REN REEKUUR (AAL. lolcursus I zoete melk- [LH. SCHREIJ C°. ïfoon 1765. Oude Gracht 39. den arts van 3=5 uurl ^i Cats. gijvoegsel van „l}et gloemendaalsch Weekblaö" li rlemsche- Incassobanlc. HAARLEM. 'LJET. oemendalsch Weekblad" rten brood LDERVANCK DE :sverlangd worden hoop hebben opgegeven dch voor een speciale be- tot het instituut HAARLEM. kan altijd toezicht uitoefenen. Dinsdags en Vrijdags v. 2-3 uur. ANSSTRAAT 5IA rood. 1511* HAARLEMu van Zaterdag 15 Januari 1910. No. 2. Honing moest in geen huishouding Voor Olize ontbreken en er als dagelij ksch brood Dames. gangbaar zijn. Alleen door zijne groote voedingswaarde en lichte verteerbaar heid komt hij al in aanmerking ons den maaltijd te kruiden. Voeg hierbij zijn gaven, menig verhemelte te streelen en men krijgt het produkt, dat wij zeker een eereplaats op onze tafel moesten toekennen. Ons lichaam heeft behoefte aan warmtevormende stoffen I (koolhydraten) welke de honing in zoo hooge mate bevat. Vele kinderen, die met tegenzin melk drinken, gebruiken j, ze met smaak wanneer er een lepeltje honing door geroerd j is. Honing in plaats van suiker in koffie, thee of kwast laat zich voortreffelijk gebruiken. Honing met bijvoeging van regenwater is een probaat middel tegen winterhanden. Wordt men gekweld door slapeloosheid, dan brengen een paar lepels dezer plantennectar soms den lang verbeiden slaap en daar dit zeker een onschuldig middel is om in Morpheus armen te belanden, beveel ik proefname ten zeerste aan. Men zie echter toe dat men echten bijenhoning koopt. De vervalschingen op dit gebied toch zijn vele en als een staaltje bier van schrijft de heer Frans Netscher in het B Maandschrift voor Bijenteelt het volgende Van den zomer zag ik te Zaandam in de étalage van I den comestibleshandel Heytink, Damstraat 9, een flacon I „Prima Tafelhoning" staan, geprijsd voor vijf en twintig cents. Ik begaf mij naar binnen en vroeg den patroon, die I mij hielp of bedoelde flacon zuiveren honing bevatte. En K op zijn bevestigend antwoord, kocht ik zijn waar. Deze flacon werd door mij aan het Laboratorium van I het Ministerie van Financiën opgezonden. En ziehier thans I het bericht van het onderzoek, dat ik ontving „Het mij ter hand gestelde monster Prima Tafelhoning I „van Heytink, Damstraat 9, Zaandam, is bij onderzoek „gebleken, in hoofdzaak te bestaan uit glucose stroop." De Direkteur 1 (w.g.) Alberda". i t Zie zoo mogelijk zelf toe zuivere waar voor uw geld te 'i ki ijgen. De imkerij van den heer Kelting te Santpoort biedt hiertoe prachtige gelegenheid. Het is ook voor kinderen 'j aardig en interessant het bezige leven der bijen zoo van nabij te leeren kennen, hetgeen door de welwillende, onder- houdende explicaties van den heer Kelting tot een aan- sehouwelijke natuurkundige les wordt. „Honing is zoo duur", hoor ik menigeen al zuchten. 1 Wordt dit argument niet schitterend te niet gedaan door dat Gezondheid de grootste sehat is? BUSSUM Brediusweg ELEFOON No. 264. i af 20 October 1909: Depot, 1 dag opz 2 pet.'jj 10 dagen 2 1 maand 21/® 6 maanden „3 1 jaar 4 >AFE-DEPOSIT. ring van Loketten (nieuwste igste constructie) met trom de volkomen brand- en in- je ontlergrondsche kluis. s gelegenheid voor tijdelijke j, eving van effecten en kost- sn. Billijke voorwaarden, oruren waarop tevens toegans luis 9 -3 en 6—8. aterdags 9 - 3, op beursvacan- 9-12. Bizondere attentie schenkt men aan den rok. Als zeer modern ziet men bij avond- en balcostumes een draperie op de hoogte der knieën aangebracht. Dit geeft de vrouw iets hulpbehoevends, als waren de knieën bij elkaar ge bonden en zij hierdoor in haar loop belemmerd wordt. De vrije vrouw zal zich lastig met deze mode kunnen ver eenigen. De tunica in poefen gearrangeerd geldt als aller laatste nieuwheid. Zeer veel charme gaat van den mouw uit. Aan het baltoilet ontbreekt hij eigenlijk geheel, alleen een paar spangen uit zijde doen als zoodanig dienst. De nauwe tot den ellenboog reikende mouwen der diner-toilet ten bestaan uit eng den arm omspannende stof, en worden verlengd door een manchet uit tule, kant, goudborduursels enz., den pols vrijlatend, om mooie armbanden hun recht te doen wedervaren. De nieuwe voorjaarsmode wordt geannonceerd in den vorm van russische blousentoiletten, als wandelcostumes. De ceintuur hieraan zit zeer laag en eindigt in het midden van den rug in een paar arabesken. De lengte dezer mantels reikt tot een handbreed van den rokrand. Mej. A. F. te H. Lichte vlekken behoeft u alleen maar met een in benzine ge loopt lapje af te wry ven. In hardnekkige gevallen stort u wat benzine op de stof zelf, legt er echter vloeipapier onder, en overdekt hen ook hiermee, daar zich anders licht kringen vormen, en strijkt er dan met een niet te warm ijzer over heen. Uitdrukkelijk zij wegens de groote ont vlambaarheid der benzine de grootste voorzichtigheid aanbevolen. Mevr. W. W. te B. Afgesneden bloemen kunt u lang frisch houden, door lederen dag het water te vernieuwen en de steelen een eindje af te snyden (niet knippen, dit wringt te veel) en in dat water een lepeltje keu kenzout of geest van salmiak te doen. Mouche De Fauna van den weg. Automobilisme. Octave Mirbeau. (Uit La 628-E-8.) Koe, Geit, KatBig, Ezel. Koeien en ossen kunnen in één adem met paarden genoemd worden. Toch schijnt er, evenals tusschen den proletariër uit de stad en dien van 't platteland, een soort verstandelijk voor deel te zijn aan de zijde van den loggeren, minder ontbolster den, doch sluweren landBbewoner. Als ge een ot meer koeien of een troep ossen verrast, die grazen of naar 't slachthuis gaan, dan zien ze er alleronhan digst en zelfs komiek uit, wanneer ze zoo log voor den motor uit waggelen met hun mal staartje in de lucht. Dat kan zoo een poosje duren, doch zelfs een troep kalve ren zal ten laatste een zijweg inslaan, of verdwijnen dooreen gat in den heg in het veld, waar ze heel gauw van den schrik bekomen en u nog wat angstig, maar toch nieuwsgierig en liefjes, verbaasd na zullen oogenIk heb opgemerkt, dat koeien over 't algemeen een zekere wijsheid bezitten. Zij ver liezen pas heelemaal haar kop, als er een paard bij is, dat haar zijn domme vrees meedeelt. Geiten, die toch zoo zenuwachtig zijn, dat hare melk, zooals beweerd wordt, wel eens stuipen bezorgt aan kleine kinderen, geiten worden alleen bang, als zij vastgebonden zijn met hare jongen bij zich. Dan trekken ze machteloos aan het touw, rennen rond het paaltje aan het gestrekte touw, springen, schudden den kop, draaien, slaan achteruit, hollen heen en weerDoch als ze vrij zijn, zijn ze in één sprongetje boven aan de glooiing van den weg, zonder eenigen angst, voelen zich daar volmaakt veilig en beginnen direct te knabbelen aan de sappige groene grasjes Mooi onderwerp voor een academische rede over de opvoe dende eigenschappen der vrijheid. leder kent de diepe overpeinzingen van de katten, het mag netische Baudelaire-achtige van hare oogen en hare vlugheid om zich uit de grootste moeielijkheden te reddenVan den eersten dag af hebben zij in de auto een nieuw gevaar herkendMen treft ze weinig aan op de wegen, die geen gunstig terrein zijn voor hare bezigheden, welke altijd van eenigszins geheimzinnigen aard zijnZij houden meer van dicht begroeide, donkere plekjes. Soms ziet men ze heel in de verte voorzichtig uit een heg te voorschijn komen en den weg over sluipen met een mol tusschen de tanden. Meetal zitten ze in de dorpen stil op den drempel der huis jes en volgen droomerig, met een quasidistrait blik de auto, die voorbij snort, net zooals ze een vlinder nakijken in de lucht Zeer zelden komt een chauffeur met haar in aanraking Jonge biggetjes, die rose, lieve, blije diertjes vergezellen de auto een eindweegs door vroolijk mee te hollen aan den kant van den weg. Ze steken nooit over Het is bepaald een vreugde, die alleraardigste kleine heesten achter elkaar aan te zien hollen en achter ons aan net een bekoorlijke fries voor een kinderkamer de snuitjes vooruit, wapperende ooren, bewegelijk staartjeZe zijn net zoo vetjes en dik- jes en nog roser, dan die Amors op plafonds, op tapisserie werk, op chocolade-doozeu tusschen geslingerde linten en met horens van overvloed. Och. kleine biggetjes kleine biggetjes. 1 Het is treurig te bedenken, dat al die jeugd, al dat lieve, al die huppelende vroolijkheid weldra eindigen moet in worst Deze zoogenaamde lager-staande dieren geven een schitterend voorbeeld aan het paard, dat dit niet aanneemt Misschien komt het, omdat het paard te slaafs wordt opgevoed; misschien is het de invloed van den mensch, die hem zoo dom maakt? Maar ik ben erg bang, dat hij, zelfs vrij, in de oer-prairiën, zich nog slechter weet te verdedigen en dat hij zijne krachten er slechts gebruikt om nog dommere dwaasheden te doen Zijn vleesch-massa, zijn enorm lichaam, zijn immers aan de genade overgeleverd van een wolf, van een kleinen panter, van een dwergachtigen rat? De ezel wordt niet minder kort gehouden, evenmin de muil ezel Maar wat een verschil Wat weten die, de ezel en het muildier, de domheid hunner meesters te beoordeelen, hun pijnlijke onwetendheid, hun onver klaarbare grillen, hun tegenstrijdige eischen I En wat weten ze zich vooral met een bewonderenswaardigen moed daartegen te verzettenmet den moed van het verstand! Inconsequentie is hun een gruwel. Allebei zijn dol op logica en op werkelijkheid, hetgeen gelooven doet, dat ze niet op te voeden zijn. In plaats van alle uitingen van angst en schrik der paarden, in plaats van hun bruusk terzijde springen, hun plotselinge angsten, hun rondtollen, hun achteruit slaan, hun galoppeeren, hun achteruit dringen, in plaats van die heele drukke, ijdele vertooning, loopen de ezels rustig voort in hun bedaard drafje, kijken zonder vrees naar de machine, trouwens ook zonder verrukking, veel minder kinderachtig en veel, veel waardiger, in hun binnenste eenigszinsspot tend 1 Het maakt niets geen indruk op hen, hoorlVeel beter dan de paarden, die echte vrouwenzenuwen hebben, die door alles geprikkeld en in de war gebracht worden, weten zij de kalmte te bewaren als hun bestuurder zijn hoofd kwijt raakt, of, wanneer de dames in doodsangst onhandig uit den wagen springen, kijken ze even met een spottend lachje in de oogen om naar die vliegende rokken. Het zijn beesten vol bewonderenswaardige wijsheid; hun hoofd is bedaard, hun voet zeker, hun karakter waardig en goedzij kennen de teere broosheid van kinderen en respec teeren die, zoo zelfs, dat ze zich door hnn handjes laten kwel len zonder ander verzet dan eeD kleine beweging der ooren Van alle vier voetige dieren, ik spreek van degene, die op de wegen worden aangetroffen, want nog nooit heb ik er olifanten of leeuwen gezien, verdienen alleen ezels en muil dieren deze dikwijls ontwijde benamng: het zijn menschen Het zouden mensehen zijn, als de menschen, helaas, geen paarden waren (De Juto.) i> i-i OA i Van Zaterdag 8 tot en met Burgerlnke Stand T J Vrijdag 14 Januari. Geboren: D. van J. van der Werff en van W. J. van Huizen; d. van A. van Huirsteden en van P. Sluiter; d. van 0. Metselaar en van M. Duijn. Overleden: P. C. van Galen, 5 m. Overleden in het Gesticht M e e r e n b e r g" N. Peters 59 j. Kerknieuws. Ned. Herv. Gemeente. Zondag 16 Jan. Voorm. 10 en namiddags 6| uur, Ds. J. A. van Leeuwen. R. K. Kerk te Overveen. Zondag 16 Jan. Voorm. 7 en 81 uur Gelezen H. Missen 10 uur Hoogmis3 uur Vespers. R. K. Kerk te Vogelenzang. Zondag 16 Jan. Kerkelijke dienst te 74 en 10 uur. T ii.Dl.wlTei' Wille van het Kind. liieiUdUlgneiU. Wekelijkscbe opgave aan de Pers. Het correspondentieblaadje verschijnt ter vermijding van onkosten na 1 Februari elke 2 weken. FEUILLETON. Onderteelcening d. Oude Gracht 65, Haarleiü' n het Ouderavonden. Opvoeding ia het Huisgezin. (Overgenomen uit de „Nieuwe Courant" van 11 Dec. '09.) De ouderavonden, waarvan een ieder wel eens zal hebben gehoord, omdat ze, wat men noemt „in de mode" zijn, hebben ten doel de .samenwerking van ouders en onderwijzers aan de opvoeding der kinderen te bevorderen. Hoe interessant zulke samenkomsten in menig geval ook mogen zijn, de kans is niet gering, dat partijen 't over eenig onderwerp niet eens zijn en dat zulk een verschil van meening tot een minder goede samenwerking aanleiding geeft. Voor zoover deze avondjes beoogen om naast den bloei van de school de huisopvoeding tot een hooger peil op te voeren, is de grondgedachte die ze deed ontstaan van groote waarde. Het is echter te betwijfelen of in de meeste gevallen de leiding van den onderwijzer voor dit doel bevorderlijk mag worden geacht. Wie 'Ie gebeurtenissen op schoolgebied in de laatste jaren heeft gevolgd, zal hebben opgemerkt, dat de school, verre van te streven naar verbetering van de huisopvoeding, veeleer overal een neiging vertoont dit deel van de opvoeding te willen verdringen. Met schoolartsen, schoolbladen, schoolkleeding en school- voeding opent de reeks van aangelegenheden, waarmee de 3chool bezig is haar werkkring ten koste van de huisopvoeding uit te breiden, terwijl zij voor eigen noodzakelijke taak nauwelijks berekend is. Wel is waar hebben verschillende onderwijzers en paedagogen zich openlijk tegen dit streven van de school uitgesproken, maar 't blijft te betwijfelen of zij bij machte zullen zijn den stroom te keeren, hoe wenschelijk dit ook ware. Immers is de opvoeding van het kind op school uit den aard der zaak geheel verschillend van de opvoeding in huis. Heeft de school de groote beteekenis, dat zij het verstand ontwikkelt en het kind aan orde en regelmaat gewent, de uniforme behandeling der schoolklassen brengt mede, dat het kind zeer in zijn vrije ontwikkeling beperkt wordt. Hiertoe werkt ook mede, dat zich in die maatschappij der kleinen de nivelleerende kracht van mode te sterk doet gelden en het kind huiverig maakt er met zijn eigenaardigheden voor den dag te komen. De kinderen werken, spelen, zondigen zelfs gezamenlijk en voelen geen individueele verantwoordelijkheid. Een onderwijzer met krachtig aangeboren rechtsgevoel of met ernstige opvoed kundige kennis kan den druk dezer schoolinvloeden matigen, geheel neutraliseeren kan hij dien niet. De moderne school voelt dit heel goed en zint voortdurend „Het Bezoek van Koningin Roos" is een artistieke plaat, door mej. Dinah Kohnstamm ter wille van het kind. De prijs is één gulden per stuk. De plaat is een sieraad voor de kinderkamer zoowel als van het jonge-meisjesvertrek. De verlotings-commissie vestigt er de aandacht op, dat alle prijzen het cachet van kunst en smaak moeten dragen. Sub-comité's zijn opgericht te Edam, Vlaardiugen, Monnikken- dam, Wormerveer, Velsen, Vélseroord, IJmuiden, Santpoort, Hoogwoud, Zijdewind en Oude-Niedorp. De afd. Velp-Rosendaal bracht de aanzienlijke som van 1155,59 bijeen. Totaal aan ontvangsten en toezeggingen 48,758,55 gld. Muziek. Van het derde Bachconcert schreef de heer Philip Loots in Haarlem's Dagblad het volgende over het groote werk van Richard Strauss „Also sprach Zarathustra" dit is de titel der Tondiohtung (Op 30) van Richard Strauss, die voornamelijk de belangrijk heid van het derde der Bachconcerten uitmaakte. Het is een geweldig stukja wat eigenlijk?Philosophic in klan ken Want van een „muziek"-werk kunnen we hier moeilijk spreken, zoolang we geen afstand hebben gedaan van de gewoonte om de begrippen „muziek" en „welluidendheid" als onafscheidelijk te beschouwen. De welluidendheid nu is in deze soort van toonkunst maar heel betrekkelijk. Zoodra de motievenontwikkeling tot een eenigszins belangrijke climax komt treedt ook de harmonische anarchie in en dikwijls al veel vroeger. En geheel consequent hieraan is dan ook het slot van het weik tegelijk de apotheose der disharmonie: het stuk sluit in twee toonaarden te gelijk een deel van het orkest eindigt in de „lichtende regionen" van B-dur, terwijl een ander gedeelte afsluit met den toonaard van het „natuur motief' C-dur. Maar ondanks het vaak oorenpij nigende van deze realistische toonschildering, kan toch niet ontkend worden, dat zij in zeer ongewone mate indrukwekkend is voor hem die ze met aandacht en met het toelichtende pro gramma in de hand volgt. Want zonder dit laatste kan zij alleen verbazing wekken over de grenzenlooze gedurfdheid der tonen- en klankencombinaties. De hoofdmotieven van het werk zijn betrekkelijk eenvoudig, contrasteeren prachtig met elkaar en hier toont zich vooral het genie van den toon dichter geven treffend weer wat de componist bedoelde er mede uit te drukken. Het volgen van die motieven, geheel het tonenlabyrint door, is zoo dan ook niet altijd voor het muzikale oor dan toch voor het muzikaal verstand een spannend genot en Strauss' enorme contrapunteerings- en orkestreeringskunst werkt uitermate prikkelend op de fantasie van den hoorder, zoodat wij ten slotte het bestuur van „Bach" en het Amsterdarasche orkest hoogst dankbaar moeten wezen voor de gelegenheid tot kennismaking met dit merkwaardig toongewrocht Over de uitvoering als zoodanig wil ik alleen zeggen, dat mij de prestatie van het orkest even voortreffelijk leek als de leiding van Willem Mengelberg magistraal. Onderwijs. De N. Crt. van 30 Dec. j.l. bevat onder staand artikel als „ingezonden." Propaganda voor een bepaalde staatsinstelling. M. d. R., „Propaganda voor een bepaalde staatsinstelling." Voor „een bepaalde", d. w. z. een zekere, een willekeurige, terwijl de bestaande staatsinstelling bedoeld wordt En dan „propaganda" daarvoor. Het woord heeft ons hart gegriefd en onzen logi- schen zin beleedigd. „Propaganda" maakt men voor het niet of nog-niet-tenvolle bestaande, voor het in-wording-zijnde, voor het nieuwe. Onze staatsinstelling evenwel is het bestaande, het gegrondveste, de basis waarop wij leven. Daarvoor be hoeft waarlijk geen „propaganda" gemaakt te worden! Indien ergens ter wereld, dan zetelt in Nederland het koningschap in hart en nieren der bevolking. Het Nederlandsche volk heeft het koningschap zelf gewild en zelf gevestigd. En het eerde zich zelf, toen het, dra een eeuw geleden, toonde besef te hebben van de eereschuld die het aan het Huis van Oranje had af te doen. De Oranjes hebben méér dan mooi klinkende woorden, zij hebben geest en hart, ja zij hebben lijf en goed over ge had voor het Nederlandsche volk, nog vóórdat zij zelf Neder landers waren Zij hebben Nederland eerst vrij, daarna groot gemaakt. De koningskroon, symbool hier van loyale dank baarheid, siert het volk nog méér dan de drager. Zij is voor den vreemdeling het aureool, dat Nederland sympathiek en misschien onkwetsbaar maakt. Zoolang dan de Oranje-vorsten als zoodanig zijn zooals zij zijn, kunnen alle Nederlanders zich dankbaar neerleggen bij den staatstoestand dien hun groot ouders hebben gevestigd. Daarmede hebben voor een Neder lander theoretische beschouwingen over geschikte en onge schikte staatsvormen niets te maken. Ondergeteekende zélf heeft in abstracto wel republikeinsche neigingen. D. w. z. het komt haar voor, dat de uitkomsten eener goede republikein sche regeering qualitatief wel niet veel zullen verschillen van die eener goede parlementaire regeering. Maar voor Neder land, met zijn bijzonder en aandoenlijk verleden, geldt er nog iets boven theoretische beschouwingen. En dat is zijn bijzondere verhouding tot het Huis van Oranje. Is het niet belachelijk, dat dit aan Nederlanders gezegd moet worden Wij Nederlan ders vormen één groot gezin in een klein hoekje der aarde. Wij scharen ons om de vlag, om hei vaandel, om het konings kind, het kind van den Vader des Vaderlands. Wie zich daar niet langer behagelijk voelt, ga heen; hij stelt zich vrijwillig buiten het maatschappelijk verband. En de „republikeinsche" onderwijzer in het bijzonder? Wel als een theoloog niet langer in God gelooft, zou hij zich eerloos achten, indien hij een predikantszetel bleef bezetten. Als een medicus geen heil in vaccinatie ziet, zou hij zich eerloos achten, indien hij zich aan een inentingsinstituut liet aanstellen. Enz. enz. Zouden dan de republikeinen niet te veel eergevoel hebben om hun brood te eten van een ambt welks natuurlijke verplichtingen zij niet kunnen of willen na komen? Moet niet een hartgrondig lid van het Koninkrijk der Nederlanden eischen, dat zijn kinderen ook in de school be handeld worden als wat zij zijn, n.l. jonge loten van het Koninkrijk der Nederlanden? Wij zijn dan ook overtuigd, dat wij de republikeinsche onderwijzers zich weldra uit eerbied voor zichzelf zullen zien terugtrekken van de openbare school. Zij zullen weldra inzien, dat hun plaats is in de republikein sche secte-school, waar alléén zij (binnen de perken der wet) hun eigen meester zijn. U dankend, M. de R voor de verleende plaatsruimte, ben ik voor u een trouwe lezeres en voor mijn vaderland: Normaal-N ederlandster. Den Haag, 29 December. op nieuwe middelen om de karaktervorming te bevorderen Onder meer wil zij b.v. trachten door „vrij spel" en „zelf regeering in de school" het kind begrippen betreffende samen hoorigheid (en solidariteit) bij te brengen. In een zekeren zin is het goed gezien van de school, dat zij mee wil werken, om in het kind den a.s. staatsburger te ontwikkelen. Zij onttrekt het eiken dag urenlang aan de wrijving van het maatschappelijk leven en kan deze onwillekeurige fout slechts goed maken door die levensregelen in te prenten, die voor een vreedzame samenleving onontbeerlijk zijn. Hoewel echter „zelfregeering" en „spel" ter verruiming van den gezichtskring der kinderen kunnen strekken, zoo wordt dit gevolg slechts verkregen, indien de lessen direct aansluiten op de eigen ervaringen van de kinderen in den dagelijkschen omgang; alleen op die wijze kunnen deze oefeningen be grijpelijk worden ook voqr de minder ontwikkelden onder hen. De kinderen moeten als 't ware door bijgebrachte ervaringen, de eigen ervaringen met elkaar in verband leeren brenuen. Worden daarentegen als grondslag van dit nieuwe onder wijs theorieën genomen, die door den kindergeest niet vol komen kunnen worden beheerscht, dan zal dit onderwijs meer kwaad dan goed doen. De school kweekt dan op groote schaal staatsburgers van de gevaarlijkste soort n.l. warhoofden. Een ieder die even nadenkt zal moeten toegeven, dat ner-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1910 | | pagina 5