Daarna kwam het Suppletoir kohier schoolgeld 2de kwartaal
aan de orde, hetwelk werd vastgesteld tot een bedrag van
ƒ61.97.
Het volgende punt: Verleenen van een crediet voor onder
zoek en uilbrenging van rapporten in zake gasverlichting, bracht
eenige discussie. Hoewel in de vorige zitting besloten was
te onderzoeken en voor dit onderzoek een bedrag uit te
trekken, welke de geschiktste plaats voor een gashouder zou
zijn, hadden B. en W. gemeend den Baad liever een volle
diger advies en wel omtrent de kosten van gashouder en
buizennet, benevens die van een fabriek te moeten overleggen.
Voor dit onderzoek, in te stellen door den directeur der
gasfabriek te Apeldoorn (tusschen haakjes, een zeer bekwaam
technicus, red.) stelden B. en W. den Baad voor een crediet
te verleenen van ƒ1500. De heeren Bispinck, Van
Tienhoven en later ook de heer Teding van Berkhout
konden zich echter allerminst met dit huns inziens hooge bedrag
vereenigen en niettegenstaande de pleidooien van den voor
zitter en den wethouder De Waal Male fijt besloot de
raad, dus in afwijking van het vroeger reeds genomen besluit,
alleen advies te vragen omtrent gashouder en buizennet,
en een nieuwe kostenopgaaf hiervan.
Op voorstel van B. en W. werd punt 6Aanbieding van
een pensioensverordening voor weduwen en weezen van gemeente
ambtenaren tot een volgende vergadering aangehouden.
Volgende punt 7 Vaststelling van een retributieverordening
voor betaald schoolgeld. Zooals in de vorige raadszitting
besloten was, hebben de gemeentebesturen van Haarlem en
Bloemendaal een overeenkomst gesloten, waarbij de gemeente
Bloemendaal aan de gemeente Haarlem betaalt voor eiken
leerling uit Bloemendaal die een der haarlemsche H. B.
scholen bezoekt eene som van 100 per jaar, terwijl dan
door de ouders nog te betalen blijft 60. B. en W. stellen
nu voor dat deze ƒ100 door de ouders geheel of gedeeltelijk
volgens onderstaanden maatstaf moeten worden terugbetaald.
(Men zie ons nummer van 27 Augustus, waarin deze ver
ordening geplaatst is.)
a. Boven ƒ2000 tot en met ƒ3000ƒ40.
b. 3000 400050.
c. 4000 500060.—
d. 5000 6000v 70.
e. 6000 700080.
7000 800090.
De raad, zich hiermede kunnende vereenigen en de ver
ordening vaststellende, nam bij het volgende punt: Leggen
van rioolen in verschillende wegen het eerste gedeeltje aan,
hetwelk de rioleering omvat van Hartenlust en het gedeelte
van den Bloemendaalscheweg tusschen den Tetterodeweg en
»De Nachtegaal", doch verwierp het tweede gedeelte, de
rioleering van enkele gedeelten in Park Duin en Daal, het
welk f 2500.zou gekost hebben.
Thans stonden nog twee punten op de agenda, nl. 9,
Bloemendaalsche Bosch en 10, Waterleiding, waarvan het
eerstgenoemde echter in geheime zitting werd behandeld.
Bij de voorafgaande rondvraag vroeg de heer B ij v o e t
eenige inlichtingen omtrent den indertijd veelbesproken
»klaringbak". De voorzitter deelde mede, dat er geen
plaats voor te krijgen wasniemand wilde het ding accep
teeren en ook de eigenaar van het aangewezen terrein heeft
zijn toestemming geweigerd. Moeten we dan onteigenen
vroeg de heer Bijvoet. De voorzitter zeide hier
omtrent een voorstel in te zullen dienen. Verder sprak de heer
B o o z e n Jr. over de verstuiving van perceelen aan de
Delftwaardoor de natuurlijke scheiding tusschen Haarlem
en Bloemendaal aldaar zoo goed als verdwenen is. De Delft zeifis
bijna geheel dichtgestoven. De heer Teding van Berk
hout klaagde over het werpen van het vuilnis op den
Doodweg te Vogelenzang, waartusschen veel glas, dat ge
vaarlijk voor voetgangers en paarden is, en had nog meerdere
grieven op dit gebied. Dringend verzocht hij den voorzitter
een en ander grondig te onderzoeken, hetgeen deze beloofde,
evenals de verstuiving van de Delft. Daarna ging de raad
in geheime zitting.
Na heropening nam de raad na langdurige bespreking
de volgende motie van den heer B ij v o e t aan
»De Baad der gemeente Bloemendaal;
gehoord de besprekingen in zake de watervoorziening in
deze gemeente
Besluit
le. In te trekken punt 2 van het besluit van 27 Mei
j.l. luidende met den heer B. Kuipers af te rekenen
2e. Aan te wijzen als deskundige voor het ontwerpen
van nieuwe plannen den heer B. Kuipers, met opdracht, die
nieuwe plannen op de zuinigst mogelijke grondslagen te
ontwerpen binnen 2 maanden na heden in te dienen."
Tegen stemden de heeren Teding van Berkhout,
Van Tienhoven, Bispinck en Van der Hulst.
Sport.
„Bloemendaal"„Bapidita s".
„Bapiditas" heeft het bittere der neder
laag gesmaakt. Veel last echter zullen ze
m. i. niet van het onaangename dier gewaarwording gehad
hebben want.... verliezen en verliezen is twee; Bapiditas heeft
zéér eervol verlorenEene 32 nederlaag getuigt zeker van
weinig krachtsverschildaarbij valt niet te ontkennen, dat
onze tegenpartij het beste deel van den aanval had. Ware het
schieten beter geweest dan
De eerste wedstrijd van 't seizoen trok niet zoo veel publiek,
als verwacht was, hoewel alles het tegendeel deed voorspellen
idiaa! voetbalweertje, het veld in reuzen-conditie en een span
nende match in 't vooruitzicht.
Na eenig „los trappen" verzamelen zich op een klank uit
het vreedzame wapen van den heer Van der Aart de beide
elftallen. Bloemendaal, zooals bekend was, Bapiditas, met het
zelfde team van 31 Augustus, met dat verschil, dat voor Van
Nolke Glasbergen meedeed, wat mij geen directe verbetering
scheen.
De opstelling was dus:
Bloemendaal
boskamp.
-t.
„fhed".
van rietschoten.
éi
j. veldhoven.
it
w. v. d. voet.
d. houtgraaf.
ifc it it éi éi
l. vankessel. j. stals. c. v. d. maren. j.v.vlaanderen. p. hartog.
Bapiditas:
b b b éi b
n. buwalda. glasbergen. a. v. vloodorp. de graaf jr. w. dinger.
b b sb
g. staartjes.
g. van geyn.
c. de jongh.
g. van asselt.
b
j. brandligt.
éi
klinkenberg.
Bapiditas wint den toss en Bloemendaal heeft den aftrap.
Het begin en de geheele wedstrijd was eene herhaling van
de in Weesp gespeelde match, uitgezonderd, dat nu geluk in
den Bloemendaal-schoen zat, en, dat er nu in plaats van twee
maal, vijf maal gedoelpunt' werd.
Onze voorhoede loopt direct hard van stapel, maar vindt
eene „Rapiditas"-verdedigirig, die er zijn mag, en die dan ook
hare voorhoede in staat stelt eenige goed geleide aanvallen op
Freds heiligdom te doen. Maar ook het blauw-witte quintet
vindt in Van Bietschoten, Fred en D. Houtgraaf, die, tusschen
spoedig weer de oude „Dirk" was, een drietal jongelui, die
niet van zins zijn, zonder slag of stoot het hun toevertrouwde
pand te laten doorboren. Maar, wie kan er tegen zijn, als
een der spelers van eigen partij dit doet, en gewis, het zoude
een daad van hoogverraad zijn, ware het niet, dat het een
ongelukje was van Veldhpven, toen hij een mooi genomen
hoekschop van het populaire „Haantje" in een doelpunt
omzette.
Na den aftrap gaan Van Kessel en Stals er samenspelend
van door, en het gelukte - Stals, na een mooi overgeven aan
den rechtsbuiten, den voorzet van dezen te benutten, en de
partijen op gelijken voet te brengen.
Nu komt er eene periode' dat Bloemendaal beslist de
sterkere is, vooral de rechterwing was voor den links-half
van Weesp een kluifje, waarop hij de tanden stuk beet, om
niets anders op te doen dan kiespijn....
Vermakelijk is het te zien hoe Staartjes alles in 't werk
stelt, het dikwijls mooie samenspel van rechts-binnen en
-buiten te breken, of, om Van Kessel in te halen of bij te
loopen; 't is echter een hopeloos pogen, en de Bapiditas-
captain ziet dan ook goed in, dat verwisseling van rechts- en
links-half 't elftal en 't spel ten goede zal komen. De put
werd te laat gedempt, want 't kalf was al verdronken, dat
wil zeggen, Van der Maren had al kans gezien voor de
genoemde verwisseling uit een voorzet van rechts Bloemendaal
te doen leiden, en het publiek eene cake-walk en daarbij
behoorend geschreeuw te doen uitvoeren.
Bapiditas laat zich niet in de luren leggen door dit succesje,
maar zet alle zeilen bij, de behouden haven van Fred binnen
te komen. Ze ontmoetten nog al veel tegenwind(stand), zoodat
het ankeren moeielijkheid had. Toch gelukt het ten laatste,
als de midden-midden doorzet, en met een hard schot, via
Van Bietschotens voet, de gelijkmaker het net in jaagt.
Intusschen valt allen toeschouwers het sublieme spel van
Haantje op, die met zijn half-back het spelletje van kat en
muis speelt. Herhaaldelijk „sjift" hij langs de lijn, en dat er
van geen van zijne „spurten" iets terecht komt, is te danken
aan ons achterstel, enaan 't knoeien voor 't doel der
blauw-witte binnenspelers.
Ook heeft men gelegenheid op te merken dat onze links
buiten „heel wat mans" is. 't Ontbrak hem echter aan den
noodigen steun van zijn partner, om voor de gasten te ge
vaarlijk te worden. Had naast hem een waardige nevenman
gestaan, de uitslag ware niet twijfelachtig geweest. Nu bleef
't een open vraag wie winnen zou, toen half-time inging met
een gelijken stand 22.
Direct na de pauze zitten de bewoners der moppenstad op
den bal en dit blijft zoo tot een kwartier voor't einde. Aanval
op aanval wordt op het witte doel gedaan, rush op rush wordt
door Haantje ondernomen, telkenmale brengt Vloodorp op,
maar voor 't doel zijn de luitjes hun hoofd kwijt. Meermalen
zie ik, dat een goed geplaatst schot hun het verlangde succes
zou gegeven hebben. In plaats daarvan gaven zij den bal nog
over aan een dikwijls gedekt staanden partijman, die dan op
zijn beurt weer ging centeren, om zoo de kansjes één voor
één te verkijken. Zwaar werk krijgt in deze aauvalsperiode
onze verdediging; dat verdraaide Haantje inzondeiheid lag
Van Bietschoten c. s. het vuur na aan de schenen, en bijtijds
gaat onze captain óók tot eene verwisseling over, nadat Fred
op bijzondere wijze een doelpunt redt door den bal corner te
slaan, in plaats hem voor Buwalda's voet te gooien,- die een
zeker doelpuntje in zijn schoen had.
Van Kessel n.l. gaat half-backen, iets dat dezen speler goed
afgaat en Veldhoven neemt de opengevallen plaats naast
Koo in.
Het gaat nu ten minste beter. De „Bloemendaal"-voorhoede
begint weer aan te vallen, en wordt langzaam meester van 't
terrein. Speciaal dienen eenige mooie loopen van Hartog
vermelding.
Er komen weer voorzetten van links en rechts, maar onze
midden-voor accepteert geen der verleidelijke kansjes, terwijl
ook de links-binnen veel te langzaam is, om eenige pressie op
't Bapiditas-doel uit te oefenen.' Als hij dit een keer wèl wil
doen, (n.l. pressie uitoefenen) doet hij dit op eene verkeerde
plaats, want een onheilspellend gekraak waarschuwt hem, dat
zijn voetbalpantalon niet voor zulk een drukking berekend
is. Het gehavende kleedingstuk laat niet toe door te spelen.
De jonge man verschijnt weer, echter met een broek om zijne
bevallige leden, die hem veel op Ooachin, het opperhoofd der
Sioux-Indianen deed lijken. Een bos veeren op het hoofd, en,
in trouwe, het beeld ware volmaakt geweest!
Na dit typische tooneeltje gaat 't spel weer door.
Velthoven, een aftrap opvangende (den bal natuurlijk) trapt
naar voren, de achterback der tegenpartij wil op zijn gemak
wegwerken, doch Van der Maren loopt door, valt aan, ont
futselt den blauw-witten verdediger den bal, en ziet nog kans
voor te zetten, een stukje voetbal, dat op prijs gesteld dient
te worden. Vlaanderen schiet toe en geeft met een scherp
schot den keeper geen kans, en Bloemendaal de overwinning.
Spoedig hierop is 't tijd en het clubgebouw wordt nu het
tooneel van de bedrijvigheid, die het aankleeden der spelers
met zich brengt.
Van eene becritiseering der Bloemendaal-spelers onthoud
ik mij, dezen keer. Zij mocht voor sommigen (bij een eerlijke
beschouwing) ontmoedigend werken.
Bij Bapiditas ook nu de verdediging het beste deel. „Haantje"
de ster van 't veld, de favoriet van 't publiek. De keeper
dikwijls onzeker.
Scheidsrechter v. d. Aart voldeed goed.
In de twee gespeelde wedstrijden met onze Weesper-vrienden
is te zien, dat deze naar alle waarschijnlijkheid onze grootste
concurrenten in den strijd om het kampioenschap onzer
afdeeling zullen zijn.
Bloemendaal n.l. is ingedeeld in de derde klas afdeeling D
die uit de volgende vereenigingen bestaat
A. V. V., Amsterdam.
B. V. V., Bloemendaal.
Hollandia, Hoorn.
Holland, Alkmaar.
D. O. S. B., Amsterdam.
Bapiditas, Weesp.
Z. V V Zaandam.
We zullen er maar het beste van hopen, en dit is, het seizoen
eindigen als tweede klasser!
Onzen volijverigen secretaris is het gelukt, de sterke Amster-
damsche derde klasser D. E G. Zondag a.s op bezoek te krijgen.
In dit elftal speelt o. a. de bekende hardlooper M. Th. Pronk.
Men verzuime niet, dezen interessanten wedstrijd bij te wonen.
's Morgens speelt het tweede elftal tegen H. F. C. IV, een
elftal uit de afdeeling, waarin onze reserves dit seizoen uit
zullen komen. Ook dit belooft eene spannende match te
worden
Adr. C.
Voor de Ligbal werd door de bekende
Plaatselijk 1-cents vereeniging over de maand
Nieuws. Augustus wederom f 70.opgehaald.
Uit het politierapport.
P rocessen - verbaal zijn opgemaakt wegens het rijden
zonder licht; het rijden zonder bel aan het rijwiel; het loopen
over verboden gronden; het maken van orgelmuziek, zonder
vergunning; openbare dronkenschap; het in verboden richting
berijden van de Korte Kleverlaan met een motorrijtuig en
het stellen van wildstrikken.
Ten nadeele van den electricien B. S. is een rijwiel, dat hij
onbeheerd voor de El. Centrale had laten staan, ontvreemd,
van den dader geen spoor.
Gevonden voorwerpen: terug te bekomen bij J. de
Vries te Overveen een damesparapluie; aan den politiepost
te Overveen een sleutel; terug te bekomen posthuis Klever
laan een huissleutel en een paternoster terug te bekomen
bij Böttger, Zomerzorgerlaan.
Verloren: een portemonaie met eenig geld; een parapluie
en een zilveren armband.
Burfffirliikp Stand Van Zaterdag 1 0 Sep te m ber to t
KUli,enijKe »tana.en met Vrijdag 16 September.
Geboren: Z. van Th. A. Vogel en C. van Opzeeland;
d. van D. Ploeg en M. Slagt; d. van J. J. L. ten Kate en
W. M. Barneveld; z. van J. W. Langelaan en S. A. Lucassen
d. van L. van der Hulst en J. A. Hageman.
Overleden: E. van der Meij 30 j J. P. Janssen 64 j.
Overleden in het Gesticht >Meerenberg":
P. van Rijssel 43 j.
Ik moet willen, ik wil moeten. Wie geleerd heeft het eene te be
grijpen en het andere te beoefenen, die kent de geheele gezondheids
leer der ziel. Feuchtersleben.
wij zullen hem dat vermaak verschaffen, en
spoedig ook.
„Bravo, sire! riep baron Bom verheugd, gij
zijt de waardige zoon van uwen dapperen
vader! Laten wij geen oogenblik verliezen.
Alles is gereed; de tuighuizen zijn volgestopt
met krijgsbehoeften, de magazijnen zijn gevuld,
het leger is voltallig, niets is gemakkelijker dan
driemaal honderd duizend man naar de grenzen
te werpen en den vijand te verrassen. Moet Uwe
Majesteit zich niet aan de bevolking harer pro
vinciën vertoonen? Laat zij hare reis verhaasten.
Ik trek de troepen samen onder voorwendsel
van eene wapenschouwing en plotseling, terwijl
de vijand zich volkomen veilig waant, zendt
men hem een verpletterend ultimatum, werpt
men zich op hem en vernietigt hem in één slag.
O, Majesteit, wanneer men onze oude banier,
door uwe jeugdige hand omklemd, in den wind
zal zien golven, welk eene vreugde zal er dan
onder uw volk heerschen welk eene vervoering
onder het leger! welk eene algemeene geestdrift?
Sire, bij die gedachte komen mij onwillekeurig
de tranen in de oogen; vergun het een oud
soldaat u te omhelzen.
Ik dank u, generaal. Onder uwe bevelen
wil ik mijn eersten veldtocht doen. Bewaar het
geheim en maak alles gereed. Zoodra gij wilt
zullen wij vertrekken.
Beeds morgen, sire, en reken op mijik
zal u overal als uw schaduw vergezellen; doch
Uwe Majesteit veroorloove mii haar een raad
te geven. Daar ginder zullen wij in alles voor
zien, maar hier is een flink, vastberaden man
noodig die de geestdrift van het volk niet laat
verflauwen en die desnoods het land dwingt
ons zijn laatsten zoon en zijn laatste geldstuk
af te staan. Eén man wordt door de openbare
meening voor die moeilijke taak aangewezen
het is de graaf Bemoeial.
Spreek mij niet van hem, zeide Hiacint.
De graaf heeft mij door zijn hooghartigheid
gekwetst.
Sire, vergiffenis voor een oud soldaat; de
graaf heeft de geheele administratie in zijn
hand, en hij alleen
Genoeg, generaaltot morgen.
Nauwelijks had hij den koning verlaten, of
de woeste krijger begaf zich in allerijl naar eene
nabijgelegen woning waar de voormalige minister
hem afwachtte.
„Hoezee! waarde graaf, riep hij uit. Het woord
melkbaard heeft wonderen gedaande oorlog
is beslist; wij hebben het kind ingepalmd en
hij zal zoo spoedig niet van ons afkomen.
En mijne portefeuille? vroeg Bemoeial.
Dat hangt van het lot af. De vorst is door
uw aanvraag om ontslag beleedigd; maar ik heb
goeden moed.
Ik dank u, waarde baron; ik zal den dienst
niet veigeten dien gij mij bewezen hebt.
Zult gij waarde vriend denken aan hetgeen
gij mij hebt beloofd? Nu ik mijn huid waag,
wil ik tenminste prins worden, waarvan kan
mij niet schelen, als er maar een groot inkomen
aan verbonden is.
Dat is uw zaak en niet de mijne, hernam
de graaf vroolijk. Eerst moet gij den vijand
slaan; voor het overige kunt gij op mij staat
maken.
Haast u weer minister te worden, sprak
de baronmorgen gaan wij al op reis.
Wees onbezorgd, generaal: gij hebt de
eerste bres geschoten, de tweede zal spoedig
volgen. Vaarwel."
Nog aandoeningen van allerlei aard wachtten
Hiacint. Toen de koningin het ontslag van den
graaf en de oorlogzuchtige plannen vernam,
had zij geen enkel verwijt laten hooren, maar
zij was in tranen uitgebarsten en had haren
zoon teeder omhelsd. Als men jong is en veel
van zijne moeder houdt, kan men aan zulke
argumenten geen weerstand bieden. Vol be
kommering, vol wrevel over zich zeiven en
anderen, begaf de vorst zich naar zijn kabinet,
toen zich freule Bemoeial liet aanmelden die
om eene audiëntie verzocht en in de zaal wachtte.
Tamaris in het paleis! Tamaris die wellicht
zijn steun noodig had! Bij die gedachte ver
bleekte Hiacint en toen hij de zaal binnen trad
klopte zijn hart onstuimig.
In het zwart gekleed, met eene kanten man
tilla over het hoofd, zag Tamaris er zoo treurig
en gelaten uit, dat de jonge vorst nog in grooter
verwarring geraakte.
„Sire, sprak zij met eene diepe buiging: moge
Uwe Majesteit het lastig bezoek eener nederige
onderdane verschoonen; ik kom hier in naam
mijns vaders en om een plicht te vervullen.
Hier zweeg zij als een vrouw die door vrees
en ontzag wordt overmeesterd; Hiacint was
verplicht hare hand te vatten om haar gerust
te stellen.
„Sire, ging zij voort, het is tien jaar geleden
dat de koning der Tulpen, uw doorluchtige
vader, na zijn zevenden veldtocht tegen onze
eeuwige vijanden te hebben voleindigd, dit slag
zwaard aan graaf Bemoeial ter hand stelde.
Neem dit wapen, mijn waarde minister,
sprak hij. bewaar het als een heilig pand, en
mocht ik er niet meer zijn als mijn zoon zijn
achttiende jaar heeft bereikt, overhandig het
hem zelf als eene gedachtenis aan mijne teeder-
heid voor hem, aan mijne vriendschap voor u".
„Dat zwaard, hier is het, vervolgde Tamaris.
Over twee :aar had mijn vader het u eerst
moeten aanbieden; maar op het punt het hof
te verlaten om zich voor altijd naar zij ne land
goederen te begeven, heeft hij gemeend dat het
oogenblik was aangebroken, om u dit kostbaar
pand weer te geven. Indien ooit, wat God ver
hoede! de oorlog op nieuw tusschen de beide
volkeren mocht ontbranden, moge dan dit roem
rijke wapen nieuwen luister verkrijgen in de
handen Uwer Majesteit: dat is de laatste wensch
van mijn vader en ook van mij."
De schoone freule maakte eene tweede bui
ging en wachtte met neêrgeslagen oogen een
wenk van den vorst dat zij kon vertrekken.
Nog altijd hield Hiacint de hand van Tamaris
in de zijne, en de beide handeD beefden.
„Waarom wil de graaf het hof verlaten? vroeg
de vorst na een kort stilzwijgen. Ik kan zijn
raad meer dan eens noodig hebben."
Sire, antwoordde Tamaris, mijn vader is
even streng van zedèn als de mannen der oud
heid; niets kan zijne onverzettelijke beginselen
doen buigen. Als dienaar van den vorst en den
staat, voor wier grootheid hij fier is zich op te
offeren, zal hij nooit de hand leenen om het
gezag te verzwakken. Zijne aanwezigheid aan
het hof zou aanleiding geven tot gevaarlijke
vergelijkingen en misdadige klachtende eerste
plicht van een minister die in ongenade is ge
vallen, is zich te doen vergeten. Niets voor zich
zeiven, alles voor den vorst, dat is de staat
kundige geloofsbelijdenis van den graaf; ik eer
biedig en bewonder haar. Zij is ook de mijne.
Ik heb de grootheid van mijn vader gedeeld,
ik zal zijne ongenade deelen, welke offers het
mij ook moge kosten, en ik zal hem zonder
klagen naar de eenzaamheid volgen waarin wij
ons voor altijd zullen opsluiten.
Wordt vervolgd.)