nog nooit een gezien",
gens toe, God weet heel
is dat hidden altijd
waasheid Maria en de
mmers geen jota van",
van nemen". Kinderen
wassenen, die nadenken,
iere bezwaren, en die,
t al uwe warmte van
al toont ge die op een
iet kunnen weerleggen,
r spreekt, heeft anderen
maar op aan wat men
n onontwikkelden, de
zijn schouders over op
r alle bezwaren dood?
k leert het, dus is het
en uitgemaaktej zaak\dat
ert het").
1de gaan bespreken, ik
ebben Bovendien voel
amdat ik theologiseeren,
laat. Wel wil ik eenige
k dikke uitroepteekens
cbeeld vormen van den
boekje
van de leer, dat God
„Hij (de mensch) heeft
n helpen dan met het
end, enz. die hem niet
imige hem nog dienen
lid, hun vacht schenken
loe lief van die dieren
re godsdienst over. Hij
is' opvolger. De andere
n of ingericht volgens
band vormen met God,
Zij zijn de godsdienst
u het zijn, dat te ont-
als de kerk dat leert,
eteekend, laten we dat
aarin ligt bet grootste
die hij stichtte."
ge wilt ZPgt dat dan
ge dat niet bewijzen."
zeker wèl.
niets bizonders in de
katholieke kerk alleen
ehoord van Indië en
du Prei eens lezen,
gemaakt" door Luther,
li, Hendrik VIII enz.
Christus niet.
goed katholiek op zijn
rzeker. Wel integendeel
men, niet alleen slechte
s. En op dat oogenblik
de katholieke leer de
rooit van stervensangst
loemen! Antwoord: De
verdoemd en desniet-
1 't Is maar de questie
zoon steeds zoon blijft
zonden, waaraan hij
eeds priester."
bovenstaande, bepaald
duidelijke uiteenzetting
terk door mr. F. Erens
g, die aan het woord is,
Senvoudig een geloovig
wat zijn leer is. Worden
fgestooten, het tweede
spreekt een man van
menige schoone uit-
uigenis aflegt. Zoo b.v.
rlhoewel op het oogen-
daaraan niet opkomt,
der ziel herstelt. Daar
berust en eene zich-
ner werkt, is de boete
het lichaam heilzame
katholieke theologen
;en de katholieke kerk
iden onderhouden, de
<-ns ons verstand niets
eele principen zijn, die
rsonen moeten denken,
erscbijnselen aan hun
is men in de laatste
echter wel met klem
slingen die Erens doet
op blz. 14: „Wanneer
jden vergelijkt bij dat
irdig een schrale plant,
ende was. De tucht is
geleefd in de kloosters
sluiten voor erkende
Annie Brondgeest.
volgde hem om hem
betoogen dat er voor
ook nieuwe mannen
egeering der vrijheid
endheid was, en dat
een constitutioneel
advocaat moest zijn.
reken zonder hem in
terde niet naar hem
aan de gekwetsten,
opbiechten, hij dacht
wilde, aan het genoe-
Tamaris weer te zien.
hij was ongerust
koning, verontwaar-
m Blindevink. Hoe!
dat hij op zijne beurt
dertig-jarigen arbeid
den ademtocht van
erfdeel van den eer
inden vallen van een
speelde Neen, dat
acht hij den geheelen
vat de administratie is.
inden zich buiten het
het ook eens zonder
HOOFDSTUK.
r zegepraal.
erigheid zijn bij de
aanzien; indien een
burgelijke deugden
hem daar zoo spoe-
n.
Wordt vervolgd.
Een kijkje in een moderne
Handel en waschinrichting.
Industrie. Hoe wordt ons linnen- en lijfgoed
gereinigd? Als wij, heeren der schepping,
hierop een antwoord moesten geven, zouden de meesten van
ms geloof ik, wel een beetje met de banden in 't haar
zittenof al naar men in oogenblikken van verlegen
heid oewoon is te doen, achter een oor krabben. Gedachten
aan zeep, soda, waschpoeder, ïasch of hoe dat goedje heeten
mag, bleekpoeder, spoken ons door 't brein wellicht denken
we ook nog aan bet kind dat de wasch kan doen", aan stampers,
wascbborden, mangelgedoe en de lieve Joost mag weten aan
welke combinaties meer. Welnu, ik wist het ook niet. Hoe
wel ik een rechtgeaard huisvader ben, had ik immer ver
zuimd mij eens op de hoogte te stellen van het reinigings
proces hetwelk aan ons linnengoed voltrokken wordt, tot
Ik dezer dagen een uitnoodiging ontving van den heer Smole-
stoom-, wasch- en strijkinrichting van de firma Wed. J. Smolenaars Zn.,
aan de Amsterdamsche Vaart 28, te Haarlem,
kje in de wasscherij. Op den achtergrond de machinekamer.
aaar m de Amsterdamsche Vaart om zijn model-inrichting
eens ie komen bezichtigen en er in dit blad iets over te
sc,hi n. Dit stond mij wel aan dies nam ik een fotograaf
met n togen we onder begunstiging van het bekende fraaie
Och veer van dit jaar naar de classieke wateren der aan
elke aarlemmer en Amsterdammer bekende vaart.
un mij en passant u den heer Smolenaars even voor
e s en. Een jonge man met pit in zijn body, met eer-
lijkt iurf in zijn persoonlijkheid, met intellegentie in zijn
oog; Het hoofd van zijn zaak, d. w. z. de man die mee-
wer die niet schroomt zelf achter de kar te gaan, die
elk iderdeeltje van zijn bedrijf op zijn duimpje kent en aan
wier,, oog niets ontgaat.
Hetzelfde geldt ten opzichte van zijn echtgenoote juffrouw
Smolenaars, ook nog jong, flink en vol werkijver en steeds
tiss len de meisjes bezig.
Oi.Jer de leiding van hen beiden bloeit deze waschinrichting,
die ;eds vroeger te goeder naam en faam bekend stond
velen zullen weten, dateert zij reeds van het jaar 1876.
iren heeft de moeder van den tegenwoordigen fir-
mar de Wed. Smolenaars, met haar geheele ziel aan
la i: breiding dezer zaak gewerkt, eiken dag van den vroegen
uorg 'n tot den laten avond. En niet vergeefs, want wat ze
aai ónderen heeft nagelaten, is een sieraad van de Vuurt
en vai het bedrijf.
I n de heer Smolenaars de teugels in handen kreeg, ge
voel hij aan den tijdgeest te moeten offeren en dat hij
verstandig deed zijn voordeel te doen met de uitvindingen
der i.atste jaren. Hij besteedde oordeelkundig een goede
wit gduizend gulden aan de uitbreiding der wasscherij, waar-
!oor hij thans de voldoening kan smaken een der meest
voer gebracht. Is het sorteeren achter den rug, dan neemt
de reiniging een aanvang. Het witte goed gaat in een waseh-
machine. waarvan er drie aanwezig zijn. Elk dezer machines
bevat afdeelingen voor groote en kleine wasschen, No 1
heeft 4, no. 2 heeft 3 en no. 3 heeft 2 afdeelingen en als
deze drie machines aan het werk zijn, wordt er heel wat
verricht, geloof dit vrij. Dan kookt en schuimt en bruischt
het hierin als in een krater, met dien verstande dat de zeepsop
als lava gedacht wordt. Geweldig wentelen de groote ketels
rond en volbrengen het reinigingswerk in enkele minuten.
Inmiddels gaat het wollen goed, alsook flanel en Jaeger in
een andere machine, in welks verborgen binnenste een soort
gelijk proces voltrokken wordt. Op deze machine is de heer
Smolenaars trotsch, en met reden, want zij is de eenige, die
tot heden in Nederland gebruikt; wordt. Hare werking is
voortreffelijk, daar zij het goed volkomen reinigt zonder er
ook maar bet geringste nadeel aan toe te brengen.
Is het witte goed uit de wachmachine
gehaald, dan wordt het gesorteerd en het
stijfselgoed afzonderlijk gehouden. Nu is
de centrifuge aan de beurt. Het zoo juist
in stroomend duinwater machinaal uitge
spoelde goed gaat hierin, de machine be
gint te draaien en na eenigen tijd kan het
er z.g.n. >winddroog" uitgehaald worden.
De snelrondwentelende machines die 1000
en 1100 toeren per minuut maken, heb
ben het in een ommezien van tijd droog-
gewaaidhet water is er letterlijk uitge
zogen. Het groote nut van dit systeem
springt in het oog als men bedenkt dat
het schadelijke uitwringen hierdoor is ver
vallen.
Nu wordt het stijfselgoed gesteven en
de wasch gaat per lift naar omhoog. Op
de zolders wordt het wederom gesorteerd
en het platte goed" wordt, al naar
verkiezing, gemangeld, terwijl het dikke
goed" op de ruime droogzolders door
centrale verwarming of door ventilatie
verder gedroogd wordt.
Intusschen maakt het »opmaakgoed"
een reis naar de voortreffelijk ingerichte
strijkinrichting, die hoogst eenvoudig maar
zeer practisch is, terwijl de z.g.n. droog
toegevouwen wasch naar de mangelkamer
om gevouwen en geleverd te worden.
Ik geloof dat ik nu alles heb gehad, niet waar Sorteeren,
wasschen, uitspoelen, drogen per centrifuge, weer sorteeren,
stijven, drogen op de droogkamers, strijken, mangelen, op
vouwen, afleveren, ja mijn wasch is gereedhoe helder en
frisch ziet zij er uit! 't Is een lust dit hagelwitte goed
te gebruiken.
Over den mangel nog een enkel woord. De heer Smole
naars noemt hem »zijn" reuzenmangel. Hij is de eenige in
Haarlem, misschien wel in de provincie, die èn dit model
en een mangel van deze afmetingen heeft. Twaalf vrouwen
of meisjes kunnen aan het eeuwigdraaiende ding werken.
Onophoudelijk plet hij en door een vernuftige vinding
mangelt hij gelijktijdig even gemakkelijk een dik laken als
het fijnste stukje baptist. De mangel bestaat uit een groote
cylinder met 6 glansrollen en is 3 Meter lang.
Het geheele bedrijf wordt gedreven door een stoommachine
van 24 P. K. Dit is geen kleinigheid. Het ketelhuis en de
machinehal zien er keurig netjes uit, gelijk 't trouwens
overal het geval is. Orde en zindelijkheid gaan hier band
aan hand en helpen mede het bedrijf bloeiend te maken
aan de strengste hedendaagsche eischen der hygiëne wordt
voldaan.
En nu zou ik nog wel het een en ander kunnen zeggen
over vele onderdeelen, maar ik vind het niet noodig. Met
het bovenstaande meen ik een tamelijk gelijkend beeld van
de waschinrichting des heeren Smolenaars te hebben gegeven
en wanneer het de dames belieft hier eens een kijkje te
gaan nemen, kunnen zij verzekerd zijn, elk oogenblik van den
dag gastvrij te worden ontvangen en rondgeleid. En na den
rondgang door de gebouwen zullen ze voorzeker, hieraan twijfel
ik geenszins, zeer tevreden huiswaarts
keeren. Quod feci.
Corbasius.
De stoom-, wasch- en strijkinrichting van de firma Wed. J. Smolenaars Zn.,
aan de Amsterdamsche Vaart 28, te Haarlem.
De mangelkamer. Op den achtergrond de droogzolders
Een en ander uit Neer land ia
van October.
Weer een.
In Vlaanderen zijn eenigen tijd geleden
weer Fransche prijscouranten rond gezonden
door een Noord-Nederlandeche firma, „Ry-
nierse Frères il Overveen prés Haarlem."
Onze Vlaamsche leden klagen daarover en
vragen: WanneerJ zullen de Noord-Neder
landers toch begrijpen dat men van hen in
Vlaanderen Nederlandsch verwacht en dat
dergelijke firma's zich belachelijk maken door
liever heel slechte Fransche mededeelingen te
zenden zooals in dit geval dan goed ge
stelde Nederlandsche?
Wanneer de Noord-Nederlanders dit begrij
pen?
Van het oogenblik af dat zij niet dulden
dat b.v. in stations, zooals in Dord-echt het
geval is, op de lijst der Prijzen van Plaats-
kaarten, Anvers staat en Bruges en Bruxelles
en Liège en Louvain en Malines, in plaats
van Antwerpen, Brugge, Brussel, Luik, Leu
ven en Mechelen.
Wie ter wereld is toch zoo dwaas om voor
een Nederlandsch station zulke lijsten op
te stellen? Zulke menschen zijn onvindbaar
en daardoor sterk.
voortreffelijke inrichtingen van Haarlem op dit gebied te
bezitten.
En laat ons, nu we dit weten een wandeling door de
wasscherij maken beginnen we met het front. Dit valt al
dadelijk tegen; tegen, vraagt u? zeker, u leest goed; u
bad natuurlijk gedacht iets te zullen lezen van een in
dezen of genen stijl opgetrokken gebouw met wat hier
zooal bij schijnt te behooren. Niets van dat alles Een lage,
fin of meer ouderwetsche gevel. Links een gang, waarin
rails voor de lorries. Als de wasschen aankomen, 't zij per
schuit of wagen, worden ze op deze lorries naar achteren
gebracht en hier gesorteerd. Dit werk vereischt veel accura
tesse en wordt dan ook met groote zorgvuldigheid ten uit
Wat jammer voor Nederland I
Dr. Ern. van Soest, uit Hasselt (België)
schrijft
Van 21—25 Aug, werd te Brussel het 3e Opvoedkundige
Congres gehouden. Drie duizend Congressisten van alle landen
der wereld waren er bijeengekomen. In de twee algemeene
vergaderingen, die vóór en na de afzonderlijke zittingen plaats
hadden, werd het woord gevoerd door een groot aantal afge
vaardigden van vreemde landen. Zoo hoorden wij, om niet te
spreken van de omliggende groote mogendheden, afgevaardig
den van Hongarije, van Turije, van Tunis ja zelfs van Austra
lië; wat we niet hoorden, was de stem van een onzer landge-
nooten, de stem van het aangrenzende Noord-Nederland. Het
was mij, die deel uitmaakte van het bestuur van eene der
secties, alsof op eenmaal Nederland weggecijferd was en als
Vlaamsch Belg schaamde ik mij in hun plaats. Ik wilde hier
dus enkel dit aanstippen
1° dat het een schande is dat Nederland niet bij zulke gele
genheden, evenals alle landen een officieel afgevaardigde
gezonden heeft;
2°. dat het erg te betreuren valt dat niet één van de beken
de talrijke paedagogen uit eigen beweging een korte aanspraak
hield.
Moge Nederland in de toekomst zich wat meer laten gelden.
In de Sumatra Post van 26 Augustus j.l. komt, met eene
opwekking tot het A. N. V. de Regeering aan haren plicht te
herinneren, het volgende voor:
nik noodig u uit tot een wandeling in Medan, in de nieuwe chineesche wijk.
Slaat met mij den Djalan Toekang Besi in en... ergert u. Voor een frisch
geverfde chineesche woning hangt een bord, waarop met brutale zwarte letters
te lezen staat
ENGLISH PUBLIC SCHOOL.
Menr niet... Maar 't is u zeker genoeg! Een onderwijs-inrichting, die zich
Engelsche openbare school noemt, in een Hollandsche kolonie. Én wie er
les nemen behalve de anglomane Mongolen? Inlandsche kinderen, zonen
van Maleische kedehhnuders te Medan! Kinderen des lands! En er schijnt lust
in dat onde wijs te bestaan: de schoolbanken rijen zich tot op het omhekte
straatje vóór 't huis.
Straks zullen de jonge kedehhouders ons te woord staan in het Engelsch,
geleeid in de Public school in de Nederlandsche kolonie en zullen we, naar
Hollandschen aard, hen dan antwoorden in die zelfde taal?
En wat zullen we den vreemdeling zeggen, die ons glimlachend-vragend wijst
naar het bord Dat er hier in Medan twee inlandsche scholen zijn, doch dat
er op ééne slechts Hollandsch wordt geleerd, en dat die alleen voor zonen van
»toengkoes'' toegankelijk is en dat op de andei e,de volksschool, het Hollandsch
niet wordt onderwezen en dat, toen er sprake was van het oprichten van een
Hullandsch-Chineesche school in Medan, het Gouvernement zich gemakkelijk
bepraten liet door een invloedrijken Chinees, die meende dat de Chineezen van
Oost-Sumatra van Engelsch beter dan van Nederlandsch waren gediend en die
toen zelf een grootsch gebouw liet zeiten, waar Chineesche onderdanen van ons
Nederlandscb-Indisch Gouvernement nu allen dag met het Engelsch als voertaal
worden onderwezen."
Hoewel het hiervoren staande stellig tot nadenken moet stem
men, vooral indien bet waar mocht zijn, dat „liet Gouvernement
zich bepraten liet door een invloedrijken Chinees" moet liet
A.N.F. zich toch onthouden van bet beoordeelen van het
Regeeringsbeleid in dezehet betreurt den loop van zaken, maar
mist de middelen om het aanleeren van het Nederlandsch op
de scholen in Ned.-Indië te bevorderen. De Groep Ned.-Indië
heeft, getuige de vele artikelen over dat onderwerp in Ons
Volksbestaan haar best gedaan, in de door het Verbond ge-
wenschte richting te sturen. (Zie o. m. het artikel van R v. I.
in het Juli-nr. van O. V. 1908); voor goed onderwijs in het
Nederlandsch is echter, wij herhalen het, veel geld noodig en
dat kan het A N.V. niet verschaffen.
Lezingen van dl'. De Har tog.
Wetenschappen. Evenals in vorige jaren beeft dr.
A. H. de Hartog zich bereid verklaard
ook dezen winter in de kerk der Broedergemeente aan de
Parklaan te Haarlem een serie lezingen te gevenditmaal
over den invloed, dien bekende persoonlijkheden oefenden
op onzen tijd. Zeer zeker een actueel en belangrijk onderwerp.
De datums (Donderdagavond) zijn vastgesteld als volgt
3 November 1910. Wagner en de beteekenis van de
muziek in het wereldgeheel.
17 1910. Multatuli en de loochening van het
Godsbestaan.
8 December 1910. Carlyle en de persoonlijkheid (Helden-
vereering).
12 Januari 1911. Ellen Key, de vrouwenbeweging en
de eeuw van het kind.
26 1911. Swedenborg en het Spiritisme.
9 Februari 1911. Kierkengaakd en de Twijfel.
23 1911. Tolstoï en het Christendom.
Kaarten voor den geheelen cursus a ƒ5.of a ƒ1.50
voor één lezing, verkrijgbaar bij den boekhandel firma A.
Vernout, Warmoesstraat 10 Haarlem,
De le soirée musicale te geven door
Muziek. den heer E. A. Cats, violist, te Haarlem,
met medewerking van de dames Henriëtte
Roll en Anna RisRoll, pianisten, zal plaats hebben op
Donderdag 27 October a.s. in de concertzaal de Kroon.
Weldadigheids-concert.
Maandagavond 24 October a.s. zullen de dames Lizzie
Wijsmuller en Marie Warnier, pianisten, een weldadigheids-
concert geven in de Kroon, te Haarlem, ten voordeele van
de bekende vereeniging Weldadigheid naar Vermogen,"
met medewerking van mevrouw M. Pijnacker Hordijk
Bryan, alt-zangeres.
Programma,
1. Concert C-moll a. Allegro, b. Adagio, c. Allegro, J. Bach,
16851750. (Voor 2 klavieren).
2. a. Alte Liebe, b. Frühlingstrost, J. Brahms, 18331897, c.
Zueignung, R. Straus, (zang), begeleiding Marie Warnier.
3. Passacaglia, Uber auf- und niedereteigende Tonleitern,
Leander Schlegel. (Voor 2 klavieren).
4. a. Voor de liefste, b. Wiegelied, W. Andriessen, c. Für
Musik, R. Franz, 1819-'92, d Murmelndes Lüftchen, A. Jensen,
(zang), begeleiding Marie Warnier.
5. Improvisata über ein französisches Volkslied aus dem 17
Jahrhundert Op. 94, Carl Reinecke. (Voor 2 klavieren).
Aan de Redactie van Het Bloe-
Zonder veriint- mendaals Weekblad, Bloemen daal.
woordelijkheid
der Redactie. Geachte Redactie.
Naar aanleiding van enkele berichten
die in de pers de rondte doen, onder titels als «IJsoorlog"
e.d. verzoeken wij u beleefd onderstaande regelen te plaatsen,
waardoor verkeerde gevolgtrekkingen, welke naar ons van
diverse zijden gebleken is, gemaakt zijn, recht gezet kunnen
worden.
Er bestaat n.l. in 't geheel geen oorlog" tusschen de
vereenigde ijsleveranciers en hunne afnemers te Ymuiden.
Alleen is er een conflict ontstaan tusschen de directie van
de ijsfabriek »De Noordpool" en de heeren I. S. Groen,
directeur der Stoom visscherij Maatschappij »Mercurius,"
A. S. Groen, directeur der Nationale Stoomvisscherjj en L.
Groen, directeur der Nederlandsche Stoomvisscherij.
Dat in velband met deze kwestie de sympathie van de
grootste afnemers van ijs, n.l. de reederijen te Ymuiden
geheel aan de zijde der verbonden ijsleveranciers is, kan
wel hieruit blijken, dat op eene gehouden vergadering van
de vereeniging van reeders te Ymuiden de heeren Groen met,
algemeene siemmen werden geroyeerd als leden.
Bij voorbaat dankend,
Hoogachtend,
Centbaal-Bureau voor den IJshandel.