~Tï
Gevraagd s
Brandstof ff
KERK-AGENDA.
Haarlem.
Groote Kerk, v.m. 10 u., Ds. Montijn.
11.m. 2 u., Ds. de Hartog, Doopsbediening.
's Avonds 6 uur, Ds. van Paassen.
Bakenesser Kerk, (voor de kinderen),
v.m. 10 uur, de heer Faber.
Vereen, van Vrijz, Hervormden.
(Gebouw Protestantenbond), v.ni. 10 uur,
Ds. S. K. Bakker, van Zwolle.
Kglise Wallonne, L0'/„ heures du matin, Mr.
Martin. Dupont. MidiEcole du Dimanche.
Kemonstrantsoh-gereformeerden, v.m. 10 uur,
Ds. A. 11. Haentjens.
Luthersehe kerk, v.m. lO'/n u. Ds. Schade van
West rum.
Kerk der Vereen. Doopsgezinden, v.m. 10 u. Ds.
Plantenga Doopsbediening.
's Avonds 7 u., Ds. C. B. Hylkema.
Doopsbediening.
Bloemendaal.
Ned. Herv. Gemeente,
v.m. 10 uur, Ds. J. A. van Leeuwen.
(V/2 uur, Ds. J. A. van Leeuwen.,
Heemstede.
Ned. Herv. Gemeente.
10 uur, Ds. J. H. Wolters.
Santpoort,
v.m. 10 uur, Ds. W. Bax Jr.
Wijk aan Zee en Duin.
v.m. 10 uur, Ds. S. Berkelbach van der Sprenkel
Doopsbediening.
limuiden.
Ned. Herv. Gemeente.
10 uur, Ds. H. W. Creutzberg.
7 uur, Ds. H. W. Creutzberg.
Doopsgez. gem en Ned. Prot. Bond.
lO'/a uur, Prof. Dr. B. D. Eerdmans, van Leiden
Zandvoort.
Ned. Herv. Gemeente,
v.m. 10 uur, Ds. G. Posthumus Meijjew.
7 uur, Ds. G. Posthumus Meijjes.
AGENDA.
BLOEMENDAAL.
Eiken Zondag, n. m. 2.J uur. Nieuwe zaal van
„Rusthoek." Matinee -„Amsterdainsch Trio."
Eiken Woensdagavond, van 810 nar inliet gym
nastieklokaal der 0. L. S. te Bloemen
daal, gymnastiek-exercitiën voor leden van
„Bloemendaal-Commando."
Eiken Vrijdag. 810 uur. Hotel „Vreeburg".
Bloemendaal Commaudo. Gelegenheid tot oefe
ning in het buksseliieten.
HAARLEM.
Bureau van Consultatie tot verieenen van rechtsbijstand
aan onvermogenden. lederen Vrijdag houdt
het bureau des namiddags te lialf 2 zitting in
het gerechtsgebouw aan de Jansstraat. Voor
zitter mr. P. Tideman, secretaris mr. dr.W.P.Vis.
Koloniaal Museum (Paviljoen.) Dagelijks ge
opend van 104 ure.
Museum van K un s tn ij ver hei d (Paviljoen.)
Dagelijks geopend van 104 ure.
Gemeentelijk Museum. Dagelijks geopend van
104 ure. Entree f 0.25 p.p. Ie Woensdag
van de maand vrij. Zondags van 103 vrij.
Bisschoppelijk Museum. (Jansstraat 79). Ge
opend behalve Zondags en R.-Iv. feestdagen
van 105 ure. Toegang 25 cents.
S ta ds - Bi b li o t li eek. (Prinsenhof). Dagelijks ge
opend (behalve Zondags) van 104 uur.
Groote Kerk. Dinsdags van 12 ure, en
Donderdags van 23 ure, Orgelbespeling.
Teyler's Stichting. (Spaarne.) Geopend (be
halve Zaterdags en Zondags) van 113 ure.
De bibliotheek alle werkdagen van 14 ure.
Dagelijks tot en met 28 Maart, 105 uur. Bron
gebouw. Tentoonstelling met verkoop van
moderne schilderijen, van bekende meesters en
grootmeesters. Entree vrij.
Zaterdag 23 Maart,8 uur. Schouwburg Jansweg.
Rotterdamsch Tooneelgezelschap. Dir. P. D.
van Eysden. Nieuwe wetten. Blijspel. Gewone
prijzen.
Donderdag 28 Maart, 8J uur. Hotel „Roozen."
Vereen. „Vrede door Reclit." Voordracht door
den heer D. de Clerij. Onderwerp„Nieuwere
beschouwingen over de vredesbewegingen."
Donderdag 28 Maart. 8 uur. De Kroon. Ned.
Bond van Licli. Opvoeding, afd. Haarlem en
O. Algemeene vergadering
Zaterdag 30 Maart, 8 uur. Sociëteit Vereeni-
ging. Concert orkest Joh. Steenman. f 1.50,
1—0.50.
AANSTEKEN DER LANTAARNS.
De lantaarns van rijwielen, motorrijwielen en
automobielen moeten deze week ten 6.43 ure aan
gestoken worden.
<le vroeger meegedeelde beginselen ons voed
sel zooveel mogelijk zóó kiezen en samenstel-
sen, dat de schade zoo gering mogelijk wordt.
Verder dienen we er voor te zorgen, dat het
kalkrijke en stevige voedsel door de jeugd goed
gekauwd wordt en dus krachtige kauworganen
kunnen ontwikkeld worden. Spijzeresten mogen
niet noodeloos en lang aan en tusschen de tan
den blijven kleven, zoodat men voor geregeld
gebruik van den tandenborstel dient te zorgen.
Merkwaardig genoeg laten vele menschen het
tandenpoetsen des avonds na en gaan pas
's ochtends de overblijfselen van den gisteren
genoten maaltijd verwijderendan echter, als
's nachts de mond in rust was en de verzuring
en bacteriënwerking hun gang hebben kunnen
gaan, is 't kwaad reeds geschied vooral 's avonds
schuieren moet dus het wachtwoord zijn. En
daarna den kinderen geen stuk brood of andere
eetwaar meer verstrekt
Zijn er echter in weerwil van deze reinigings
methode tocli hier ot daar gaatjes in tanden of
kiezen ontstaan, dan brenge men het kind naar
een tandarts, opdat die de aangerichte schade tijdig
kan hèrstellen. En op dit woordje „tijdig" dient
de nadruk te vallen. Niet eerst mag worden ge
wacht tot door het uithollingsproces het binnenste
deel, de kern zou ik willen zeggen van den
tand is bereikt. Deze kern, gewoonlijk ..de ze
nuw" genoemd, is het orgaan, dat ons bij ont
steking de hevige en gevreesde kiespijn veroor
zaakt liet gat dient gestopt te worden vóór het
ziekteproces zoover is voortgeschreden dan be
hoeft de behandeling niet veel last te veroor
zaken en is de tandarts in staat eer in te leggen
met zijn werk, dat van duurzanien aard kan zijn.
Vele menschen echter worden zelfs door de pijn
in dezen ontstoken „zenuw" nog niet wijzer,
maar wachten nog af tot eindelijk de wortel van
den tand of kies ontstoken raakt en een ver
zwering ontstaat, waaraan in vele gevallen slechts
de verwijdering van het aangetaste orgaan een
eind kan maken. En dan is de tandarts de booze
man, terwijl hij van kant volkomen recht heeft
den menschen te verwijten, dat zij niet tot heni
zijn gekomen toen "t nog tijd was.
In dit verband dient er nog op te worden ge
wezen, dat bij veel menschen het dwaalbgrip
heerscht, dat de z. g. melktanden gerust aan
hun lot kunnen worden overgelaten „omdat de
kinderen er toch andere voor in de plaats krij
gen." Dit nu is geheel onjuist. Afgezien van j,
feil dat pijn in melktanden de kinderen even
lievig kan plagen als bij volwassenen 't geval
is, heeft een slecht melkgebit een noodlottigen
invloed op de blijvende tanden en kiezen, die
in zoo'n verontreinigde mondholte langzamer
hand doorbreken en meestal jarenlang' den in
vloed van hun zieke melk-collega's ondervinden
en dan veelal eindigen met zelf ook slecht, te
worden. De beste manier is tweemaal per jaar
de kinderen naar den tandarts te brengen om
door dezen te doen onderzoeken, of er aange
stoken tanden zijn en zoo ja, ze te doen be
handelen.
(Wordt vervolgd.)
Predikbeurten in 1912,
KERKNIEUWS. van de Vereeniging van
Vrijzinnig Hervormden
te Haarlem, te houden in het gebouw van
den Protestantenbond. (Ingang Jacobstraat).
Aanvang des voormiddags 10 uur
24 Maart, ds. S. K. Bakker, Zwolle; 7 April
(Paschen), dr G. Visser, Assen; 14 April, prof.
dr. II. Ooit. Leiden; 28 April, ds. J. ten Ilove,
Haarlem; 12 Mei, ds. J. van Loenen Martinet,
Bussum; 26 Mei (Pinksteren), dr. J. Herderschee,
's-Hertogenbosch9 Juni, ds. G. W. Melehers,
Almelo; 23 Juni, dr A. van Iterson, Dordrecht
7 Juli, prof. dr. B. D. Eerdmans, Leiden21 Juli,
ds. C. Th. Cramer von Baumgarten, Hoorn;
4 Augustus, ds. ,T. ten Hove, Haarlem; 18 Au
gustus, ds. J. L. X. Zillinger Molenaar, Dordrecht
i September, dr. G, A. v. d. Bergh van Eysinga,
Helmond; 15 September, prof. dr. T. Cannegietev,
Utrecht29 September, prof.dr. Knappert, Leiden.;
13 October, dr. W. Haverkamp, Nijmegen; 27
October, dr. C. .1. Niemeijer, Bolsward: 19 Novem
ber, ds. S. Winkel, Franeker; 24 November,
prof. dr. L. Knappert, Leiden; 8 December, ds.
Joh. ten Bruggenkate, Let uwarden22 December;
dr. R Vorenkamp, Leeuwarden; 25 Decembej-,
(Kerstmis), ds. F. W. Drijver, Naarden; 31 De
cember (Oude jaar), zal nader worden bekend
gemaakt.
Er wordt gezongen uit de Psalm- en Gezangbimdels, die in
de Xed. Herv. Kerk gebruikelijk zijn.
Alle niet verhuurde plaatsen zijn vrij. Voor het huren
van een plaats vervoege men zich tot dén Concierge van
het Bondsgebouw.
Bij het einde der godsdienst-oefening wordt gecollecteerd
ten behoeve van onze Vereeniging en ten behoeve van
hulpbehoevende geestverwanten.
Bezwaren tegen het
HANDEL EN Ont werp-Bak kers w et.
NIJVERHEID. Door de vereeniging van Brood
bakkerspatroons uit de Luxe-,
Gemengde- en Middenbedrijven gevestigd te
Haarlem, voorzitter de beer II. Franken Jr., secre
taris de heer G. H. Japikse, is aan de Tweede kamer
een uitvoerig adres verzonden, waarin niet aan
drang verzocht wordt de aanhangige Bakkerswet
te verwerpen.
De slotsom waartoe liet adres leidt is vervat
in de volgende regelen
le. Bij de voorloopige behandeling der Bakkers
wet zijn do patroons uit de Luxe Gemengde-
en Middenbedrijven buiten hun wil en in strijd
met de waarheid tot de voorstanders van Af
schaffing van nachtarbeid gerekend.
2e. De (inancieele bezwaren zijn voor velen zoo
overwegend, dat liet hun onmogelijk zal blijken
hun bedrijf voort te zetten.
3e. Voor twee volkomen gelijkwaardige cate
gorieën van Staatsburgers, als de leden onzer
vereeniging en de banketkakkers, schept de
wet voor de eerste willekeurig zulke beperkende
bepalingen, dat het hun niet mogelijk blijft den
Btrijd om het bestaan vol te houden, dat is
onrechtvaardig
4.e Het is in hooge mate onrechtvaardig, dat
een bakkerspatroon in de toekomst voor het
onderhoud van zijn huisgezin zijne arbeidskrach
ten voor vrouw en kinderen niet zal mogen
aanwenden op de wijze als hem zelf goeddunkt.
5e. De moreele en iinancieele schade aan een
belangrijk deel der nijverheidsbevoiking toege
bracht is door geen enkelen maatregel ongedaan
te maken.
Ook het Bakkers-Comité, voorzitter dr. J.
Roeters van Lennep, secretaris Mr. Blauwpot
ten Cate, heeft een geschrift liet licht doen zien:
„Bedenkingen tegen de Bakkerswet Talma", 3de
deel, zijnde een bespreking van de memorie van
antwoord op liet Voorloopig Verslag naar aan
leiding van de nieuwe overweging in de afdeelin-
gen van de tweede kamer van liet Ontwerp-
Bakkerswet. In deze „bedenkingen" worden de
groote bezwaren, die zoowel in als buiten de
tweede kamer tegen bet ontwerp zij t aangevoerd,
besproken en voor zoover noodig, gestaafd door
cijfers, ontleend aan liet jongste rapport der
Arbeidsinspectie.
Door den amsterdamschen
KUNST. kunstbandelaar Izak de Vries
wordt in het Brongebouw te
Haarlem wederom eene tentoonstelling van schil
derijen gehouden, die een bezoek waard is. Er
zijn doeken van bekende meesters, waarvan reeds
eenige verkocht zijn. De zalen zijn voor dit doel,
wat ruimte en licht betreft, zeer geschikt en de
heer De Vries is uit den aard der zaak een be
voegde leider en uitlegger bij de aanschouwing
der doeken.
De tentoonstelling blijft tot en met den 28sten
dezer maand geopend. Tot heden trekt zij een
druk bezoek.
Schouwburg Jansweg te Haarlem.
TOONEEL. Donderdag 4 April zal het
Delftsch Studenten Tooneelge
zelschap in den schouwburg een voorstelling
geven voor een liefdadig doel. Gespeeld wordt
Victorien Sardon's welbekend blijspel Vrienden
ran ons. De opvoering in Deflt vond grooten
bijval.
In het volgend nummer zullen wij een uit
voeriger mededeeling over deze voorstelling ver
strekken.
Is liet u wel eens overkomen,
VAN BOEK EN lezer, dat ge te werken hadt
TIJDSCHRIFT, en niet kondt? Dat de arbeid
wachtte, en uwe handen als het
ware werden tegengehouden, uwe gedachten af
dwaalden, her- en derwaarts om zich eindelijk
te sluiten tot een stiiag-vloeiende droomerij al
verder van wat vóór u lag?
Vandaag gaat het mij zoo. Op de tafel liggen
boeken, waarover ik voornemens was, hier met
u te spreken, naar aanleiding van wat ik in een
vorig nummer zeide over „De Groote Ingewijden".
Deze handelen namelijk over dien éénen grooten
ingewijde, van wien Eduard Schuré in zijn werk
niet repte Siddharta Gautaina-Boedha.
Van hoek en tijdschrift heet dit rubriekje en
tot dusverre werden daarin behandeld bijna uit
sluitend nieuw uitgekomen werken. Een enkele
keer maakte ik een uitzondering en vroeg uwe
aandacht voor „geen nieuws onder de zon", en
ook ditmaal had ik willen schrijven over twee
boekjes, die reeds eenige jaren geleden het licht
zagen, maar die nóg het overdenken en bespre
ken waard zijn, juist omdat wij in deze laatste
weken in dien stroom van laat ons zeggen gods-
dienstige-mystieke lectuur geraakt zijn.
Dus „van boek en tijdschrift" schreef ik
kloek neer, tweemaal onderstreept ten teeken
van vetten druk voor den zetter, en wilde be
ginnen
Ik hfb het raam opengezet opdat de zachte
lentelucht - wat is Februari mild dit jaar - vol
op in mijn kamer dringen kanprielewiet-tu-tu,
zingt een vroege lijster ergens in een reeds
groenend tuintje en onze kleine gele kanarie
antwoordt vroolijk: piet! piet!
Bij de buren staan ook alle ramen en serre
deuren wijd open en nu en dan klinken on
duidelijke stemmen op. Schuin achter on-t woont
een oud paar, dat bij zacht weer thee drinkt in
liet miniatuur-tuintje van hun benedenhuis. Zij
hebben een pianola-piano, waarop hij speelt en
waarnaar zij dan luistert, tevreden-vergenoegd
met laar breiwerkje in de hand, en als er be
zoek is - zij hebben veel aanloop - speelt liij zijn
gansche voorraad af, met geestdriftig handgeklap
toegejuicht, waarop zij dan telkens niet blij-
trotsche stem naar binnen roept: „Toe man,
speel nu nog eens een stukje, je doet het zoo
mooiEn ik kan me zoo voorstellen hoe hij
dan met een Caesargelaat zich weer voor de
toetsen zet aan een nieuwen rol, onbewust, ge
lukkig, van de alles behalve vleiende beoor-
deeling van zijn „spel" door zijn buren. Zong
onze meid niet bij liet vaten wassehen met luider
stem op de wijze van Die Herren von Maxim
Die vervelende ouwe
Zit weer te douwe
Zoo van trala- lala- lala- lalo,
welk werkwoord ik een inderdaad kostelijke
benaming vind voor pianola-verrichtingen.
Maar dadelijk daarop was ze weder bewusteloos.
Hij trooste zich met deze ééne seconde van
bewustzijn en dacht: „hé als ik nu chininehad,
waar blijft toch de jongen
Toen de morgenschemering aanbrak, ging de
dokter door hooge sneeuwhoopen het dorp door,
om den bode tegemoet te gaan. Een akelig voor
gevoel beving hem. In de kale takken dei-
populieren ruischte de wind, ofschoon de storm
opgehouden had. Uit de hutten kwamen de
vrouwen om water te halen, de rokken tot over
de knieën opgeschort. De knechten gingen het
vee voederen en overal kwam rook uit de
schoorsteenen.
Dr. Paul ging naar de liut van den schout
en liet een slee aanspannen een knecht voer
daarmede voor de school. Nadat hij zich nog
eens naar de zieke begeven had, klom hij in de
slee en reed naar Walgdorp.
Tegen 12 uur 's middags was hij op den terug
weg met zijn apotheek, wijn en een massa levens
middelen. Eindelijk kwam hij voor de school
maar stiet een gil uit en bleef in de slede zitten.
De ramen van het huis stonden open en voor de
deur verdrong zich een hoopje kinderen.
Eindelijk' ging hij, wit als een doek voor het
raam staan en keek naar binnen.
Op een bank in de schoolkamer lag het lijk
van de schooljuffrouw, twee oude vrouwen
wiesschen het. Kleine sneeuwvlokjes dwarrelden
door het raam en vielen op de schouders en het
natte haar van de doode.
De dokter ging de kleine kamer binnen en,
zonder zijn pels uit te trekken, ging hij bij het
leege bed zitten,
Het was uit, alles was uit.
Hei bed was onopgemaakt, de deken lag midden
in de kamer, het hoofdkussen van zweet door
trokken hing er half uit. De ijzeren vensterhaken
sloegen voortdurend tegen de ramen: de bladereu
van een plant in een bloempot waren ineen
geschrompeld van kou. Door de deur, die op een
kier stond, zag hij boeren, die rondom het lijk
knielden, kinderen, die uit oude gebedenboeken,
hardop gebeden lazen en den wagenmaker, die
de maat voor de kist nam. Hij bedacht zich,
dat hij op de een of andere wijze de familie
van het overlijden in kennis moest stellen en
begon heel zorgvuldig de boeken, papieren, en
manuskripten in orde te brengen. Dij vond
tusschen de papieren het begin van een brief:
Lieve Ilaia, in den laatsten tijd voel ik me niet
wel en zal waarschijnlijk weldra dit aardschë
tranendal moeten verlaten. Wanneer we elkaar
werkelijk eerst hiernamaals mochten weder
zien, vraag dan aan den schout om mijne
hoeken. Eindelijk heb ik „de Natuurkunde vóór
het Volk" af, waar we al zoo lang over gepraat
hebben, werk het verder uit, als je tijd hebt.
Ik ben aan den boekhandelaar 16 roebel schul
dig, betaal hem met mijn mantel, geld heb
ik niet. Neem als herinnering'De laatste
woorden waren onleesbaar. De brief had geen
adres en kon dus niet weggestuurd worden.
In de lade van de tafel vond de dokter de
„Natuurkunde voor liet Volk", in het kastje
een beetje ondergoed en een oud zwart japon
netje.
Terwijl hij zoo bezig was, zag hij in de school
kamer den jongen, dien hij om medicijn ge
stuurd had.
„Waarom ben j.e niet behoorlijk op tijd terug
gekomen?" riep hij hem woedend toe.
„Ik ben verdwaald in de velden, het paard
was moe, toen ben ik te voet gegaan, de juffrouw
was al
„Leugenaar".
De jongen antwoordde niet, maar toen de
dokter hem aankeek, aanschouwde deze oogen,
waaruit een stomme, wilde, dierlijke vertwijfeling
sprak.
„Hier heb ik de boeken teruggebracht, die
ze me geleend heeft", zeide hij, eenige smoe
zelige boekdeeltjes uit zijn zak halend.
„Maak, dat je weg komt", riep de dokter en
keerde weder naar het kamertje terug.
Maar toen hij weer tusschen de boeken en
papieren stond vroeg hij zich zelf af, wat hij
daar eigenlijk deed, met welk recht hij daar
stond.
En eensklaps voelde hij, dat hij angst voor
zich zelf had, angst om waanzinnig te worden
als hij nog langer hier bleef. Zijn zelfzucht kwam
boven en ried hem aan, alles hier zoo te laten
als het was en weg te vluchten zoo snel mogelijk.
Nadat hij besloten had dadeljjk te vertrekken,
Onze benedenbuurman dus, met zijn instrument
verheugt zich niet in onze onverdeelde gunst,
te meer omdat hij mij al meermalen met zijn
muzikale prestaties 'van het werk heeft gehouden.
Door het geopende venster stroomen ook nu
plotseling het gezang van lijster en Bietje over
stemmend, pianolaklanken binnen. Reeds rijs ik
op om zuchtend het raam maar weer te sluiten
als ik stil sta, verrast luisterend.
Die melodie ken ik, herken ikHet is een
heel ouderwetsch stukje dat daar gespeeld wordt
Ilarpe Aeolienne heet het, wie de componist er
van is weet ik niet meer, en het is lang geleden
dat ik het hoorde. De pianola heeft ditmaal bij
uitzondering verbazend veel van een door men-
schenhand bespeeld instrument en terwijl het
lied voortzingt, weemoedig- eenvoudig zouals al
die ouderwetsche muziek, waarbij men hield van
eindelooze „variaties op hetzelfde thema" maai
de melodie zelve zuiver bleef uitzingen, zijn mijn
gedachten als door tooverslag weg van Boedha-
Gautama, verplaatst in mijn kinderjaren, rijst
voor mijn geestesoog een Indische binnengalerij
bij avond, waar een petroleumlamp een getemperd
licht werpt op, bruin-houten wipstoelen met
rottan zittingen om een ronde tafel met marmer
blad, op witgekalkte muren waar zwartgelijste
ouderwetsche gravures op plekken, terwijl heel
bovenaan tegen het „bielikken" plafond een
tweetal hagedisjes af en toe hun gezellig tji-tjak
laten hooren op hun jacht naar muskieten en
ik zelf, een kleuter van vijf, prentenboek op
schoot zit in een klein laag wipstoeltje bij de
zwart-glimmende pianino, waar bij flikkerend
kaarsenschijnsel mama speelt: Harpe Aeolienne.
En nu verhuizen uit een vergeten hoekje van
mijn boekenkast een viertal zorgvuldig uit die
oude dagen bewaarde prachtbandjes die ik in
de plaats leg van de nu op zijde geschoven:
„Licht tan Azië" en „Navolging van Boedha".
Nogal géén verschil, roept ge uit? Ge hebt
gelijk, maar die gedachten van mij volgen nu
weerspannig het spoor door die Harpe Aeolienne
aangewezen. Ik belóóf tt, een volgend keer beter
op te passen en het raam dadelijk te sluiten
als de „ouwe" weer begint tc „douwe"
Vier prentenboekjes. Of ze nu nog te krijgen
zijn, weet ik niet. Ik hoop het voor u, indien
ge zelf kleuters hebt die van versjes bij plaatje?
houden. Misschien komt het doordat ik voor
deze een zwak heb, maar ik stel ze boven het
gros der hedendaagsche kinderboeken dat jaai
in jaar uit tegen .Sinterklaas vooral, worden
uitgegeven. Ze lieeten: Wilt ge een versje leeren
Teekeningen van Lizzie Mack en It. A. Bell,
bij versjes van Agatha, Blijde Kinderdroomen
versjes van Ant. L. de Hop, teekeningen va;
Lizzie Mack en Robert E.lice Mack, Bij de
Haard, door Ant. L. de Hop met teekeningen
van H. M. Bennett, en t Is lang geleden, keur
van tooversprookjes opnieuw verteld door An
L. De Rop, alle vier uitgaven van Jac. G. Rol
bers, Amsterdam. Van deze vier is misschien
hel eerste boekje het liefste, ofschoon, als 't r
op aan komt, zou ik waarlijk geen keuze kunnen
doen. De versjes zijn alle kinderlijk, zoo èch
zoo allerliefst, de plaatjes zoo fijn, teer en reit
dat de boekjes ware juweeltjes mogen genoem
worden. Ik zou ze u een voor een willen laten
zien en lezen, opdat ge zelf oordeelen kondt, n
zal ik me bepalen tot een greep hier en daa
Zie hier al 't eerste plaatje het beste van
Wilt ge een versje leerenHet stelt voor: het
kindje op den .grond, en het, vers er., naast kou
geen juistere beschrijving geven:
Komt kinderen, eens raden,
wie ligt op den grond
Met oogjes zoo helder,
met wangetjes rond?
Met armjes zoo mollig.
met bandjes zoo klein,
Met haartjes zoo donzig
een huid als satijn?
Met oogjes als schelpjes
met lipjes zoo rood
Met beentjes als marmer
het voetje ontbloot,
Een neusje zoo grappig
een lachje om den mond,
Zeg, of je wel ergens
zoó'n engeltje vond!
En dit plaatje van „Blonde Elsje" in Blijde
Kinderdroomen is een waar schilderijtje va
fijne lijnen en tinten, terwijl verderop De Avond
ster méér is dan een versje, ja, haast niet. onder
doet voor menig stemmingsvol gedichtje va.
een onzer hedendaagsche dichters
't Duister valt en 't dorpje
In nog wijd en ver,
Maar aan blauwen hemel
Fonkelt de avondster.
En het koeltje lispelt
Met zoo zoet geruisch:
Nog wat moet gehouden,
Spoedig zijt ge thuis.
Zie dan het. snoeperig plaatje in Bij den Haard
Van vier konijntjes met het versje dat zoo oolijk
eindigt
En de staartjes wipten mede.
Bij hun lustig: hop-hop-hop.
En verderop het allerliefsteIn liet Weiland,
waar „ons blondje" een kalfje een ruiker bloemen
voorhoudt met de héérlijke vraag
Als gij nu groot geworden zijt,
Al duurt dat nog een langen tijd
kon hij reeds zijn vertwijfeling in mooie phrase?
lucht geven, en dat hielp hem zijn ellende
dragen.
Hij liet inspannen, boog zicli nog eens over
het doode meisje en sprak ter.harer eer woorden,
die de domme menschen, die erbij waren,
grootelijks verwonderden. Even bleef hij met
de knop van de deur in de hand staan, en
dacht, of het maar niet beter was ook te sterven,
maar dadelijk daarop drong hij door den hoop
boeren heen en besteeg de slede en de paarden
renden met hem weg en hij lag voorover op de
deken krampachtig te snikken.
De dood van juffrouw Stanislawa maakte indruk
op dr. Paul. Hij las in zijn vrije uren Dante's
Hel, speelde zelfs een tijdlang geen whist meer
en stuurde zijn vierentwintigjarige huishoudster
weg. Langzamerhand echter kalmeerde hij. Nu
gaat het hem zelfs uitstekendhij is dik gewor
den en heeft een aardig duitje opgespaard. Hij
interesseert zich ook voor het algemeen welzijn
en dank zij zijne krachtige propaganda rooken alle
burgers van Walgdorp cigaretten van een bijzon
der soort van hulzen voorzien, die geheel onscha
delijk voor de longen zijn!
Vrij vertaald naar het Poolseli
van S. Zeromski,
Bazel, Mei 1911. door dr. A. B. d. V.
Krijg ik dan vraagt ons bh
Een glaasje warme melk va
Kalfje èn kind op liet plaatje
t Is lang geleden geeft de
wordende en altijd weer aantrek
van Hans en den Boonenstenge
Wonderlamp, Robinson Cruso
slaapster, en zelden zag ik zul
fijne verluchtingen bij hun t
afbeelding van het snoeperig
\lladin is een aandachtige bes
terwijl de opvatting van het
dat woonde in een schoen"eei
haar nachtpon met de armen v
hondjes en poesj-s in gróóte be
dribbelend, alleraardigst is.
De Harpe Aeolienne is lang
en ik heb maar voort zitten i
oude vrienden, de prentenboek
De namiddagzon is verdwenei
geworden in de lucht en in
glimt een roodachtig schijnsel,
morgen voorspelt
Eensklaps verscheurt een draai
volle stilte met een ratelend, b
Y i p-ay-addy-ay-ay
I don 't care what becomes
When she plays me that swi
De woorden zijn toepasselijk,
worden
En door die nieuwe melodie zi
ineens weer wip! in een niei
en toef ik in mijn verbeelding
haven van St. Petersburg, op j
namiddag als dezen, toen de i
dei-gaande zon glansde op het
water en de reuzige, donker-
weeglijke scheepsrompen waan
ten fijn zicli afteekenden teg
hemel, terwijl een gramophon
gelsche vrachtbooten naast
lied speelde;
1 don 't care what becomes
When she plays me that sw
Welk een tijd, .welk een aft
Harpe Aeolienne in die stille
galerij en het Yip-av-addy bij
de Peterburgsche haven
ons langs wonderlijke wegen.
Mijn oog valt weer op liet
liggende Bij' den Haard met (i
terugroept tot de werkelijk!»
aanmaning:
Een rietvink zong een
Aan 't kantje van de
Het was zijd laatste lie<
Bij 't dalend avondro
Vier kikkertjes vernam
Dat heldere gefluit,
En sprongen op de plo
Al ras het water uit.
Daar bleven zij toen lu
Naar 't einde van lie
Èn doken toen luide k
Weer onder kroos en
1 Ver Ie, werk! zoo kwekti
Werk klinkt eerst vo
Werk, werk, dat is veel
Dan 't fluiten van zo
A. VAN DER ME
Weel u al
MUZIEK. vraag: Hoe- li
De antwoord
erschillend zijn, want A ii
hoort dus ook anders en
anders.
Over de 7e Symphonie va
laatste Bachconcert uitgevoer
rkest) vond A, dat de Symp
uitgevoerd, 't Klonk mat e
niet meesleependB vond dez
tegen bijzonder mooi, zoo waar
Wat is nu 't juiste oordeel
Welk soort muziek is mee
een Beethoven-symphonie
worden? Ik vind Beethover
gend, wel opheffend, verste
omdat ze gezond, rein en ni
i- Muziek die meesleept is
en hoogste en Beethoven's
wel. Iemand maakte de opi
verschil voelde tusschen 't I
t C'oncertgebouw-orkest, mas
tegen 1 April te Bloemend
i of 2 ongemeubileerde kameri
Brieven met opgaaf van p
onder letter 8, bureau van
blad, Bloemendaalscheweg
Bloemendaal.
OVERVEEN.
Telef. 1617.