KERK-AGENDA. Haarlem. Ramoristrantsch-Gereformeerden. v.m. 10 ure, Ds. HaentjeDS. Luthersche Kerk. v.m. 10 ure, Ds. De Meijere. Kerk der Vereen. Doopsgezinden, v.m. 10 ure, Ds. Hylkema. Blo.jmendaal. Ned. Herv. Gemeente, v.m. 10 ure, Ds. Roozemeijer, Directeur v. li. Diaconessenkuis te Amsterdam. Heemstede. Ned llerv. Gemeente. v.m. 10 ure, Ds. Wolters. Houtrijk en Polanen. Ned. Ilerv. Gemeente, v.m 10 ure, Ds. Baljou. Santpoort. Ned. llerv. Gemeente, v.m. 10 ure, Ds. Bax. Spaarndam. Ned. llerv. Gemeente, v.m. 10 ure, Ds. Baljon. Wijk aan Zee en Duin. Ned, Herv. Gemeente, v.m. 10 ure, Ds. Berkelbach v. d. Sprenkel, limuiden. Ned. Herv. Gemeente. v.m. 10 ure, Ds. Creutzberg n m. 2V2 ure> Ds. Creutzberg. Doopsgez. Gem. en Ned. Prot. Bond. v.m. 10l/o ure, Ds. Gorter, Doopsgez. Pred. te Twisk. Zandvoort- Ned. Herv. Gemeente, v.m. 10 ure, Ds. Posthumus Meijjes. AGENDA. BLOEMENDAAL. Eiken Zondag, 's morgens 10 uur. Wekelijksehe schiet oefeningen door „Bloemendaal-Commando". HAARLEM. Bureau van Consultatie tot verleenen van rechts bijstand aan onvermogenden. lederen Vrij dag houdt het bureau des namiddags te half 2 zitting in het gerechtsgebouw aan de Jans straat. Koloniaal Museum (Paviljoen.) Dagelijks ge opend van 104 ure. Museum van Kunstnijverheid. (Paviljoen.) Dagelijks geopend van 104 ure. Gemeentelijk Museum. Dagelijks geopend van 10—4 ure. Entrée f 0.25 p.p. Ie Woensdag van de maand vrij. Zondags van 10—3 vrij. Bisschoppelijk Museum. (Jansstraat 79.) Ge opend behalve Zondags en R.-K. feestdagen van 105 ure. Toegang 25 cents. Stads-Bibliotheek. (Prinsenhof.) Dagelijks ge opend (behalve Zondags) van 104 uur. Groote Kerk. Dinsdags van 12 ure, en Donderdags van 2—3 ure. Orgelbespeling. Teyler's Stichting. (Spaarne.) Geopend (be halve Zaterdags en Zondags) van 11—3 ure. De bibliotheek alle werkdagen van 14 ure. Schouwburg Jansweg. Zondag 8 Juni en volgende dagen, Bioscope Expl. Herm. Smits Co., Zaza. Dagelijks Bioscoopvoorstellingen, Apollo-Theater, Bartelj orisstraat. De ENTOS. Donderdagmiddag 2 uur. Het goede weer was in onweer verkeerd. -Boven de-witte gebouwen der tentoonstelling waren de- grauwe wolken opgehoopt; een zware regen, dik als een mist, kwam omlaag gestort; door dien nevel schoot de bliksem telkenmale; de donder rommelde gestadig. De vlaggen en wimpels op de steiger van de Entos, nabij liet Centraal-station hingen amechtig uit te druipen langs de stokken. Tegen kwart voor twee kwam een fleurige boot het grijze water oversteken, en haalde prins Hen drik, 'de ministers en nog een aantal gasten af. T11 het restaurant-paviljoen van de gemeente Amsterdam, werden de gasten door het bestuur ontvangen. Een groot aantal dames en heeren, waren daar reeds vanaf 12 uur en vroeger bijeen, en, ondanks het waarlijk somber natuur-tafereel buiten, was de stemming der gasten uiterst ge- noegelijk. Jonge meisjes en in marine-pakjes gedoste jon gens kinderen van leden van het uitvoerend comité gingen rond en boden den dames- genoodigden bloemen aan. Het praten en grapjes maken met deze kinderen bevorderde met de ge wone gesprekken, zeer de gezelligheid. Toen trad de prins het paviljoen binnen, en onder de muziek van een geestdriftig gespeeld ..Wilhelmus" wandelde hij naar zijn plaats op het podium. Naast den prins zat aan den eenen kant minister Heemskerk, en aan den anderen kant de voorzitter van het uitvoerend comité der Entos, mr. Smeenge. Nadat de prins door de aanwezigen begroet was, nam de heer mr. Smeenge het woord, en hield een belangwekkende openingsrede. Spreker begon met den prins voor zijn tegen woordigheid te danken waarna hij de wordings geschiedenis der Eerste Nederlandsche tentoonstel ling op scheepvaartgebied naging; de verdiensten Het was helder weer, maar de aanwezigheid eener' parapluie in zijn hand verried een pessi mistisch voorgevoel van verandering. Zijn normale lichaam was normaal omkleed, het abnormale hoofd was in 'den cylinderhoed gedompeld, en, of schoon het hiëroglyphiscli gelaat geen enkele ge waarwording verried, wees iets aan hem op een zekere blijmoedigheid. Zijn tred was eenigermate elastisch, wat, naar 't oordeel der ingewijden, echter niet zoozeer aan blijmoedigheid was toe te schrij ven als wel aan de elastieken zijner frequentatief gedragen bott i nes. Er waren zeer weinig honden op straat, en ahs Godfried dit feit voor zich zeiven vaststelde, ver heugde het hem geenszins, zag zijn kranke geest in dezen ongewonen toestand eerder iets, wat op naderend onheil duidde. Dan week de blijmoedig heid van 'hem. De enkele honden, welke hij ont moette, leken hem niet te bemerken; slechts een maal moest hij voor een aanrennenden dog een openstaand pakhuis invluchten, waar hij, wél rooi de duizendste keer gedurende zijn bedreigd, be-' staan, zich zijn uithuizigheid verweet. „Waar toe beweeg ik mij eiken dag langs de straten?" klaagde hij. „Waartoe waag ik dagelijks mijn leven In mijn woning ben ik volkomen veilig', en ik, dwaas, verlaat haar lichtzinnig, en wandel in de straten, waar ik, vroeg of laat, nog een prooi dezer jammerlijke dieren worden zal." I11 een staat van ongemeene neerslachtigheid verliet hij 11a ruim een kwartier het gastvrije pakhuis, en bleef, gevoelend hoe de schrikwek kende ontmoeting hem voor dien ganschen dag uit het evenwicht geworpen liad, een wijle besluiteloos staan. Plotseling ging hij weder voort, zeer haastig van alle medewerkenden werd passend gehuldigd; leedwezen werd uitgesproken over de houding dei- stad Rotterdam, die geen behoefte gevoelde met de hoofdstad des Rijks mede te Werken. Ziehier eenige cijfers uit de rede van den voor zitter. Volgens de plannen van het voorloopig comité, dat in eene vergadering van Febr. 1912 was be noemd, zouden de terreinen der tentoonstelling, die geheel op het oude Tolhuisterrein was ontwor pen, eene totale oppervlakte hebben gekregen van 31.500 M2, de overdekte hallen namen toen een gezamenlijke oppervlakte van 7650 M2 in. Thans is de ruimte, die voor de tentoonstel- lig te land 200.000 M2. Was de eerste begrooting voor deze tentoon stelling opgemaakt tot liet bescheiden cijfer van 200.000,aan uitgaven, op de laatste vergade ring vroeg de penningmeester machtiging tot een bedrag van ongeveer 400.000, Het waarborgfonds voor de eerste uitvoering gesteld, was spoedig volteekend, terwijl een vloed van aanvragen 0111 plaatsen van overal inkwam. Wel een bewijs dat deze tentoonstelling zich al spoedig in een groote belangstelling verheugen mocht. Met een opwekking de tentoonstelling te bezoeken, méérmalen te bezoeken, besloot de spre ker zijn openingsrede. Een ander maal vertellen wij u eens wat er al zoo te zien is, daar op de uitgebreide terreinen aan den overkant van het Y. De Esperanto-club te Haarlem, zendt 011s een in liet Esperanto geschreven Gids voor Haarlem.' Tiet boekje bevat zeer fraaie kieken van de stad en omstreken, benevens een plattegrond. Het is een aardig uitgevoerd werkje, en zal ongetwijfeld aan de Esperanto-verstaande bezoe kers van Haarlem een groot gemak geven. Lichtbeelden-avond ter bevordering van de candidatuur van mr. Roodenbnrg. Wij vernemen dat de tooverlantaarn-vertoonin- gen een aanvang hebben genomen. Het grootste deel der plaatjes is gewijd aan de voorgestelde tariefwetten. Verder zijn in de serie nog opgeno men enkele politieke spotprenten, welke echter met zorg zijn gekozen, waardoor ze geen aanstoot kunnen verwekken bij de tegenpartij. Op 31 Mei zijn de plaatjes het eerst vertoond. - De zaal was geheel gevuld met kiezers en hun vrouwen, De toepassing van dit geheel nieuwe, propagandamiddel voor die kiezers, voor wie een beeld meer spreekt dan een weidoorwrochte rede voering. mag als proef uitstekend geslaagd liceten. Met de meeste warmte bevelen we deze kijk- avonden in de aandacht der kiezers aan. Reeds zijn een twaalftal avonden besproken. Do duur der voorstelling is pl.m. 1 y2 uur. Museum van kunstnijverheid. Plet museum van kunstnijverheid werd gedu rende de maand Mei bezocht door 718 belang- stellenden; uit de aan het museum verbonden boekerij werden 170 boek- en plaatwerken naar verschillende plaatsen van ons land gezonden. De aan het museum verbonden school voor kunst nijverheid werd bezocht door 145 vrouwelijke en >j. mannelijke leerlingen. De tentoonstellingen, die thans in het museum van kunstnijverheid geopend zijn, als de geschil derde ramen van Thorn Prikker, de beeldhouw werken van Rien Hack en de meubelen. on1 RoerYan Tier STeur, Vervaardigd- op cte werk- 1 plaats van Joh. Nederkoorn, zullen Zondag a.s. voor liet laatst tentoongesteld zijn. Eene nieuwe tentoonstelling is in voorbereiding, en zal in de tweede helft van Juni geopend worden. Zondag is-liet museum geopend van 104 uur. OP REIS. Ostseebad Brunsltaupten in Mecklenburg. 4 Juni 1913. Sedert ongeveer 14 dagen zijn wij nu hier en dus wordt het tijd dat ik eens iets meedeel van dit bekoorlijk oord, dat zooveel aantrekkelijks heeft, doordat het niet alleen de zee maar ook bosschen heeft. De Oostzee is veel kalmer (soms zelfs spiegelglad) dan de Noordzee; eb en vloed is hier niet, alleen bij storm of springvloed komt het water tot de duinen, waarvan stukken afge slagen zijn, zoodat de duinen er uitzien als rotsen. Het strand is niet heel breed ongeveer zooals bij Scheveningen men vindt er vele steensoor ten in verschillende grootten en ook eenige soor ten schelpen. Vooraan in de zee liggen groote basaltsteenenniet'zeewind spatten de schuimende golven daar mooi tegenop of overheen; het water is meestal heel helder, zoodat men duidelijk kan zien hoe op den bodem der zee de golvende zand vormen ontstaan; bij elke terugtrekkende bewe ging van het water ziet men liet zand in wolkjes opstijgen en daarna weer neerzinken. De diepe en ondiepe gedeelten zijn door de blauwe en zand kleurige strepen aan de oppervlakte duidelijk te onderscheiden. Er wordt hier veel geroeid en ge zeild in kleine pas geschilderde bootjes en ook wordt er veel gevisclit met hengels en met netten. zelfs; in zijn kleine hoofd was een groot plan tot rijpheid gekomen; hij zou trachten den dierentuin met de tram te bereiken. Wanneer hij aan de halte stond, en het reddende voertuig reeds nabij was, kwam een klein, zwart hondje van een ouuitwijs- baar ras een huis uit, en schoot al blaffend recht op Godfried aan. Deze verbleekte, en zijn toch reeds zoo raadselachtig profiel werd onuitspreke lijk; het voorhoofd met den daarover hangenden hoed week nog verder naar achter, de nauwelijks waarneembare kin verdween geheel, mateloos ver lengde zich de neus. Recht voor den doodelijk verschrikten man hield het hondje zijn vaart in, en bleef hem eens aanzien. „Ik moet op de tram. Zie, daar is hij juist," stamelde de onbeschrijfelijk verwarde Godfried. De hond stortte zich dan op hem, en beet als ware hij razend. Met een afgrij selijken gil zonk het slachtoffer ter aarde, en werd onmiddellijk door een aantal liefdevolle evennaasten een apotheek ingedragen. Daar liet men hem de geteisterde plaats onthullen, en zocht naar het kwetsuur. Wanneer men echter geen wond ontdekte, en de apotheker dit, onder het snijdend hoongelach der liefdevollen, aan den zwaarbeproefde mededeelde, kende diens schaamte geen grenzen meer. „Van louter schrik neergeze gen!" aldus ging het door zijn abnormale hoofd, „ik ben niet eens getroffen, slechts mijn broek. O, ware ik thans gekwetst! God, laat de eerste de beste hond mij nu verslinden. O, hoe vind ik mijzelf thans terug in een onaangenaam rie kende apotheek, van kleederen beroofd, mijn steeds zoo 'zorgvol bedekte leden schaamteloos ontbloot voor liet oog van vele lachende lieden." Hij keek rond zich heen; een heer, welken hij terstond Oezicht op de „Bader" van Brunshaupten. Het is een aardig en tevens mooi gezicht 's avonds 11a zonsondergang die kleine bootjes te zien in den rossigen nagloed van de zon op het water; een vlaggetje wijst dan later alleen de plaats aan, waar elk net, met een zwaren steen er in, op den bodem der zee ligt, meestal wordt er veel gevan gen, want de Oostzee is rijk aan visch. Een van de drukste punten is de „Landungsbrücke", waar de salonbooten eenige keeren per dag aankomen en vertrekken, daarmee kan men verschillende tochten en tochtjes maken, al naar men lust heeft. Op bijgaande foto van de „Bader", 11.1. heeren-, dames- en familiebad, waar 't haast altijd vol is (mij wel eens te vol), is ook duidelijk zichtbaar dat de dennenbosschen tot vlak bij de zee zijn. De strand stoelen zijn hier bizonder practisch ingericht en niet alleen practisch, doch ook gezellig, want zij zijn voor twee personen, heel solide gevoerd met dik linnen, verder zijn de zittingen opgevuld en die kan men opklappen en onderin kussens, plaids, enz., veilig wegsluiten, want het kan met een hangslot afgesloten worden; verder zijn er aan bevestigd gordijnen, die als een marquise open- en dicht gaan, wat heerlijk is tegen liet schelle licht en ook beschut als 't regent; dan zijn er aan eiken stoel planken voor de voeten en op zij plankjes die heel geschikt open en dicht gaan als klaptafeltjes. Bij vele stoelen kan men nog het onderste deel uittrekken om de beenen op uit te strekken of het bovendeel gedeeltelijk achterover doen hellen, zoo dat men zoo gemakkelijk ligt als in een bed. Velen is het aan te zien dat zij hier echt vegeteeren en lui zijn, door die stoelen komt men er ook wel toe; wij vinden die van de eerste soort echter vol doende en hebben daarin menig uur heerlijk be schut voor kouden wind en regen, toch van de versterkende lucht genoten. Het is een heel ver makelijk gezicht om zelfs oude menschen te zien werken aan hun „Burg" om hun stoel; er worden zelfs wedstrijden gehouden, - en welke de mooiste is. wordt gefotografeerd! Op die burgen wappe ren ook vele vlaggetjes en met steentjes en den nenappels worden er de mooiste namen en op schriften in het zand geschreven! Een onschuldig -gen>pege-3a--en- vooi- Ti oog heuscli wel vroolijk„Je- des Tiei'chen hat sein Pl'aisirchen" denk ik dan maar. Eén van de mooiste oogenblikken van den dag vind ik den zonsondergang, die is van de Landungsbrücke of van den bovenweg af bizon der goed te zien. Het is aan alles te merken dat de „Kurverwaltung" goed zorgt voor degenen, die hier als zwakken of herstellenden komen; cr zijn massa's banken met leuningen de lieele promenade boven-, over- en onderlangs en ook in 't bosch; en netjes kan het ook overal zijn en blijven, want er zijn zeer vele papiermanden, waar men ook vruch- tenschillen, enz. in kan werpen, wat zelfs hier niet altijd geschiedt, vooral als er van die ben den schoolkinderen uit den omtrek geweest zijn, is dat zeer merkbaar aan de resten. (Tout, comme ekez nous, niet waar?) Een ander maal over een ander deel van Brunshaupten, want het is veel zijdig, nu was 't alleen de zeezijde. ZONDER VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE. Een krachtig Berr i-b er ri b e s t r ij d e r. In deze verkiezingsdagen willen de kiezers wat meer weten, omtrent onze candidaten. Velen vra gen zich af: „Heeft de candidaat een juisten prac- tisclien kijk op nieuwe toestanden en feiten?" Zeer leerzaam is het volgende: T11 de laatste kwarteeuw werd Indië zwaar ge teisterd door de berri-berriziekte, die voorname lijk zijn slachtoffers had onder Chineezen en in landers. Verschillende bekwame geneesheoren zochten ernstig naar de oorzaak der gevreesde ziekte. Den armen patiënten die nauwelijks kon den loopen, tengevolge van slapte en verlamming in de beenen, èn aan slechte hartwerking leden. herkende, drukte hem de hand, vroeg naar zijn gezondheid, elocli glimlachte tegelijkertijd afschu welijk. Godfried's beschaming wies, zoo mogelijk, nog. „Dit is de heer, met welken ik emis een gesprek had in een café, en dien ik daarna steeds zoo hoogachtte," kreunde hij onverstaanbaar, -r- „God beproeft mij zwaar door juist dezen heer getuige van mijn smaad en naaktheid te doen zijn" Langzaam herstelde hij zich, ordende zijn klee deren, en plaatste den hoed op het hoofd, waar deze, doordat de couranten-inlagen waren zoek geraakt, tot op de schouders gezonken zoude zijn, indien de neus dit niet belet had. De heer, dien hij hoogachtte, wilde hem naar huis geleiden, doch dankend wees hij dit aanbod af. „Ik wil alleen zijn," sprak hij in zichzelven, en zette zich in een ledigen tramwagen, welke juist aan de halteplaats stond. Onderweg kwamen er vele menschen bin nen. „Het deert mij niet meer," troostte hij zich dan over dit omvangrijk gezelschap, liet met fletse, vochtige oogen monsterend, terwijl zijn profiel een steeds onbepaalder expressie verkreeg, welke het meest die van een door verlegenheid weerhouden minachting nabijkwam, „het deert mij niet. Laat lien. Betaalden zij niet evenzeer hun rit als ik De tram stopte voor den dierentuin, en God fried, die zulks heel niet had vermoed, stapte daar nu af, en ging het hek binnen, waar de minza me portier, die hem zeer goed kende, hem met hoog- hartigen knik verwelkomde. Langs de papegaaien en apen wandelde hij onverschillig voort, de beren en olifanten achtte hij nauwelijks een vluclitigen blik waardig, de arenden, condors en gieren zag werden: „katjang idjoetoegediend met variatie in toespijzen, zonder merkbaar resultaat, en meestal eindigende met evacuatie naar een beig- klimaat of den dood. Onder de contractkoelies der N. V. „Zeehaven en kolenstation Sabang", lieerschte die ziekte reeds in 1905, verminderde in 1906, maar trad intens hevig op in de jaren 1907, 1908 en 1909. I11 Maart 1909 o. a. werden 35 nieuwe gevallen geconstateerd. Mannen met practischen blik en juiste opmerkingsgave, meenden de oorzaak dier ziekte te moeten zoeken, in de als koofdvoed- sel verstrekte rijst zonder zilver vlies. Jhr. G. C. Quarles van Ufford, directeur van „Sabang" gaf daarom in 1910 den pertineuten last, aan de koelies, de op het oog minder mooie rijst,nog voorzien van zilvervlies te verstrek ken. ondanks den tegenstand der koelies èn van den arbeidsinspecteur, met het opvallend en schit terend resultaat, dat sedert dien tijd geen enkel geval van berri-berri meer is waargenomen. DAt getuigt van een helder inzicht, en groot verantwoordelijksgevoel, hetwelk door het schoon ste succes werd bekroond. Men kan veilig aan heeren bacteriologen over laten, op wetenschappelijke gronden en proeven aan te toonen, dat liet natuurlijk zilver- of bin nenvlies belet, dat de berri-berri veroorzakende bacteriën, de rijstkorrels infecteeren. Doch hulde aan onzen bekwamen candidaat voor de Provin ciale Staten, die zóóveel hart betoonde voor zijn werkvolk. Van zulk een candidaat mag veel goeds worden verwacht. In het groote belang van ons kiesdis trict, brenge ieder kiezer op 13 Juni 1913 zijn stem uit op: Jhr. G. C. Quarles van Ufford. I). W. A. Q. GRAICHEN. Pa arden tram-Veteranen. Iedereen toch zoowel in Haarlem als daar buiten in omstreken heeft kunnen lezen, dat door mej. Mary I. Fleischmann het initiatief is genomen oiji gen comité te vormen voor de oude paardentram-veteranen, die 9 Mei j.l. toen de Haarlemsche paardentram ophield te rijden werden afgedankt. Zonder eenig verder middel van bestaan, dat wil zeggen, zonder pensioen! Treurig is hun verder lot en al helpt men hier en daar hen aan een tijdelijk baantje, 't is en blijft een donkere toekomst voor de afgedankten. De mannen zijn te oud 0111 hier en daar geplaatst fje worden en 't gaat met lien evenals hun paarden, die ook maar niet in leus, uit macht der ge woonte buiten hun rails kunnen gaan loopen. Onder die afgedankte mannen zijn er, waarvan de medicus verklaart, dat hun gezondheidstoestand niet van dien aard is, dat zij alle „baantjes" kun nen aannemen en zelfs één onder hen, (hoe goed en vriendelijk ook door den heer Pothoven bedoeld om enkelen tijdelijk bij de E.N.E.T. te plaatsen), het toch heeft moeten opgeven, omdat hij niet in staat was, door zijn ernstige hart zwakte, het vol te houden. Veel geld komt er in hij de leden van het Comité-Paardentram en het moet voor haar, die het initiatief nam, een groote voldoening zijn, dat aan den oproep gevolg wordt gegeven, en werkelijk zouden toch zoovelen nog kunnen bijdragen, zoo zij wilden, en spoedig aan het „willen" dat er bij velen wel bestaat ge volg geven* Het voorbeeld van de Belltelefoon- dames0111 onder elkaar 6,75 in te zamelen en dat aan mej. Mary I. Fleiscliman voor de mannen af te staan, waarom zou dat geen navolging kunnen vinden bij andere vrouwen en mannen of jongelui. Onderling, ook bij personen der verschillende vereenigingen, kantoren of scho len! Bij dr. v. Linden van den Heuvel! is ook ingekomen, zooals men in couranten kon lezen, 28,50, gecollecteerd door de dames op de meisjes school ,,'t Kopje", te Bloemendaal, waarom dus hij niet, en kameelen, giraffen, nijlpaarden en dromedarissen bleven door hem onopgemerkt. 11 ij dwaalde naar het hok van den leeuw. „De smaad. De smaad," mompelde hij herhaaldelijk onder het verder gaan, terwijl zijn profiel nog im mer spitser scheen te worden. Eindelijk geraakte hij voor de kooi van den leeuw. „Daar is hij. De wilde hond," zei hij langzaam in zichzelven, „het dier bij uitne mendheid. De koning der dieren". En hij ging hem aan staan kijken. De leeuw roerde niet. Dan ineens zag liij Godfried aan met de diepe, gele oogen, waarachter als wellen zijn van licht, en onder het geweld van dezen olik ving de rente nier eensklaps aan te beven, hij sloeg de oogen neder, waarbij de cylinderhoed mede omlaag ging, en de uitdrukking van zijn vcelzij Bg ge/.icht werd dan geheel onoplosbaar; de oogleden hieven zkIi een weinig in den hoedrand, de neus rondde zir*h lichtelijk. Langzaam, als werden ze opeengezogen, sloten zich de lippen, en dan, terwijl het profiel zoozeer gerekt werd dat het onwillekeurig de ge dachte aan de elastieken der bottines evoqueerde, spoog de mond, en trof den leeuw midden in het koninklijk gelaat. Wanneer Godfried deze grootsche daad volvoet d had, wendde hij zich zeer gejaagd 0111, en vluchtte ijlings naar den uitgang, waar hij in een staat van volledige bezwijming arriveerde, en zoo over vloedig van angstzweet overgoten, dat hij in vochtigheid eenen drenkeling evenaarde. STEYNEN.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1913 | | pagina 2