traat, Haarlem.
ri Daal
ALGEMEEN WEEKBLAD
L Hz.
STIHIS.
WATER
4 Cts.
5
inder-
IR".
HM:
te /jatten.
STA Al
I0RNE0",
Sigaren.
AAL.
)NSTELLING
:hilders.
er Carillon
ïgelsche stijlen
iste fabrieken:
frères
ith
SN.
in.
ONNÉ.
i 2060.
I
Gedempte Oude Gracht 63.
Telefoon 141. HAARLEM.
uit de Wilhelminabron te Haarlem
tegen bloedarmoede.
lêrmaker,
foon 815.
oon 2016.
6.
KEER
irige en smakelijks
- jaargang.
a r~
ZATERDAG 28 AUGUSTUS 1915.
No. 35
>f leveranciers,
Telefoon 1543.
bezichtigen door de
:n invités.
iKER Telef. 371
IRICHTING
verlijden.
;aal.
40
45
2.66
ƒ3,23
n bepaald
er lij den.
aal.
30 .jaar
35 jaar
2,51
2,64
2,13
2,29
3,07
Het Bloemendaolsth Weekblad.
9.
Prijs per jaar
2,60
per nummer
25 cents.
Uitgave der N. Vennootschap „HET MIDDEN".
Kantoor voor redactie en administratie:
Advert en tién
10 cents per
regel
Mj contract
belangrijke
korting.
■-■ma
miner bestaat uit 4 bladzijden.
it weekblad is tijdelijk opgenomen
IDDEN", waarvan de eerste afzon
reeks is afgesloten met No. 34
Januari 1914.
KRAAL STAAL OVER „J'ACCUSE".
hijnt moeiclijk den tegenwoordigen
>e beschouwen van een „neutraal"
it. D.w.z. van dat van den wijs-
1 historicus, die uitgaat van de stel-
it moet zijn, is. Dat blijkt m. i. nu
r uit het stuk, door generaal Staal
1 eerd in „Het Vaderland", betreffen-
cuse".
gt niet in de bedoeling partij te
ui óór of tegen generaal Staal, voor
rakter ieder den eerbied zal geyoe-
■!i. a iraan verschuldigd.
i wel om aan te toonen, hoe moeilijk
i'e getuigenissen van historische ge-
e sen te ondervragen, als de rechter
ructie in zijn kabinet. Hoe licht
ii met voorliefde de daden van de
andere partij goedgekeurd of ge-
billijkt
wil mij voorkomen dat ook generaal
,t aan het algemeene lot is ontko-
iijkbaar heeft de moeilijke positie
schland zooals Frobeniusdie
al te zeer indruk gemaakt op
iminister van oorlog. Zoodanig, dat
eiging die Duitschland's reusach-
-dkrachten eigenlijk voor het ge-
tropeesche vasteland uitmaakten,
prake komt.
jer men Rusland's legers daarbij
i nt die inderdaad een geduchte
rmen maar tegen welke Duitsch-
n Oostenrijks hulp kan staat maken
•leef in het Westen alleen Frank-
bestrijden. Want België's armee
'apper die zich ook heeft getoond
Teen overwegenden invloed uitoe-
ngeland's legers moesten voor het
deel nog gevormd worden. Bleef
ankrijk, Frankrijk welks bevol-
tits de helft bedraagt van die van
nd. Zoodat alleen met kunst en
door Frankrijk een leger is te
in staat om de overtalrijke Duit.
wallers te weerstaan. Hoe groot
ar voor Frankrijk was, blijkt wel
it, dat de Duitsche aanval op Bel-
Vankrijk geschiedde met 51 leger-
'ci van 40.000 man. Hoe sterk het
leger ook was gemaakt meer
dat ve, millioen voor het leger te velde
kken, zal wel onmogelijk gebleken
11 i'wr.st aan de Marne zijn de Duitschers
1 >ta ti gebracht. Maar daaraan zal dan
'ie», w. het geheele weerbare Frankrijk
w nedegewerkt. Ook misschien, wat
oldaat eigenlijk ongeschikt was,
Lee:: ..elsche hulp kan een overwegende
beteci-.ems hebben. Zelfs al zou wat
'kor iiuitschland wordt beweerd een
Engelsclie inval met Belgische hulp aan
vankelijk zijn gelukt. Reeds in 1870 was,
het oordeel van bevoegden,
1 tiiand sterk genoeg om ten slotte een
lanscheu inval terug te wijzen.
Lettende op de reusachtige strijdkrach-
i'efi door Duitschland bijeen gebracht
H millioen in vergelijking met 1870, dan
inoet worden aangenomen d,at een
vranseb-Fngelsche inval in Duitschland
zout blijvende resultaten moest zijn.
Noodzaak voor verrassend optreden be
stond er voor Duitschland dan ook alleen,
indien vt rovering van grondgebied of ver-
h'i'.'gitift van de Franschen in het Duitsche
'- dtochtsplan lag. En zonder twijfel is dat
■iet geval geweest.
'aarvan Duitschland in beginsel een ver-
■'h te maken, zou onbillijk zijn. Oorlog
ooriog Maar te beweren dat Duitsch-
nd uit bet Westen zulke ontzettende ge
varen dreigden, is overdreven. Want zelfs,
aannemende dat de entente-mogendheden
•scue.u '.varen geweest, dan zou ineen ver-
avt .oorlog dien Duitschland beweert
i' de eind-overwinning niet aan de
zijde der Entente-mogendheden zijn ge-
V":est (iis niet met behulp van Rusland.
Wat bewezen wordt door de resultaten van
den Russischen veldtocht. Blijkbaar heeft
Duitschland gewild zijn slag te slaan op zijn
uur. Een aanleiding was spoedig te vin
den. Les prétextes sont inventés de s'en
servir. Zoo ook hier.
De forceering van België voor te stel
len, als uit noodzaak, moet dan ook zeer
onder reserve worden aanvaard. Een be
sprongen Duitschland, eerbiedigende het
neutrale gebied van België, zou zich de
wereldsympathie hebben verzekerd.
Eenigszins verwonderlijk doet het aan,
dat generaal Staal niet rept van de be
schuldiging dat België in verbinding zou
hebben gestaan met Engeland. Eene be
schuldiging, waaromtrent thans in de Duit
sche pers allerlei stukken worden gepubli
ceerd. Want dat zou voor Duitschland
meer zijn dan oorlogsnoodzaak, het zou een
rechtsgrond uitmaken. Zoolang dat niet
volledig bewezen is wat niet wil zeggen
dat de mogelijkheid dadelijk wordt aange
nomen blijft de Duitsche inval een on
verdedigbaar stuk. Omdat het bestaan
van Duitschland niet op het spel stond.
Want zooals de generaal zelf erkent
waren de Entente-mogendheden nog niet
klaar. En ten tweede: de oorlogspraktijk
te land heeft bewezen, dat Duitschland
meer dan tegen hen opgewassen is.
Redeneerende van een militair standpunt,
was inderdaad de Duitsche taktiek een
meesterstuk. Maar voor een hoogere recht
bank moeten de motieven, die daaraan ten
grondslag liggen, worden afgekeurd. Ten
minste voor zoover openbaarmaking heeft
plaats gehad.
Dat er Duitschers zijn, die dat ook in
zien, bewijst het boek „J'accuse". Daarom
is het te bejammeren dat de bespreker van
dat boek in „Het Vaderland" niet den tijd
genomen heeft, zorgvuldiger den inhoud
daarvan te overwegen. En niet uit te gaan
van militaire inzichten alléén.
Daarvan is natuurlijk afgescheiden de
vraag of met openbaarmakine van „J'ac
cuse" aan Duitschland een dienst bewezen
is. Het oordeel van generaal Staal daar
over, moet worden gedeeld. In dergelijke
moeilijke tijden eischt de vaderlandsliefde
van hem die zich „vaderlander" noemt
„onthouding". De „anonimiteit" verzwaart
de schuld. Ook daarin heeft generaal
Staal volkomen gelijk.
In „De Telegraaf" is het stuk van den
generaal heftig aangevallen. Maar ver
zuimd is daarbij te wijzen op het mannelijk
woord aan het slot gesproken. Een woord
dat in elk land een gunstigen indruk moet
maken. Afkeer van hem, die een „coup de
Jarnac" toebrengt, wordt door den beoor-
deelaar, duidelijk uitgesproken. Door dat
rondweg te zeggen, heeft generaal Staal
het aanzien van den Nederlandschen naam
verhoogd. Er kan verschil van inzicht be
staan. De waardeering der feiten kan he
melsbreed verschillen. Maar voor karak
terfeilen bestaat maar één oordeel. Voor
dat oordeel staat de anonieme schrijver van
„J'accuse" schuldig. Elke verdediging daar
van, maakt den verdediger zelf verdacht.
H. A. R i 11 e r.
Des Deutschen Reiches Schicksalstunde 1914.
„In- en Uitzichten" van een Pro-Duitscher
IX, moest wegens plaatsgebrek tot een vol
gend nummer worden verschoven. Het
daarbij door dokter Wiedeman gevoegde
Naschrift aan den heer Ritter volgt hier
onder:
Naschrift: De heer Ritter is er niet
achter. Fruin was groot, o. a. door zijn po
lemiek, die dikwijls scherp maar toch altijd
uiterst zakelijk en beschaafd was. Groen
was grooter, doch voor beiden geldt „que
les idéés marchent". Trouwens blijvende
grootheid is nooit weggelegd voor kunde,
doch alleen voor een eigenaardige combi
natie van energie en karakter, een combi
natie die ik Fruin geenszins ontzeg. Het kan
zijn dat ik dwaal wat betreft de quantiteit
dezer eigenschappen bij Fruin, doch de heer
Ritter veroordeelt de qualiteit wanneer hi.i
nadruk legt op„Fruin's meest bevriezende
manier." Voor blijvende roem is ook nog
noodig, dat wij tijdgenoot en nazaat doen
ontgloeien en juist daarom troont in de ga
lerij onzer groote mannen Michiel Adrz. de
Ruiter in eenzame hoogheid ver boven alle
anderen.
Het wil mij voorkomen, dat de heer R.
niet gelooven kan en dat Fruin het wel
kon dat er wetenschappelijke hoogten be
staan, waar de atmospheer zoo rein is. dat
de miasmata der menschelijke hartstochten
er niet leven kunnen, hoogten waar het
christelijk gebod „oordeelt niet" wordt op
gevolgd en waar dien tengevolge de bewo
ners genieten van een permanente extase,
het best vertolkt door de uitdrukking: „O,
Heer, hoe groot zijn Uwe werken."
Dat de hoop op een nieuwe Germaansche
synthese geenszins ongerijmd is, bewijst
o. a. een stuk van Th. Mann opgenomen in
„De Toekomst" n". 21.
W.
De motie Bornwater over de volks
huisvesting.
Mijn vriend Bornwater heeft een goed
werk gedaan door in den raad eene motie
aan te kondigen, ter behandeling voor de
eerstkomende raadszitting, waarbij de raad
gesteld wordt voor de vraag eene princi-
pieele beslissing te nemen ter voorziening
in den woningnood voor arbeiders en daar
mede gelijkgestelden.
Voor eene gemeente als deze, is flP
vraagstuk niet zoo gemakkelijk op te los
sen, omdat eenerzijds rekening gehouden
pioet worden met den welstand der om
geving, anderzijds met den lagen loonstan-
daard in enkele bedrijven, waardoor voor
sommige woningen, de huren lager moe
ten zijn dan de werkelijke huurwaarde.
Toch moet de zaak tot eene bevredi
gende oplossing komen voor de verschil
lende onderdeden der gemeente a! zal
zulks eenige financieele opoffering kosten
aan de gemeenschap en kan zij dat
ook, indien de raad op eene gezonde wijze
wil medewerken. De twee series woningen
voor het personeel van Meerenlierg ge
bouwd, geven een voldoend beeld hoe rnen
bouwen kan, indien de welstand der om
geving geen invloed vraagt op het bouw
plan, en hoe men bouwen moet, indien de
omgeving wel hare eischen stelt. De eerst-
gebouwde serie ontsiert daarom daar de
omgeying, terwijl de nieuwgebouwde dub
bele woningen, den weg versieren.
's Raads medewerking kan op tweeërlei
wijze geschieden. Men kan, evenals te
Zandvoort, de woningen stichten in eigen
beheer, al of niet met 's rijks gelden, of
wel in overleg treden met een bouwveree-
niging en daarvoor 's rijks gelden aanvra
gen met annuïteits-aflossingen, waardoor
de gebouwen na 50 jaar, het eigendom der
gemeente worden.
Wenscht de raad den laatstgenoemden
weg te volgen, dan versta ik onder eene
gezonde wijze van medewerking, b. v. dat
de gemeente de benoodigde grondstukken
koopt, van wegen en rioleering voorziet en
het dan voor bebouwing overschietende ge
deelte aan een bouwvereeniging verkoopt
tegen zoodanigen prijs, dat het mogelijk is
goede woningen te stichten in den huur
prijs van 1,80 a 2,— per week tot 4,—
per week. Doch ook op andere wijze kan
steun verleend worden.
Als gevolg van eene lezing daarover in
het voorjaar van 1914 door mij gehouden
voor „Het Witte Kruis" werd eene bouw
vereeniging gesticht, wier statuten thans zijn
ingezonden ter verkrijging der koninklijke
goedkeuring. Die vereeniging wil gaarne
hare krachten geven ter bereiking van het
beoogde doel, zonder echter daarvoor eeni
ge pressie te willen uitoefenen, en alléén
onder beding, dat de raad werkelijk wil dat
de zaak waarom het gaat, met vermijding
van alles wat naar luxe zweemt, tot een
goed en spoedig einde komt.
En er is reden voor om niet te talmen, nu
Haarlem weder haar oud annexatie-stok
paardje heeft bestegen en zij zoo'n mooi
argument heeft in het feit dat we de zorgen
voor het meerendeel onzer arbeiders aan
Haarlem en Schoten overlaten. Doch ook
in de gemeente komt er een drang ten goede
in dezen, want hoe zou een socialistisch can-
didaat voer den raadszetei en dan nog wel
iemand als de heer Kiomn, die voor de
meeste kiezers een onbekende persoonlijk
heid is, het tot 200 stemmen gebracht heb
ben, indien de verbetering der huisvesting
en opheffing van den woningnood niet n°. 1
van zijn programma ware geweest? Dat
geelt m.i. te denken.
Van T w i s k.
Met genoegen plaatsen wij het stuk van
den heer Van Twisk, omdat tegen wat hij te
zeggen heeft, niets valt aan te merken. Wij
zijn steeds van oordeel geweest, dat eene
gemeente, die aan zijne arbeiders geene wo
ning-gelegenheid aanbiedt niet is eene volle
dige moderne gemeente; de woningen bij
het gesticht Meerenberg gebouwd, kunnen
ook in zoover als voorbeeld dienen, dat ie
dereen het toch wel zeer zonderling zou vin
den wanneer de provincie de beambten van
het gesticht in Haarlem liet wonen en eiken
dag heen en weer trekken; en het is een feit
dat de woningnood in Bloemendaal menig
maal zoo groot was, dat zelfs voor de ge
meente-ambtenaren geen plaatsje te vinden
was. Over de door Haarlem beoogde an
nexatie, welke op groote schaal en in ver
band met de hangende havenplannen schijnt
ontworpen te zijn, zou nog veel te zeggen
zijn, doch wij schorten ons oordeel daarom
trent op tot nauwkeurige gegevens omtrent
die plannen te onzer beschikking staan.
(Red. B. W.)
y\V".,y/:"A-■«y'AW4
PLAATSELIJK NIEUWS.
Het Weldadigheidsconcert. Het wel
dadigheidsconcert in „Rusthoek" door de
zorgen van mej. Fleischmann in elkaar ge
zet, vond veel belangstelling, ook van bui-
tenstaanden. Het orkest speelde zeer goed,
het terrein, met lampions versierd, zag er
vroolijk uit, en er heerschte een leuke
stemming.
De opbrengst was ongeveer 37,
In „Van Ouds het Raadhuis" vergaderde
Maandag de vereeniging,, Koninginnedag".
Uit het rapport van den penningmeester
bleek, dat er een voordeelig saldo in kas
was.
De heeren H. Beekman, Van Beusekom,
J. H. Hansen, A. Koolhoven, O. A. Hou
wen en A. IJzerman, aftredende bestuurs
leden, werden allen herkozen. Ter vervan
ging van liet overleden bestuurslid, de heer
C. Roozen, koos men den heer K. Tinholt.
Het hoofdbestuur stelde voor, ook dit jaar
met het oog op de tijdsomstandigheden, de
gewone feestelijkheden nog niet te doen
plaats hebben. Dit voorstel werd goedge
keurd.
Prijswinners. In den schietwedstrijd,
te Haarlem door de Jachtvereeniging „Nim
rod" gehouden, werden prijzen gewonnen
door de volgende plaatsgenooten
De heeren J. van der Kop, C. N. J. Molt-
zer, G. J. van der Vliet en P. W. Waller,
allen te Overveen.
Bloemendaal in 1914. Aan het, thans
verschenen, verslag van den toestand der
gemeente Bloemendaal over het jaar 1914
ontleenen wij onderstaand een en ander
Op 31 December 1914 bestond de bevol
king uit 8988 personen, waarvan 3831 van
het mannelijk en 5157 van het vrouwelijk
geslacht. Vereenvoudigen wij dezen breuk,
dan komen we tot de uitkomst dat er op
eiken man ongeveer l1/» vrouw te Bloemen
daal voorhanden is.
Wat de geldmiddelen betreft: