REN
REEKUUR
(AAL.
lolcursus
I
zoete melk-
[LH. SCHREIJ C°.
ïfoon 1765.
Oude Gracht 39.
den arts van
3=5 uurl
^i Cats.
gijvoegsel van „l}et gloemendaalsch Weekblaö"
li
rlemsche-
Incassobanlc.
HAARLEM.
'LJET.
oemendalsch Weekblad"
rten brood
LDERVANCK DE
:sverlangd worden
hoop hebben opgegeven
dch voor een speciale be-
tot het instituut
HAARLEM.
kan altijd toezicht uitoefenen.
Dinsdags en Vrijdags v. 2-3 uur.
ANSSTRAAT 5IA rood.
1511* HAARLEMu
van Zaterdag 15 Januari 1910. No. 2.
Honing moest in geen huishouding
Voor Olize ontbreken en er als dagelij ksch brood
Dames. gangbaar zijn. Alleen door zijne groote
voedingswaarde en lichte verteerbaar
heid komt hij al in aanmerking ons den maaltijd te kruiden.
Voeg hierbij zijn gaven, menig verhemelte te streelen en
men krijgt het produkt, dat wij zeker een eereplaats op
onze tafel moesten toekennen.
Ons lichaam heeft behoefte aan warmtevormende stoffen
I (koolhydraten) welke de honing in zoo hooge mate bevat.
Vele kinderen, die met tegenzin melk drinken, gebruiken
j, ze met smaak wanneer er een lepeltje honing door geroerd
j is. Honing in plaats van suiker in koffie, thee of kwast
laat zich voortreffelijk gebruiken.
Honing met bijvoeging van regenwater is een probaat
middel tegen winterhanden.
Wordt men gekweld door slapeloosheid, dan brengen een
paar lepels dezer plantennectar soms den lang verbeiden
slaap en daar dit zeker een onschuldig middel is om in
Morpheus armen te belanden, beveel ik proefname ten
zeerste aan. Men zie echter toe dat men echten bijenhoning
koopt. De vervalschingen op dit gebied toch zijn vele en als
een staaltje bier van schrijft de heer Frans Netscher in het
B Maandschrift voor Bijenteelt het volgende
Van den zomer zag ik te Zaandam in de étalage van
I den comestibleshandel Heytink, Damstraat 9, een flacon
I „Prima Tafelhoning" staan, geprijsd voor vijf en twintig
cents. Ik begaf mij naar binnen en vroeg den patroon, die
I mij hielp of bedoelde flacon zuiveren honing bevatte. En
K op zijn bevestigend antwoord, kocht ik zijn waar.
Deze flacon werd door mij aan het Laboratorium van
I het Ministerie van Financiën opgezonden. En ziehier thans
I het bericht van het onderzoek, dat ik ontving
„Het mij ter hand gestelde monster Prima Tafelhoning
I „van Heytink, Damstraat 9, Zaandam, is bij onderzoek
„gebleken, in hoofdzaak te bestaan uit glucose stroop."
De Direkteur
1 (w.g.) Alberda".
i t
Zie zoo mogelijk zelf toe zuivere waar voor uw geld te
'i ki ijgen. De imkerij van den heer Kelting te Santpoort biedt
hiertoe prachtige gelegenheid. Het is ook voor kinderen
'j aardig en interessant het bezige leven der bijen zoo van
nabij te leeren kennen, hetgeen door de welwillende, onder-
houdende explicaties van den heer Kelting tot een aan-
sehouwelijke natuurkundige les wordt.
„Honing is zoo duur", hoor ik menigeen al zuchten.
1 Wordt dit argument niet schitterend te niet gedaan door
dat Gezondheid de grootste sehat is?
BUSSUM
Brediusweg
ELEFOON No. 264.
i af 20 October 1909:
Depot, 1 dag opz 2 pet.'jj
10 dagen 2
1 maand 21/®
6 maanden „3
1 jaar 4
>AFE-DEPOSIT.
ring van Loketten (nieuwste
igste constructie) met trom
de volkomen brand- en in-
je ontlergrondsche kluis.
s gelegenheid voor tijdelijke j,
eving van effecten en kost-
sn. Billijke voorwaarden,
oruren waarop tevens toegans
luis 9 -3 en 6—8.
aterdags 9 - 3, op beursvacan-
9-12.
Bizondere attentie schenkt men aan den rok. Als zeer
modern ziet men bij avond- en balcostumes een draperie op
de hoogte der knieën aangebracht. Dit geeft de vrouw
iets hulpbehoevends, als waren de knieën bij elkaar ge
bonden en zij hierdoor in haar loop belemmerd wordt. De
vrije vrouw zal zich lastig met deze mode kunnen ver
eenigen. De tunica in poefen gearrangeerd geldt als aller
laatste nieuwheid. Zeer veel charme gaat van den mouw
uit. Aan het baltoilet ontbreekt hij eigenlijk geheel, alleen
een paar spangen uit zijde doen als zoodanig dienst. De
nauwe tot den ellenboog reikende mouwen der diner-toilet
ten bestaan uit eng den arm omspannende stof, en worden
verlengd door een manchet uit tule, kant, goudborduursels
enz., den pols vrijlatend, om mooie armbanden hun recht
te doen wedervaren.
De nieuwe voorjaarsmode wordt geannonceerd in den vorm
van russische blousentoiletten, als wandelcostumes. De
ceintuur hieraan zit zeer laag en eindigt in het midden
van den rug in een paar arabesken. De lengte dezer mantels
reikt tot een handbreed van den rokrand.
Mej. A. F. te H. Lichte vlekken behoeft u alleen maar met een in
benzine ge loopt lapje af te wry ven. In hardnekkige gevallen stort u wat
benzine op de stof zelf, legt er echter vloeipapier onder, en overdekt hen
ook hiermee, daar zich anders licht kringen vormen, en strijkt er dan met
een niet te warm ijzer over heen. Uitdrukkelijk zij wegens de groote ont
vlambaarheid der benzine de grootste voorzichtigheid aanbevolen.
Mevr. W. W. te B. Afgesneden bloemen kunt u lang frisch houden,
door lederen dag het water te vernieuwen en de steelen een eindje af te
snyden (niet knippen, dit wringt te veel) en in dat water een lepeltje keu
kenzout of geest van salmiak te doen.
Mouche
De Fauna van den weg.
Automobilisme. Octave Mirbeau.
(Uit La 628-E-8.)
Koe, Geit, KatBig, Ezel.
Koeien en ossen kunnen in één adem met paarden genoemd
worden. Toch schijnt er, evenals tusschen den proletariër uit
de stad en dien van 't platteland, een soort verstandelijk voor
deel te zijn aan de zijde van den loggeren, minder ontbolster
den, doch sluweren landBbewoner.
Als ge een ot meer koeien of een troep ossen verrast, die
grazen of naar 't slachthuis gaan, dan zien ze er alleronhan
digst en zelfs komiek uit, wanneer ze zoo log voor den motor
uit waggelen met hun mal staartje in de lucht.
Dat kan zoo een poosje duren, doch zelfs een troep kalve
ren zal ten laatste een zijweg inslaan, of verdwijnen dooreen
gat in den heg in het veld, waar ze heel gauw van den schrik
bekomen en u nog wat angstig, maar toch nieuwsgierig en
liefjes, verbaasd na zullen oogenIk heb opgemerkt, dat
koeien over 't algemeen een zekere wijsheid bezitten. Zij ver
liezen pas heelemaal haar kop, als er een paard bij is, dat
haar zijn domme vrees meedeelt.
Geiten, die toch zoo zenuwachtig zijn, dat hare melk, zooals
beweerd wordt, wel eens stuipen bezorgt aan kleine kinderen,
geiten worden alleen bang, als zij vastgebonden zijn met hare
jongen bij zich. Dan trekken ze machteloos aan het touw,
rennen rond het paaltje aan het gestrekte touw, springen,
schudden den kop, draaien, slaan achteruit, hollen heen en
weerDoch als ze vrij zijn, zijn ze in één sprongetje boven
aan de glooiing van den weg, zonder eenigen angst, voelen
zich daar volmaakt veilig en beginnen direct te knabbelen aan
de sappige groene grasjes
Mooi onderwerp voor een academische rede over de opvoe
dende eigenschappen der vrijheid.
leder kent de diepe overpeinzingen van de katten, het mag
netische Baudelaire-achtige van hare oogen en hare vlugheid
om zich uit de grootste moeielijkheden te reddenVan
den eersten dag af hebben zij in de auto een nieuw gevaar
herkendMen treft ze weinig aan op de wegen, die geen
gunstig terrein zijn voor hare bezigheden, welke altijd van
eenigszins geheimzinnigen aard zijnZij houden meer van
dicht begroeide, donkere plekjes.
Soms ziet men ze heel in de verte voorzichtig uit een heg
te voorschijn komen en den weg over sluipen met een mol
tusschen de tanden.
Meetal zitten ze in de dorpen stil op den drempel der huis
jes en volgen droomerig, met een quasidistrait blik de auto,
die voorbij snort, net zooals ze een vlinder nakijken in de
lucht
Zeer zelden komt een chauffeur met haar in aanraking
Jonge biggetjes, die rose, lieve, blije diertjes vergezellen de
auto een eindweegs door vroolijk mee te hollen aan den
kant van den weg. Ze steken nooit over Het is bepaald
een vreugde, die alleraardigste kleine heesten achter elkaar
aan te zien hollen en achter ons aan net een bekoorlijke
fries voor een kinderkamer de snuitjes vooruit, wapperende
ooren, bewegelijk staartjeZe zijn net zoo vetjes en dik-
jes en nog roser, dan die Amors op plafonds, op tapisserie
werk, op chocolade-doozeu tusschen geslingerde linten en met
horens van overvloed.
Och. kleine biggetjes kleine biggetjes. 1
Het is treurig te bedenken, dat al die jeugd, al dat lieve, al
die huppelende vroolijkheid weldra eindigen moet in worst
Deze zoogenaamde lager-staande dieren geven een schitterend
voorbeeld aan het paard, dat dit niet aanneemt Misschien komt
het, omdat het paard te slaafs wordt opgevoed; misschien is
het de invloed van den mensch, die hem zoo dom maakt?
Maar ik ben erg bang, dat hij, zelfs vrij, in de oer-prairiën,
zich nog slechter weet te verdedigen en dat hij zijne krachten
er slechts gebruikt om nog dommere dwaasheden te doen
Zijn vleesch-massa, zijn enorm lichaam, zijn immers aan de
genade overgeleverd van een wolf, van een kleinen panter,
van een dwergachtigen rat?
De ezel wordt niet minder kort gehouden, evenmin de muil
ezel Maar wat een verschil
Wat weten die, de ezel en het muildier, de domheid hunner
meesters te beoordeelen, hun pijnlijke onwetendheid, hun onver
klaarbare grillen, hun tegenstrijdige eischen I En wat weten
ze zich vooral met een bewonderenswaardigen moed daartegen
te verzettenmet den moed van het verstand!
Inconsequentie is hun een gruwel. Allebei zijn dol op logica
en op werkelijkheid, hetgeen gelooven doet, dat ze niet op te
voeden zijn. In plaats van alle uitingen van angst en
schrik der paarden, in plaats van hun bruusk terzijde springen,
hun plotselinge angsten, hun rondtollen, hun achteruit slaan,
hun galoppeeren, hun achteruit dringen, in plaats van die
heele drukke, ijdele vertooning, loopen de ezels rustig voort in
hun bedaard drafje, kijken zonder vrees naar de machine,
trouwens ook zonder verrukking, veel minder kinderachtig en
veel, veel waardiger, in hun binnenste eenigszinsspot
tend 1
Het maakt niets geen indruk op hen, hoorlVeel beter
dan de paarden, die echte vrouwenzenuwen hebben, die door
alles geprikkeld en in de war gebracht worden, weten zij de
kalmte te bewaren als hun bestuurder zijn hoofd kwijt raakt,
of, wanneer de dames in doodsangst onhandig uit den wagen
springen, kijken ze even met een spottend lachje in de oogen
om naar die vliegende rokken.
Het zijn beesten vol bewonderenswaardige wijsheid; hun
hoofd is bedaard, hun voet zeker, hun karakter waardig en
goedzij kennen de teere broosheid van kinderen en respec
teeren die, zoo zelfs, dat ze zich door hnn handjes laten kwel
len zonder ander verzet dan eeD kleine beweging der ooren
Van alle vier voetige dieren, ik spreek van degene, die
op de wegen worden aangetroffen, want nog nooit heb ik er
olifanten of leeuwen gezien, verdienen alleen ezels en muil
dieren deze dikwijls ontwijde benamng: het zijn menschen
Het zouden mensehen zijn, als de menschen, helaas, geen
paarden waren
(De Juto.)
i> i-i OA i Van Zaterdag 8 tot en met
Burgerlnke Stand T
J Vrijdag 14 Januari.
Geboren: D. van J. van der Werff en van W. J.
van Huizen; d. van A. van Huirsteden en van P. Sluiter;
d. van 0. Metselaar en van M. Duijn.
Overleden: P. C. van Galen, 5 m.
Overleden in het Gesticht M e e r e n b e r g"
N. Peters 59 j.
Kerknieuws.
Ned. Herv. Gemeente. Zondag 16 Jan.
Voorm. 10 en namiddags 6| uur, Ds.
J. A. van Leeuwen.
R. K. Kerk te Overveen. Zondag 16 Jan. Voorm. 7 en
81 uur Gelezen H. Missen 10 uur Hoogmis3 uur Vespers.
R. K. Kerk te Vogelenzang. Zondag 16 Jan. Kerkelijke dienst
te 74 en 10 uur.
T ii.Dl.wlTei' Wille van het Kind.
liieiUdUlgneiU. Wekelijkscbe opgave aan de Pers.
Het correspondentieblaadje verschijnt ter vermijding van
onkosten na 1 Februari elke 2 weken.
FEUILLETON.
Onderteelcening
d. Oude Gracht 65, Haarleiü'
n het
Ouderavonden. Opvoeding ia het Huisgezin.
(Overgenomen uit de „Nieuwe Courant" van 11 Dec. '09.)
De ouderavonden, waarvan een ieder wel eens zal hebben
gehoord, omdat ze, wat men noemt „in de mode" zijn, hebben
ten doel de .samenwerking van ouders en onderwijzers aan
de opvoeding der kinderen te bevorderen.
Hoe interessant zulke samenkomsten in menig geval ook
mogen zijn, de kans is niet gering, dat partijen 't over eenig
onderwerp niet eens zijn en dat zulk een verschil van meening
tot een minder goede samenwerking aanleiding geeft.
Voor zoover deze avondjes beoogen om naast den bloei van de
school de huisopvoeding tot een hooger peil op te voeren, is de
grondgedachte die ze deed ontstaan van groote waarde. Het
is echter te betwijfelen of in de meeste gevallen de leiding
van den onderwijzer voor dit doel bevorderlijk mag worden
geacht. Wie 'Ie gebeurtenissen op schoolgebied in de laatste
jaren heeft gevolgd, zal hebben opgemerkt, dat de school, verre
van te streven naar verbetering van de huisopvoeding, veeleer
overal een neiging vertoont dit deel van de opvoeding te
willen verdringen.
Met schoolartsen, schoolbladen, schoolkleeding en school-
voeding opent de reeks van aangelegenheden, waarmee de
3chool bezig is haar werkkring ten koste van de huisopvoeding
uit te breiden, terwijl zij voor eigen noodzakelijke taak
nauwelijks berekend is. Wel is waar hebben verschillende
onderwijzers en paedagogen zich openlijk tegen dit streven
van de school uitgesproken, maar 't blijft te betwijfelen of zij
bij machte zullen zijn den stroom te keeren, hoe wenschelijk
dit ook ware.
Immers is de opvoeding van het kind op school uit den
aard der zaak geheel verschillend van de opvoeding in huis.
Heeft de school de groote beteekenis, dat zij het verstand
ontwikkelt en het kind aan orde en regelmaat gewent, de
uniforme behandeling der schoolklassen brengt mede, dat het
kind zeer in zijn vrije ontwikkeling beperkt wordt. Hiertoe
werkt ook mede, dat zich in die maatschappij der kleinen
de nivelleerende kracht van mode te sterk doet gelden en
het kind huiverig maakt er met zijn eigenaardigheden voor
den dag te komen.
De kinderen werken, spelen, zondigen zelfs gezamenlijk en
voelen geen individueele verantwoordelijkheid. Een onderwijzer
met krachtig aangeboren rechtsgevoel of met ernstige opvoed
kundige kennis kan den druk dezer schoolinvloeden matigen,
geheel neutraliseeren kan hij dien niet.
De moderne school voelt dit heel goed en zint voortdurend
„Het Bezoek van Koningin Roos" is een artistieke plaat,
door mej. Dinah Kohnstamm ter wille van het kind. De prijs
is één gulden per stuk. De plaat is een sieraad voor de
kinderkamer zoowel als van het jonge-meisjesvertrek.
De verlotings-commissie vestigt er de aandacht op, dat alle
prijzen het cachet van kunst en smaak moeten dragen.
Sub-comité's zijn opgericht te Edam, Vlaardiugen, Monnikken-
dam, Wormerveer, Velsen, Vélseroord, IJmuiden, Santpoort,
Hoogwoud, Zijdewind en Oude-Niedorp.
De afd. Velp-Rosendaal bracht de aanzienlijke som van
1155,59 bijeen.
Totaal aan ontvangsten en toezeggingen 48,758,55 gld.
Muziek.
Van het derde Bachconcert schreef de
heer Philip Loots in Haarlem's Dagblad
het volgende over het groote werk van
Richard Strauss
„Also sprach Zarathustra" dit is de titel der Tondiohtung
(Op 30) van Richard Strauss, die voornamelijk de belangrijk
heid van het derde der Bachconcerten uitmaakte. Het is een
geweldig stukja wat eigenlijk?Philosophic in klan
ken Want van een „muziek"-werk kunnen we hier
moeilijk spreken, zoolang we geen afstand hebben gedaan van
de gewoonte om de begrippen „muziek" en „welluidendheid"
als onafscheidelijk te beschouwen. De welluidendheid nu is
in deze soort van toonkunst maar heel betrekkelijk. Zoodra
de motievenontwikkeling tot een eenigszins belangrijke climax
komt treedt ook de harmonische anarchie in en dikwijls
al veel vroeger. En geheel consequent hieraan is dan ook het
slot van het weik tegelijk de apotheose der disharmonie: het
stuk sluit in twee toonaarden te gelijk een deel van het
orkest eindigt in de „lichtende regionen" van B-dur, terwijl
een ander gedeelte afsluit met den toonaard van het „natuur
motief' C-dur. Maar ondanks het vaak oorenpij nigende
van deze realistische toonschildering, kan toch niet ontkend
worden, dat zij in zeer ongewone mate indrukwekkend is voor
hem die ze met aandacht en met het toelichtende pro
gramma in de hand volgt. Want zonder dit laatste kan zij
alleen verbazing wekken over de grenzenlooze gedurfdheid der
tonen- en klankencombinaties. De hoofdmotieven van het
werk zijn betrekkelijk eenvoudig, contrasteeren prachtig met
elkaar en hier toont zich vooral het genie van den toon
dichter geven treffend weer wat de componist bedoelde er
mede uit te drukken. Het volgen van die motieven, geheel
het tonenlabyrint door, is zoo dan ook niet altijd voor het
muzikale oor dan toch voor het muzikaal verstand een
spannend genot en Strauss' enorme contrapunteerings- en
orkestreeringskunst werkt uitermate prikkelend op de fantasie
van den hoorder, zoodat wij ten slotte het bestuur van „Bach"
en het Amsterdarasche orkest hoogst dankbaar moeten wezen
voor de gelegenheid tot kennismaking met dit merkwaardig
toongewrocht Over de uitvoering als zoodanig wil ik alleen
zeggen, dat mij de prestatie van het orkest even voortreffelijk
leek als de leiding van Willem Mengelberg magistraal.
Onderwijs.
De N. Crt. van 30 Dec. j.l. bevat onder
staand artikel als „ingezonden."
Propaganda voor een bepaalde
staatsinstelling.
M. d. R.,
„Propaganda voor een bepaalde staatsinstelling." Voor „een
bepaalde", d. w. z. een zekere, een willekeurige, terwijl de
bestaande staatsinstelling bedoeld wordt En dan „propaganda"
daarvoor. Het woord heeft ons hart gegriefd en onzen logi-
schen zin beleedigd. „Propaganda" maakt men voor het niet
of nog-niet-tenvolle bestaande, voor het in-wording-zijnde, voor
het nieuwe. Onze staatsinstelling evenwel is het bestaande,
het gegrondveste, de basis waarop wij leven. Daarvoor be
hoeft waarlijk geen „propaganda" gemaakt te worden! Indien
ergens ter wereld, dan zetelt in Nederland het koningschap
in hart en nieren der bevolking. Het Nederlandsche volk heeft
het koningschap zelf gewild en zelf gevestigd. En het eerde zich
zelf, toen het, dra een eeuw geleden, toonde besef te hebben
van de eereschuld die het aan het Huis van Oranje had af te
doen. De Oranjes hebben méér dan mooi klinkende woorden,
zij hebben geest en hart, ja zij hebben lijf en goed over ge
had voor het Nederlandsche volk, nog vóórdat zij zelf Neder
landers waren Zij hebben Nederland eerst vrij, daarna groot
gemaakt. De koningskroon, symbool hier van loyale dank
baarheid, siert het volk nog méér dan de drager. Zij is voor
den vreemdeling het aureool, dat Nederland sympathiek en
misschien onkwetsbaar maakt. Zoolang dan de Oranje-vorsten
als zoodanig zijn zooals zij zijn, kunnen alle Nederlanders zich
dankbaar neerleggen bij den staatstoestand dien hun groot
ouders hebben gevestigd. Daarmede hebben voor een Neder
lander theoretische beschouwingen over geschikte en onge
schikte staatsvormen niets te maken. Ondergeteekende zélf
heeft in abstracto wel republikeinsche neigingen. D. w. z. het
komt haar voor, dat de uitkomsten eener goede republikein
sche regeering qualitatief wel niet veel zullen verschillen van
die eener goede parlementaire regeering. Maar voor Neder
land, met zijn bijzonder en aandoenlijk verleden, geldt er nog
iets boven theoretische beschouwingen. En dat is zijn bijzondere
verhouding tot het Huis van Oranje. Is het niet belachelijk,
dat dit aan Nederlanders gezegd moet worden Wij Nederlan
ders vormen één groot gezin in een klein hoekje der aarde.
Wij scharen ons om de vlag, om hei vaandel, om het konings
kind, het kind van den Vader des Vaderlands. Wie zich daar
niet langer behagelijk voelt, ga heen; hij stelt zich vrijwillig
buiten het maatschappelijk verband.
En de „republikeinsche" onderwijzer in het bijzonder?
Wel als een theoloog niet langer in God gelooft, zou hij
zich eerloos achten, indien hij een predikantszetel bleef bezetten.
Als een medicus geen heil in vaccinatie ziet, zou hij zich
eerloos achten, indien hij zich aan een inentingsinstituut liet
aanstellen. Enz. enz. Zouden dan de republikeinen niet te
veel eergevoel hebben om hun brood te eten van een ambt
welks natuurlijke verplichtingen zij niet kunnen of willen na
komen? Moet niet een hartgrondig lid van het Koninkrijk der
Nederlanden eischen, dat zijn kinderen ook in de school be
handeld worden als wat zij zijn, n.l. jonge loten van het
Koninkrijk der Nederlanden? Wij zijn dan ook overtuigd, dat
wij de republikeinsche onderwijzers zich weldra uit eerbied
voor zichzelf zullen zien terugtrekken van de openbare school.
Zij zullen weldra inzien, dat hun plaats is in de republikein
sche secte-school, waar alléén zij (binnen de perken der wet)
hun eigen meester zijn.
U dankend, M. de R voor de verleende plaatsruimte, ben
ik voor u een trouwe lezeres en voor mijn vaderland:
Normaal-N ederlandster.
Den Haag, 29 December.
op nieuwe middelen om de karaktervorming te bevorderen
Onder meer wil zij b.v. trachten door „vrij spel" en „zelf
regeering in de school" het kind begrippen betreffende samen
hoorigheid (en solidariteit) bij te brengen. In een zekeren zin
is het goed gezien van de school, dat zij mee wil werken, om
in het kind den a.s. staatsburger te ontwikkelen. Zij onttrekt
het eiken dag urenlang aan de wrijving van het maatschappelijk
leven en kan deze onwillekeurige fout slechts goed maken
door die levensregelen in te prenten, die voor een vreedzame
samenleving onontbeerlijk zijn.
Hoewel echter „zelfregeering" en „spel" ter verruiming van
den gezichtskring der kinderen kunnen strekken, zoo wordt
dit gevolg slechts verkregen, indien de lessen direct aansluiten
op de eigen ervaringen van de kinderen in den dagelijkschen
omgang; alleen op die wijze kunnen deze oefeningen be
grijpelijk worden ook voqr de minder ontwikkelden onder
hen. De kinderen moeten als 't ware door bijgebrachte
ervaringen, de eigen ervaringen met elkaar in verband leeren
brenuen.
Worden daarentegen als grondslag van dit nieuwe onder
wijs theorieën genomen, die door den kindergeest niet vol
komen kunnen worden beheerscht, dan zal dit onderwijs meer
kwaad dan goed doen. De school kweekt dan op groote schaal
staatsburgers van de gevaarlijkste soort n.l. warhoofden.
Een ieder die even nadenkt zal moeten toegeven, dat ner-