3e £«xe-groot)bakkerij HepraUJj earKaise°rorh',cvert: Smakelijk brooD vaimitshiitenö prima kwaliteit.
en praetisehe kennis hand
enden naar de betreffende
it scheepvaart,
ind werd door den kapitein,
ïönstedt in de cantine der 1
nent infanterie te Haarlem'9
ichtscheepvaart.
Irachten, welke door dec J
luden, was ook bij deze
en, waaronder een tiental
luisteren naar hetgeen de 'jj
lit interessante onderwerp j
^wikkeling der luchtseheep.
•d eene uitlegging gegeven
er, waarmede het eigenlijke
lion met warme lucht werd 'L
le daaraan verbonden he-
dijk toe kwam, om, zooals 1
i, werd op een alleszins 3
tn den dampkring op den. 3
met welke groote moeie- i
ipen heeft.
hine besproken, waarmede fa
teressante voordracht em- j
>or »Onder ons."
1 Februari e. k. zal het
r Onder Ons," te Haar-
ge directeur is, een concert
Joh. Haring, zangeres, van I
tijd geleden op bij een
mej. Betsy Pielage, voorl
bel kwartet »H. P." wat
chitterende wijze voor de j
wam en nog onlangs hier
debuteerde. Als een bewijs
door »H. P." te Rotter-
W. van Thienen, componist ,j
wedstrijd, j>H, P." heeft
een concert, te geven door
leiding, op 3 Februari e. k.
P." deze eervolle onder-
iedewerking op het concert [j
heid er van zal verhoogensj
adgenooten zal vergrooton. i
e Vletter, zoo niet 't oudste
der oudste schoolhoofden!;
en 't oudste van zijn haag- I
mtie ontslag vragen. Alleen m0naie en
ienstjaren. 11
3». jongens en meisjes van 12 tot 16 jaar en 4°. inzenders
buiten mededinging en van voorwerpen ter opluistering.
Inzendingen ter mededinging moeten door den inzender zeiven
gedurende de laatste 5 jaren zijn vervaardigd Inzenders
kunnen alle Nederlanders zijnin het bijzonder de inwoners
van Bloemendaal worden tot deelname uitgenoodigd
De aangifte van inzendingen moet vóór 15 April 1910
gedaan worden bij den heer M. Vrij, «Vrijzicht", Park Duin
en Daal te Bloemendaal, correspondent voor Bloemendaal
voor de Nationale Huisvlijt-Tentoonstelling. De correspondent
geeft aan belangstellenden de meest uitvoerige inlichtingen
omtrent eventueele inzendingen. Men is niet beperkt in zijn
keuze, daar de tentoonstelling zal bestaan uit 12 afdeelingen, o.a.
1. Oorsprong, geschiedenis en ontwikkeling der Huisvlijt-
beweging in ons land.
2. Een moderne Huisvlijtschool met openbare les en
nieuwste hulpmiddelen (tijdens de tentoonstelling zal met ge
oefende leerlingen aanschouwelijk onderricht gegeven worden).
3. Huisvlijt-producten uit vroegeren tijd.
4. Hout- en metaalbewerking (o.a. houtsnijwerk, figuur-
zaagwerk, kurkwerk enz.).
5. Papier-, leer- en beenbewerking, riet-, touw- en stroo-
vlechtwerk.
6. Nuttige en fraaie handwerken.
7. Teekenkunst, schilderkunst, photographie (vogels, plan
ten, landschappen!) projectie, boetseer- en kleiarbeid.
8. Postzegelwerk, sckerfwerk en alle versieringskunst uit
waardelooze grondstoffen.
9. Verzamelingen (o.a. Natuurhistorische, aquaria en
terraria.)
Noodeloos alarm. Woensdagavond werd de brand
weer te Vogelenzang door klokgelui gealarmeerd, daar er,
naar verluidde, brand was op den huize Teijlingerbosch.
Onmiddellijk werd met de brandspuiten uitgerukt en toen
men bij Teijlingerbosch aankwam, bleek dat er slechts een
schoorsteenbrandje plaats had gehad, zoodat men onverrichter
zake kon terug keeren.
Uit het politierapport. Tegen W. v. Z. te Haarlem
is proces-verbaal opgemaakt, ter zake van verduistering.
v. Z. was door zijn patroon, den heer De G., weg gezonden
met f 30 om belasting te betalen, maar inplaats van dit
te doen, is hij met het geld er van door gegaan en heeft
het ten eigen bate aangewend.
Tegen J. de K. en H. J. R beiden bekende wildstroopers
uit Haarlem, is proces-verbaal opgemaakt wegens overtr,
van art. 1161 W. v. S.
Tot agent van politie alhier, is door den heer burgemeester
benoemd, den heer C. Bosloper, thans agent van politie
le klasse te Harlingen en vóór dien marechaussee.
Tot agent van politie te Enschede is benoemd de heer
R. Nieuwenhuis te Vogelenzang.
Gevonden en terug te bekomen politie-post Overveen
een overschoen en een paar polsjes.
Verloren: 1 zilveren zeeuwsche broche, 1 dames-porte-
1 portemonaie met inhoud.
urgerscbool gekregen niet H
s de heele stad in feestdoB, j
srede, ook vele autoriteiten 1 Lilt auüere „e
meenten.
dagen de onderwijzers der
feest aldaar een gratificatie
is en Verstelle kwamen al
3 der raadszitting werden
plaats te nemen. Bur.,
n hartelijk toe en wensch-
sn deden mededeeling van
rchool met nog één onder-
reeg ontslag. Tevens werd:
len datum van ontslag op
ïeester en mevrouw Bas
sn Donderdag onder veel
hun koperen huwelijks-
ateraadszittingehouden-
gavond (no. 24, van dit.
dusver geheime nota door
an den minister van bin-
;eld in de waterleiding-
betoog komt ons weinig;
it op de openbaarmaking
a Haarlem ten grondslag
velaar, te wachten in de
Bij Alberts-Frères.
Het is eiken avond bij Alberts-Frères
in De Kroon vol. Dat is te zeggen tijdens
de bioscoopavonden. 11. Maandag woon
den we weder een der voorstellingen bij en het moet ge
zegd en erkend worden, dat de eischen der techniek het
ongeloofelijke naderen en dat wat ook nu weder aan film
ontrold werd de stoutste verbeelding overtrof. »Elck wat
wils", dat is zoo, maar het reisje van Chamounix naar de
Mer de Glace was voor ieder een verrukkelijk mooi voor
beeld van sterioscopische opname. Evenzoo de projectie van
den luien timmerman, waar de techniek hoogtij viert.
Ook voor heden en volgende avonden wacht weder een
programma vol afwisseling. Men raadplege maar eens de
advertentie en ga zich van de waarheid van het bovenstaande
overtuigen.
De verzameling beeldjes in hout en ivoor, vervaardigd door
den beeldbouwer C. J. van der Hoef en de teekeningen van
B. Bongers die in de rotonde van bet museum van kunstnij
verheid te Haarlem tentoongesteld zijn, zullen de volgende
week nog te bezichtigen blijven.
Zondag is de toegang kosteloos.
Het
Recht en Wet.
b ak-
oude en het nieuwe
kersontwerp,
Wanneer we spreken van een oud en
een nieuw bakkersontwerp, drukken we ons ten deele onjuist
uit. Een op zich zelf staand wetsontwerp tot beperking van
Zondags- en nachtarbeid in het bakkersbedrijf, zooals eenigen
tijd geleden door de tegenwoordige regeering werd ingediend,
is er vroeger nooit geweest, maar in het ontwerp eener arbeids
wet, indertijd door het ministerie-Kuyper ingediend, kwamen
bepalingen voor, die ten doel hadden om den nachtarbeid
der bakkersprzeWe» zeer te beperken, eene beperking waarop
reeds lang en in allerlei vormen was aangedrongen.
Juist dat inlasschen van die bepalingen in een zeer uit
gebreid wetsontwerp, heeft de zaak doen mislukken. Van
het ontwerp arbeidswet is niets terecht gekomen en ook in
verordening; niet aan dij ,3en eersten tijd is op de tot standkoming van uitgebreide
in hoogste instantie aan wetten geen kans. Het ministerie Heemskerk zal er zich
ettigheid van plaatselijk^ vermoedelijk niet aan wagenhetgeen niet wegneemt dat
hoopt op eene instructie jjet een aanta\ kleinere zaken, waaraan toch ook groote be-
t aan zijne ondergeschikteboefte bestaat, zou kunnen regelen en ten aanzien van het
bakkersbedrijf zou dat zeer zeker het geval kunnen zijn.
In zooverre hebben wij dan ook de indiening van het ont
werp van minister Heemskerk niet zonder genoegen gezien.
In zooverre: want wanneer wij het oude en het nieuwe
wetsontwerp om ons aan deze benaming nu maar te
houden, onderling vergelijken, dan valt die vergelijking
niet ten voordeele van het laatste uit. Immers, tusschen
a heeft de electrische tram
onderhouden.
geklaagd over het wiel- -
etpaden langs de Klever
bij rechtsgeldige verorde-' i
politie sehjjnt van oordeel
onwettig is, het publiek
neduin was in de
an onze vrienden daal'vanB
verplichten door die
it verdere verbetering va®
langs e vorte even beide bestaat een zeer groot principieel verschil. Het oude
toonstelling van ontwerp beperkte den nachtarbeid der gezellen, op grond dat
on(j. nachtarbeid in een bakkerij niet noodig is met liet oog op
van 15 Juli tot 15 Sep' de eischen van het bedrijf zelf. Het liet de particuliere vrij
heid onaangetast. Dat deze onaangetast moet blijven, zoolang
d daadwerkelijk te toon®», zij niet kennelijk strekt tot schande van anderer belangen,
an huisvlijt, onder welk®1 is een algemeen beginsel van ons staatsrecht. Indertijd is
staan datgene, wat doe wel een onderzoek ingesteld naar de meerdere of mindere
3en middel hebben om i®| wenschelijkheid om aan den bakkerspatroon zelf gedurende
e voorzien, wordt genaask
g en aangenaam, ook voo'
siden in1°. vaklied
raklieden) boven 16 jaa'
den nacht het werken onmogelijk te maken; maar ofschoon
er wel bezwaren werden ingebracht tegen de beperking van
den arbeidsduur op zoodanige wijze dat de kleine bakker,
die weinig of niet van personeel afhankelijk is, des nachts
zijn bedrijf kan voortzetten, terwijl het grootbedrijf er onder
lijden zou, zijn deze bezwaren toch niet van dien aard ge
weest,'' dat zij de 'toenmalige regeering konden overtuigen
van de noodzakelijkheid van particuliere vrijheidsbeperking.
Terwijl, dus de. oude bepalingen blijkbaar uitgingen van
de gedachte, dat het er in de eerste plaats om te doen
moet wezen' om duizenden nuttige menschen, die thans een
onnatuurlijk leven lijden, te doen deelen in de voorrechten
die anderen in dit opzicht genieten, en voorts dat de be
langen der groot-industrie niet opzettelijk moeten worden
beschermd, daar zij tegenover het kleinbedrijf reeds genoeg
in een voordeelige stelling is geplaatst, ziet het ontwerp van
den minister Heemskerk in beperking der particuliere vrij
heid geen bezwaar en geeft natuurlijk ook in 't algemeen
en behoudens de noodzakelijke uitzonderingen een alge-
me n verbod, van zondags- en nachtarbeid, teneinde te beletten
dat de groote ondernemingen, waarin de arbeid der hoofden
van geheel'anderen aard is, des nachts zouden moeten stil
staan, terwijl de kleine bakkerijen, waar de arbeid van den
patroon hoofdzaak is, zouden kunnen doorwerken.
De regeering heeft echter bljjkbaar zelve gevoeld, dat de
voorgestelde inbreuk op de persoonlijke vrijheid, door de
noodzakelijk geachte zorg voor de belangen der groot-indus
trie niet volkomen gerechtvaardigd wordt en daaro heeft
zij er iets op bedacht wat zeker pleit voor hare vinding
rijkheid, maar ons overigens met het ontwerp niet verzoenen
kan. Het verbod van nachtarbeid zal namelijk niet gelden
voor hoofden van ondernemingen, die, in den regel zonder
hulp van anderen, bakkersarbe'd verrichten, m. a w. niet
voor de kleine bakkers, wanneer namelijk de bakkersraad
verklaart dat er geen bezwaar tegen bestaat.
Die bakkersraad is in het bakkersontwerp nog maar in
het algemeen genoemd, doch nader bij afzonderlijk ontwerp
geregeld. Hij zal natuurlijk tot taak hebben, het geven van
adviezen en om in het algemeen voor de belangen van het
bakkersbedrijf op te komen. Het zal een democratisch college
zijn, waarin patroons en gezellen zitting zullen nemen en
dat kan tot heel gezellige bijeenkomsten en zeer deftige
adviezen leidenmaar ronduit gezegd hadden wij nooit
gehoord, dat de belangen van het bakkersbedrijf het nood
zakelijk maakten om den nieuwerwetschen administratieven
omslag nog een beetje te vergrooten, door het instellen van
speciale colleges.
De in den aanvang zoo eenvoudige zaak eenvoudig,
maar toch hoogst belangrijk, waar 't het gezonde, natuurlijke
leven van zoovele duizenden geldt1is noodeloos ingewikkeld
en omslachtig gemaakt en wij zijn niet geheel zonder vrees dat
de minister zijn ontwerp daardoor ook noodeloos in gevaar
heeft gebracht. Naar onze meening had de minister zich moeten
houden aan de bakkersgezellen en hunne belangen. De alge-
meene belangen van het bakkersbedrijf, de quaestie der particu
liere vrijheid, de concurrentiebelangen, dat alles had er maar
buiten moeten blijven. Wat het zwaarst is moet het zwaarst
wegen en après tout is het ons te doen om de bescherming
van een bepaalden stand, die aan speciale bescherming bij
zondere behoefte heeft. In zooverre is de bakkerswet een
zuiver sociale wet en dat moet ze blijven.
Het wil ons voorkomen dat ook de volksvertegenwoordi
ging hier voor een moeielijke keuze is geplaatst. Misschien
is het ontwerp nog voor verbetering vatbaar en zal de
minister niet op zijn stuk blijven staan. Mocht het zijn weg
naar het staatsblad niet vinden, dan zal het publiek wel
alom het begeerde versche brood bij 't ontbijt behouden,
maar het zal, vreezen wij, voor velen een bitteren nasmaak
hebben. Observator.
Uit andere
landen.
Een nieuw soort cathechismus.
Overgenomen uit de American Journal
of Nursing.
Toén de Noord poolreiziger Peary de
wereld gedurende een geheelen dag in spanning hield omdat
zijn schip niet in Chateau kon landen maar gedwongen was
naar Battle Harbour te gaan ten einde van daar de tijding
van het ontdekken van de Noordpool te verzenden, vestigde
hij de aandacht op eene kleine, tot dien tijd bijna onbekende
neerzetting van de Vereeniging voor zending onder visschers.
Battle Harbour is het sanitaire middelpunt van deze zendings-
vereeniging; de strijd tegen de tuberculose, die onder de visschers
zooveel slachtoffers maakt, is daar in vollen gang.
Een der middelen van bestrijding is de verspreiding van een
eigenaardige soort van cathechismus, opgesteld door dr. Wilfred
T. Grenfell, deze cathechismus is gedrukt ten behoeve van de
scholen in Newfoundland en Labrador. Op het titelblad staat:
„Cathechismus, dat wil zeggen verzameling van lessen, die
door elk mensch van buiten geleerd moet worden."
Het boekje bevat een serie vragen en antwoorden, gerang
schikt onder verschillende hoofden, en is belangrijk genoeg
om in zijn geheel vertaald te worden.
De lucht.
1. Is frissche lucht goed voor mij? Zonder frissche lucht
kan ik niet leven.
2. Is lucht ooit bedorven? Ja, de lucht kan vergiftigd worden.
3. Waardoor wordt die lucht vergiftigd? lederen keer dat
men uitademt komt er een weinig vergift in de lucht.
4. Waaruit bestaat dat vergift? Gedeeltelijk uit vergiftigde
gassen, gedeeltelijk uit vergiftige kiemen.
5. Kunnen zij mij schaden? Na verloop van tijd zullen zij
mij doodeu.
6. Hoe kan ik aan deze vergiftiging ontkomen? Door altijd
in frissche lucht te leven.
De zon.
1. Moet ik den zonneschijn binnen laten komen? Ja.
2. Moet ik het raam open laten staan? Dag en nacht.
3. Zal de koude mij geen schade doen? Koude schaadt
niemand.
4. Waarom moet ik het raam openzetten? Omdat ik niet
sterk kan worden wanneer ik dat niet doe.
5 Zal de tocht mij niet hinderen? Ik moet zorgen tocht te
vermijden.
6. Welk nut heeft het openen van het raam? Daardoor
komt frissche lucht binnen, die mijn bloed zuivert.
Was sc hen.
1. Moet ik mij wasschen? Ja, zooveel mogelijk.
2. Waarom moet ik mij wasschen? Omdat een zindelijke
huid onze gezondheid bevordert.
3. Moet ik koud water gebruiken? Ja, eiken dag.
4. Zal het mij schaden? In het geheel niet; het zal mij sterk
maken.
5. Hoe is dat mogelijk? Het doet mijn bloed sneller vloeien.
6. Wat is daar het nut van? Het bloed brengt voeding naar
alle deelen van het lichaam, en voert de vergiftige stof
fen mede.
7. Is het gebruik van warm water goed? Het is beter dan
niets.
Spuwen.
1. Is het verkeerd om in huis te spuwen? Ja, en evenzeer
buiten. Het is vies, gevaarlijk en wreed.
2. Waarom? Welk kwaad doe ik daarmede? Het vergift
wordt overal verspreid en kan iedereen schaden.
3. Hoe kan dat? Het speeksel is vol schadelijke kiemen.
4. Hoe komen die kiemen tot ons? Zoodra het speeksel is
opgedroogd, worden zij door de lucht meegevoerd.
5. Wat voor kwaad doen die kiemen ons? Zij worden inge
ademd en komen in de longen, die zij opeten.
6. Moet ik nooit spuwen? Nooit anders dan in een stukje
papier, dat ik dadelijk moet verbranden.
Wonden.
1. Kan ik altijd een bloeding stelpen? Ja, door een harde
prop stevig op en boven de bloedende plaats te binden,
of door een stevig verband aan te leggen boven de wond,
dichter bij het lichaam.
2. Moet ik de wond bedekken? Nooit geheel bedekken, maar
de randen tot elkaar brengen door reepen pleister.
3. Moet ik iets op de snede leggen? Friar's zalf of zeer warm
water zullen de bloeding doen ophouden.
4. Waarom moet ik de wond niet bedekken? Omdat er dan
gevaar bestaat, dat het vergift er in blijft.
5. Wat kan ik nog meer doen? Wasch de wond altijd goed
uit met water, dat gekookt heeft en open hem weer, wan
neer er nog kwade stoffen in zijn, verwijder deze meteen
scherp mes, dat eerst uitgekookt is.
In aansluiting aan dezen catechismus zijn strooibilletten
gedrukt, waarop met groote letters staat: „Hangt dit in uwe
woning op," en daaronder:
TERING is overerfelijk, -kan genezen, -kan voorkomen
worden. Iedere teringlijder is een gevaar voor zichzelf en zijn
vrienden, tenzij dat hij leert, datgene wat hij opgeeft, on
schadelijk te maken.
Op de achterzijde zijn aanwijzingen omtrent de wijze waarop
deze vreeselijke ziekte bestreden kan worden.
In Labrador ziet men in alle hutten deze strooibilletten.
Zij helpen zeer zeker mede ter verkrijging van betere
hygiënische toestanden. (Nosokbmos).
Internationale tentoonstelling te Buenos-Aires.
De internationale tentoonstelling voor landbouw, welke
bij gelegenheid van het jubelfeest der honderdjarige onaf
hankelijkheid der argentijnsche Republiek, in de maand
Juni van dit jaar te Buenos-Aires zal worden geopend,
belooft een buitengewoon succes te zullen hebben. Gaande
weg is men tot inzicht gekomen van de waarde en de
beteekenis der argentijnsche markten en heeft men de
goede kansen berekend, welke daarop voor velen zijn weg
gelegd. De groote handels- en industrieele natiën, zooals
Duitschland, Groot-Brittannië, Frankrijk, Oostenrijk, Italië,
de Vereenigde Staten van Noord-Amerika en anderen nemen
officieel daaraan deel en hebben voor zich groote plaats
ruimten besproken. Zooals ons uit Zittau door den com
missaris-generaal dezer tentoonstelling voor Europa wordt
bericht, hebben alle natiën, die aan deze tentoonstelling
officieel deelnemen, het recht, om tot op 1 Maart aanmel
dingen aan te nemen, opdat in elk opzicht eene flinke
plaatsing en eene uitstekende vertegenwoordiging voor elk
land mogelijk gemaakt zij.
A vt nu oh ^r' Bakker, Bloemendaalscheweg, van
spSureï. ]-a uur behal- Zon-
r dagen.
H. L. van Beusekom, Zomerzorgerlaan. Dagelijks van
89 uur en 12 uur.
J. Th. Born water, Overveenscheweg, van 12 uur, behalve
's Zondags.
S. H. Brongersma, Bloemendaalsche straatweg, van 12
uur, behalve Zon- en Feestdagen.
W. C. J. Verhulst, Noorderstationsweg. Dagelijks van
121 uur.
Dr. A. H. Vorstman, dagelijks van 12 uur, uitgezon
derd Zon- en feestdagen.
Automobilisme in West Australië.
Een staaltje van de moeilijkheden welke daar bij autömobielreizen te overwinnen zijn (De Auto.)
