Dames!
Corsetten
mm
I meer dan ooit, gevaarlijk achten buiten-
uitsluitend naar maat.
;e Amsterdam.
militairen. Het comité
g van militairen, werd door
elhebber uitgenoodigd, ook
aaraan hare zorgen te blijven
e de gezellige avonden be-
lité thans ook openluchtspel,
ren, enzoovoorts.
eze vernieuwde zorgen van
npathiek zijn gestemd, en
velen zijn, zenden hunne
de heeren W. Dyserinck,
k, J. R. Prent, Qroote Hout-
P. Tideman, Bloemendaal.
voorzichtigheid Onder
hrijft „De Fakkel":
che IJzeren Spoorweg-Maat-
bij bestek n°. 1258 12 April
het maken en stellen van den
ouw van twee vaste bruggen
laai F bij Halfweg,
ng van het werk geschiede
an voorafgaand, on het ter-
in de onmiddellijke nabijheif
alfweg. Onder de i' schrijvers
aan te bieden. Nadat door
het woord was gevoerd na-
sche vluchtelingen, werd het
door den Belgischen beeld-
Feckelaers in mahoniehout
dief, aangeboden. Wij waren
eid het relief te zien, en kuil
en fraai stuk werk roemen,
ude Raadszaal van het Haar-
ïis een plaats vinden.
van kunstnijverheid. Het
kunstnijverheid te Haarlem
dagen in bruikleen een fraai
het is thans tentoongesteld,
ie afdeeling is uitgebreid,
e Pinksterdagen geopend van
tot 's middags 4 uur.
Heden vertrokken van on-
n 70 man per rijwiel naar
Ti aan de tweedaagsche oe-
te gaan deelnemen.
Jit „Toortsen".
iet hoofd met het kloek ver-
[stand,
t harte van Nederland,
are kloppende bloed,
de hartstocht, de overmoed,
lgend zijn vlag in den wind,
les mans en het oog van het
[kind,
stappen we, in ruischende
[vreugd,
voor aan zijn eeuwige jeugd,
luwen, land des Leeuws!
zoo eenvoudig, echt mid-
[deleeuwsch,
w ruwheid, zoo goed in uw
[kracht,
er en Brugge voor 't nieuwe
[geslacht,
der aarde, die lijdt en strijdt.
;e waart in hetgene gij zijt:
et stormweer lichtend aan 't
[strand,
nidt als de wereld brandt!
R e n de C1 e r c q.
sche Stem.")
DAAR.
De kegelwedstrijd, door de
ng „Penningsveer" te fort
zal worden gehouden van 3
Juni. Er zullen, in afwijking
onkelijke plan, uitsluitend mi-
ilnemen. De toeloop van deel-
lilitairen dan, belooft met dit
root te worden.
bevonden zich drie Duitsche firma's, de
\ctien-Gesellschaft für Eisen-Industrie und
Briickenbau, vormals Johann Caspar Har-
kort te Duisburg, de Briickenbau Flender,
A. O. Benrath bij Dusseldorf, en de heer
Wienhoven, te Utrecht, die-mede voor
een Duitsche fabriek inschreef.
Wij weten niet of de vertegenwoor
digers dezer firma's, aan welke aldus
I een rustige blik in onze stelling Amsterdam
v erd gegund, Dtiitschers zijn. Wij weten
enk niet of zij in dat geval, gedreven door
I dezelfde vaderlandsliefde als de Duitsche
zeeofficier, die zich vermomd tijdelijk aP
I machinist op een Spaansch jacht bij Gibral-
I tar verhuurde, tevens een opdracht tot be
studeering onzer verdedigingswerken
I {lebben vervuld, hun gegeven door het Duit
sche militaire opperbevel. Wij willen zelfs
I irne aannemen, dat hiervan geen sprake
;n dat iuist deze menschen volslagen on-
rschillig zijn voor de weermiddelen van
I alle niet-DuitSche staten dat neemt niet
I v dat wij ten allen tijde, en in deze dagen
II dsche firma's toe te laten in de onmid-
I dellijke nabijheid van onze defensieve stel
lingen. Heeft de huidige krijg ons nu nog
11t genoeg geleerd
Weinig slapen.
in oorlogstijd, wanneer de soldaat op het
I veld is, of met een veel te groot aantal lot-
genooten in een veel te kleine ruimte den
I recht moet doorbrengen, komt er van sla-
pen gewoonlijk niet veel. Dit is echter niet
zoo heel erg schrijft „Vox Medicorum".
Men gaat immers öf spoedig de eeuwige
est tegemoet, öf men vindt na de overwin-
ihtg tijd tot uitslapen! Een gezond mensch
roet er wel tegen kunnen, af en toe eens
kert te slapen. Als hygiënische regel geldt
wel, dat een volwassen mensch gemiddeld
-8 uur moet slapen. Dit neemt echter niet
;g, dat er mannen genoeg zijn, wier bed-
'dst nooit anders dan een „hazenslaapje"
s. Maarten Luther b. v. sliep nooit lan-
,.r dan vier uur. Wilhelm von Humboldt
overtrof den grooten hervormer nog. Als
0karige grijsaard zei hij eens: „Ik word
Ik voel het. Ik moet al minstens vier
slapen, om iets waard te zijn. Toen ik
,s g jong was, had ik aan twee uur ruim
\uidoende. Het is een verkeerde opvat-
c die zeer velen deelen als zouden wii
elven tot acht uur slaap noodig hebben.
Ik was als man in de kracht van mijn leven
altijd gewend, mij in het duister op mijn
sofa uit te strekken. Na twee uur was ik
dan weer zoo frisch als ooit."
Van den onlangs overleden prof, Von
Hergmann is bekend, dat hij op de vraag,
wanneer hij eigenlijk sliep, ten antwoord gaf
..Het slapen moesten wij dokters ons eigen-
ak afwennen." Wie dus met weinig slaap
genoegen moet nemen, bedenke slechts:
..Om een groot man te zijn, moet men geen
langslaper wezen."
Artisten-sportfeest. Het artistenfeest
In het Stadion te Amsterdam, zal plaats
hebben op Zondag 13 Juni a.s.
„Het Handelsblad" schrijft over dit op
handen feest:
De voorbereidingen voor dit feest dat
het zoo goed geslaagde van verleden jaar
in alle opzichten moet overtreffen zijn
reeds in vollen gang. Een groot aantal ar-
tisten van naam hebben nu ook weer hun
medewerking toegezegd; alsmede de be
kende komieken Louis Davids, Piet Kohier
en Buziau, en de bekende teekenaar Piet
d. Hem. die zich belast heeft met het in
elkaar zetten van het stierengevecht en bo
vendien de reclameplaat teekent.
De commissie van voorbereiding bestaat
uit: het bestuur van de Nederlandsche Too-
neelkunstenaars-vereeniginggedelegeer-
van de Mij. „Het Sportpark"; mevrouw So
phie de Vries en de heeren Luit. Brondgeest.
van Amsterdam, Co Balfoort, Henry Enge
len, L. J. Pisuisse, E. v. Praag, L. Saalborn,
Joh. Schmidt, Oscar Tourniaire en P. Ur
ban.
Het dagelijksch bestuur wordt gevormd
door de heeren: Ko Arnoldi, voorzitter; Jo-
han Brandenburg Jr., secretaris-penning
meester; John Coucke; Henry Engelen en
L. .1. Pisuisse.
Van heden af is het centraal bureau der
commissie gevestigd in het perceel Rokin
n". 154, waarin ook, eenige dagen voor het
ieest, door dames-artisten een vóórverkoop
van entréekaarten zal worden gehouden.
Hoewel het programma nog niet definitief
is vastgesteld, kunnen we bereids mede-
dcelen. dat het plan is o.m. te houden: a.
Een grootsche intocht; b. een Grieksche
siuierdans, onder leiding van den bekenden
dansmeester James Meijer; c. een stieren
gevecht; d. een voetbalwedstrijd tusschen
elf Haagsche en elf Amsterdamsche artis-
ter p een wagenren; een nummer onder
Icimng van Luit. Brondgeest, enz., enz.
F.en en ander wordt afgewisseld door een
mutal 'Msschennummers, waarin komische,
acrobat sche en sportieve momenten voor
komen..
Het ligt in de bedoeling, den Amsterdam
mers een groot feest aan te bieden, waar
van een deel der opbrengst het artisten-
fonds v at in deze tijden zeer noodig is
- ten goede komt, terwijl ook het Alge
meen Steuncomité niet vergeten wordt.
De heer Henry Engelen zal wederom op
treden als algemeen regisseur, belast met
de hoofdleiding.
Wij woonden het sportfeest bij, door de
zelfde groep kunstenaars het vorig jaar ge
organiseerd, en kunnen verzekeren, dat het
er best was; er is alle grond om te veron
derstellen, dat het dit jaar minstens even
aardig zal zijn.
De verdediging van Indië. Onder dezen
titel schrijft L. P. in Allen Weerbaar"
omtrent Java o.in. het volgende:
Het eiland Java, hoewel niet het groot
ste, is het voornaamste van onze Indische
bezittingen. Het telt meer dan 30 millioen
bewoners. Tot nog toe is men er niet toe
overgegaan om deze bewoners zelf te ver
plichten tot den krijgsdienst. Zou hierbij
ook eenigszins het geweten van den heer-
scher spreken, dat hem zeide, dat een in
lander niet vechten zou voor den Europe
aan, die hem zoo weinig bood om er het
leven voor op te offeren. Echter is er den
laatsten tijd veel veranderd. Sedert kort is
voor den inlander veel gedaan en het blijkt
nu, dat hij er meer op gesteld is het Neder
landsche bestuur boven zich te hebben dan
eenig ander vreemd bestuur.
De wijze, waarop de Japanner Korea
bestuurt, is in Indië ook bij den inlander
bekend geworden, en men heeft de leuze
„Azië voor de Aziaten", met meer nuchtere
blikken leeren beschouwen en gezien dat
dit wel eens beteekenen kon „Azië voor de
Japanners".
In de spannende Augustusdagen, toen
men in Indië niet anders dacht dan in
een oorlog betrokken te zullen worden,
verklaarde de bevolking zich stellig aan de
zijde van Nederland.
Zal in de toekomst een militieleger op
Java opgericht worden? We weten het
niet, en in allen gevalle hebben we het nu
niet, doch ons kleine vrijwilligersleger staat
gereed om de lange kust van Java te ver
dedigen.
Een groot nadeel, die lange kustlijn; on
gelukkig voor den handel, maar zeer ge
lukkig voor de verdediging zijn er op die
lange kustlijn maar heel weinig goede lan
dingsplaatsen.
Op de steile rotsen der Zuidkust, waai-
voortdurend de golven der zee beuken, is
maar één haven, Tjilatjap, waar een paai
schepen, beschut tegelijk, kunnen lossen en
laden.
Aan de Noordzijde is de kust zoo mod
derig en de zee zoo ondiep, dat een landing
met paarden en geschut niet overal moge
lijk is; alleen de havens van Soerabaia en
Tandjong Priok (Batavia) zijn voldoende
geoutilleerd voor een massa-ontscheping.
De andere z.g. havens zijn niet meer dan
open reeden, waar in sommige tijden van
het jaar zooveel zee staat, dat laden en
lossen niet mogelijk is, en de aankomende
schepen met een blauwe vlag gewaar
schuwd worden, om maar door te varen.
De enkele havens, die voor een landing
in aanmerking komen, worden door mijn-
versperringen afgesloten, welke versperrin
gen bestreken worden door het vuur der
kustforten. Zoo heeft Soerabaia 3 forten,
Batavia een groot aantal, andere mindet
bereikbare havens maar 1 fort.
Is de vijand echter eenmaal geland, dan
vangt de strijd te land aan, die. met groote
hardnekkigheid gevoerd, nog veel kans van
slagen heeft. In de vlakte heerscht n.l. de
malaria, die een vijand, welke daaraan niet
gewend is, zal decimeeren.
Wanneer we ons niet kunnen handhaven,
wordt teruggetrokken op de stelling Ban
doeng.
Bandoeng ligt op een hoogvlakte, om
ringd door hemelhooge bergen. Op de pas
sen nu, die toegang geven tot deze berg
vlakte, zijn forten geplaatst, met modern
geschut bewapend.
Te Bandoeng zijn gevéstigd de groote
magazijnen van levens- en geneesmiddelen,
ook de zetel van het militaire bewind; het
geheele departement van oorlog wordt dit
jaar daarheen overgebracht. Te Tjimahi, in
de onmiddellijke nabijheid van Bandoeng,
eveneens op de bergvlakte gelegen, is een
zeer groot hospitaal, zoodat de stelling
voorzien is van alle hulpmiddelen, die men
er met mogelijkheid heeft kunnen aan
brengen.
De troepenmacht, die ons op Java ten
dienst staat, is van verschillenden aard.
Vooreerst is daar het veldleger, verdeeld
in 4 brigades, elk onder een kolonel; te
zamen tellen die 4 brigades 18 veldbatal-
ions, 4 compagnieën mitrailleurs, 4veld-es-
cadrons en 1 escadron lijfwacht-cavalerie,
6 batterijen veldartillerie, 4 batterijen berg-
artillerie en 4 compagnieën genie, waar
onder de spoorwegcompagnie.
De trein telt 2 compagnieën.
Bovendien is er nog 1 zelfstandige com
pagnie infanterie te Soemedang in de Ban-
doengsche stelling.
De forten worden, behalve sommige door
personeel van de zeemacht, bezet door 9
compagnieën vestingartillerie, waarvan er
4 aangewezen zijn voor de verdediging van
Batavia.
Als depöttroepen zijn aanwezig 3 depót -
bataljons infanterie en 1 depöt-escadron
cavalerie.
Het depót der bereden artillerie, dat in
vredestijd aanwezig is, wordt in oorlogs
tijd opgeheven en het personeel wordt ge
bruikt om de veldbatterijen te completeerer
Met A. N. V. en pandverbeuren. Dat
de strijd van het A. N. V. tegen het onnoo-
dig gebruik van vreemde woorden tot een
gezelschapsspelletje is verwerkt, zulien
weinigen weten.
Men kan het vinden in „Prettige Win-
teravonden", door Aletta Hoog, uitga\ e
Gebr. Kluitman, Alkmaar. Het is getiteld:
Nederlandsch Taalverbond en vangt aldus
aan.
Nu gaan we spelen: Taalverbond.
Een ieder geve acht terstond.
Of hij een woord vernemen mocht,
Dat in den vreemde is gezocht.
Doe 't vreemde woord toch in den ban,
Als men 't in 't Hollandsch zeggen kan;
Houdt 't Nederlandsch in eere!
De leider van het spel doet ieder van het
gezelschap een vraag, waarin' een vreemd
woord voorkomt. Het antwoord moet de
vertaling bevatten. Wie geen goed Neder
landsch woord er voor weet, verbeurt een
pand.
Of 't gezellig is Neemt er de proef
eens van. („Neerlandia".)
In „De Vrije Mensch" lezen wij:
Begin Februari van dit jaar zoo lees
ik in „Het Bloemendaalsch Weekblad" van
3 April 1.1. ontmoetten elkaar te Amster
dam een twaalftal Engelsche, Duitsche en
Belgische vrouwen om met eenige Neder
landsche te beraadslagen over de moge
lijkheid van een congres van vrouwen hier
te lande ten einde eendrachtiglijk vredes-
wenschen uit te spreken. De weinige uit
verkorenen die deze besprekingen bijwoon
den, waren zeer onder den indruk van de
zeldzaam hooge gevoelens welke onze gas
ten bezielden. Geen wanklank werd ge
hoord. Er zijn schoone, nooit te vergeten
momenten geweest. Het congres werd be
paald op den 28sten, 29sten en 30sten April
d. a. v. in 's-Gravenhage.
In zijn fantastisch-wetenschappelijkeu
roman „La fin du monde (1894) stelt Fa
milie Flammarion liet voor, dat de wereld
verlost wordt van oorlog en krijgsdienst
door de vrouwen. Zou Flammarion gelijk
krijgen Hij plaatst de verlossing in de
25ste eeuw onzer jaartelling. Zouden we er
werkelijk vijf eeuwen eerder afraken Tc
Berlijn vond men toen volgens het toe
komstbeeld van Flammarion op v
plaatsen aangeplakt: De oorlogsmannen zijn
dieven en moordenaars.
ONTVANGEN BOEKEN.
„Ons eigendom" Het eerste nummer
van dit blad, gewijd aan de belangen van
huis- en grondeigenaren en bouwkundigen,
verscheen. Aan het „Program" ontleenen
wij:
Ten einde door dit blad te bereiken, dat
onze wetgever in het vervolg meer aan
dacht schenke aan de belangen van de dui
zenden, die bij het wijdvertakte grond- en
huizenbedrijf in ons land zijn betrokken, zul
len wij hier telkens op zakelijke wijze de
Wenschen en verlangens dier betrokkenen
kenbaar maken, vertrouwend dat de wet
gever, wien steeds het heil van de geheele
maatschappij voor alles moet gaan bij het
uitvaardigen van wettelijke voorschriften
in het algemeen en van die betreffende de
volkshuisvesting in het bijzonder, evenzeer
rekening zal houden met de belangen van
de verhuurders als met die der huurders
van woningen. Op gelijke manier hopen wij
ook de provinciale en stedelijke besturen,
welke zulk een gewichtige rol vervullen bij
de oplossing van het woningvraagstuk, van
het nut en de noodzakelijkheid van ons be
drijf te kunnen overtuigen.
Men kan exemplaren aanvragen en intee-
kenen aan het adres: Rochussenstraat 125,
Rotterdam.
VOLKSGEZONDHEID.
Drinkt karnemelk! Voor lijders aan
indigestie en verschillende andere maag
kwalen, bevelen de doktoren tegenwoordig
karnemelk aan. Als geneesmiddel heeft
karnemelk zonder twijfel groote waarde.
Bovendien is-het een verfrisschende zomer-
drank en het melkzuur, dat het bevat, heeft
de eigenschap, kalkaanzettingen in de
bloedvaten te verwijderen. Het is daarom
in 't bizonder geschikt voor lijders aan
jicht, rheumatiek of zwaarlijvigheid, want
het voorkomt het dik worden van 't bloed
en het verhindert de vorming van kalk in
de gewrichten. Het is wel bekend, dat het
stijf en nauwer worden van de bloedvaten
den dood wegens ouderdom veroorzaakt
Wanneer karnemelk gedronken wordt, kan
deze verkalking van de bloedvaten gedu
rende vele jaren verhinderd worden. Kar
nemelk oefent ook een opwekkenden in
vloed op lever en nieren uit.
(The Dairy door Weekbl. v. Zuivelber.)
Nederland heeft nog 600.0Ü0 krachtige
mannen, die ongeoefend zijn. Door den
„Vrijwilligen Landstorm" kan hiervan een
goede reserve gevormd worden.
MUZIEK.
Orgelbespeling in de Groote Kerk,
op Donderdag 6 Mei des namid
dags van 23 uur en Dinsdag II
Mei van 12 uur, door den heer
Louis Robert.
Met een grootsche „Fantasia in G. gr. t."
van J. S. Bach, begon deze orgelbespeling
en in die Fantasia heeft Bacil weer zijn rijke
fantasie verklankt; de inleiding „vivo" en
„leggiero" 't middendeel „Tranquillo" en het
einde weer „vivo". Hierna het „Concert in
d. kl. t." van G. F. Haendel, waarvan de
drie eerste deelen: I. Andante, II. Air, en
III Adagio, met rustig en het vierde deel
IV. Fuga met levendig karakter. De „Va
riations on an original theme" van A. Hesse
evenals het „Allegretto van Niels W. Gade,
zijn zeer zangrijke werken, van Gade
eenigszins klagend getint. Bij de variaties
waren een paar bizonder mooie. In het
laatste nummer „Passacaglia" van J.
Rheinberger was de „ostinato" heel merk
waardig; jammer eigenlijk, dat die oude
dansen zoo weinig meer voorkomen; we
gens de eigenaardige muziek blijven zij toch
belangrijk, dunkt mij.
Op Dinsdag 11 Mei hoorden wij eerst een
„Praeludium et Fuga" in d. kl. t. van J. S.
Bach; van beide heb ik weer een machtigen
indruk behouden, vooral echter van het slot
van de Fuga; die climax was weer echt
a la Bach. Een zeer belangrijk „Concert in
d. kl. t." van Wilhelm Friedemann Bach
(een zoon van Johann Sebastian) volgde.
In het eerste deel kwam ook een merkwaar
dige „Ostinato" voor; in het tweede deel
(Grave) grootsche accoorden: in het derde
(Fugue) was de verwantschap duidelijk
hoorbaar; het „Largo Spiccato" was wel
het meest karakteristieke deel, en het „Al
legro moderato" een mooi slot van het
concert van dezen zoon-Bach. Hierop volg
de een „Vision" van J. Rheinberger, zeer
zangrijk (cantabile) en vervolgens „Pasto
rale" van César Franck. waarbij men door
de zeer levendige manier van componeeren
van Franck, in korten tijd ontzettend veel
muzikaal „beleeft": de modulaties en tegen
stellingen zijn ook hierin weer heel bizondcr
Tot besluit nog „Marche Gothique" van Th.
Salomé, opwekkend, frisch en ff, waarbij de
volle kracht van 't orgel weer prachtig uit
kwam,
n
B Soiccato beteekent: duidelijk afgescheiden
verlangt meestai „Virtuosen staccato.
BLADVULLING.
Uit de natuurkundige les.
Onderwijzer„We komen nu aan de leer
van het licht. Smuiler, verklaar mij eens,
wat licht is?"
Smuiler: „Licht is alles wat wij zien
kunnen."
Onderwijzer: „Zoo!Nou, ik zie jou
b. v. heel best, maar 'n licht ben je niet!"
BELEEFD BE
VEEL IK MIJ
AAN VOOR
DE LEVERING
UWER
MEVR. G. v. d. BRINK, Cor-
setière, KEIZERSGRACHT 717,
AMSTERDAM. - ELKEN VRIJDAG
AANWEZIG IN „HOTEL CEN
TRAL", - LANGE POTEN,
DEN HAAG.