De Jong en 1 l Hotel.Dl I 1MATI Berlitz I LINDE VEERS AGENDA. BLOEMENDAAL. Maandag 14 Augustus. 11.111. 3 uur. Nabij Hotel „Duin en Daal." Onthulling en overdracht van de De Genestetbank aan de gemeente Bloemendaal door de afd. Haarlem en Omstreken van het Algemeen Nederlandsch Verbond. Dagelijks, uitgezonderd des Zondags. Hotel „Duin en Daal." Middag- en avond-concerten. Toegang vrij. Eiken Dinsdag en Vrijdag 810 uur. Café „Slot V rede nbu rg". Bloemendaal Commando. Gelegenheid tot oefening in het schieten niet Marga-patronen en in het buksschieten. HAARLEM. Koloniaal Museum. (Paviljoen.) Dagelijks ge opend van 104 ure. Museum van Ku nstn ij verhe i d. (Paviljoen.) Dagelijks geopend van 104 ure. Gemeentelijk Museum. Dagelijks geopend van 104 ure. Entree f 0.25 p.p. Ie Woensdag van de maand vrij. Zondags van 103 vrij. Bisschoppelijk Museum. (Jansstraat 79). Ge opend behalve Zondags en R.-K. feestdagen van 105 ure. Toegang 25 eents. Stads-Bibliotheek. (Prinsenhof). Dagelijks ge opend (behalve Zondags) van 104 uur. Groote Kerk. Dinsdags van 12 ure, en Donderdags van 23 ure, Orgelbespeling. Teyler's Stichting. (Spaarne.) Geopend (be halve Zaterdags en Zondags) van 113 ure. De bibliotheek alle werkdagen van 14 ure. Zaterdag 12 Augustus. 8 uur. Schouwburg Jans- weg. Nederl. Tooneelvereeniging. Sara Bur gerhart. Blijspel, f 2.1.50, 1.25, 1.0.75, 0.50, 0.40. Zaterdag 12 en Zondag 13 Augustus, 8 uur. Bron- gebouw. Voorstellingen Solser en Hesse, Heb je 't Kind ai gezien:' Voordrachten Eduard Jacobs, f 1.0.75, 0.50. Zondag 13 Augustus, 8 uur. Schouwburg Jans- weg. Maria Stuart, Treurspel, f2.1.50,1.25, 1.—. 0.75, 0.50, 0.40. Maandag 14 Augustus, 8 uur. Sch ou w burg J ans- weg. Up hoop van zegenSpel der zee. f'2. 1.75, 1.25, 1—, 0.75, 0.50, 0.40. Dinsdag 15 Augustus, n.m. 4 uur. Brongebouw tuin). Installatie Kennemer Padvinders. Donderdag 17 Augustus, 8 uur. Br on ge bouw. Concert Haarlemsch Muziekkorps. Donderdag 17 Augustus, 8 uur. Groote Kerk. Concert Tilly Koenen, f 0.50. ZANDVOORT. Olympia Palace. lederen dag voorstelling. AMSTERDAM. Larensche Kunsthandel, Heerengracht 495 Maande lijks afwisselende tentoonstellingen van liol- landsche en buitenlandsche kunst. Burgerlijk Wetboek. Art. 488, '2". Het feit dat RECHT- iemand grove verteringen maakt, SPRAAK. zijn vaderlijk erfdeel verteerd heeft en in handen van woeke raars is gevallen, wijst zonder meer nog niet op zwakheid van verstandelijke vermogens. Arr. Rb. Utrecht, 21 December 1910 W. 9101. Art. I63U J. Een arbeidsovereenkomst is ge ëindigd door opzegging, ook al geschiedde die opzegging op onrechtmatige wijze. Kantonr. A'dam no. 2. 20 Oct. 1910 W. 01 UIT ANDERE GEMEENTEN. PHONETISCHE KRONIEK. Spraakleer. Door J. I,. Kinoma. De OE. Als laatste klank der lipkhuikenreeks bezit de oe de kleinste hoogte- en breedtelijn en daardoor de nauwste mondwijdte, waardoor het ademvolume, wanneer men den rug der vlakke hand bij het articuleeren dicht bij den mond houdt, zich scherp doet gevoelen. I)it brengt de oe zeer na aan de medeklinkers, waarbij de luchtstraal de heer- schende is. Van uit den «-klank zich vormende, trekken de mondhoeken zich samen, door het plooien der lippen; weder gepaard gaande met eene op- waartsclie beweging der onderkaak, totdat men eene wijdte verkrijgt, ongeveer gelijk aan een cirkel van een gewoon potlood, wijl men ook hier moet zorgdragen, dat het zachte gehemelte wordt opgetrokken en de tong blijft liggen, want heft men deze maar eenigszins op, dan komt zij in het cadre van de uu en wordt dan onzuiver. Deze onzuiverheid komt wel eens voor bij hen, die aan klunkdoofheid lijden. Om nu tot het besef te komen van den nor malen oe-klank, legt men bij de oe-mondwijdte een breinaald, of iets dergelijks, op de tong, om bet opheffen te voorkomen, tracht dan de a voorttebrengen en de zuivere oe wordt gehoord. Tengevolge van de zeer nauwe mondwijdte oefent de lengte, zooals dat bij de a wèl het geval is, hier geen invloed op den klank uit. Zoo klinkt bijv. de oe in boek (kort), volkomen gelijk aan de oe in boer (lang) en zoo verder in De beroeringen des gemoeds; de eerste is lang, de tweede oe kort. Ook hier oefent de r op de lengte den groots ten invloed uit. Ofschoon wel niet in die mate, kan dit ook van de I worden gezegd, bijv. als ik zeg: de boeken en de hoeden werden op de stoelen geplaatst, dan klinkt de oe in stoelen langer dan die in boeken en hoeden. Recapitulatie. Neusholten gesloten. Mondopening zeer klein en ongeveer gelijk aan den cirkel van een gewoon potlood. Tong blijft liggen. Hoogte- en breedte- lijn aan elkaar gelijk. Sterke plooiïng der lippen. Klankvorming A. (Zie Bloemend. Weekblad san 2U Mei). Verschenen is het jaarverslag der vereeniging „Haerlem" over 1910—1911. Wij ontleenen hieraan het volgende Wellicht hebben enkelen bij zichzelf de op merking gemaakt, dat onze vereeniging in de vervlogen twaalf maanden, niet zoo naar buiten heeft gesproken, als het vorige jaar. Geen oproep immers voor een voordracht bereikte u in het winterseizoenhet bestuur werd in zijn voorge nomen plannen teleurgesteld, doch hoopt zich in 1911/12 schadeloos te kunnen stellen. Toch is er met opgewektheid gewerkt, al hebben de couranten daarvan geen kond gedaan. Het mag u bekend zijn, dat ons doel óók en vooral is, het voorkomen, dat oude gevels of gebouwen van historisch-architectonisch belang verdwijnen, of op onoordeelkundige wijze worden hersteld. Herhaaldelijk worden door ons pogingen aange wend, om de eigenaars tot andere en ons inziens betere inzichten te brengen, zoodra ons ter oore komt (en zulks geschiedt in alle gevallen) dat hunne perceelen met ondergang of nieuwerwetsche herstelling worden bedreigd. Enkele malen mochten wij op gunstige resul taten wijzen; zoo kan door een subsidie onzer zijds en met den zeer gewaardeerden steun van elders, het aardige geveltje in de Jacobijnen- straat n°. 1 bewaard blijven, hoe vaak komt het echter niet voor, dat het bestuur machteloos is, omdat het herstellen of behouden met aan zienlijke kosten gepaard gaat, kosten die de eigenaar niet kan of wenscht te dragen. Hij gaat daartoe slechts over, wanneer de gelden gedeeltelijk door ons worden beschikbaar gesteld, want maar al te dikwijls gaat in onzen vooruit- strevenden, vliegenden tijd het practische boven het aesthetisc.heopmerkelijk is het hoe weinig zin en piëteit er dikwijls nog bestaan voor het vele mooie dat onze voorvaderen ons hebben nagelaten. Zal een schilderachtig perceel ver dwijnen, dan wordt argeloos door den eigenaar gevraagd, of nu juist dit geveltje zoo merkwaardig is om te bewaren. Ja zeker, van belang te over, want zóó verder gaande, zou onze mooie stad na verloop van 25 jaren geen enkel schilderachtig typisch geveltje meer bezitten, hetwelk thans nog de bewondering van velen wekt. Alles behouden is nu eenmaal onmogelijk, de moderne tijd stelt ook zijne eischen, maar met eenigen goeden wil en een vaak kleine opoffering kan er veel gespaard blij ven doch ook de nieuwe perceelen die nu nog verrijzen en onze stad meermalen ontsieren, kun nen met denzelfden wil veel meer karakter dragen. Onlangs werd nog het bewijs daarvan geleverd door den heer Stap, die voor zijn pand in de Groote Houtstraat een fraaien gevel, geïnspireerd op den zeventiende-eeuwschen stijl, liet plaatsen, wat niet genoeg gewaardeerd kan worden. Het bestuur is dan ook niet in gebreke gebleven den eigenaar zijn erkentelijkheid te betoonen met zijn lofwaardig voorbeeld. Dien zin en dat streven aan te moedigen heeft een ernstig punt van beraadslaging uitgemaakt en het bestuur is be sloten een penning te laten graveeren en slaan, die bij verschillende gelegenheden als bewijs van erkentelijkheid zou kunnen worden uitgereikt aan hen, die zich op een of andere wijze tegen over onze vereeniging bijzonder verdienstelijk maken of ons streven steunen om wat Haarlem aan fraais op bouwkundig gebied bezit, te be houden. Aan de voorzijde zal de gevel van het nieuwe museum prijken en aan de keerzijde der medaille zullen de beide wapens van Haarlem worden afgeslagen met een opdracht aan hem, die de penning ten geschenke ontvangt. Het bestuur vertrouwt met dit besluit ook in uwen geest te zullen handelen door deze plaquette in bijzondere omstandigheden te kunnen uitreiken. Het kan er wellicht toe medewerken nog veel merkwaardigs uit de hand van den sloóper te houden. liet gemeentebestuur was zoo welwillend op nieuw toestemming te verleenen voor de kunst beschouwingen in de Sclineevoogtkamer, die zich ook nu weder in een groote belangstelling moch ten verheugen. Aan de hand der mooie teeke- ningén en met de toelichting van den heer Gonnet, die zoo vriendelijk was nogmaals uit de groote collectie een keur te vergaren, werd een wandeling binnen, en eene buiten onze gemeente gedaan. Vermelding verdient onze uitgaaf der „Drie Lofdichten op Haarlem", versierd met een viertal prenten. De bibliothecaris der stads bibliotheek, de heer Rutgers van der Loeif, beeft op smake lijke, onderhoudende wijze een aantrekkelijk boekje samengesteld, dat niet slechts voor ons Haarlemmers van belang is, doch ook de be langstelling zal hebben van taalkundigen en historici in den lande. Met vele andere uitgaven is dit boekske kosteloos verkrijgbaar voor de leden, die zich bij den secretaris aanmelden. De belangstelling voor wat onze vereeniging in het licht gaf, zou wellicht nog grooter zijn, indien de leden kennis namen van de brochures en boeken, die ten allen tijde ter inzage zijn bij De Erven F. Bohn in de Frankestraat. In het afgeloopen jaar werd onze vereeniging nog lid van den „Bond Heemschut", die zich ten doel stelt door den steun en de voorlichting van vereenigingen die het bestuur meent dat daarvoor in aanmerking komen, door het geheele land te waken, dat zoowel stedelijk als landelijk schoon verdwijnt. Werd in het vorige verslag melding gemaakt van den aankoop van den gevelsteen in de Damstraat (Wijnpers), dit jaar kocht de vereeni ging de gevelsteenen van het huis „In de ver gulde wan" in de Barteljorisstraat A° 1008, plaatselijk geteekend No. 40, benevens den steen „inde drie roggenbroden", afkomstig uit het huis aan het Spaarne No. 106. (Beide steenen zijn in het verslag af gebeeld.) Het ledental is langzaam (van 293 301) wassende, hoe wel het bestuur gaarne zag dat veel meer personen,wien ons streven sympa thiek is, zouden toe treden. Zoo vaak zou het bestuur veel krachtiger willen en kunnen optreden, wanneer de pen ningmeester maar geen bezwaren maakte. Laten wij hopen en verwach ten dat velen zullen willen medewerken om die bezwaren uit den weg te ruimen. Het Museum van Kunstnijverheid te Haarlem werd dezen zomer door een groot aantal vreem delingen bezocht; de bijzondere fraaie ligging en de in vele opzichten merkwaardige verzameling trekken meer en meer de aandacht van belangstellenden. In de aan het museum verbonden School voor Kunstnijverheid wordt op het oogenblik eene electrische verlichting aangebracht; er worden maatregelen genomen, deze verlichting aan de strengste eischen te doen beantwoorden. Zondag is de toegang tot het museum kosteloos. De Protestant van 5 Juli 1.1. bevatte het aan de Deutsche Zeilung in Amsterdam ontleende ver haal van een kapelaan die twee meisjes, buiten weten van haar ouders, roomsch gemaakt had. In een roomsch blad, de Jambode, is deze be keering verdedigd door den heer Kwakman, voorzitter van het Informatie-bureau der Apo logetische Vereeniging „Petrus Canisius." De benaming geestelijke zielenvanger, waarmede ka pelaan Bouters was aangeduid, vindt de heer Kwakman nog niet zoo onteerend voor een priester, want, zegt hij, de heilige Petrus kreeg van Christus zelf de taak om menschen te vangen. Inderdaad, aldus De Kerkbodehij de roeping zijner eerste discipelen (Mattheus 4 19, Marcus 1 17) zegt Jezus, volgt mij en ik zal u visschers van menschen maken. Maar hoe men dezen tekst ook verklare en uitlegge, men zal daarmee toch nooit kunnen goed praten, dat twee protestantselie meisjes heimelijk, buiten medeweten hunner ouders, roomsch gemaakt werden. De kapelaan, meent de heer Kwakman, heeft eenvoudig zijn plicht gedaan. Een (roomsclie) priester, die de overtuiging heeft dat het katho licisme de eenige door God gewilde godsdienst is, die het levendige besef heeft van hoe ont zettend groote beteekenis het katholicisme is voor het geluk van den mensch op de wereld en vooral in de eeuwigheid, hij mag, meent de lieer Kwakman, niet anders doen dan in dit geval gebeurd is. Omtrent deze geschiedenis ontleenen wij nog de volgende bijzonderheden en weerleggingen aan De Protestant van 26 Juli 1.1.: Wij gelooven met vrij groote zekerheid te kunnen beweren, dat behalve de heer Kw. niet één roomsch katholiek zal begrijpen, gelijk Kw. onderstelt, dat 'n protestansch meisje, kind van protestansche ouders, dat protestantsch gods dienstonderricht gehad heeft, buiten uitwendige invloeden geheel uit zich zelf zal gaan verlangen in de roomsclie leer onderwezen te worden. Dat begrijpt zelfs pater Bouters niet, want hij heeft wij verhalen dit na bevestiging van de vroe gere verklaring van 't meisje 't meisje inge prent om toch vooral, als zij ernaar gevraagd werd, te zeggen dat zij uit; eigen beweging tot. hem gekomen was. Dus, meneer Kwakman, 't meisje heeft niets uit zich zelf verlangd maar is door den kapelaan geestelijk verleid. Wat 't 2e geval betreft, meneer Kw. beweert, dat 't meisje roomsch gedoopt is, in de roomsclie leer onderricht wenschte te worden en ondanks den uitdrukkelijken wenscli der ouders en hun dwang om de protestantselie catechisatie te be zoeken, toch haar geweten gevolgd en roomsch geworden is. Meneer Kw. merkt hier in 't vuur zijner verdediging niet eens, dat hij zich zelf in 't door zijn voorlichter, den kapelaan, geweven leugennet verstrikt heeft. Want hoe kan 'n meisje, dat volgens zijn bewering roomsch ge doopt is en dus volgens roomsche leer roomsch is, den wensch koesteren roomsch te worden? Hoe kan hij beweren, dat dit gedoopte roomsche meisje eerst door de communie roomsch ge worden is? De vader van 't meisje verklaarde ons den 2(len Juli zoo beslist mogelijk: „onze dochter is protestant, heeft 'n protestantsch doopbewijs, is door ons protestantsch opgevoed, heeft protes tantsch godsdienstonderwijs gehad en heeft nooit 't verlangen geuit roomsch te worden, maar is veeleer op de in de Deutsche Zeitung van 24 Juni zeer juist en treffend geschilderde wijze door pater Bouters gelokt en bewerkt en heimelijk, zonder medeweten van mijne vrouw of mij, ter communie geleid, en heeft van pater B. ten geschenke gekregen 'n barnsteenen rozenkrans met zilveren kruis in 'n leder etui: ze heeft ons vroeger nooit iets hiervan verteld omdat pater B. haar uitdrukkelijk verboden had thuis iets te vertellen maar als 't uitkwam te zeggen, dat BURGERLIJKE STAND Van Zaterdag 5 tot en met Vrijdag 11 Augustus. Geboren: z. van II. A. van M. Schimkies. II. Roosegaarde Bisschop der Meij en J O n (1 e r 11' o u w dC en W. O. J. van Son. Getrouwd: F. Heijmans en A. Middel. Overleden: C. M. Hoekmeijer, 4 m. en L. II. Slotemaker, 81 jaar. Overleden in het gesticht „Meerenberg": M. .1. Lindeman, 73 jaar. Tilly Koene n. MUZIEK. De muziekliefhebbers zullen met genoegen vernemen, dat onze beroemde landgenoote, de altzangeres Tillv Koe nen, ook dit jaar een concert zal geven in de Groote Kerk te Haarlem, wederom met den bekwamen organist Louis Robert. ITet concert zal plaats vinden op Donderdag avond 17 Augustus. Over verpleging van UIT DEN krankzinnigen in VREEMDE. Marokko. Dr. .1. M. C. Mouton schrijft in het Maandblad voor Ziekenverpleging De minister van binnenlandsche zaken en die van openbaar onderwijs in Frankrijk hebben de heeren Lwoff' en Serieus belast met een zending naai' Marokko, teneinde de toestanden aldaar, ook op het gebied van zieken- en krankzinnigenver pleging, te bestudeeren. Genoemde heeren hebben in de zitting van 21 April 1911 van de „Société clinique de mcdecine mentale" verslag uitgebracht van hun waarnemingen omtrent de behandeling van krankzinnigen en uit dat verslag deelt I, a Se m ai ne médicale van 7 Juni 1911 in haar rubriek „Varia" het een en ander mede. Nu wij eiken avond en eiken ochtend door onze nieuwsbladen er aan worden herinnerd, dat er zoo iets bestaat als een „Marokkaanscliequaestie"en wij weten, dat diezelfde „Marokkaanschequaestie" een paar jaar geleden heel Europa bijna in vuur en vlam heeft gezet, terwijl de mogelijkheid niet buitengesloten is, dat eerstdaags nieuwe verwik kelingen in dat Afrikaansche land den europee- sollen vrede opnieuw bedreigen, zullen zij, die in ziekenverpleging belangstellen, wel een en ander uit dat verslag willen vernemen. Men kan De Fransche genie-kapitein Bl'énot heeft goed geslaagde proeven genomen met draadlooze telegrafie vanuit een aeroplane. Op een afstand van 56 K.M. slaagde Brénot er in, vanaf een hoogte van o00 M., een radiotelegrain naar den Eiffeltoren te zenden. De Auto. ze uit eigen beweging tot hem gekomen was. Mijn dochter erkent nu echter, dat zij niet vrij willig naar den kapelaan gegaan was." Zij wil ook 't geschenk van den kapelaan niet meer hebben. De vader van 't meisje vertelde ons verder: „eerst voor 'n paar dagen, door't bericht in uw blad, zijn wij tot onze groote ontsteltenis te weten gekomen, dat ons kind, toen zij, één jaar oud, door onze trouwe maar bigot roomsche kindermeid naar ons ouderlijk huis in Remagen gebracht werd, door deze in een roomsche kerk nog eens ten doop is gehouden. Tot voor kort hebben wij hiervan zeifs niet 't flauwste ver moeden gehad." Heeft 't meisje, toen ze één jaar was, misschien ook reeds den wensch gekoesterd roomsch te worden Uit het poli tie-rapport. PLAATSELIJK Processen- verbaal zijn op- NIEUWS. gemaakt wegens het loopen over verboden grondenliet rijden zonder lichtdiefstal en mishandeling. Gevonden voorwerpen, terug te bekomen aan het politie-bureau te Overveen, een broche, een zilveren beursje niet. inhoud, een porteinon- naie, een bruinlederen portemonnaie met knip sluiting, een manchetknoop en een wandelstok bij W. C. Faas, Zijlweg 6 Overveen, een jonge zwarte kip; aan den politiepost, te Bloemendaal, 2 koperen gewichten, een flacon met dop; en bij A. Faas, Rijksstraatweg Oud-Schoten, een parasol. Verloren: een zwarte ceintuur; een .schakel- arm band; een zilveren broche; een gouden lorgnet; een wandelstok een zilveren armbandeen liand- taschjeeen zilveren schakelarmbandeen zweep een armband, bestaande uit Zeeuwsche knoopen een gouden dameshorlogeeen bos met sleutels. heft eene rose schelp van het zand op. Dan vlecht ze zich de schelp in de haren en keert zich naar den man. Nu schrikt de vrouw met de magnoliabloem, want ze ziet dat de andere vrouw hare gelaat strekken heeft en de man het gezicht van den vriend, die haar de bloemen gaf. Toen wist zij, dat zij en hij bij elkaar behoorden en dit altijd zoo geweest was Vindt je dit geen mooi voorbeeld van de tweelingziel Veronderstel nu eens, dat je iemand ontmoet, die je sympathiek is, dadelijk dien je als het ware herkent. Stel dat het een man is! Je ziet elkaar, de liefde is er, de tweelingziel gevonden. Zou uien zich in dat geval nu werkelijk niet kunnen vergissen, zou men zich misschien ver beelden, dat het de tweelingziel werkelijk was, zouden uiterlijke hoedanigheden ook niet eenigs zins van invloed zijn? En dan. Kan de ziel de andere ziel aanraken en herkennen, zien en hooren datgene, wat op gesloten is in een lichaam? En als die zielen eens beide vrij werden, zouden zij dan elkaar vinden, zooals zij dachten, dat zij waren, zouden zij dezelfden zijn? Je weet, in de scheikunde heerscht de wet, dat twee elementen zich door keuze verbinden en een nieuwe, onscheidbare stof vormen. Deze wet zou dus eveneens in het mensehelijk leven kunnen bestaan en een geheimzinnigen, ja mis schien noodlottigen invloed uitoefenen. Ik heb nu het oog op Goethe's „Die Wahlverwandt- schaften", waarin dit onderwerp behandeld is en zonder het bestaan der tweelingziel te ontkennen, heeft de dichter toch aangetoond, dat wij, menschen, nog aan andere wetten gebonden zijn, hoogere wetten van zede en plicht en dat wanneer die wetten overschreden worden, een catastrophe het natuurlijk gevolg is. Het einde der verhouding tusschen Gttilie en Eduard is diep tragisch en vloeit noodzakelijk voort uit het niet achten der mensclielijke wetten. Je zult wel zeggen: „wat is Mary aan het philosopheeren geraakt", maar je zult mij toegeven, dat het onderwerp de moeite waard is! Ik ben echter, na al mijn peinzen, niet tot een eind-conclusie gekomen, ik ben nog niet over tuigd van het bestaan der tweelingziel, even min als van het tegendeel. Ik wil alleen nog even zeggen, dat het mij voorkomt, dat wanneer twee zielen, die voor elkaar beschikt zijn, elkaar vinden, dit nooit in dit leven zou kunnen zijn Ze moeten het omhulsel kunnen verbreken, om elkaar te vinden om te bereiken, datgene, wat hun hoogste geluk is,de vereeniging, de volmaking. „Wenn der Geist soil auferstehn Muss die Form in Stücke gelin I" Ken je het verschijnsel, eigen aan een fijn soort kristal, dat bij het klinken van den eigentoon in de nabijheid van liet kristal, in scherven springt? Zou daar misschien ook iets uit af te leiden zijn, wat voor mijn laatste opmerking bewijst Nu Keetje-lief, wij moeten de zaak onbeslist laten't was mij een genoegen, zoo weer eens al mijn gedachten voor je neergeschreven te hebben en ik weet, dat je mij met belangstelling- zult gevolgd hebben. Je vraagt naar Percy! Percy is een heel aardig jongmensch, waarmee ik best kan opschieten. Van zijn uiterlijk heb ik verleden al een verleidelijk portret gegeven, als ik het wel heb. Zelfs met hem heb ik over het zoo juist be handelde, interessante onderwerp gesproken, maar Wij zaten n.l. gisteren op het gras bij het tennisveld en waren te lui om te spelen. Percy rookte sigaret na sigaret en bood een aange- narnen aanblik in zijn wit-flanellen sportpak en nonchalante houding. Wij hadden eerst zoo'n beetje zitten babbelen, heel onschuldig, hadden elkaar een beetje ge plaagd en eindelijk vroeg ik hem, al zijn verliefd heden eens op te biechten, omdat hij trachtte: „to make love to me". Hoe wij op het bedoelde onderwerp kwamen, behoef ik niet nader toe te lichten, 't ligt voor de hand. Maar wel kan ik je zeggen, dat Percy mijn tweelingziel niet is, want hij voelt niets voor mijn overdenkingen! Zijn theorie is: „There are jolly, girls and beastly dull onesen daarmee is de zaak voor hem afgedaan. Hoe vind je 't? Maar hij is toch „a dear boy!" Veel liefs van je Mary. dan tevens zien hc dat land is gesteld. Medisch onderwij en van een werkelij van zieken is dan c van geneeskundige te uierken; iutege «ouvernement polikl fn de voornaamste in die van het binr ten bij honderden 1 Wat bleek den ten opzichte der ki I. Krankzinnigen hun omgeving of vrij rond, bedelen 's nachts in de op in lompen gehuld, Verkondigen zij hebben zij een ka verklaard. Het zijn dacht van de yreen en het sprookje in krankzinnigen in verheven. Wij zulle wat aan ontbreekt II. Worden name lijk of gevaarlijk v< men hun familie, woonlijk worden s vastgelegd en mis dat de buren, als ze hebben, hem een medelijden behoeft i luister maar! III. Weigert de krankzinnig familie een krankzinnige, misdaad, dan word óf geplaatst in ee (en dat gebeurt n vangenis. Zoo'n „moristan" een moskee is verl. men door elkaar aclitige of besmettel Van eenig geneeski Allen bij elkaar j honderdtal krankz; gesloten. De voornaamste krankzinnigen zitti dragen dag en nu Iv.Ct. zwaar, ijzere twee halve cirkels middel van een s vestigd, aan de a buiten zijn omgebo bogen einden zijn wordt een ring gel van een ketting, w is vastgemaakt. De hun cel aan den k waarop men een li legt.. met een 1 van den hond, w doch van leer is. 1 krankzinnige juist bereikenals mei treedt, dan hoort kettingen, omdat doen, zoo dicht 1 komen. De overige kranl vaugenissen te mid hun lot is missehii hun soortgenooten i De gevangenis ir zij bestaat uit eei zijden omgeven doi dak; in de plaats boven met elkan balken, die een ne al, dat het iemand kant van de mure: daar toch nog to; hooren. In de mui een venster. Allei van één meter bo muren een rechthc 0.80 M. Dit gat kaï afgesloten. Om in men hoofd en bc dan verder door t' de ommuurde n; getrokken. Is men OVERV GEVESTIGD Behangerij, SI Beddenm Concurreeren Verhuizingen 011 Beleefd aan Adres Bloemendaalsche S A 'Af A; Jti tfc fa&i&iéki S BLOEMEP Telefoon sg I DAGELIJK <3 - van 3 tot behalve Z( qp i|5 yp rjp Voor het aai vreemde talei de Berlitz S verblijf in het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1911 | | pagina 2