Bloetnendaal, Haarlem, Kcctttsfdc en omliggende plaatsen. ALGEMEEN WEEKBLAD Bloemendaalscheweg 49. Tel. 1837. Bloemendaal. Gedempte Oude Gracht 63. Tel. 141. Haarlem. 6e Jaargang. ZATERDAG 15 JUNI 1912. No. 24 VOOR KANTOREN liet Bloemendaolsch Weekblad. Prijs per halfjaar f 1.25 bij vooruitbe taling. Prijs per nummer fO.lO Advertentiën 10 cents per regel bij herhaalde plaatsing korting. Dit nummer bestaat uit 4 bladzijden. De nieuwe elect rise he tram. 145 ingezetenen, wonende aan Noor- der- en Zuiderstati.onsweg en Bloemen- daalsehen weg, hebben den raad verzocht de electrische tram voorlo,opig niet ver der te laten loopen dan het spoorweg station te Overveen. Verzoek a. De middenstandsvereeniging „Bloe mendaal vooruit" heeft eene vergadering belegd om zich uit te spreken vóór het tot stand komen van cle geheele lijn HaarlemOverveenBloemendaal (Sta tion H. IJ. S. M.). Verzoek b. Verzoek a is o. a. geteekend door 17 hou ders van automobielen en tal van eigen- rijtuig'houdefs, personen die dus voor zich zelf en hun gezin een tram niet noodig hebben en overigens door per sonen die vreezen voor gevaar of dat het landelijk aanzien van den Bloemendaal schen weg door een tram zal teloor gaan. Verzoek b gaat uit van de neringdoen den in de wijk Bloemendaal, die van meer verkeer grooteren bloei verwach ten voor hun bedrijf. Zoowel van het standpunt der o-ers als van dat der 6-ers valt te pleiten. Maar het komt er niet op aan, wie van beide groepen het best weet te rede neeren, maar aan welken kant het ge nu komt het ons voor, dat beide parrl i gelijk hebben en toch ook weer 1 :1 i' k. 'iiïkfel3 Laïrd- liTscf t-gtrlij k, v aMiïietr - i eigenbelang van Bloemendaal ten d van Haarlem wil maken. De f on n, die hier komen wonen om i natuurgenot te smaken hebben dat zij aan onze gemeente niet ïen een stedelijk karakter te geven, -ers hebben gelijk, door testellen, ti en aan het gezicht van een elec- bovengronds gedreven train lijn g went en deze niet volstrekt leelijk 't te zijn; dea-ers hebben gelijk als Hen, dat de Bloemendaalsche weg i i en tram èn auto's te zamen op de e plaatsen te smal is, dat de voet- r door den aanleg betrekkelijk zal n gehinderd en onteigening van u den weg liggende strooken wel ii noodzakelijk zou kunnen blijken, dier voege kan men met het stel- an redenen voor en redenen tegen ;aan. En toch heeft dit alles geen Want het publiek, en daartoe be- ;n de 145 en de vereeniging „Bloe- iaal vooruit" weet eigenlijk van de weinig af. En dat is de schuld van i e gemeenteraad. Als altijd in aange- - olieden van belang, heeft de raad k in deze weder in het geheim be- '"islaagd. Het is telkens net of het- n de heeren gelieven te overleggen openbaarheid niet verdragen kan. Mat Donderdag, zouden wij zeggen, trom hebt gij niet, gij B. en W. en raadsleden, de ingezetenen voor wie i.i er zijt en die er niet zijn om uwent wil door de deuren uwer vergaderzaal wijd open te zetten een inzicht gegeven i) wat gij zelf van. het tram-vraagstuk grijpt? De hollandsche ijzeren spoor- W' g maatschappij zou dan ook ver- ii'•uien, wat gij onderling te overwegen hebt? Gelooft maar gerust, heeren, dat maatschappij precies weet waar traham de mosterd haalt, onze noo it u en belangen uitnemend kent, waar- '•'nijnliik beter dan gij, em dat, indien belangen dier maatschappij in dit 'al niet dezelfde zijn als die van de gemeente, haar raad van administratie w stelsel van geheimdoenerij zal toejui- ken, immers nu heeft hij slechts te stel len met vier of vijf heeren. die van deze zaak een beetje werk maken en anders zou hij te doen hebben met alle recht geaarde ingezetenen niet keunis der be staande toestanden en behoeften, en met een gezond oordeel. Dat de raad nu voor een moeilijkheid in zijne beslissing staat, is niet anders dan zijn verdiende loon. Jammer is dat, wanneer de raad zich met zijne beslissing mocht gaan vergis sen. het ons ingezetenen dui ten gaat kosten terwijl als wij maar een duitje m liet zakje hadden kunnen doen, dit 'Misschien niet noodig ware geweest. Neen, Bloemendaal is geen plaats om met geheimdoenerij doeltreffend te be sturen. En voor het juist behandelen van vraagstukken als deze, hebben wij ook niets aan slappe mannen. En aan sterke mannen hebben wij in zaken als deze ook niets, wanneer ze niet lang vooruit weten wat zij willen en wat zal kunnen En hoewel deze zaak veel te laat voor het publiek is gebracht, schijnt het ons uit het bekend gewordene nu reeds toe, dat vooral hier de verziende blik, de vaste hand en liet voortbouwen op his torische gegevens alle in gelijke mate hebben ontbroken. Neen, dat zou de heer Immink anders hebben geleverd, heeren Waar het volkomen ongeoorloofd is proeven te nemen op land en volk eener gemeente (trouwens liet loggen van de tram langs den Bloemendaalschen weg zou niet een proef,maar het scheppen van een blijvenden toestand zijn) komt het ons voor, dat de raad zijne roeping slecht zou begrijpen, wanneer hij nu niet den stelregel huldigdein dubiis abstine, of te wel in nederlandsehe woor den in twijfelachtige gevallen onthoudt u, m.a.w.waar ernstige twijfel is gerezen of niet liet leggen van de lijn langs den nauwen Bloemendaalschen weg, behalve groote tijdelijke ontstemming, langdurig ongerief, gevaar en groote kosten in de toekomst met zich sleept, is' het daarheen te leiden, dat voprloppig niet verder wordt gegaan dan Overveen, maar onder voor w a a r d e, dat, zegge binnen 5 jaar. naar Bloemendaal wordt doorge reden langs den eenigen juisteri weg: buitenom. Door aldus te handelen, zou men de geschiedenis van Bloemendaal zich natuurlijk laten ontwikkelen. Want een tramlijn van Overveen naar Bloemen-, daal (en verder naar Duin en Daal en Meerenberg) is uit den aard der zaak op den duur onmisbaar, maar" de ingezetenen hebben door gestadige ver nauwing van den Bloemendaalschen weg het kiezen van clie richting even onmo gelijk gemaakt, a.l's het van zelf sprekend ils, dat de breedere wegen door Kweek- duin en verder (alwaar reeds jaren e e n s t r o o k ligt voorde tram be stemd) voor die tram zijn aangewezen. De H. IJ. S. M. zal dit niet willen? Dat is nog geen reden om haar het andere te laten doen. Men geve haar dan eenvoudig ook geen concessie en wachte af tot de E. S. M. rijp is om een behoorlijken verbindingsbaanAërden- houtOverveen. HaarlemOverveen en OverveenDuin en Daal en Park of Meerenberg te maken. Aan de buiten zijden en niet over den ouden, nauwen Bloemendaalschen weg ligt het verkeer der toekomst, ook eenmaal het verkeer via Duin en Daal met Zandvoort en met een eigen bloemeridaalsche badplaats via de nieuwe begraafplaats. In den ouden tijd z,o:u liet met het tram vraagstuk gaan als het is gegaan met de stichting van een nieuw raadhuis. Het terrein in Kweekduin daarvoor eens be stemd geweest, was schitterend gelegen, zoo wat xilek als wat omgeving betreft. Daar een raadhuis en daarlangs een tram en onze gemeente ware de schoonste van den omtrek gebleven, wat zij nu in vele opzichten, met name bij Heemstede vergeleken, niet meer is. De raad destijds hoofdzakelijk uit ouder- wetsche heeren samengesteld, heeft het anders gewild, met het gevolg, dat men ook de raadhuismoeilijkheid steeds moei lijker heeft gemaakt. Het kortzichtige Overveen heeft het toen van het ruimer ziende Bloemendaal gewonnen. De tram (wij zeggen dit met persoon lijk leedwezen), nu toch te leiden langs den Bloemendaalschen weg is eenvoudig de knoop op ruwe, dat is onoordeelkun dige wijze doorhakken, het zou zijn eene beslissing nemen, die onze nazaten met beschaming aan de kortzichtigheid van het liedendaagsch bestuur zou doen terugdenken. Maar dan zijn wij er zelf niet meer om daarvan last te hebben, zeggen mis schien sommigen der heeren. Ja, er is altijd voor alles iéts te zeggen, zelfs voor de grootste domheid. Maar regee- ren is vooruit zien, en daarom is regee- ren iets anders dan besturen. T. Naar aanleiding van het laatste „Mótu Proprio". III, Wij ontvingen inmiddels van het hoofdbestuur der evangelische maatschappij het volgende ernigen tijd geleden tot de koningin gerichte ver zoekschrift in zake het iaatste Motu Proprio, ver gezeld van eene toelichting, welke stukken wij achtereenvolgens voor onze lezers zullen opne men. Laat ons alvast mededeelen, dat, naar wij ver namen. door liet hoofdbestuur van den minister van justitie (mr. itegout, r.-k.), als antwoord op liet adres is ontvangen de mededeeling, „dat er „geen termen bestaan om aan liet verzoek te vol- ,,doen". Aan Hare Majesteit de Koningin. Geeft met den diepsten eerbied te kennen: De Evangelische Maatschappij, opgericht in 1853, vertegenwoordigd door haar hoofdbestuur, ten deze woonplaats kiezende ten huize van haren voorzitter aan den Trans nummer 7 te Utrecht; dat de toenemende invloed van de roomseh- katliolieke kerk sedert jaren tal van nederlanders, die het wel meenen met volk en staat, in klim mende mate bezorgd maakt voor blijvend nadeel aan twee hoofdbeginselen onzer grondwet: vrij heid en verdraagzaamheid; dat die toenemende invloed meer bepaaldelijk is aan te duiden als de toenemende invloed der gezamenlijke roomsch-katliolieke priesterschap dat de lankmoedigheid en volharding, waarmede de roomscli-katholieke nederlander de leeringen dier priesterschap aanvaardt en bare bevelen vol brengt, bekend zijn; dat gezegd gevoel van bezorgdheid over dreigt te slaan in onrust, nu de paus van Rome, dien de nederlandsehe roomsch-katholieken erkennen als voor hen het hoogste gezag, na de voor het be wustzijn onzer protestantsche landgenooten kwet sende encycliek ter eere van Carolus Borromeus, heeft goedgevonden uit te vaardigen liet zooge naamde .Motu Proprio „Quantavis Diligentia" •dat dit Motu Proprio uitgaat van de gedachte, uat nog ia de staten van den tegenwoordigen tijd voor roomscli-katholieke geestelijken een zooge naamd „forum privilegiatum" of afzonderlijke, noch door den staat ingestelde, noch door den staat geleide reehtsbedeeling zoude bestaan, en dat de met het bestaan van zoodanig „forum" ver bandhoudende bepalingen van paus Pius IX's Constitutio Apostolicae sedis van 1869, waarvan gemeld Motu Proprio eene verscherping is, in deze staten zouden gelden; dat ook lieden, die goed roomsch kunnen den ken en voldoende kennis van liet rooinsclie ker kelijke reclit aan onpartijdigheid paren, in dit Motu Proprio een aanslag zien op de rechtsorde van den staat, immers de vooropstellingen waar van liet uitgaat, en zijn inhoud en strekking in- druischen tegen de wetsbepalingen, die ten doel hebben om het onverwijld onderzoek naar en de gelijke behandeling en bestrijding van misdrijven ie verzekeren dat oprechte gehoorzaamheid aan 's lands wet ten, als aan het leidende element, waardoor de i oodige samenwerking der burgers wórdt verkre gen, niet alleen voor de andersdenkenden, maar ook voor roomsch-katholieken is een heilige plicht dat het vervullen van dien plicht op het gebied waarop dit Motu Proprio betrekking heeft door de uitvaardiging daarvan voor roomscli-katholieken buitengemeen wordt bezwaard; dat het zoogenaamde forum privilegiatum, blijkbaar bestemd te gelden in en voor de geheele roomscli-katholieke kerk, niet bij eenig accoord met de nederlandsehe roomsch-katliolieke bis schoppen, noch bij eenig concordaat met den paus van Rome voor ons land is afgeschaft of niet geldend verklaard, terwijl tot dusver niet is ge bleken, dat het wegens langdurig onbruik voor afgeschaft is te houden; dat integendeel roomsch-katliolieke kerkrechte lijke hand- en leerboeken, het bestaan van het forum privilegiatum met zijne gevolgen blijveu stellen, terwijl een toongevend roomseli-katholiek dagblad, waarvan de lezing bij tal van gelegen heden aan cle roomseli-katholiek geloovigen door de priesterschap zelve is aanbevolen, uitdrukkelijk heeft verklaard dit Motu Proprio ten aanzien van ons vaderland wel toepasselijk te achten; dat art. 172 onzer grondwet bepaalt dat: de koning waakt, dat alle kerkgenootschappen zich bonden binnen de palen van gehoorzaamheid aan I de wetten van den staat: dat op grond van een en ander de vragen rijzen: 1of niet ook door de uitvaardiging van dit Motu Proprio de grondslagen van ons staatsgebouw worden ondermijnd; 2°. of niet gewenscht en aan art. 172 der grondwet te ontleenen is een krachtig te genwicht tegen den van liet Motu Proprio uitgaanden, onze volks- en staatseenheid ondermijn enden invloed? dat verzoekster zich bewust is van de moeilijke taak, dn: in de tegenwoordige tijdsomstandigheden op uwe majesteit rust, waarom zij door beschei denheid naar vermogen wil medewerken het ver vullen van die taak te verlichten; redenen, waarom verzoekster onder betuiging van aanhankelijkheid aan uwe majesteit aan de wijsheid van hare majesteit en hare raadslieden in de eerste plaats wenscht voor te dragen, of niet tot handhaving en bevestiging der rechtsorde en tot. liet. verkrijgen van volkomen klaarheid te dezen opzichte vail wege barer majesteit's regee- ïing aan harer majesteit's onderdanen, die hier te lande de hoogste iunctiën in de rooniscli-katho- lieke kerk bekleeden, dan wel aan den paus van Rome is af te vragen de uitdrukkelijke verkla- ling: dat evenmin liet zoogenaamde forum privi legiatum als het Motu Proprio „Quautavis Dili gentia" voor Nederland en zijne koloniën is be doeld te gelden en huns inziens geldt, en in de tweede plaats, ingeval bedoelde onderdanen van hare majesteit dan wel de paus van Rome weigeren of nalaten zoodauige duidelijke verkla- ing onomwonden te geven, of dan harer majes teit's regeering niet bereid zal worden bevonden een voldoend stel wettelijke maatregelen te bera men ter verzekering van de volledige werking onzer grondwettelijke instellingen tegenover liet deze ondermijnende Motu Proprio „Quantavis Di ligentia" en wat naar roomscli-katholieke opvat ting daarmede samenhangt, verklarende verzoek ster ten slotte eerbiediglijk eene bijbehoorende toelichting bij dit verzoekschrift te voegen. 't Welk doende, enz. Voor de Evangelische Maatschappij, Het hoofdbestuur: (get.) J. QUAST Hzn., Voorzitter. (get.) Dr. J. HERDERSCHEê, Seecr. Utrecht, den 30 der maand April 1912. TOELICHTING bij het verzoekschrift der Evangelische Maatschappij aan liare ma jesteit de koningin, van April 1912 in zake het zoogenaamde Motu Proprio „Quantavis Diligentia". Tn liet verzoekschrift aan hare majesteit komen de volgende punten en overwegingen in beknop- ten vorm ter sprake: liet ultramontanisme. Onder ultramontanisme, meenen wij, moet wor den verstaan: de levensbeschouwing van hen, die den paus van Rome als geestelijk opperhoofd der geheele christenheid aanvaarden, en hem onder meer het recht toekennen tot beoordeeling, ja tot vonnissing op roomsclie kerkrechtelijke wijze van alle handelingen, die op eene of andere wijze het geestelijk leven der mensebkeid raken; gevoege lijk kunnen daaronder worden verstaan alle met bewustzijn gepleegde handelingen van iedereen. Onze godsdienstige en staatkundige vrijheid. In de samenleving is onder „vrijheid" nocli te verstaan willekeur, noch het los zijn van eiken band; de sfeer van iemands persoonlijke vrijheid in de samenleving is de sfeer van zijn persoonlijk recht tot zelfbepaling; onder de godsdienstige en staatkundige vrijheid, waarop het ultramontanis me liet ook liier te lande heeft voorzien, verstaan wij die persoonlijke vrijheid van den nederland- schen burger van iedere gezindte, voor zoover godsdienst of staatkunde door hem wordt beoe fend. De toenemende invloed van de roomsch-katlio lieke kerk of hare priesterschap. Het jaarboek voor de katholieken (lees: roomsch-katliolieken) van Nederland, meer be kend onder den naam van Pius-almanak, in 1912 in zijn 38sten jaargang, uitgave van A. Kuster te Alkmaar, op het titelblad prijkende met het nederlandsehe wapen, is een boekwerk van 952 bladzijden. De lijst der r.-k. kiesvereenigingen en hare besturen bedraagt 48 bladzijden; die der andere roomsch-katliolieke bonden en vereenigin- gen 126; er worden 102 „gestichten voor kost- lieeren en kostdames" ill genoemd; 52 gestichten voor oude mannen, vrouwen en weeskinderen; het r.-k. onderwijs heeft in elk bisdom zijn eigen inspecteurs en onderwijsbonden en kweekscholen;, cr zijn vermeld 29 r.-k. kweekscholen tot oplei ding van onderwijzeressen; 24 r.-k. kostscholen voor jongeheeren; 86 pensionaten voor jongejuf frouwen 24 scholen met bijzonder doel (voor blinden, doofstommen, dienstboden, liuishoud- .-elioo]idioten, vallende ziekten, verlaten meisjes, opvoedingsgestichten, enz.; de alphabetische naamlijst der geestelijken telt 47 bladzijden met gemiddeld eene kleine 70 namen op elke blad zijde. De Katholieke (leesroomsch-katholieken) pers geeft op: 15 r.-k. dagbladen (tegen 10 in 1900)29 r.-k. nieuwsbladen, die 2 of 3 maal in de iveek verschijnen (tegen 20 in 1900); 75 r.-k. weekbladen, (tegen 30 in 1900)52 r.-k. tijdschrif ten; de parochiën, rectoraten, enz. met opgave van hun bestuur, het aantal der communicanten, met aanduiding der bijbehoorende kerken, veree- nigingen en bedevaarten beslaat 580 bladzijden. Alle betrokken vereenigingen, scholen, stichtin gen, enz., voor zoover de leden leeken zijn, heb ben eeu geestelijke als adviseur. Dat de verschil lende organen der r.-k. pers geestelijken als redacteuren of beslissing gevende adviseurs lieb- bc li, is van elders bekend. Het aantal officieel opgegeven kloosters is, zoover wij konden nagaan sedert 1900 met ruim vijftig toegenomen. Het aantal hectaren van goederen in de doode hand in het bezit van de roomscli-katholieke kerk si ecg sedert 1892 van 9352 tot 11.838, eene ver meerdering dus met 2486 hectaren of bijna 25 millioen vierkante meter. De belastbare opbrengst was in 1892 op ongebouwd ƒ363.000,in 1911 478.000,op gebouwd in 1892 242.000, 'in 1911 ƒ425.000,—. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1912 | | pagina 1