tfS «■gang. Woordenboek der Neder la nd- s c li o T a a 1, uitgave der firma's Marti- ïius- Njjhoff, Den Haag-, en A. WT. Sijthofi', Leiden. Met deze achtste aflevering is men midden in de fetter o geraakt, aan het woord „onordelijk", bn. bw. (-er, -st), wat alles van deze uitgave allerminst ge zegd worden kan; integendeel, keurig is deze uitgave van Van Dale, in de puntjes goed verzorgd. In Meran in Tyrol overleed de Duitsche dichter Christian Morgenstern. Hij be hoorde tot den kring van Richard Deh- mel en W edekind, en was evenals zij, een uitbeelder van het soms phantastisch grootsche in het hedendaagsche. Het meest vermaard is zijn bundel „Gal- genlieder". Hij vertaalde Ibsen, Strindberg, Björnson en Kunt Hamsun. Er wordt te Parijs eene tentoonstelling van waterverf-teekeningen van Jongkind gehouden. Er zijn zeer fraaie bij. Er is veel belangstelling. Te Darmstadt wordt een omvangrijke tentoonstelling van nijverheidskunst ge houden. HET NIEUWE LEVEN. Di Dn. ALFRED H. FRIED, de "VVeener pacifist. teustreken. Hij reist de wereld door en aanschouwt de menschen niet hun dwa/.e inbeeldingen, hun flauwe huichelarij, in hun eigengerechtigheid en vooze deugd, en stelt hou ,aan de kaak. Doch dan komt ecu schrikkelijke gebeurtenis. De ketter jachten beginnen in Vlaanderen. Tiji's va der wordt beschuldigd van ketterij en sterft op den brandstapel der inquisitie. Vanaf dat oogenblik geschiedt een omme keer in Tijl. Hij zal de wreker zijn van zijn va der. Hij zal Vlaanderen verlossen van den dwang der Spanjaarden. En we der gaat hij reizen als tevoren, thans echter als krijgsman. En wélk een krijgsman. Zijn slimheid is nu in dienst van Oranje, en wordt een machtig wapen in den wilden oorlog. I>' stoutmoedigheid, die den knaap en jonkman smaak in guitenstreken .gaf, «leed hem thans heldendaden bedrijven. Zijn luimige zin, eens op zichzelf als een eigen, schoon 'gespeel, hoeft nu eeu doel gevon den. Het wordt alles gpwijd aan liet sclioo- ne, vrije land, Vlaanderen. In Meimaand, zoo klinkt de aanhef van liet boek in Meimaand, als de liage- doorn in bloei stond-, werd to Diamine in Vlaanderenland, Uilenspiegel, de zoon van Klaas geboren. Terwijl Katelijne, de vroedvrouw, liem in warme doeken ba kerde, bezag ze zijn hoofd en riep zo blijde uit; „Hij is met den helm geboren!" Maar weldra begon ze te jammerenmet den vinger een zwart stipje op den schou der van den boorling toouend: „Klaas," schreide zij,, „dat is het zwarte merk van den vinger des duivels. De kleine Tijl groeide fiks; Klaas, zijn vader, een wakker en blijgezind man, en Hoet lcin, goede en nijvere vrouw, werkten hard qui zichzelven en den knaap in le ven te houden, en ze deden het blijmoedig en in liefde. Gelijktijdig met Tijl Uilenspiegel in Vlaanderen is aan liet hof in Spanje een zoon, Philips, geboren. Katelijne, de vroed vrouw, de goede too ver es, heeft een vi sioen. Doodsbleek en schreiend brengt ze uit: Philippus wordt ee.i beul, want lijj werd verwekt door Karei V, den moordenaar van ons land. Uilenspiegel wordt een meester in kwinkslagen en gui tenstreken, maar goedhartig zal liij zijn, want zijn vader is Klaas, de wakkere ar beider, die in braafheid, eer en deugd zijn brood verdient. Keizer Karei en koning Philippus zullen liun leven lang kwaad doen door oorlog en knevelarij en andere misdaden. Klaas, die heel de week werkt, zal leven volgens recht en wet. By zijn zuren arbeid zal hij lachen in stee van weenen: hij zal hot zinnebeeld der Ylaam- sche werkers zijn. Uilenspiegel, immer jong en onsterfelijk, gaat de wereld door, maar nergens zal hij een vaste woonplaats heb ben. En hij zal boer, edelman, schilder, bot ldhouwer worden, alles zal hii tegelijk zijn. Zoo zal hij dolen langs veld en we gen, het goede en het sclioone prijzen, en lachen en spotten met alles wat dwaas en verkeerd is. Klaas is uw moed, edel volk van Vlaanderen, en Soetkin uwe dap per- moederUilenspiegel is uw geest een lief en bevallig meisje, Uilenspdegel's gezellin en onsterfelijk als hij, zal uw hert zijn, en Lamme Goedzak, een dikke pens, uw maag. En omlioog zullen de opeters va.n 't. volk gaan, en omlaag Hunne slacht offers omhoog de roovende wespen, om laag de noeste bijen, en in den liemel zullen dc wonden va.n Christus Moeden". Tyl groeit op tot een krachtigcn knaap, eenschalkPhilips II tot een zwakken, mismaakten jongen, een somberen geniepi gerd. Tijl was bijna nooit thuis en zwierf van de eene plaats naar de andere. Toen liij vijftien jaar was, bouwde hij te Dam me ten tijde vatn de jaarmarkt eeu ruwe tent, eu riep deu boeren en poorters toe, dat een ieder zijn tegenwoordig en toe komstig gelaat bij hem kon zien afgebeeld in een lijst van hooi, en hij vertoonde liun de zotste spotternijen. Vandaar komt zijn naam. In plaats van te zeggen„Ik ben u lieden spiegel" zei liij kortweg; „Ik ben Uien spiegel", zooals men thans nog zegt in 'lost- en in West-Vlaanderen. Kostelijk zijn de avonturen van Tijl op zijne zwerftochten. Alleen reeds die te L'kkel met de broeders en zusters van de Gpede Tronie, en die mot de be.ievaartgan- gers te Alsemberg /.iiii een wereld van machtigen, goeden humor. Na eene lange afwezigheid weder eens in den omtrek van Ilamme gekomen, verneemt hij, dat zijn vader aangeklaagd wegens ketterij in de gevangenis werd gestoken vanwege den keizer. De aanklager, een vijand van Klaas, wetend dat deze een kleine som gelds had geërfd, kreeg ecu gedeelte van die som en koning Philips II de rest, want de ko ning eifde De beschrijving van Klaas' dood op den brandstapel is aangrijpend, Des nachts sluipen Soetkin en Tijl naar liet verkoolde lijk, dat aan de lialf veibrandc paal hangt, en Tijl neemt ter hoogte van het hart, waar de vlam een groot gat heeft ge maakt, ecu weinig' asc-li, en Soetkin neemt een lapje roodc eu een lapje zwarte zijde, naait er een 'zakje van, steekt er de asch in, en hangt het Tijl om den hals. „Dat deze assche", zoo sprak zc, „die liet liert van mijn man is, dit rood, dat zijn bloed is, dit zwart, dat onze rouw is, steeds op uwe borst blijve, als een vuur van wrake voor zijne beulen". „Dat zal", zwoer Uilenspiegel. En omstreeks dien tijd sterft in Sint- Just ook Karei V, en Katelijne, de toove- res, heeft een visioen, van Klaas en deu keizer, dat beiden opgaan naar Christus' rechterstoel, waar de eerste als een man „goedhertig en neerstig, gelijk heel het Vlaamschc volk, dat igeerne werkt engeer- ne lacht" wordt genoemd, waar zijn on schuld wordt aangetoond en Christus liem met den Hemel loont, terwijl de keizer, hij moge zich nog zooveel op zijne ketter jachten en moorden beroemen, veroordeeld wordt om al de pijnen te lijden, welke hij den menschen heeft gedaan. Soetkin, gemarteld, wijl ze niet zeggen wilde, waar liet geld, waarvoor Klaas ver moord werd, verborgen was, verkwijnde al lengs, en als de schat gestolen wordt, sterft ze na eenige dagen. Tfjl is gelijk een waanzinnige. Een diepe somberheid is in zijn ziel. Een groote om mekeer geschiedt in hem. - „Dc assche klopt op mijn borst. Do assche van Klaas klopt op mijn borst. Ik wil Vlaanderenland verlossen''. Den aanbrenger van zijn vader doodt bij. Dan verlaat hij Damme. En te allen kante in Vlaanderen walmen de lichamen dor arme slachtoffers op de brandsta pels. En Tijl, de anders zoo guitige, vroo- Ti.il, is in donkere gedachten van Verzonken. De asch klopt op zijn Hij gaat nu de beulen straffen op beurt. (W or d t vervolgd). lij ki- lia at borst. zijne biologische verschijnselen. 3) (Vervolg.) Koeren wij nu terug tot de door ons laatst gededuceerde kategorie, d e n voortplantingszi n, dan beteekent deze een zelfbeaming van het exemplaar, dat duren wil. Dit verklaart de geweldige intensiteit van de geslachtsdrift bij de levende wezens. Maar ook zagen wij dat liet bier eigenlijk te doen is om de soort - dikwijls worden dan ook individuen aan de soort, opgeofferd, en de soort is het algemeene. Boven de soort rijst nu echter een nog hoogere algemeenheid uit, liet Leven, dat alle exemplaren en soorten in zich bergt, hun waarheid is. Welnu, dit Leven in het algemeen is niets anders dan het Wereldzelf, dat geen vrede kon heb ben met dc versplintering der anorganische natuur, dat hoogere eenheid zocht. Het is dus dit Wereldzelf en zijn bedoelen dat a.ls het Leven de macht is waaraan exem plaren en soorten dienstbaar zijn, die ze gebruikt en, als het zijn moet, verbruikt. Dit Leven is de entelechie, zou Aristote- les zeggen, die in al het levende doelt, o{i hoogere eenheid uit de versplintering, een eenheid die en, hier loopen wij duide lijkheidshalve, ons zeiven vooruit eerst haar beslag zal krijgen in de bewi stwording, met name in den geestelijken mensch. Maar dit Leven heeft te kampen met de reeds aanwezige natuur, die het omringt; het ondervindt belemmering, ten gevolge waarvan liet of ondergaat in deze en gene exemplaren, in deze en gene soorten, of het komt tot typen van geringeren rijkdom, waarin liet zich bestendigt, of ook en dit is liet gunstigst geval - - hei ontwikkelt zicli tot typen van aanzienlijke conc.retie en treft daarin doel. In elk geval: het leven heeft een sta.mb oom, en die ligt. ook weer in de rede. Het begin zijn kiemen, in de wereld ruimte uitgezaaid. Overal waar de omstan digheden het veroorloven slaat liet Leven zijn slag, brengt het, door middel van koolstofverbindingen, een embryonaal or ganisme tot stand, dat zicli clan, onder prikkels van buiten, ontwikkelt. De juiste theorie aangaande liet ont staan van het Leven blijkt dus die van de generatie spontanea; dat leven ontstaat uit leveiilooze materie is alleen wonderbaar voor liem, die niet beseft hoe liet anorga nische het organische in aanleg is. Gelukte liet tolt inqg tpie niet een werkelijk organisme te scheppen langs kunstmatigen l weg, dan bewijst idat alleen, dat de ver- houdingen in de natuur, waaronder levende wezens worden of geworden zijn, ingewik kelder zijn te achten dan wij ze kunnen tot stand brengen. Zulke primitieve kiemen erlangen m aanzijn onder verschillende omstand den, die meer of minder gunstig vooi zijnook is hun eig.en weerstanclsvern ondershlieiden groot en dit brengt om zelf tot de gedachte, dat er een plaats beeft, dat .de g e s c h i k t e n leven, een kategorie, die sedert l>;i alom bekendheid heeft. Maar deze geschikten hebben toch genomen aan den strijd voor hei staan, zij hebben licht een wond or gen, liet type is beschadigd, dit d li l is venninkt. Gelijk nu de strooi belemmerd is in z'n loop door eeu i blok, gelijk de waterstraal, dien mei een mes doorsnijdt, zich weer berst cle oude bedding, den ouden weg kiezen, als cle belemmering is weggen zoo doet liet leVen ook, het reg reer t zicli, of, pbysiologiscli gesp liet zelf keert tot zijn oude gewoonte krachtens datgene waf bet in zicli krachtens zijn herinnering. Of, als d; gaat, als 't letsel te groot is om 't weei te maken en te gering om aan te st 'dan past zicli lu-t organisme bij de zigde omstandigheden aan (adapt evenals, in zulk een geval, de rivie een nieuwe bedding kiest. Naar hc- ment van liet- psychische beschouwi zelf verandert zijn streven in zekere ting, maar daar het zelf en dus ot organisme, zijn .objectiviteit, een ei is, beteekent dit een wijziging oo zijn overige leden, en dit is liet w, Darwinisme de correlatie noemi tuurlijk is hierin mede begrepen een ging va,n het type zooals liet zicli plant in z'n kroost, hetzij deze lang: hand zichtbaar wordt, hetzij zij ziel seling voordoet, in elk geval is li e r f el ij k li e i d te consta.teeren, d( lijlcheid in lia,re twee vormen van z a, m e c vore r ving en van s p m n t a, t i e. Telkens is cle uitkomst een a.anpassingsevenwicht en d; omstandigheden eindeloos vele zijn mogelijkheden der re,actiën van de 1 stof eveneens, verwondert het om dat op den duur een geweldige rijkclc vormen optreedt; al de soorten die teeren onder de levende naltuur. Ter oorspronkelijke kiemen hier betre spoedig eeu evenwicht vinden, da prikkels zich zelf gelijk blijven e verandering niet meer noodig is, zij elders telkens tot nieuwe wijzi gelokt, en z.,oo ontstaan «le hoogere samengestelde levensvormen. De s tie, die transformatie bleek, in dit geval a s c e n d e n t i e, een op gaan van het leven; de grootere c< centie is identiek met een toen e ni zelfvormingimmers liet leve verrijkt met allerleiliet heeft veel verwerkt krachtens zijn geschiedei daar deze sterke clifferentieering oi beurt integreering is, is de idealite in de gelieele realiteit voorondersteld ook meer concreet gewordenzooa.ls neer tal van lichtstralen met elkaar s komen in een brandglas, er een s gloed ontstaat. M.a. w. liet zelf win. bewustheid, liet iufluenceert op cle ontw keling die liet doorloopt meer dan o voorheen: zoo worden begrijpelijk de d. matige vormingen, die b.v. in een men lijk organisme worden aanschouwd: dit meer tot het doel leidt, het leven voriderlijk is, worden de organen meer elkander onderscheiden, terwijl zij ook weer ten nauwste zijn verbonden een centraal-zenuwstelselen daar di wil zoggengrootere harmonie, ve: king van de Levensidee, ligt voor de clat, naai mate wij liooger stijgen o ladder der ontwikkeling, wij meer a tisch bevredigende wezens zullen v Het resultaat is dan ten slotte d w u s t w o r d i n g, zooals die het 'g lijke voorbereidt'. Dr. It. W. Ph E. v. cl. Bergh v. E ij i (Wordt verv Eerstdaags wordt te Florence in het Palazzo Veccliio een groote tentoonstelling van tuin-architectuur gehouden. Het be looft iets zeer bijzonders te worden. We ontvingen thans cle achtste af levering van Van Dale's Groot Prijs per halljaar f 1. bij voornitb taling. Prijs pei nummer f 0.1 nummer bestaat Kt weekblad is IDDEN", waarv reeks is afgeslt nari l.l. i VRIJHaJ l-t laatste nummer i verkeer, ontleenen tooit zicli de pi [ju den nationalen och overal, waar z tt liet. juist de arbei n druk der besckei ende laudeu lieet jder inkomende re wetgeving te bevo kunnen verleenen en. Maar ook ove jnistiscke „wetenscli heeft; want zij is at degenen, wier door besparing of eigen onderhoud ti geringe Staatsuitke der levensonderhor scale hand genome: ider toedenktE nisten van „meer werkloosheid", „u L" zijn eenvoudig te verbloemen, d; deel der bevolking onomisck stelsel is mwetenscliappelijk zelf in tegensprr ich doordacht gehe ;enstrijdiglieden. bevorderens het v oud tooveren en be door de productiekoi atige prijsstijging langenstrijd van arl rpen. Het wil dei aai de nationale ui •r den uitvoer ei ndustrie. En als aal oogpunt door schatkist dus niet rorden verwacht, js, dat de buitenk ij dat bedrag we Waarmee dan w< rdt met te erkem erheid weer niet doodende" con< economisch argu onderzoekt, zij 1 op andere punten trinee is hun stelst ril in strijd niet de igch dat door een Tperreehten" de pi worden gemaakt i enten, steunt op syerstroomd met bu «natuurlijk lagen I verkocht en du: Ikken". Niet all Inping-theorie in jade feiten; doch S.omisten vergeten [Jdrijf van vreei t/mpele reden, da' Igste grondstelling Ueen kan geschied jemaakt. lagt men trouwen te geven hoe de telsel heeft uit s onmogelijkheid e 'der productie-voo tetgever moet beo< ijk en tegenover deel bestaat dat :ft door zijn prol fok» an artikel het b< cht te fixeeren. zelf dat dit etenschap", derhalve baar is! En dan spre voorkeur van de frei oretische economisten ns ver zijn gebleven! üst hierom in strijd p, omdat het bij de ermde land berooft v nationale verdeeling 1, den weg versperl tg van arbeid te kon •ctiviteits-maximum. ^schappelijk ook sai len eisch der econom eeds naar moet str( brengingsmoeite eer te verkrijgen. En er mende stelsel is - den duur het natio schap, het aandee reldproductie, ach het protectionism rijving tusschen c maijver, die aanle den, gevolgd door n, uitloopend op 1 v ing van het impe •g, die loodzwaar <3

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1914 | | pagina 6