Bij hetzelfde besluit is de bijdrage der Provincie voor iederen lijder bovenbedoeld, iu wiens verpleegkosten het Rijk ƒ40.voldoet, zonder uit zonderingen op ƒ50.per jaar vastgesteld. De bijzondere bepalingen, waar bij voor enkele gevallen een hooger subsidie werd toegezegd, zijn biermede eveneens met ingang van 1 Januari a. s., vervallen. Idem no. 73 bevat het besluit van den Commissaris der Koningin in Noordholland, van 6 Augustus 1909 no. 59/9783, 2de afdeeling J. en V., houdende mededeeling van het tijdstip, waarop de jacht op grof en klein wild zal worden geopend, en wel als volgt: a. de jacht op grof wild zal worden geopend op Maandag 1 November 1909 met zonsopgang; b. de jacht op klein wildmet uitzondering van die op hazen en fazanten, zal worden geopend op Zaterdag, 28 Augustus 1909, met zonsopgang c. de jacht op hazen en fazanten zal worden geopend op Zaterdag, 2 Octo ber 1909, met zonsopgang; d. de korte jacht dagelijks, met uitzondering van den Zondag, en de lange •iacht alleen op Woensdag en Zaterdag zal mogen worden uitgeoefend. De raad vergaderde Donderdag des Gemeentebestuur, avonds te 8 uur; aanwezig met den voorzitter, alle leden, behalve de heer jhr. L. Boreel. In verband met eene ongesteldheid van den gemeente secretaris en afwezigheid van zijn plaatsvervanger werd als zoodanig met algemeene stemmen benoemd en beëedigd de heer P. A. Messchaert. De notulen der vorige vergadering werden gelezen, waarin op voorstel van den heer Tideman werd gewijzigd, dat besloten was dat reeds dadelijk tot de wegneming van boom en paal op den Bloemendaalschen weg bij het meterhuisje zou worden overgegaan. Punt 1 der agenda luidde: Onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw gekozen ledenin de commissie van onder zoek werden benoemd de heeren A. F. Bijvoet, A. Koolhoven en Ign. Bispinck. Deze heeren verwijderden zich en kwamen, na ongeveer 3 kwartier zich te hebben afgezonderd, met hun rapport, strekkende om het request der heeren Teitsma en 19 anderen voor kennisgeving aan te nemen en waarin zij zich tot toelating der gekozenen verklaarden. De voor zitter opende over deze slotsom de beraadslaging. Alleen de beer Tideman voerde bet woord. Op de gronden door hem ontvouwd in zijn destijds aan den minister van binnen- landsche zaken verzonden telegram bestreed hij uitvoerig de slotsom der commissie, stellende zich bovendien geheel te kunnen vereenigen met de bezwaren der heeren Teitsma e. a. Dadelijk daarop werd tot stemming overgegaan. Allereerst werd gestemd over bet voorstel der Commissie het bezwaar schrift tegen de verkiezingen voor kennisgeving aan te nemen dit voorstel werd met op één na algemeene stemmen aan genomen. Ook de heeren Van Hooff en Roozen stemden mee. Daarna werd met buiten stemming blijven der heeren Roozen en Van Hooff, wat betreft hunne toelating, besloten tot toelaten der gekozen verklaarden, telkens met de stem van den heer Tideman tegen. Deze verzocht daarna aanteekening in de notulen van zijn constateeren, dat de heeren Van Hooff en Roozen hebben medegesterad over bet besluit tot ter zijde leggen van het verzoekschrift. Na uitvoerige, somtijds scherpe, woordenwisseling werd naar B. en W. teruggezonden voor wettelijke behandeling een verzoekschrift van den heer A. J. Stoel Jr. tot aanleg van een kade, straten enz. op een terrein zuidelijk van den Kleverlaan. Op een verzoek van den beer Malga tot plaatsen van eenige huizen dichter naar den Overveenschen weg, dan de dooi den raad vastgestelde rooilijn aangaf, werd gunstig beschikt, afwijzend op een verzoek van J. J. van Wort, timmerman te Haarlem, om op Wildhoef een motorbuisje .te mogen stellen, 2 meter binnen het bek im plaats van in de rooi lijn, die de raad destijds vaststelde. Verzoekschriften van den heer Blazer en van Crescendo werden als te laat ingekomen naar B. en W. teruggezonden om preadvies. De gemeenterekening over 1908 werd vastgesteld: de ontvangsten bedroegenf 249.993.98 de uitgavenf 230.154.82. Zoodat er een batig saldo was van f 19 839.164. De daarna vastgestelde instructie voor de schoolartsen vinden onze lezers in extenso in de rubriek Onderwijs in dit nummer. De raad ging, na een post van onvoorzien te hebben vastgesteld en nadat de heer Tideman bad gewezen op den onmogelijken toestand van bet Achterpad, over in gesloten zitting tot behandeling der oveiname waterleiding Duin en Daal. Alvorens de raadsleden uiteengingen, heette de voorzitter den heer Van der Hulst geluk met zijn herstel, met luiden bijval van alle leden werden deze woorden begroetde heer Van der Hulst, het minst spraakzame raadslid, is bij alle leden even gezien om zijn kalme hartelijkheid in den omgang, zijn gelijkmatige gemoedsgesteldheid en zijn gezond verstand bij het nemen van beslissingen in zaken waarin hij zich een oordeel heeft gevormd. Daarna werd hartelijk afscheid genomen van den heer Van Lennep, die zich aanbeval in het vriendelijk aandenken van burgemeester en zijne mederaadsleden. Van zijne ietwat vluchtige verschijning in den raad zullen slechts aangename herinneringen achterblijven. Hiertoe door de heeren Duijm en Spruijt Handel en welwillend in staat gesteld, waren wij Industrie. dezer dagen in de gelegenheid den pas gereedgekomen zijnden brand- en inbraak- vrijen ondergrondschen safekelder der Haarlemsche Incasso- bank aan de Kinderhuissingel te Haarlem te bezichtigen. De kluis is, volgens onze leekenmeening, werkelijk inbraak- en brandvrij, omdat ze voor r'/c gedeelte onder water staat en ons erachteas de knapste inbreker het onder die omstandig heden wel zal laten door een der muren of door den vloer binnen te komen,terwijl de deur, een stuk staalpantser van 2000 kilo's, niet alleen volkomen bestand is tegen de ge- wod6 huis-, keuken- of tuininbrekerswerktuigen, maar ook zoo samengesteld is dat ze met glans de kracht der dooi de heeren inbrekers zoo geliefde »Fouchésteekvlam" door staan kan. Buitendien zijn muren en vloer gebouwd van drie dubbel gelegde gebakken steen van uitstekende kwaliteit, terwijl de zoldering buitendien nog versterkt is door stijf aan elkander liggende stalen rails. Het brandvrije is volkomen gewaarborgd, omdat deze massa van staal en steenen elke braudhitte tart en zelf natuurlijk absoluut onbrandbaar is. De kelder of kluis heeft een oppervlakte van ongeveer 5 bij 4 meter en een hoogte van 2.10 meter. De dikte der wanden bedraagt 40 cM De zgn. safe-loketten zijn op de bekende manier aangebracht en ingericht. Elk loket is voor zien van twee van elkander afhankelijke sloten, één voor den huurder en een voor de directie der Incassobank, zoodat een slot door een persoon niet kan geopend worden en dr kans tot diefstal hierdoor dus tot een minimum is teruggebracht. Onder deze loketten bevindt zich nog een practische bergplaats voor trommels e. d. van grooten omvang. De kluis is vervaardigd door een buitenlandscbe firma. De directie der Bank had liever gezien dat een onzer neder- landsche firma's de vervaardiging op zich bad genomen, maar ook op dit gebied schijnt onze nijverheid het, wat de kosten van uitvoering betreft, tegen die van over de grenzen te moeten afleggen. Ook de Kasvet eeniging, Twentsche Bank, Amsterdamsche Bank, Nederlandsch Indische Escompto Maatschappij en meerdere instellingen hebben de vervaardiging van hun kluizen aan de fabriek der Panzer A. G. te Berlijn opgedragen. Naar wij vernamen, is reeds een flink gedeelte der loketten in beslag genomen; de directie der Haarlemsche Incassobank verstrekt belangstellenden gaarne de gelegenheid nader met hunne nieuwe inrichting kennis te maken en de kluis te bezichtigen. Kerknieuws, fed" Hei'v' GemeeD^ ZTnnd^ 22 Ausus" tus voorm. 1U uur. Ds. J. A. v. Leeuwen. R. K. Kerk te Overveen. Zondag 22 Augustus voorm. 7 en 84 uur Gelezen H. Missen; 1 0 uur Hoogmis; 3 uur Vesners. R. K. Kerk te Vogelenzang. Zondag 22 Augustus Kerkelijke dienst te 74 en 10 uur. De ballon Albatross" bemand met lui- Luclltvaart. tenant Mina en den heer Piacenza, heeft een nieuw hoogte-record gemaakt. Het record stond op 35.500 voet; de thans bereikte hoogte was 35.715 voet. De opstijging geschiedde te Turijn. Overal, waar hij komt, wordt Blériot nog gehuldigd. De geestdrift-betoogingen nemen nog maar geen einde. Van 3 tot 9 October a. s. zullen te St.-Louis ballon-, luchtschip- en aeroplaanwedstrijden worden gehouden. Onder het opschrift Gebedsdwang Onderwijs. schrijft Het Volk van 14 Augustus het volgende „In ons kritisch bericht over den met straffen onderhouden gebedsdwang op de openbare school te Heerlen ziet „de Tijd" een aanwijzing „wat men van sociaaldemokratische zijde van de school verlangt": „Er mag zelfs geen gebed worden verricht, al bevat bet geen enkel woord, hetwelk hinderlijk is voor welke godsdien stige gezindte ook. Niet alleen ieder christen, maar ook de jood, de Mohamedaan, de Heiden zou dit gebed kunnen doen. „De openbare school, zooals zij door de sociaaldemocraten gedacht wordt, ook in plaatsen, waar alle of bijna alle in woners geloovige menschen zijn, behoort een propaganda- inrichting te zijn voor het grofste ongeloof. D&t te verhoeden is het werk ook van voorstanders dei- bijzondere school. Eu zij behoore» die taak te vervullen, waar het mogelijk is, zelfs al zijn zij openbare ouderwijzers of wethouders!" Hieruit blijkt, welk een onzin het katholieke blad moet ver zinnen om den Heerier gebedsdwang goed te praten. Een ge bed over den „Almachtigen God" en zijn „heiligen naam," dat ook een „Heiden" zou kunnen doen hoe verzint men de wartaal! En niet-bidden „propaganda voor het grofste onge loof" hoe wil de razernij een mensch met normale hersens uit de pen! Maar in de laatste alinea komt de aap uit de mouw: Mr. De Vries moet op de Amstei-damsche scholen ook gebedsdwang invoeren! Hij zal het wel laten!" Verordening tot regeling van de aanstel ling en den werkkring van de school artsen bij het lager onder wijs en het bewaarschool-onder wijs in de Gemeente Bloemendaal. arTIKBL 1. Van gemeentewege worden schoolartsen aangesteld, belast met het toezicht op den gezondheidstoestand der leerlingen, die een school voor lager onderwijs of een bewaarschool bezoekt n. Art. 2. Het toezicht op den gezondheidstoestand der leerlingen strekt zich uit over alle openbare scholen voor lager onder wijs en over de openbare bewaarscholen. Het toezicht op den gezondheidstoestand der leerlingen van de bijzondere scholen voor lager onderwijs en van de bijzondere bewaarscholen wordt alleen uitgeoefend, indien de besturen dier scholen daartoe aan Burgemeester en Wet houders het verzoek hebben gedaan. Art. 3. Het toezicht betreft meer in het bijzonder die leerlingen, wier gezondheidstoestand gevaar of schade kan veroorzaken voor anderen, van nadeeligen invloed kan zijn op de geschikt heid tot het volgen van het onderwijs of hinderlijk voor het onderwijs. Art. 4. Het toezicht omvat: 1°. het onderzoek van alle voor het eerst op eene school komende leerlingen, voor zoover zij nog niet zijn onder zocht 2°. het onderzoek der op school zijnde leerlingen op gere gelde tijden, meer in het bijzonder van die leerlingen, voor wie de schoolarts of het hoofd der school dit wen scheljjk acht. Art. 5. De schoolarts is verplicht alle in het eerste lid an artikel 4 bedoelde leerlingen, zoo mogelijk vóór hunne toelating tot de schooi, uiterlijk binnen 2 weken daarna te onderzoeken. Art. 6. Het onderzoek heeft in den regel plaats aan de school zooveel mogelijk in tegenwoordigheid van het hoofd dei- school of van een onderwjjzer of eene onderwijzeres. De ouders of verzorgers der leerlingen kunnen desverlangd bij het onderzoek tegenwoordig zijn. Hun wordt het tijdstip, waarop het onderzoek zal plaats hebben, tijdig door het hoofd der school medegedeeld. In gevallen, waarin het onderzoek niet kan geschieden zonder ontkleeding of waarin dat onderzoek meer ingrijpend moet zijn, is voorafgaande toestemming der ouders of ver zorgers noodig. Art. 7. Van den uitslag van elk onderzoek wordt aanteekening gehouden op een kaart, waarvan het model door Burgemeester en Wethouders wordt vastgesteld. De kaarten worden door het hoofd der school naar de klassen gerangschikt en be waard. Zij worden op verzoek, aan Burgemeester en Wet houders en aan den schoolarts ter inzage gegeven. Gaat de leerling over naar eene andere school in de gemeente, waarop toezicht op den gezondheidstoestand wordt uitgeoefend, dan wordt zijn kaart door het hoofd der school in gesloten omslag naar het hoofd der andere school gezonden Art. 8. De schoolarts bezoekt de school ten minste éénmaal per maand op met het hoofd der school overeengekomen dagen en uren. Hij heeft het recht te allen tijde de school te bezoeken, doch kan behalve in geval van besmetteljjke ziekte of van een andere dringende omstandigheid ter beoordeeling van den Burgemeester, alleen dan leerlingen onderzoeken, als hij zijn bezoek tenminste 2 maal 24 uren te voren aan het hoofd der school heeft aangekondigd. De schoolarts is verplicht, ook buiten de tjjden in artikel 5 en in dit artikel bedoeld, zoo spoedig mogelijk de school te bezoeken, wanneer hem dit door het hoofd der school schrif- teljjk wordt gevraagd bij het vermoeden of bestaan van be smetteljjke ziekte of wegens een andere dringende omstan digheid ter beoordeeling van den Burgemeester. Art. 9. Geeft het onderzoek, bedoeld in de artikelen 5 en 8, den schoolarts aanleiding om geneeskundige behandeling van een leerling wenscheljjk te achten, dan doet hjj hiervan mede deeling aan het hoofd der school. Deze geeft daarvan sehrif- teljjk kennis aan de ouders, voogden of verzorgers en zendt aan den schoolarts bericht, welk gevolg aan deze mededeeling is gegeven. Is de schoolarts van oordeel, dat aan deze mededeeling geen of geen voldoend gevolg is gegeven, dan geeft hjj daar van kennis aan Burgemeester en Wethouders. Art. 10. De schoolarts is niet bevoegd aan het hoofd der school bevelen te geven. Acht hij voor een leerling een bijzonderen maatregel (zooals het aanwjjzen van een bepaalde zitplaats) noodig, dan verzoekt hij het hoofd der school hierin te voorzien of hier omtrent voorstellen te doen. Is hjj van oordeel, dat aan zulk een verzoek geen of geen voldoend gevolg is gegeven, dan geeft hjj daarvan kennis aan Burgemeester en Wethouders. Art. 11. De schoolarts wjjst aan het hoofd der school de leerlingen aan, die ljjden aan kwalen, welke voor de overige leerlingen nadeelig of hinderljjk zjjn met opgave van hen, ten aanzien van wie het raadzaam is hun tjjdeljjk het verblijf op de school te ontzeggen. Hij wjjdt zjjne bjjzondere aandacht aan achterljjke kinderen, houdt afzonderlijk aanteekening van hen en deelt zjjne be vindingen te hunnen aanzien aan bet hoofd der school mede. Art. 12. Het in artikel 5 bedoelde onderzoek heelt niet plaats ten aanzien van die leerlingen, die binnen 30 dagen voor of 14 dagen na hunne komst op school een geneeskundig onder zoek, zooals de schoolarts dit pleegt in te stellen, hebben ondergaan, mits de uitslag van dat onderzoek aan den schoolarts wordt medegedeeld. Het in artikel 8 bedoelde onderzoek heeft tenzjj bij dringende noodzakelijkheid niet plaats, wanneer de leer ling, nadat de ouders van het voorgenomen onderzoek in kennis zjjn gesteld, binnen 8 dagen daarna door een genees kundige is onderzocht op die punten, waarop de schoolarts dit wenscheljjk acht en de uitslag van dat onderzoek aan den schoolarts wordt medegedeeld. Art. 13. De schoolarts treedt als zoodanig niet op als behandelend geneesheer. Echter kan hjj bij dringende noodzakelijkheid, hjj zjjn bezoek aan de school, die maatregelen riemen, die hij in het belang van den leerling wenscheljjk acht. Deze maatregelen mogen uitsluitend het karakler van eerste hulp dragen. Art 14. Onder besmettelijke ziekten verstaat deze verordening de ziekten, bedoeld in artikel 1 der wet van 4 December 1872 (Staatsblad No. 134) laatstelijk gewjjzigd bij de wet van 21 Juli 1899 (Staatsblad No. 166); zoomede die genoemd in de Verordening in het belang der Gezondheid van leerlingen der openbare en bjjzondere scholen in de Gemeente Bloemen daal. Art. 15. De schoolarts stelt, wanneer hem dit noodig voorkomt, aan Burgemeester en Wethouders voor om tot tjjdeljjke sluiting of tot desinfectie van eene school of van een klasse- lokaal over te gaan. Art. 16. De schoolarts is belast met het onderzoek van het aan te stellen onderwjjzend personeel, indien hem dit door Burge meester en Wethouders wordt opgedragen. Hjj is voorts verplicht een onderzoek in te stellen naar den gezondheids toestand van een onderwijzer of eene onderwjjzeres, ten aanzien van wien hem dit door Burgemeester en Wethou ders is opgedragen. Dit onderzoek heeft tenzjj in geval van dringende noodzakelijkheid ter beoordeeling van den Burgemeester niet plaats wanneer de onderwijzer of onderwijzeres na met het voorgenomen onderzoek in kennis te zjjn .gesteld, binnen 8 dagen door een geneeskundige is onderzocht en de uitslag van dat onderzoek aan den school arts is medegedeeld. Hij is verplicht, voor zoover zijn ambtseed hem dit niet belet, zjjne bevindingen aan Burgemeester en Wethouders mede te deelen. Onverminderd hunne verplichting tot naleving van de bepalingen dezer verordening, zjjn de schoolartsen gehouden de voorschriften na te komen, welke hun, in verband met de hun opgedragen werkzaamheden, nader door Burgemeester en Wethouders mochten worden gegeven. Art. 17. De schoolarts is gehouden voordrachten en cursussen te houden over scboolhygiëne voor het onderwjjzend personeel, indien hem dit door Burgemeester en Wethouders wordt opgedragen. Art. 18. De schoolartsen worden in den regel voor den tjjd van drie jaren benoemd door den Raad, die van Burgemeester en Wethouders eene aanbeveling ontvangt voor elke te ver vullen plaats. Zij treden op hetzelfde tijdstip af. Hjj, die benoemd wordt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1909 | | pagina 2