AGENDA
BLOEMENDAAL.
Zondag 18Juni,Hotel „Hartenlust." Van'2'/25
Matinee; van 811 uur Concert door liet In-
strumentaal-Ensemble van J. v. d. Spek, uit
Amsterdam. Toegang vrij.
8, uitgezonderd des Zondags. Hotel „Duin
en Daal." Middag- en avond-concerten.
Toegang vrij.
Eiken Dinsdag en Vrijdag, 810 uur. Café „Slot
Vredenburg". Bloemendaal Commando.
Gelegenheid tot oefening in liet schieten met
Marga-patronen en in het buksschieten.
HAARLEM.
Koloniaal Museum. (Paviljoen.) Dagelijks ge
opend van 104 ure.
Museum van K u u s t n ij ver h e i d. (Paviljoen.)
Dagelijks geopend van 104 ure.
Gemeentelijk Museum. Dagelijks geopend van
104 ure. Entree f 0.25 p.p. Ie Woensdag
van de maand vrij. Zondags van 1013 vrij.
Bisschoppelijk Museum. (Jansstraat 79). Ge
opend behalve Zondags en R.-K. feestdagen
van 105 ure. Toegang 25 cents.
Stads-Bibliotlieek. (Prinsenhof). Dagelijks ge
opend (behalve Zondags) van 104 uur.
Groote Kerk. Dinsdags van 12 ure, Donder
dags van 23 ure, Orgelbespeling.
Teyler's Stichting. (Spaarne.) Geopend (be-
halve Zaterdags en Zondags) van 113 ure.
De bibliotheek alle werkdagen van 14 ure.
Dinsdag 20 Juni, 8 uur. Br on ge bouw. Concert
Haarlemsch Muziekkorps.
Dinsdag 20 luni, 8i uur. Tuinzaal Café Brink-
niann. Bond van Vrije Liberalen, afd. Haarlem.
Algemeene vergadering.
AMSTERDAM.
Larensche Kunsthandel, Heerengracht 495. Maande
lijks afwisselende tentoonstellingen van hol-
landsche en buitenlandsche kunst.
SOESTERBERG.
Woensdag 21, Donderdag 22. Vrijdag 23 luni en
volgende dagen, Groote Vliegdemonstraties, ter
gelegenheid der Europeesche rondvlucht.
loofde de voorzitter deze questie in het dagelijksch
bestuur ter sprake te zullen brengen.
Ten slotte deed de voorzitter nog eenige mede-
deelingen over het stofvrij maken der wegen.
O. a. betuigde hij zijn tevredenheid over een
proef met niet in water oplosbare olie van de
firma Dyserinek Zonen te Haarlem, voor eigen
rekening door hem genomen op den weg vóór
zijn woning.
Hierna sluiting der openbare zitting en ging
de raad over in vergadering met gesloten deuren
De visscherij in Noordholland
PROVINCIAAL is geopend op 1 Juni 1.1. met
BESTUUR. zonsopgang, behalve die op den
schubloozen en den gedeeltelijk
geschubden edelkarper van eene mindere lengte
dan van 45 c.M., gemeten van de punt van den
snuit tot het uiteinde van den staart.
Dit besluit houdt op te gelden op het tijdstip
dat de Visscherijwet van (3 Oct. 1908 S. 311 in
werking zal treden.
Men deelt ons mede, dat de schublooze en
gedeeltelijk geschubde edelkarpers van eene
mindere lengte dan van 45 c.M. zich bij request
tot het provinciaal bestuur zullen wenden met
het verzoek om, overwegende dat in Nederland
in de laatste jaren vele wetten worden gemaakt
om nooit ingevoerd te worden zoodat het nog
lang kan duren eer bovenstaand besluit buiten
werking treedt, hen op den rug van wege de
provincie in rood, wit of paars en geel te
schilderen ter herkenning in het water, daar zij
vreezen, dat wanneer ze eenmaal door de provin
cialen opgeviseht en van de punt van den snuit
tot het uiteinde van den staart gemeten zijn,
zij koude vatten en het te hunner bescherming
genomen besluit dus van geen nut zou zijn.
In Noordholland schijnen sommige burge
meesters hunne elders wonende veldwachters
met wie zij portvrij brieven mogen wisselen te
gebruiken om hunne daarheen bestemde parti
culiere brieven kosteloos over te krijgen, althans
2 ministers wijzen op dat „euvel" en verzoeken
den gemeente-besturen van Noord-holland met
dergelijke gebruiken te breken. Waar een minister
al niet op letten moet.
De burgemeesters onzer gebenedijde provincie
hebben ook de volgende circulaire van den minis
ter van oorlog overgekregen
„De landing van Duitsclie luchtballons in de
„nabijheid van het fort Paneerden en de vesting
„Willemstad, alsmede de omstandigheid, dat in
„deze ballons fotografische toestellen werden
„medegevoerd, waardoor de mógelijkheid niet
„uitgesloten is, dat van de vestingwerken foto
grafische opnamen zijn genomen, heeft mij aan
leiding gegeven, om, in overleg met den Minister
„van Justitie, de aandacht van de Stellingcom-
„mandanten te vestigen op art. 430 van het
„Wetboek van Strafrecht, hetwelk strafbedreiging
„inhoudt tegen dengene, die, zonder verlof van
„het bevoegd gezag, eene opneming doet van
„eenig militair werk.
„De militaire autoriteiten moeten in verband
„hiermede, zoodra een luchtschip in de nabijheid
„van eenig militair werk wordt gezien, de politie
autoriteiten van de plaatsen, waar het lucht
schip vermoed kan worden te zullen landen,
„onmiddellijk telegrafisch of telefonisch waarschu-
„wen, waarna deze politieautoriteiten een onder
hoek kunnen instellen en naar bevind van
„zaken handelen."
Deze circulaire laat o. i. aan duidelijkheid, en
zakelijke nauwkeurigheid niets te wenschen over.
Neerlands-Indïè (Elsevier) afl. 8
VAN BOEK EN geeft het vervolg van prof. Kern's
TIJDSCHRIFT, artikel over het Hindoeisme met
o. m. een fraaie foto van den
Boroboedoer; 111 het Mohammedanisme, door
prof. dr. C. Snouck Hurgronje.
Het Kerstekind, door Stijn Streuvels, verlucht
met teekeningen door Jules Fonteyne, gedrukt
te Brugge bij Jozef Houdmont-Carbonez en uit
gegeven door L. J. Veen te Amsterdam.
Dit is een mooi boekje, goed gedrukt en royaal
uitgegeven in flink formaat, met aardige origineele
prentjes. Men moet van vlaamsch houden om
dit werkje te kunnen genietendie eigenaardige,
ons Nederlanders zoo half vertrouwd, half vreemd
aanklinkende taal vol van die plechtig-oud-neder-
landsche zinswendingen en schilderachtige, toch
niet moeilijk te begrijpen woordjes. Als dit ver
haal van Stijn Streuvels in het noord-neder-
landsch ons was voorgezet, zouden wij er waar
schijnlijk „niets aan gevonden hebben". Wat is
er nu aan zulk een simpel gegeven van een op
Kerstmis geboren zevende kind van een dood
arm boerengezin, dat door de grootmoeder aan
de naieve broertjes en zusjes wordt voorgesteld
als het kindeke Jezus? Dan is er nog een heel
rijk boerengezin, waarvan het eenige dochtertje
Yeva met haar moeder en een oude meid het
kerstekind gaat bezoeken, waarvan haar arme
vriendinnetjes met zooveel blijdschap en trots
vertelden, dat het geluk brengen zal in de koude,
stulp. En dat geluk komt dan ook werkelijk,
als de rijke boerin, met ontferming bewogen
door de bittere armoede in het kale kouterhuis,
diep in haar zak tast en den nood lenigt
Een heel gewoon vertelseltje, en toch, terwijl
ge het leest in dien smeuigen, haast kinderlijken
stijl van Streuvels, is het als een heel lief, diepge
voeld sprookje.
Zedelijke Opvoeding en het 2e internationaal
congres in 1912 te 's-Gravenhage, door prof. II
10. Sadler, hoogleeraar in de geschiedenis en de
administratie der opvoeding aan de universiteit
van Manchester; gestenografeerd door dr. J. J.
Hallo. Uitgave N V Uitgevers-maatschappij
„Ontwikkeling," te 's-Gravenliage.
Dit is een der geschriften van den bond ter
behartiging van de belangen van het kind en
bevat, behalve de toespraak van den engelsehen
hoogleeraar, een kort artikel van mej. A. G.
Dyserinek, secretaresse van den Bond met een
oproep tot steun en belangstelling voor het aan
staand congres: voorts een lijst van liet Neder-
landsch Algemeen Comité en een (voorloopig)
programma van werkzaamheden van het congres.
Het Handwerk als Kunstuiting door Marg.
Verwey. Uitgave „Ontwikkeling."
In dit geschriftje ijvert Margaretlia Verwej',
voor meer burnt in het handwerk der vrouw
en minder prutserigheid, dat van smake
loosheid getuigt en bovendien nutteloos is.
Al lezende rijst voor mijn oog onwillekeurig een
dier propvolle salonnetjes met étagères in alle
hoeken bezaaid, met „toetige" prullen als daar
zijn poppetjes, beestjes, klein kopergoed, zilver
speelgoed, vaasjes, alles sierlijk gerangschikt in
groepjes. De tallooze stoelen zijn zoo klein, laag
en zonderling, dat ge allereerst u afvraagt, hoe
ge daarin plaats moet nemen, en, is die operatie
eindelijk goed en wel afgeloopen, dan martelt
ge uwe hersens af hoe in vredesnaam weer op
te rijzen zonder het lieele stoeltje naar de maan
te helpen. Het voornaamste kenmerk van dit
salon is echter de kwistige overdaad van hand
werkjes, alle de tastbare bewijzen van de vlijt
en den vrijen tijd der vrouw of dochters des
huizes: kleedjes hier, kleedjes daar, kleedjes
overal, antimacassars, kussens, loopers, zoodat
als de visite afscheid neemt, men zich wel ter
dege van alle kanten bevoelen en betasten en
bekijken mag, of men niet bij ongeluk met een
dier kleedjes, loopers of antimacassars op den
rug of elders vastgeplakt de straat opgaat, wat
een kennis van me wezenlijk eens is overkomen.
Waren die handwerkjes dan ten minste nog
uitingen van kunstgevoel en oorspronkelijkheid,
dan zou men er desnoods vrede mee hebben en
zich over het denkbeeld van „stofnesten" heen-
zetten, maar o jeruml Ze zijn óf wonderen van
prutsige ingewikkeldheid óf belachelijke, kinder
achtige kruissteken, waarvan soms de kleuren en
motieven gillen tegen hun omgevingMargaretlia
Meyboom geeft ons een denkbeeld hoe het vrouwe
lijk handwerk wezen moet, wil het kunst zijn die
verheft en yeredelt, al is het dan ook tegenwoordig
geworden een kleinkunst in tegenstelling met
oude tijden, toen de borduursters en weefsters
naast schilders en beeldhouwers konden gesteld
worden, met hare reuzenwerken, waarover we
thans nog, met onze Singernaaimachines (die
Mej. Meyboom vreeselijk vindt) de handen in
elkaar slaan. In onzen tijd wijdt de vrouw zich
liever aan het reuzenwerk, dat maatschappelijke
arbeid' heet. Dit heeft zijn goede zijde. Het is
alleen jammer, dat er onder haar zoo menigeen
is, die haar werk opvat als een „begonnen hand
werk", zonder de oorspronkelijkheid van eigen
vinding, eigen liefde; als een modegril, die ze
zoodanig doorvoert, dat alle andere liefhebberijen
er door ter zijde wordpn gezet en geminacht.
Behoeft het een het ander uit te sluiten vraagt
mej. Meyboom. M. i. zeker niet. Ik kan me
heel goed een vrouw voorstellen, die haar eigen
japonnen maakt of versiert, plezier heeft in eeii
smaakvol handwerk en tevens belang stelt voor
en op haar manier meewerkt aan de sociale
vragen van den dag. In die richting moet dan
ook de opvoeding der meisjes, volgens onze
hedendaagsche paedagogen, geleid worden.
A. van der MeerBrondgeest.
Iets over stofbestrijding
PLAATSELIJK i ii onze gemeente.
NIEUWS. „Wat droevig zwart misverft
den hemel dus?" vroeg Staring
in zijn „Veenrook", naar aanleiding van 't be
derven der sclioone Meidagen, door deii welis
waar onaangenamen, maar van tijdelijkén aard
zijnden veenrook.
Maar hoe zou de dichter te keer zijn gegaan,
als hij, in onzen tijd levende, moest ervaren,
dat in 't zomerseizoen, als mensch en dier snakt
naar wat frissche buitenlucht, 't verblijf op onze
wegen zoo goed als onmogelijk wordt gemaakt,
niet door een „droevig zwart", maar door be
nauwende, grijze stofwolken, opgejaagd door
wegverslindende automobielen en motorrijwielen.
In tal van „ingezonden stukken" is er eindeloos
gejeremiëerd over deze moderne plaag. En waar
lijk niet zonder reden. We kunnen 't ons inden
ken, dat enkelen, in arren moede, mopperen over
den overlast door enkele bevoorrechten, deover-
groote klasse van minder bedeelden aangedaan,
dat al wat automobiel is uit den grond huns
harten verwenscht wordt. Want 't door de auto
mobiel opgejaagde stof is een plaag, in den
ruimsten zin van 't woord, voor den rustigen
wandelaar een pestilentie, erger dan vuile en
ongemakkelijke wegen of stinkende slooten, een
kwaad, dat de gezondheid belaagt, de kleeren
bederft, 't genot van 't buitenzijn vergalt en 't
humeur van streek brengt. En niet tevreden
met alles, wat niet binnenshuis is, in khaki-kleur
te hullen, dringt 't door de openstaande deuren
en vensters binnen, om ook in de aan den weg
gelegen kaïneis alles te bedekken met een vies-
grijze laag, zoodat men, juist, als de meeste
behoefte aan wat koelte zich doet gevoelen,
verplicht is alles potdicht te houden. Geen wonder
dan ook, dat men, volkomen doordrongen zijnde
van 't gevaarlijk karakter van 't stof, getracht
heeft, aan dezen steeds machtiger wordenden
vijand paal en perk te stellen. Als gevolg daar
van zijn er den Iaatsten tijd verschillende stof-
bindende middelen in den handel gebracht, ten
doel hebbende, wegep stofvrij te maken. Zal
zoo'n middel echter practise!: bruikbaar zijn,
dan moet 't gedurende langen tijd 't stof vastleggen,
onschadelijk zijn voor boomen en plantenen...
natuurlijk niet te duur zijn.
Nadat elders reeds proeven waren genomen
met deze middelen, is men er dezer dagen in
onze gemeente ook mee begonnen, eerst van
particuliere zijde, daarna bij wijze van proef,
van gemeentewege. Daarbij heeft men gebruik
gemaakt van tweeërlei soort middelen, n. 1. in
water oplosbare anti-stof-olie en niet in water
oplosbare olie, voor welker levering de firma
Dyserinek Zonen te Haarlem was aangezocht.
De eerste soort heeft men beproefd op den
Korte-Zijlweg, en op den Bloemendaalsclieweg,
van den tol tot den Tetterodeweg, de tweede
op de Bekslaan te Vogelenzang. Van beide
soorten kan men zeggen, dat 't resultaat ver
rassend was. Van stof is op die wegen na de
oliewerping geen sprake meer geweest. Oogge
tuigen verklaarden, dat automobielen met flinke
vaart van ongeüliede wegen komende en een
op een kometenstaart gelijkende stofwolk achter
zich hebbende, plotseling, als bij tooverslag,
hiervan losraakten, zoodra zij op de geprepa
reerde weggedeelten kwamen. Andere voordeelen
van 't oliën der wegen zijn nog, dat 't helle
schitteren der lichte, zonnige grindwegen er
door opgeheven wordt en daardoor voor de
oogen veel beter zijn en verder, dat grindwegen
er door bedekt worden met een harde korst.
Nu mag niet ontkend worden, dat de enkele
klacht over 't stofvrij maken van den Korte Zijlweg
niet geheel ongegrond was. Maar men bedenke,
dat 't hier slechts een proef gold, dat 't sproei-
materiaal niet naar den eisch was ingericht en
dat men, geleerd door de ondervinding, zich in
den vervolge van beter zal voorzien.
Een en ander in aanmerking nemende, zal
men 't dus, op grond van ondervinding, met
ons eens zijn, dat de gemeente op den goeden,
ingeslagen weg voort moet gaan, wil aan de
stof-ellende een einde gemaakt worden.
16e lijst van bijdragen voor de De Genëstet-
Bank, opgegeven door den penningmeester van
het comité, Mr. II. Ph. 't Hooft, Groote Hout
straat 164, Haarlem.
N. N., Haarlem, f 1.N. N. gymnasium,
Haarlem, f 0.50. Noord-Hollandsche predikanten-
vereening, flOO.L. P. de Stoppelaar, Bloemen
daal, f 5..1. D. L., f 1.Vereenigde Christelijke
gemeente, Dokkum, f5.Ds. Barbas, Haarlem,
f 2.50. Mej. I. Toens, Nijmegen, f 1.Mevr.
Mees Gleichman, Rotterdam, f 25.Dr. E. D.
Cartier van Dissel, Lochem, f 5.—. S. M. Haar
lem, f 2.H. Meinesz, Haarlem, f 2.50. J. de
Breuk Lzn., Haarlem, f 2.50. Mr. A. H. J.
Merens, Haarlem, f 2.50. K., Haarlem, f 2 50.
Mr. K. P. van der Mandele, Rotterdam, f 2.50.
B., Haarlem, f 2.50. Mej. G. Krulder, Den Haag,
f 1.Totaal f 164.
Tot onderwijzer aan de Chr. School voor
M. U. L. O. te Bloemendaal is tegen 1 Sept.
a. s. benoemd, wegens uitbreiding van het
personeel, de heer B. Ader te Hoek van Holland.
Onder de bekroningen toegekend aan inzenders
ter wereldtentoonstelling te Brussel, treilen wij
de volgende aan ten opzichte van Bloemendaal
Klasse 53Tuigen, toestellen en voortbreng
selen van de visscherij. N. Levenkamp, bronzen
medaille.
Klasse 66Vaste versiering van openbare ge
bouwen en woningen. J. P. van den Bosch,
groote prijs.
Klasse 09: Goedkoope en prachtmeubelen.
.1. 1'. van den Bosch, groote prijs, en mej. B.
Bake, zilveren medaille.
Klasse S4: Kant, borduurwerk, passement-
werk. Mej. B. Bake, zilveren medaille.
In hotel Hartenlust worden a. s. Zondag
wederom concerten gegeven door het zich in
uitstekende conditie bevindend „ensemble" van
den heer J. van der Spek, den welbekenden
orkestdirecteur van het circus Carré te Amster
dam. De tuin wordt voor deze gelegenheid
omheind waardoor het zitje zoo gezellig moge
lijk is gemaakt, afgescheiden toch als men is
van den openbaren weg.
Omtrent de muzikale praestaties van Van der
Speks koor kunnen liooge verwachtingen ge
koesterd worden. Kr bevinden zich bekende
solisten onder zijn musici (o. a. van de groote
opera te Berlijn) en solo's en ensemble-nummers
wisselen zich af. De toegang tot de middag
zoowel als de avondconcerten is vrij.
Voor de volgende Zondagen zijn door de
directie van hotel Hartenlust verschillende
orkesten aangenomen.
Uit het politie-rapport.
Processen-verbaal zijn opgemaakt wegens
het rijden met een rijwiel zonder licht en zonder
bel, het venten zonder armband, het vervoeren
van faizanten-eieren, het rijden met een motor
rijtuig zonder nummer of rijbewijs, het rijden
door het Bloemendaalsche bosch, het loopen
over verboden gronden en het te snel rijden
met motor-rjjtuigen.
Gevonden en terug te bekomen aan den
politie-post Bloemendaal, een handtasch en een
sleutel van een klok, bij J. v. d. Werff Korte
Kleverlaan alhier een gulden, bij Tering YVouwer-
manstraat 38 Haarlem een hondenzweep en een
knijptang, politie-post Overveen een damesporte-
monaie met haak enz., een damesportemonaie
bij Gerber Dompvloedslaan 11 te Overveen en
een gouden schakelarmband bij A. M. Smits
Aerdenhout.
Verloren: een zilveren dameshorloge, een
zilveren armband, een gouden armband, een ma
trozenmuts, een blauw koralen collier met gouden
slot, een gouden broche en een gouden ring
met diamant.
BURGERLIJKE Van Zaterdag 19 Juni tot
STAND eu me Vrijdag 19 Juni.
Geboren: 2 z. van II. Bolsen-
broek en A. van Rijnd. van F. van Twisk en
A. Pfeiffer; z. van J. Lindeman en C. C. van
De Roei- en Zeilver-
SP0RT. eeniging,, II et Spa a me".
Door het bestuur dezer haarlem-
sche vereeniging, bestaande uit de heeren J. de
Breuk Lz., voorzitter, Mr. L. J. van Toulon van der
Koog, secretaris, II. A. van Loghem, penning
meester, J. Dozy en H. W.de Voogt, commissarissen,
is aan ingezetenen van Haarlem en omliggende
gemeenten een geïllustreerd rondschrijven ge
richt. Doel hiervan is de aandacht te vestigen
op hetgeen door de Roei- en Zeilvereeniging
„Het Spaarne" wordt gepraesteerd.
Met voldoening hebben wij hiermede kennis
gemaakt. Toen het nieuwe booltnhuis in 19(9
door den burgemeester van Haarlem met een
pittige rede was geopend, werd terecht door Z.
II.E.Achtbare op de groote beteekenis die de
watersport voor ons land heeft gewezen en
bracht hij hulde aan die jonge, kraphtige mannen
in wie de traditie van ons volk blijft voortbe
staan, dat op het water onze kracht ligt en ge
zocht moet worden. Ten einde dan ook ons
steentje tot den bloei van „Het Spaarne" bij te
dragen, meenen wij goed te doen met tekst en
plaatjes van bovengen <md geschriftje in ons
weekblad een plaats af
te staan. Wellicht dat
lezing en aanschouwing
den lust tot deelname
opwekken.
De Roei- en Zeilver
eeniging „Het Spaarne"
in 1885 opgericht met
een aanvankelijk klein
aantal leden, heeft zich
gaandeweg ontwikkeld,
zoodat zij thans ruim
130 leden telt. Ofschoon
dit aantal op zichzelf
vrij belangrijk is, meent
het bestuur dat er nog
velen zijn, die zich tot
het lidmaatschap zou
den kunnen aanmel
den, en daartoe zeker
zullen overgaan, wan
neer zij weten welke
voordeelen het lidmaat
schap der vereeniging
biedt.
De vereeniging is
sedert 1909 in liet bezit
van een uitnemend bootenhuis, met ruime kleed
kamer, gelegenheid tot het nemen van douches,
en een zeer gezellig ingericht clublokaal met
terras, aan de Friesche Varkenmarkt te Haarlem.
Hare vloot bestaat uit een achtriemsgiek, twee
outrigged vieren, één inrigged vier, één outrigged
twee, twee inrigged tweeën, een double sciff,
een single sciff, vijf wherries, twee sloepen, twee
tjotters, en een zeilsloep, zoodat voor een ieder
de gelegenheid bestaat tot het maken van roei
en zeiltochten, met een hem passend vaartuig.
De vele wateren om Haarlem, als 't Spaarne
Mooie Nel, Ringvaart, maken dat men van het
lidmaatschap eener roei- en zeilvereeniging al
hier inderdaad kan profiteeren, en dit mag zeer
zeker gelden voor deze vereeniging, die geheel
naar de tegenwoordige eischen is in gericht.
In het vorig jaar
werd door de jonge
vier met succes aan
verschillende wedstrij
den deelgenomen, zoo
dat ook op deze wijze
de kleuren der vei
eeniging werden hoog
gehouden. liet vijf-en-
twintigjarig bestaan
werd onder groote
belangstelling gevierd
met een boottocht naar
Velzen en IJmuiden,
alsmede met een onder
lingen edstrijd.
Groot was het aantal
deelnemers aan deze
feestelijkheden, nog
grooter het aantal toe
schouwers, die zich
konden overtuigen van
het opgewekte leven
der vereeniging.
Ook de zeilsport heeft
zich den Iaatsten tijd
tot een ongekenden
bloei ontwikkeld en het aantal vaartuigen van
leden, dat in de haven een ligplaats vindt, neemt
gestadig toe. Immers bestaat een uitstekende
gelegenheid daartoe,niet alleen voor zeil vaartuigen,
doch ook voor wherries en dergelijke vaar
tuigen, die in de loods zelve worden ondergebracht
De gunstige toestand der vereeniging moet
naar de meening van het bestuur voor ieder,
die iets voor de roei-'of zeilsport gevoelt, reden
zijn zich voor het lidmaatschap op te geven.
Het. seizoen werd begin April geopend, men
talme niet, doch wende zich schriftelijk tot
het bestuur, in welk geval de candidaat-ledeu
onmiddellijk worden geïntroduceerd, zoodat zij
dadelijk tot de beoefening der roei- en zeilsport
kunnen overgaan.