j. h. krul jr igazijn. j !ycer1nê vetzeep litz School no's Orgeli erf lest Melkbrood Veerstraat 32. elefoon 1070. fAN ÏESSEM. k H. VAN DIJK, VAN DIJK, EPOSITOBANKJ $1 LEGenONDERHOU AN TUINEN enz. Jijvoegsel van „}(et Jloemendaalsch Weekblad" OTTO HERZ maakt de huid t en blank, en verkrijgbaar i cent per stuk HOUTSTRAAT 28. r het aanleeren van talen vervangt de School een verblijf in :enland. !R. - HOOFDDORP. irgeteekende heeft, wegens vel van den moestuin van Hotd en Baal", eeuige dagen beschik oor bovenstaande. Uitstekend chriften worden gaarne ttj gegeven. nu uwe gazons bewerken voorh, der mossen en onkruid. htingen verstrekt A. RIETVINK, Tuinman. in- en Daalscheweg 9. Bloemendaal ROET HECK, HAARLEM. idegracht 118. - Telefoon 1333] peciale reparatie inrichting, sporten door het geheele rijk. .leverparkweg 10. OVERVEEN. Telef. 1617. van Zaterdag 15 October 1910. No. 41. Volksgezondheid. 9* ITPHEil. OARLE M BIJ (OVER DE ANEGANG). RLEM. TEL. 168. 772^0 geeuwt. ondissements Rechtbank. A. X 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 tn Waveren, te Haarlem. Levenkamp. id. Belast zich met de lUitenland. Belast zich ien provisie van: 1/16% /o' 1/8 over nominaal reëel bedrag voor fondsen den nagezien met het ■sie Opent rekening- idelscredieten. Opent prolongatiën. Neemt rt safe-loketten tegen X raarinrichting is voor v 912V2 en van 24 uur. fl Hygiënische verwijdering van afvalwater. II. (Slot). Het afvalwater brengt men voortdurend goed verdeeld door niildel van sproeiers, kipbakken en andere apparaten in kleine hoeveelheden op het oppervlak. Het zakt dan droppelsgewijze door het filter. Hierbij hebben de twee bewerkingen, die in de bedden elkaar opvolgen dus, 1ste het vastleggen van het vuil en 2de het biologische vernietigingsproces, tegelijkertijd plaats. Indien het afvalwater door middel van een goede reinigiugsinstallatie, bestaande uit een septic tank en filters of bedden gezuiverd is, zal het niet meer in rotting overgaan, en kan men het dus in elk openbaar water laten wegstroomen. Voor het aanleggen van filters heeft men echter vrij aanzien lijk verval noodig tusschen den inloop in de septic tank en den uitloop van het filter of bedden, die natuurlijk hooger moet liggen dan het niveau van het grondwater of van het openbaar water, waarop geloosd wordt. In ons laag en vlak- gilegen land bedraagt echter dit verval meestal slechts enkele decimeters, een bedrag dat voor een doelmatig bed of filter ontoereikend is. In die gevallen is men dus verplicht het water op te pompen. Dit is voor kleine normale particuliere inrich tingen een groot bezwaar. Practisch mogelijk is het alleen daar, waar het geldt het afvalwater van fabrieken, steden of dorpen, gestichten en ziekenhuizen te reinigen waar men te maken heeft met groote hoeveelheden afvalwater en waar steeds voldoende personeel aanwezig is. Toch zijn er zeer tal- iijke voorbeelden waaruit blijkt, dat juist bij particulieren een betere hygiënische verzorging van het afvalwater te wenschen are. Meestal zijn landhuizen en villa's niet in de gelegenheid hun afvalwater in rioolen te loozen. Men maakt dan gebruik van beerputten of gestapelde putten, welke voor de bewoners llerlei last medebrengen. Beerputten toch moeten herhaalde- ijk geledigd worden, terwijl gestapelde putten soms zeer sp lig verstopt raken, waardoor het noodzakelijk wordt nieuwe tt ouwen wat met veel hinder en stank voor de bewoners «eD rd gaat. Dikwijls is dan ook een dergelijke gebrekkige fvoer van het afvalwater de oorzaak, dat geen waterclosets ui .en toegepast worden. I' al zulke gevallen en zoo zijn er zeer vele, biedt de septic ik een groote uitkomst. Waterclosets zijn geen bezwaar, ndeelvan verstopt raken der afvoerleiding is geen pr. f>; en als de tanks al eens geledigd moeten worden, zoo eerst na zeer langen tijd noodig, terwijl er van versprei- i i! stank in het geheel geen sprake kan zijn. Dit is eli sterk dat men zonder eenig gevaar de tanks in de kt of het sousterrein kan plaatsen. ii de situatie het dus toelaat, dat de afvoerleiding uit de zoodanig gelegd kan worden dat b.v. een ev. voor- iiai h drinkwaterput er niet door verontreinigd kan worden en verder de grond zelf doorlaatbaar genoeg, dan is de sepi dus het aangewezen middel om de afvalstoffen op pr» en tegelijkertijd hygiënische wijze kwijt te raken. 4 Hei.li uen in de nabijheid een niet al te kleine afwatering dar mat het afvoerwater van de tank eenvoudig hierin afgeleid. Als vocd eeld van een dergelijke toepassing van een septic tank de voordeelen daardoor verkregen kan geldende Klaringbak bij een enkel landhuis in Engeland. uitV ring door Het Technisch Bureau „Insulinde" G. J. A. Steen te Amsterdam van eene septic tankinstallatie, ten behoeve \an een villa te Bloemendaal, welke ik zelf gecontroleerd heb en die ook tot volkomen tevredenheid van den eigenaar werkt. Terwij! deze vroeger telkens opnieuw gestapelde putten moest laten aanleggen, werkt de installatie nu reed» ruim 4 jaren onafgebroken en zal ze nog jaren blijven doorgaan, zonder dat ze ontslibd zal behoeven te worden. Mocht dit laatste echter toch eens noodig worden, zou geschiedt dit heel eenvoudig diior uitscheppen van het geheel uitgerotte reukelooze slib. Zooals dus uit het voorgaande blijkt is het bij den tegen- woordigen stand der wetenschap niet meer noodig het afval water ongereinigd op hoogst onhygiënische manier te ver wijderen en het is slechts een quaestie van betrekkelijk weinig kosten om overal deze wetenschap toe te passen en daardoor aan dikwijls zeer onhygiënische toestanden een einde te maken. Voor groote installatiën, zooals vroeger genoemd, blijft het echter uoodig, dat aan de septic tank ook oxydatiebedden resc. filters toegevoegd worden, omdat met het oog op de groote hoeveelheden afvalwater de eischen van hygiene zooveel hooger gesteld moeten worden en de grond bovendien op den .Schets van den vuilafvoer van een landhuis. het graven van nieuwe zinkputten noodig was. In de eerste jaren scheen het, dat het voor eene goede werking noodig was eenig water uit de waterleiding aan de afvalstoffen toe te voegen; doch deze watertoevoeging is sinds langen tijd gestopt en blijkt nu, dat de vloeistof, die uit de bakken afloopt bijna helder en bijna reukeloos is. Na 4 jaren gebruik bleef de zinkput, waarop de biolo gische reiniging afloopt nog goed haar dienst doen voor het afvoeren der vloeistof in den zandbodem en bleek in deze put zieh nauwelijks een handbreed aan vaste stoffen te hebben opgehoopt. Hoogachtend, (w. g.) ADR. STOOP. De roomsch-katholieke kerk. Ingezonden IV. Daarin, dat wij dit inzien, bestaat onze vooruitgang, de vooruit gang dien wij voor een niet onaanzienlijk deel juist aan de teleurstellingen danken, die zij zich zeiven en hunnen opvolgers bereid hebben. Immers, zien wij op den weg van Augustinus tot op Willem van Occam afgelegd terug, een weg die sedert nog eens, maar in veel korter tijdsverloop, afgelegd is, zoo leert de geschiedenis van de Katholieke filosofie in het Westende menschelijke rede is geene zelfstandige grootheid, geen schat kamer van onveranderlijke, eeuwige waarheden, slechts eene voorraadschuur van aan de ervaring ontleende, en die ervaring in het kort samenvattende formules, die wij voor dat praktisch gebruik steeds nauwkeuriger hebben te maken, en die voor dat praktisch gebruik vrij toereikend zijn. Onze kennis bepaalt zich tot de wijze, waarop de meerderheid der menschen zich nu eens de volgorde der verschijnselen denken moet. Al ons weten draagt een zuiver en uitsluitend historisch karakter, en elk vraagstuk dat geene historische behandeling, in den aan gegeven ruimen zin des woords, toelaat, blijft ontoegankelijk voor onzen geest, die, als hij gezond is, ook geen toegang daartoe beproeft te vinden. De les, die uit den ontwikkelingsgang der Katholieke filosofie voor de Katholieke Kerk zelve voorvloeit, is niet minder duidelijk. In haren jongen tijd heeft zij den droom van ver zoening tusschen gelooven en weten mede gedroomd. De ondervinding heeft haar geleerd, dat zij niet beter kan doen dan zich meer en meer terugtrekken in haar volstrekt positief karakter. Zij begrijpt dan ook hare roeping voor de toekomst uitstekend. De tijd der Augustinussen, der Anselmussen is voor goed voorbij. Zoo lang de denkende wereld aan eene menschelijke rede als aan een zelfstandige macht geloofde in het bezit van algemeene, noodzakelijke, eeuwige waarheden, kon de Kerk nog hopen met deze rede een geloofsstelsel te verzoenen, dat grootendeels op die zelfde waarheden gebouwd was. Ontneem Plato zijne grieksche nationaliteit, dat is zijn goeden smaak, zoo kan men zich Plato even goed in de eerste helft der middeneeuwen als kerkelijk geloovig wijsgeer denken. Nu de kritiek die redewaarheden zelve heeft aangetast, en de eigenlijke natuur van alle weten heeft omschreven, zou de Room8che Kerk, hoe zij zich ook aftobde en tot welke in schikkelijkheden zij ook besluiten wilde, het den weten schappelijk gevormde van onzen tijd toch nooit naar den zin kunnen maken. Zij mag op de fluit spelen, deze kinderen der markt zullen toch niet dansen; zij mag klaagliederen aan heffen, deze kinderen zullen toch niet weenen. Waartoe zal zij dan pogen voor diegenen een metafysika smakelijk te maken, die aan alle metafysiek, in den ouden zin des woords, den dienst voor goed hebben opgezegd? De Kerk heeft, evenals op staatkundig gebied, den stroom des tijds gevolgd. De geesten Klaringbak der stad Exeter (47000 inwoners). duur dergelijke quantiteiten water niet geregeld zou kunnen verzwelgen. Dr. N. H. Cohen. Omtrent de bovenbedoelde installatie te Bloemendaal, aan gebracht bij de villa van den heer A. Stoop, nemen wij gaarne het volgende attest op: Bloemendaal, 21 Januari 1910. Technisch Bureau „INSULINDE", Amsterdam. Gaarne deel ik U ingevolge uw verzoek mede, dat de biologische reiniging, die door U op mijne villa in Bloe mendaal werd ingericht en die is berekend voor den afval van 20 personen, dus voor alles wat privaten, keukeD en baden leveren, nu ca. 4 jaren in gebruik is en daardoor op afdoende wijze een einde is gemaakt aan de vervuiling van den bodem, die tot nu plaats had; doordat telkens zijn vreemd geworden aan alle theosofische bespiegeling. Ook het Katholicisme is van een spekulatieve theologie, eenvoudig een positieve godsdienst geworden, voor welks propaganda een katechi8mus toereikend is. Op staatkundig gebied zijn alle middentermen aan het verdwijnen, en zal ten slotte dedemo- kratie de zaken van het monarchaal despotisme doen. Ook het Katholisme is van een aristokratische republiek eene monarchale inrichting geworden, die onmiddellijk bij de groote massaas haren steun zoekt. De Kerk kan het dus rustig aan- hooren, wanneer men hare leerstukken van onredelijkheid beschuldigt. Deze beschuldiging komt slechts van hen, die nog aan eene redelijke theosofie gelooven. Maar zij die hieraan gelooven, stnan juist niet aan de spits van de wetenschappelijke beweging van onzen tijd. De Kerk bevestigt nu eenvoudig en spreekt plechtig uit het godsdienstig geloof der groote menigte, zonder om de goedkeuring van hen te bedelen, die de Kerk eigenlijk tot een zelfmoord zouden willen bewegen. Zoolang de groote menigte gelooft wal zij gelooft, zal de Roomsche Kerk hare kracht behouden. Maar daarmede is tevens gezegd, dat de rol van de Kerk in de tegenwoordige maatschappij van de rol die zij voorheen vervulde in alle opzichten verschilt. Eens leerde de Kerk aan het onbeschaafde volk op populairen trant wat denkers hadden uitgedacht, thans kondigt zij op pleehtigen trant het geloof van het onbeschaafde volk af, ten spijt van hetgeen de denkers leeren. Zal nu hetgeen de denkers leeren eindelijk in de menigte afdalen, en daarmede een einde komen aan de heerschappij van hetgeen eens de Katholieke filosofie mocht heeten? Wij kunnen ons hier niet verdiepen in een vraag, die inderdaad de geheele toekomst van het Katholicisme raakt. Maar kan men zich ontveinzen, dat, nu de wetenschap uitsluitend tot kritiek herleid wordt, een Kritiek welker noodzakelijkheid en welker uitspraken alleen door hen kunnen worden aangenomen, die ten volle tot de ingewijden in de Geschiedenis behooren, de groote menigte te diepe behoefte aan iets positiefs zal blijven gevoeleu om geduldig bij de groote vraagteekens der kritiek stil te blijven staan? Kon men bevestiging tegenover bevestiging plaatsen, stelling tegenover stelling, ook de paradox van heden, de ondervinding leert het, zou morgen tot een axioma voor de menigte kunnen worden. Dit heeft de acht tiende eeuw kunnen doen met haar onvoorwaardelijk geloof in hare denkbeelden. Daar evenwel Rome's bevestiging in onzen tijd bij de meest wetenschappelijke ontwikkelden geene ontkenning, slechts een bescheiden "ik en weet niet" ontmoet, schijnt zij nog een lang leven voor zich te hebben, ja een leven waarvan men het einde niet bespeurt. Vroeger bestond de verlichting in het aannemen van andere stellingen dan die van Rome; thans bestaat de verlichting in het zich wijselijk onthouden van elke stelling of ontkenning ten aanzien van de vraagstukken die Rome heslist. Moet evenwel het tegen woordig karakter onzer wetenschap ten aanzien van het boven zinnelijke, hoe wettig het ook op zichzelf zijn moge, niet ten slotte, ondanks zichzelf, Rome ten goede komen? Wat had niet de vorige eeuw en het begin van deze tegenover het Katholicisme te stellen: een onfeilbare reden tegenover den onfeilbaren Paus, de humaniteitsidee tegenover het denkbeeld van de Kerk; vrijheid, gelijkheid en broederschap tegenover de kerkelijke gemeenschap; de rationalistische trilogie: God, vrijheid en onsterfelijkheid tegenover de Katholieke leerstukken een bloeddorstige Revolutie tegenover een bloeddorstige Inqui sitie; de ijzeren logika en heerzucht van zekere algemeene revolutionaire beginselen tegenover de ultramontaansche aan matiging De achttiende eeuw was geheel portuur voor Rome met haar absoluut geloof waren zij en Rome ëenes geestes kinderen. Voltaire deed Loyola vallen, het eene dogma het andere. Rousseau was dweepende zendeling; vijf eeuwen vroeger had hij eene geestelijke orde gesticht. In Robespierre herleefde de geest van een Hildebrand, die de wereld wilde kneden naar zijn beeld en gelijkenis. Diezelfde eenzijdigheid, diezelfde dweepzucht, die voor ons de achttiende eeuw schier tot een grijs verleden doet behooren, maakte haar tegenover Rome krachtig. Haar ongeloof was ook een geloof. Maar thans? Slechts in zoover het liberalisme van de achttiende eeuw nog bij ons voortduurt, en dit is zeker nog in ruime mate het geval, heeft onze negentiende eeuw lust en kracht om den strijd met Rome aan te binden. Waar echter een nieuwe geest ontwaakt, is de geest der wetenschappelijke, zuiver historische kritiek, laten Rome's stoutste beweringen het gemoed even onaandoenlijk als de ongehoordste ver zekeringen die van den mond van een krankzinnige uitgaan. En hij die van dien geest doordrongen is, kan zich nauwelijks over iets zoo verwonderen, als over den toorn dien het Rome nog gegeven is bij sommige zoogenaamde verlichten op te wekken. Nu blijft het evenwel de vraag of deze wijze van het Katho licisme eenvoudig als een positieven godsdienst te beschouwen, met Islamisme en Buddhisme op éene lijn staande, niet ten slotte blijken zal aan de uitbreiding der Kerk bevordelijk te zijn geweest. In dit geval zou de toekomst van het Katholicisme niet slechts afhangen van de onkunde der menigte, maar in denzelfden zin van de verhevene kalmte der denkers, en de Kerk dus haar voordoel doen met. den geestelijken toestand der maatschappij aan hare beide polen". Dit citaat geeft gereede aanleiding tot tal van opmerkingen. Slechts aan een tweetal wil ik heden uiting geven en wel le wil ik den heer Hoffman c. s. vragen of zij de woorden, die ik vet heb laten drukken onjnist dur ven noemen. Indien dit het geval is vei zoek ik hun hier aan uiting te geven. Doen zij dit niet, zoo mogen wij daaruit concludeeren, dat deze voor geen tegenspraak vat baar zijn. 2e. Wensch ik naar aanleiding van dezelfde woorden »Eens leerde de kerk aan het onbeschaafde volk op popu lairen trant wat denkers hadden uitgedacht", te vragen, of de protestantsche kerk dit stadium ooit gekend heeft? Ik meen van niet. De geheele hervorming was een reusachtige vergissing. Hus was eerder voor heilige in den wieg gelegd dan Luther, doch de laatste was veel krachtiger persoon lijkheid. Hij heeft propaganda gemaakt maar niet door zijn prin cipe. De souvereiniteit van het geweten is geen principe waarvan het volk, de massa, iets kan begrijpen laat staan kan maken als motief voor daden, en daar komt slotte toch op aan. Luther heeft aanhangers en gevonden wijl zij anti-Rome waren en nergens anders om. Naast het positieve principe voor de hervorming vinden wij dus het negatieve »Weg met Rome," maar van een negatief principe kan geen partij op den duur leven en daarbij hebben de protestanten het zelf nooit kunnen of willen inzien. gebruik het ten volgers

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1910 | | pagina 5