voor automatische gelijktijdige sluiting vanaf de commando
brug der waterdichte deuren, Clayton's apparaat voor desin-
fectie en het blusschen van brand, onderwater kloksignalen,
vrieslokalen voor het vervoer van vruchten en andere be
derfelijke waren en zal behalve aan die van Lloyd's o. a.
aan alle eischen door den Engelschen Board of Trade voor
passagiersschepen gesteld, voldoen. Een tweede stoomschip
van gelijke afmetingen en inrichtingen is bij de Koninklijke
Maatschappij «de Schelde" te Vlissingen in aanbouw.
Het individualisme is nooit in staat geweest groote persoonlijk,
heden voort te brengen Noem den naam van een groot man en gij
zult hem aantreflen in een tijd van verwording, in den tyd van
nieuwontwakende gemeenschapsidealen. Het jonge christendom,
de hervorming, de Pransche revolutie brachten helden voort!
België. Naar het Handelsblad van
Bllitenlandscll Antwerpen meldt, heeft het spoorweg-
0verzicht. bestuur een plan in studie voor het
leggen van een lijn van Antwerpen
naar Luik. Ten einde de baan MecbelenLeuven Thienen
te ontlasten, zou de nieuwe lijn loopen over Lier - Aarschot
DiestHasseltTongerenLuik.
Zweden. Omtrent een zweedsch deensch scheidsrechterlijk
verdrag heeft de minister van buitenlandsche zaken, Trojle,
zich tegenover een verslaggever van AJtnnbladet uitgelaten,
dat het verdrag in Juni te Stockholm is gesloten, doch dat
op verzoek van deensche zijde de tekst niet openbaar zou
worden gemaakt vóór de deensche rijksdag bijeen is. Het
verdrag is, evenals andere zweedscke verdragen, voor tien
jaar aangegaan, en wordt, mits niet opgezegd, daarna met
tien jaar verlengd. In hoofdzaak komt het overeen met het
verdrag, reeds met Noorwegen gesloten. Van scheidsrechter
lijke behandeling blijven uitgesloten geschillen die de onaf
hankelijkheid, het gtbied en de levensbelangen van de twee
landen betreffen. Er kan, vervolgt de minister, verschil van
meening over wezen, wat al dan niet nuttig is in een
scheidsrechterlijk verdrag op te nemen. Naar zijn meening
is het deensch nederlandsche verdrag niet goedhet gaat te
ver. (Zooals men weten kan, laat dit verdrag het eerste
van zoo verre stiekking geen uitzondering toe op den
regel dat de geschillen aan een scheidsrechter moeten voor
gelegd worden en zijn er na dien nog enkele dergelijke
verdragen gesloten.) De minister deelde ten slotte nog twee
belangrijke bepalingen van het verdrag medeook de vraag
of een geschil de levensbelangen van een der twee landen
raakt zal scheidsrechterlijk worden uitgemaakt, en de scheids
rechter behoeft niet het haagsche scheidsrechterlijke hof te
wezen. In deze laatste bepaling volgt het verdrag het voor
beeld van de karlstadsche overeenkomsten, tusschen Zweden
en Noorwegen getroffen. Naar de noorsche ministers destijds
te kennen gaven, vond men het haagsche hof o. a te duur.
Vereenigde Staten. Het laatste tijdperk zijner regee
ring is voor president Koosevelt niet het prettigste. Zijn
gekibbel met Senaat en Huis moet wel zeer onaangenaam
voor hem zijn. Tot goed begrip hiervan diene het volgende
De president heeft den senator Tillman beschuldigd, dat deze
zijn invloed zou hebben aangewend om de vernietiging te ver
krijgen van de concessie, waarbij zekere terreinen waren
toegekend aan spoorwegmaatschappijen. Tillman wilde die
terreinen opengesteld hebben voor kolonisten, omdat de
spoorwegmaatschappijen niet hadden voldaan aan zekere
voorwaarden, in de concessie gesteld. In dien tusschentijd zou
Tillman echter reeds maatregelen hebben getroffen om van
die terreinen, zoodra zij mochten openkomen, er eenige zelf
te koopen. En juist in dienzelfden tijd was in den Senaat
door Tillman ontkend, dat hij zich met dergelijke plannen
bezig hield. Een andere beschuldiging was dat Tillman over
particuliere zaken correspondentie heeft gevoerd met ge
bruikmaking van de vrijdom van port, die hij, als lid van
den senaat, heeft voor zijn correspondentie over zaken, die
verband houden met zijn senatorschap. Deze beschuldigingen
nu, door den president gedaan, worden in amerikaansche
politieke kringen beschouwd ais een poging om de aandacht
van het groote publiek af te leiden van een andere quaestie,
feitelijk de hoofdzaak en wel die der bekende uitlating van
Koosevelt in zijn jaarlijksche Boodschap inzake de geheime
politie in verband met de gedragingen van congresleden.
Dit laatste vooral heeft verbittering bij de congresleden tegen
den president verwekt en ten overvloede komt hier nog een
derde feit bij hetwelk hierop neerkomt, dat Tillman nl. de
opzienbarende mededeeling heeft gedaan, dat belangrijke
bescheiden en brieven, betrekking hebbende op de door den
pres'dent tegen hem ingebrachte beschuldigingen, in het
voorjaar van 1908 zijn gestolen uit zijn lessenaar in den
senaat. Met groote meerderheid is thans door den senaat
aangenomen dat het Congres voortaan een onderzoek zal
instellen naar de geschiktheid van personen, die door Roose
velt in openbare ambten worden benoemd. Deze maatregel
is een buitengewoon iets, die men een berisping zou kunnen
noemen. Sinds de stichting der republiek toch is liet nog slechts
4 maal voorgekomen dat aan een president op grond van een
Boodschap aan het Congres, een berisping is toegediend
door de volksvertegenwoordiging.
Noorwegen. Een sterke partij wordt op dit oogenblik
alhier gevormd door de geheel-onthouders, die in den ver
koop van sterke dranken reeds een beduidende verminde
ring en beperking hebben weten aan le brengen. Echter
zijn zij hierover wel wat men noemt dankbaar maar niet
voldaan. Op een congres, dat zij Zaterdag 11. te Kristiania
hebben gehouden, zeide de voorzitter, dat het doel moest
wezen het volstrekte verbod voor den verkoop van sterken-
drank in geheel Noorwegen. Hierop is echter tegenwerking
gekomen, want dezer dagen is te Kristiania een vereeniging
opgericht, die deze poging en alle pogingen van de geheel
onthouders trouwens wil bestrijden, waartoe reeds een op
roeping verspreid is.
Frankrijk. Op dit oogenblik is de toepassing der dood
straf zooals zij bij de jongste teiechtstelling in Bethune
heeft plaats gehad, het onderwerp van veler gesprekover
het algemeen is men het er over eens, dat aan de open
baarheid hiervan een einde moet worden gemaakt.
Van de tegenstanders der doodstrat geven de socialisten wel
het meest af op de regeering en verwijten haar dat de
geheele zaak allerslechtst was ingepikt. Thans hebben ver
schelden kamerleden van links besloten, een voorstel in te
dienen, bepalende dat de doodstraf slechts zal mogen worden
toegepast ingeval op zijn minst twee derde der juryleden,
dus acht van de twaalf, zich er voor verklaren. De lijken
der vier veroordeelden zijn thans in handen van de medische
faculteit te Rijsse., Van een der professoren kwam het rap
port dat na de eerste onderzoekingen niets bijzonders bij
deze misdadigers is opgemerkt. Zij vertoonen geen enkel
van de kenmerken die op degeneratie wijzen. Thans is weer
een doodvonnis uitgesproken en nu te Hazebrouck, over een
20-jarigen man die om te stelen een moord had begaan.
In het departement van Pas-de-Calais zijn nu in de laatste
zes maanden zes doodvonnissen uitgesproken.
De nieuwe minister van Marine, Piqnard, heeft bij de
vlootbeschrijving waaraan hij bezig is, groote onregelmatig
heden ontdekt. Hij heeft vast besloten deze te publiceeren
en zal zijn ontslag nemen indien hij hierin verhinderd wordt.
T u r k ij e. Op voorstel van den joodschen afgevaardigde
Faraggi is in de kamer het benoemen eener commissie van
15 leden tot herziening der grondwet aangenomen. Het
voorstel beoogt verder de invoering van ministerieele ver
antwoordelijkheid, de verkiezing van een deel van den senaat
en de opheffing van het verbanningsrecht van den sultan.
Wat de crisis in het oosten betreft, zijn we een
belangrijken stap verder gekomen. Van verschillende zijden
wordt thans bevestigd, dat de turksche regeering het voorstel
van Oostenrijk-Hongarije heeft aangenomen, waarbij Turkije
berust in een schadeloosstelling van '2J millioen turksche
ponden, als algemeene grondslag waarop verder zal worden
onderhandeld. Turkije doet afstand van Bosnië en Herzego-
wina, wat voor Servië en Montenegro, die zoo graag hadden
gezien dat Turkjje op zijn stuk was blijven staan om zijn
souvereine rechten op de door Oostenrijk Hongerije ingelijfde
gewesten te handhaven. Niet onmogelijk, dat deze totstand
koming van een turksch oostenrijksch vergelijk ook ten goede
zal komen aan een accoord tusschen Turkije en Bulgarije.
In Weenen is men in hooge kringen zeer tevreden over
het verloop der aangelegenheden tusschen Oostenrijk en
Turkije en men hoopt dat de oude vriendschappelijke ver
houdingen spoedig weder hersteld zullen zijn.
Duitscnland. De koning en koningin van Engeland
zullen den 7den Februari a. s een drie- of vierdaagsch
bezoek aan Berlijn brengen, waarbij de handel aan koning
Eduard op de beurs een feest zal aanbieden.
Rusland Door den generaal Stoessel en admiraal
Nebogatof is aan den zcar een verzoek om gratie gericht.
Beiden hebben nog een straf van tien jaar in de Peter en
Paulvesting te Petersburg te ondergaan.
Zwitserland Omtrent de meelaangelegenheid verneemt
hrt officieuse telegraafagentschap te Bern dat de regeering
de laatste duitsche nota over het invoerrecht op meel be
handeld heeft en besloot, op de verschillende punten te
antwoorden. Intusschen zullen vertegenwoordigers van de
zwitsersche en de duitsche molenaars nog eens een nieuwe
en laatste samenspreking houden, waarin misschien een
verzoening tot stand kan komen.
De eerste protestant was Sokrates.
Burgerlijke Stand. Ja° Vl,'ÖdTag 8' Januari tot
J Vrijdag 15 Januari.
Bevallen: A. M. KoelemijEi d.
Overleden: J Bouman 67 j.
Overleden te Meerenberg: M. E. Flens 50 j.; M.
van Gelder 55 j.G Rombout 45 j.
De strijd tusschen persoon'yk gezag en gemeenschapsgezag es
zoo oud als de beschavingtelkens duikt hü onder een nieuwen
vorm weer op. Het protestantisme was zulk een vorm van ontwa
kend persoonlijkheidsbesef
Eenige stille grieven tegen
Diversen. onze rechters.
(Uit de N. Courant.)
In den laatsten tijd werd, ook in dit blad, de zoo bij
uitstek belangrijke aangelegenheid der verwording van onze
rechtspraak door redactie en enkele inzenders in 't openbaar
behandeld. Daarbij is het menigeen, ook mij, opgevallen,
dat een paar van de meest gewichtige met dit onderwerp
verband houdende omstandigheden niet in het publiek
werden besproken, hoewel ze in vakkringen algemeen bekend
zijn. Terwille van een juiste appreciatie van enkele apologiën
der rechterlijke macht, welke in de dagbladen verschenen,
vraag ik verlof met een enkel woord op die omstandig
heden te mogen wijzen.
In de eerste plaats doet het aan den eerbied voor de
rechterlijke macht afbreuk, dat zulk een belangrijk aantal
van haar leden, en daaronder juist vele van de meest be
kwame, deel uitmaken van het bestuur van fmancieele in
stellingen. Zeker, er zijn nog enkele ouderwetsche magi
straten, die het onvereenigbare van ambt en betrekking
gevoelen, maar het meerendeel is gezwicht voor de verlei
ding van een paar Londerd gulden per jaar. In 1907 waren
ruim 100 leden van de rechterlijke macht aldus in strijd
met de bedoeling van art. 8 der wet op de R gterlijke Organisatie,
bij Ji.nancieele instellingen betrokken. Ik zwijg van andere naaui-
looze vennootschappen. Dan ook kan het nuchtere en prac-
tische deel van onze natie, gelukkig nog het grootst in
aantal, een medelijdenden glimlach en eon schouderophalen
niet achterwege houden wanneer in plechtige openbare
terech' zittingen mensehen van bescheiden gaven, die de zeer
bescheiden bezigheden van substituut-griffier bij hof of
rechtbank niet beneden zich hebben geacht, met, zorgvuldig
in de rechtsgeleerde bladen weergegeven, installatieredes op
gelijke trede worden geplaatst met de helden van Homerus
en Shakespeare. Ons volk mag geen zwaar verwijt treffen,
wanneer het uit zulk milieu geen goeden kijk op zijn geschil
len meer verwacht.
Vervolgens is het, in ruimer kringen dan de magistratuur
wel denkt, van algemeene bekendheid, dat het wetenschap
pelijk peil van degenen, die in de laatste jaren benoemd
werden tot die posten in de rechterljjke macht uit welke de
rechters worden gerecruteerd, beneden het middelmatige
is. Van alle in 1907 en 1908 benoemde substituut-griffiers
hebben slechts 2 het noodig gevonden, of zich in staat geacht.,
een proefschrift te schrijven. De anderen, welke dus reeds
toonden niet veel ambitie voor de rechtswetenschap te
bezitten, zijn thans nog bezig het grootste gedeelte van
hetgeen zij op hun doctoraal examen wisten, in de geestdoo
dende klerkenbezigheden, waartoe hun tegenwoordig ambt
hen roept, te vergelen. Daarna worden zij, wiskunstig
zeker, rechter.
Dit laatste moge ontstellend klinken, het is niettemin on weder-
sprekelijk. Deze peisonen gaan voor boren de meest bekwa
me juristen, die zich wel tot de magistratuur aangetrokken
gevoelen, maar ervoor bedankt hebben zich eerst als grif
fie-volontair, later als substituut, te verknoeien. Het is
bekend, dat twee van onze jongere hoogleeraren in de
rechtswetenschap bij sollicitaties naar rechterlijke betrekkin
gen (vóór hun benoeming tot hun tegenwoordig ambt)
j tegenover substituut-griffiers niet eens kans hebben gehad
om op de aanbeveling te komen. Men weet, dat twee
voortreffeljjke juristen een paar jaar geleden door de regee
ring buiten de aanbeveling om tot rechter benoemd moesten
worden. De colleges zelf waren op zulke leden niet gesteld.
Zielkundig is dit te verklaren Zelf gedwongen geweest
jarenlang op een griffie te zitten, kunnen sommigen moei.
lijk verdragen, dat een ander het daarbuiten zou kunnen
stellen. Te verdedigen is het echter niet.
Ziehier eenige woorden, waarom geen doekjes zijn ge.
wonden. Het trekken van conclusies acht ik overbodig en
was trouwens ook niet mijn doel. Het aanbevelen van ge
neesmiddelen nog minder. Wie eenigszins met den stand der
quaestie op de hoogte is, weet, dat rond het ziekbed der
magistratuur dokters en pillen reeds in overvloed zijn
saamgegaard. Alleen ontbraken aan het bulletin, zooals
publiekgemaakt, eenige kenmerkende bijzonderheden. Hier
over heb ik het zwijgen willen verbreken. S.
28 December 1908.
(De cursiveering is van ons. Eed. B. W.)
Blindenzorg.
Gaarne voldoen wij aan hit verzoek van het bestuur der
Vereeniging «Nationale Blindenzorg* om eenige regelen te
plaatsen in het belang eener goede en edele zaak, meer in
het bijzonder die der stichting van een Tehuis voor alleen
staande Minden te Wolfheezen. Genoemde vereeniging heeft
in 1904 besloten over te gaan tot het bouwen van een
inrichting, waarover wij, aan de hand van brochure en cir
culaire door het bestuur uitgegeven, in het kort het vol
gende kunnen mededeelen.
Het Tehuis zal een pension zijn, waar alleenstaande blinden
boven de 18 jaar, onverschillig van welke gezindte, woon
plaats en leeftijd, een goede huisvesting en liefderijke ver
pleging kunnen vinden, de onvermogenden geheel kosteloos,
zij, die betalen kunnen, tegen een billijke vergoeding. Het
zal aanvankelijk voor honderd blinden bestemd zijn en naar
de eischen der gezondheidsleer en de eigenaardige behoeften
der blinden ingericht worden. Het steeds toenemend aantil
van aanvragen bewijst onwederlegbaar, dat het Tehuis drin
gend noodig is en in waarheid al een de alleenstaande blin
den doeltreffend helpen kan. Met het oog daarop, werd door
de Stichting een uitmuntend boschterrein, 5 hectaren groot
en 150 Meter ten noorden van het station Wolfheezen go-
legen, aangekocht.
Bij de inrichting van het Tehuis wordt uitgegaan van
het beginsel, dat het moet beantwoorden aan de eischen der
gezondheidsleer en rekening houden met de eigenaardige
behoeften der blinden.
Het geheele gebouw zal een centrale verwarming en
electrische verlichting hebben, terwijl alles zoodanig inge
richt zal worden, dat brandgevaar tot een minimum is
teruggebracht.
Het bestuur doet een krachtig beroep op aller steun en
medewerking, ten einde het fonds snel en krachtig te doen
aangroeien, want velen hebben er dringend behoefte aai.
Voor bouw, inrichting, exploitatie, mogelijke uitbreiding
en instandhouding raamt het bestuur een totaal van 25.000
guldeD aan jaarlijksche bijdragen noodig te hebben.
Het bestuur bestaat uit den heer M. N. Schild, president,
Keppelerstraat 130; en de dames freule L. H. C. von
Hoövell, secretaresse. Koningsplein 20; Mej. J. M. Des-
mons, penningmeesteresse, Archimedesstraat 48, allen te
's-Gravenhage.
Op dit oogenblik wordt door de propagandaclub »Ajo«!
een rondreis door Nederland gemaakt en in verschillende
plaatsen van ons land uitvoeringen gegeven ten bate van
het Tehuis. De uitvoerende leden dezer clubs zijn de dames
mej .lo van Peski, déclamatricemej. J. Boon, pianiste;
mej. Willy Hora Aderna, zangeres en de heer J. Caron,
zanger.
Aanstaanden Maandag treedt dit gezelschap te Haarlem
in de Sociëteit «de Vereeniging* op met een zorgvuldig
samengesteld programma. Tot het nemen van kaarten voor
deze uitvoering wekken wij gaarne opde opbrengst is
geheel voor het hier besproken goede doel.
Zeg niet: „ik wil", of: „ik kan" Laat elke uwer daden uw© nieuwo
voornemens verkondigen. De rest is zwijgen
Een geleerd correspondent
Polemiek. De correspondent der Stads Editie,
naar wij vermoeden ook wel schrij
vende onder: Bloemendaal, men meldt ons*, maakt zich
zeer ongerust over de redactie onzer algemeene politiever
ordening. Mr. Tideman, die aan de herziening dier veror
dening in 1907 een werkzaam aandeel heeft gehad, moet
deswege reeds slapelooze nachten hebben doorgebracht.
Wat is de zaak. Eenigen tijd geleden werd in de vragen-
bus der Studs-Editie door den redacteur naar aanleiding eener
ingediende vraag medegedeeld, dat men z i. mocht fietsen op
de voetpaden langs den Zijlweg. De correspondent heeft
daarna in de Stads Editie van 28 Dec. 11. art. 18e der
politieverordening afgedrukt om te betoogen, dat het rijden
op de voetpaden toch wel degelijk verboden was. Inder
daad verbiedt de verordening het rijden op voetpaden, ber
men of zijkanten der wegen. De motor- en rijwielwet ver
plicht evenwel het gemeentebestuur om borden te plaatsen
op die voetpaden, anders is het fiets-verbod niet toepas
selijk. zegt: dit is natuurlijk niet van toepassing,
want anders zouden ook auto's op de voetpaden-zonder
borden mogen rijden. In de Stads Editie van 2 Januari 11.
heeft Mr. Vis de moeite genomen den correspondent duide
lijk te maken dat dit geen logica is, dat inderdaad, zoolang
geene borden daar staan, de voetpaden voor fietsen en auto's
vrij terrein zijn. Niettemin jammert de Studs-Editie van 5
Januari 11. opnieuw over den Bloemendaalschen wetgever
van 1907, die «al een zeer slecht geredigeerde Politieveror
dening heeft samengesteld* zoodat het meer dan (wij cursi-
veeren Red. BI Wlcbl.) tijd wordt, dat deze verordening
spoedig wordt herzien, alles met dank aan Mr. Vis, niet dat
hij den onlogischen gedachtengang van hem in het licht,
stelde, maar omdat hij er toe bijdroeg hier eene Politie
verordening te verkrijgen die praktisch uitvoerbaar is. Wij
vragen ons af welk een giftigeu geest moet hem bezielen
die dit alles bijeen pent. Het spreekt toch Van zelf, dat
het niet plaatsen van waarschuwingsborden geen recht geeft
een smet aan te wrijven aan de makers der politieverorde
ning maar hoogstens out een klacht daarover te rich
tegen het uitvoerend bewind.