, eden" is. Hoe kleiner de massa's en hoe grooter I, des te kleiner de kracht. Door deze wet van 'bn men de dichtheid van de aarde berekenen. A't men zeer nauwkeurig gevonden dat de geheele j maal zoo groot is, als ze zou zijn als de geheele oor water ingenomen werd. M. a. w. de dichtheid is 5y2. Gesteenten, aan de oppervlakte der aarde 'eer 21/g3'/2 zoo zwaar als water. .1 de aarde 5x/3 zoo zwaar is volgt dus dat op diepten de dichtheid grooter moet zijn dan 5Y2- Wiechen is die grootere dichtheid alleen te ver- ordat zwaardere stoffen i. c. metalen de overhand hij bewijst dat op de volgende wjjze: e is aan de polen afgeplat door de middelpunt kracht. En dat is ons van het grootste gewicht, ij alle landmetingen in alle landen in aanmerking vorden, en ook door de metingen zelf kan men - itting bepalen. itting heeft invloed op de verdeeling van de zwaarte- het oppervlak. De zwaartekracht bepaalt den vorm van de oppervlakte der zee, en is grooter hoe verder men zich van den equator verwijdert; dus: 1 kub. decimeter- zuiver water weegt aan de polen evenveel als 1.005 kub. decimeter aan den equator. Een goed op den equator loopend slingeruurwerk zoude door de grootere zwaartekracht aan de polen dagelijks 3'/3 minuut vóór loopen. De afplatting aan de polen is bijna zeker Y298 van de straal. En dit is nu van een groote beteekenis voor de kennis van het binnenste der aarde. De wiskundige theorie der zwaartekracht leert dat de afplatting der aarde Y230 zoude moeten zijn als de massa gelijkmatig verdeeld was, en 1/578 wanneer het grootste deel der massa heel diep in het binnenste lag. Hieruit volgt dat de massaverdeeling in het binnenste der aarde tusschen de beide uitersten ligt, dat dus de dichtheid naar binnen toe grooter wordt, maar zoo dat reeds een aanmerkelijk deel om de massa in de buitenste lagen zich bevindt. Als nu de aarde werkelijk een metaalkern zoude hebben, als we moeten veronderstellen, en dus omgeven door een steenlaag, dan kan men door direkte waarnemingen, onder aannemen van het getal Ys98> groote van den metaalkern en de dichtheid er van berekenen, en dan blijkt het, dat de steen laag waarop we leven 1300 1600 K.M. dik is, en dat dus de middellijn van de metaalkern tJi of 3/4 is van die der totale aarde, en dat de dichtheid van die kern iets grooter is dan 8. De dichtheid van ijzer aan de aardoppervlakte is iets onder 8. Zoo zoude de metaalkern zijn van de dichte van ijzer dat met een of meerdere zware metalen vermengd is (b.v. nikkel) of saamgedrukt is. En het vermoeden dat de aarde- kern ijzer is wordt bevestigd door de door vulkanen opge worpen ijzerhoudende gesteenten, en door de samenstellingen van de meteorieten. Het speklrum toont ons de onzettende massa ijzerdampen in de atmosfeer van de zon. Onze aarde is even als een meteoor een ijzeren bol door steen omgeven. Ten minste is dit zeer waarschijnlijk. Het verschijnsel van eb en vloed leert ons ook iets over het wezen van de aardkern. Daar de maan zooveel dichter bij de aarde is dan de zon, veroorzaakt zij meer dan twee maal zoo groote vloeden als de zon, hoewel ze veel kleiner is. Zonsvloeden vertoonen zich slechts als wijzigende invloeden der maan vloeden. Zon en maan te zamen maken springvloeden, bij volle en doode getijen bij nieuwe maan. Maar nu komt er nog bij 1ste dat de zon en maan nu eens meer zuidelijk dan eens meer noordelijk aan den hemel staan2de dat door de onregelmatige verdeeling van water en land de vloedgolven zich niet vrij kunnen vormen of voortplanten. En gesteld dat de aarde geheel vloeibaar was of gas vormig, zoo zoude ze zich onder bovengenoemde invloeden kunnen vervormen even goed als de bovenste waterlaag. Immers ieder deel zoude sterker worden aangetrokken en zich daardoor meer naar de zon of maan verplaatsen als deze dichter of verder af waren. Er zoude dus van eb of vloed geen sprake zijn. Eb en vloed zijn bijgevolg het teeken dat de aarde zich als een vast lichaam gedraagt. Door eb en vloed kan men berekenen den weerstand dien de aarde biedt aan vervormingen, en is ge vonden dat de aarde minstens even weinig vervormbaar is als staal. Dit wordt bevestigd door de «poolbeweging." De pool ligt niet altijd op dezelfde plaats op het aard oppervlak, zij beweegt zich in 425 dagen om een zekeren stand waarvan ze soms 10 meter verwijderd is. De wiskunde leert ons dus dit verschijnsel omdat de aarde niet precies draait om haar as; zij leert dat de beweging aan de pool in 305 dagen moest plaats hebben als de aarde onvervorm baar was, als men nu de vloeibare laag der zeeën in rekening brengt en den verderen aardbol als vast beschouwt, zoude de omloopstijd zijn 325 dagen. Daaruit zoude blijken dat het vaste deel van de aarde niet volkomen onvervormbaar is, en omtreeks tweemaal zoo weinig vervormbaar als staal. Op den vorigen weg vond men dat de aarde minstens zoo vast was als staal. En door het onderzoek van aardbevingen wat nu systematisch plaats vindt, komen we tot de navol gende conclusies, dat de aardbevingsgolven zich in den aardbodem voortplanten als in een elastisch medium. Men heeft gevonden dat de trillingen van een groote aardbeving urenlang waarneembaar blijven, en tevens dat er verschillende soorten trillingen zijn. Het snelst bewegen zich die golven voort waarbij trillingen plaats hebben in de voortplantings- richting (longitudinale golven). De helft dezer snelheid wordt berekend door trillingen die loodrecht op de voort- plantingsriehting staan (transversale golven), en veel lang zamer dan deze planten de oppervlaktegolven zich voort. Deze echter zijn het juist die ver van het uitganspunt de grootste trillingen in den bodem veroorzaken, en worden «hoofdgolven" genoemd. De longitudinale golven heeten «eerste voorloopers". De daaropvolgende transversale «tweede voorloopers". De hoofdgolven die slechts aan de oppervlakte blijven zeggen niets van het binnenste der aarde. De voorloopers verplaatsen zich door den aardbol heen. Als de voorloopers aan de opper vlakte bleven zou de snelheid naar alle richtingen van het uitgangspunt over het oppervlak dezelfde zijn. Dit is echter

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1909 | | pagina 1